pWhiK-i
I1
waar iemand maar wilde in- of uitstappen. Alleen
niet op hellingen en in bochten, want dat zou de
paarden teveel belasten.
Het Belgische bedrijf ging ook op ander gebied met
zijn tijd mee. In 1878 werden proeven genomen
met een nieuwe vinding, de stoomtram. De
resultaten waren veelbelovend, maar de
maatschappij kreeg geen vergunning om de
paardetram te vervangen dooreen stoomtram.
Stoomtrams naar Scheveningen
De Rhijnspoorweg, die indertijd de lijn uit Utrecht
niet had mogen doortrekken naar Scheveningen,
kreeg wel een vergunning. Die werd voor de
Rhijnspoorweg in de wacht gesleept door een
invloedrijke groep Nederlandse zakenlieden, die
belang had bij de ontwikkeling van Scheveningen
tot een exclusieve, internationale badplaats. In de
zomer van 1879 stond de eerste stoomtram voor
het station Rhijnspoor klaar om de reizigers langs
Koningskade, Raamweg en Badhuisweg naar
Scheveningen te brengen. Zo ontstond de
merkwaardige situatie dat op de Badhuisweg naast
de rails van de paardetram een tweede spoor kwam
te liggen, waarover de stoomtram de paardetram
voorbij stoomde.
De stoomtram was onmiddellijk een groot succes.
Eigenlijk was het gewoon een kleine stoomtrein,
maar locomotief, wagens en rails waren kleiner en
lichter uitgevoerd en de snelheid was aanzienlijk
lager. Daardoor was de stoomtram ook veel minder
gevaarlijk dan de stoomtrein. Aparte spoorbanen
en bewaakte overwegen waren niet nodig, de tram
reed gewoon terzijde van de weg. Dat maakte de
stoomtram tot een ideale verbinding met de
minder dicht bevolkte gebieden buiten de steden.
Voor het vervoer binnen de stad was de stoomtram
niet geschikt. In Den Haag reden ze langs de
F*
46
Linksboven: Toen na hei
uitbreken van de Eerste
Wereldoorlog onze land- en
zeemacht werden
gemobiliseerd, ontstond er
een tekort aan mannelijke
werkkrachten. Ook de HTM
had met personeelsgebrek te
kampen. Daarom werden
vrouwelijke vrijwilligers
opgeleid tot tramconductrice.
Deze foto uit november 1916
laat zien hoe een tiental
dames op een wagen van lijn
8 de kneepjes van het vak
leen onder het toeziend oog
van hoofdconducteur Van de
Water (GA).
Daarnaast: Op deze foto uit
1933 rijdt de 'blauwe tram
van de
Noord- Z uid-Hollandsche
Tramweg Maatschappij - in
de wandeling de NZH
genoemd - over de
Raamweg, ter hoogte van de
Waalsdorperweg, naar
Scheveningen (GA).
Links: Op een lastig punt, de
draaibrug over de Zuidwal,
heeft de nieuwe elektrische
tram een mankementje aan
de stroomvoorziening
opgelopen. In juli 1906 was
de paardetram over de oude
Boekhorstbrug vervangen
door de elektrische tramlijn 2
die van het Kanaal naar
Hollandse Spoor reed. In
1937 werd de lijn opgeheven.
Dat was vooral voor de
Boekhorststraat - in die lijd
een bruisende winkelstraat -
een harde slag GA).