Koning Willem II gaf terstond een staatscommissie opdracht de grondwet zodanig te wijzigen dat het parlement meer macht zou krijgen. Tegenover enkele gezanten zei de koning: ’U ziet een man tegenover U, die binnen vierentwintig uur van zeer conservatief zeer liberaal is geworden’. De nieuwe grondwet bracht veel vernieuwingen, die vooral het werk waren van het liberale kamerlid J.R. Thorbecke. Hij legde hiermee de basis voor onze huidige parlementaire democratie. Algemeen kiesrecht De periode van 1848 tot 1919 werd gekenmerkt dooreen viertal ’quaesties’. Allereerst moest het nieuwe parlementaire stelsel, dat was ontstaan door de grondwet van 1848, geaccepteerd worden. De strijd tussen de ministers en de koning enerzijds en het parlement anderzijds over de vraag wie bij een conflict moest wijken, liep uit op een overwinning voor de volksvertegenwoordiging. Voortaan trad dan het kabinet af. Een ander vraagstuk in de politiek was de ’schoolstrijd’. Hierbij ging het om de - vooral financiële - gelijkstelling van het openbaar onderwijs en het bijzonder onderwijs. De liberalen stonden in deze strijd tegenover de anti-revolutionaire en katholieke kamerleden, die het bijzonder onderwijs steunden. Deze strijd hing weer samen met een andere netelige kwestie, namelijk die van het algemeen kiesrecht. In 1848 hadden nog maar 55.000 mannen het recht om hun stem uit te brengen (waaronder 1515 Hagenaars) en vooral de confessionelen wilden hun achterban, die voor een groot deel uit de ’kleine luyden’ bestond, het kiesrecht geven. Het socialisme, dat in het laatste kwart van de negentiende eeuw opkwam, ijverde ook voor algemeen kiesrecht en daarnaast voor een goede sociale wetgeving. Deze drie vraagstukken 241 Hierboven: De laatste oorlogsmaanden brachten in Den Haag veel ellende. Door de spoorwegstaking van september 1944 kwam het transport van voedsel en steenkool vrijwel lot stilstand. Om maar aan brandstof te komen, was geen moeite teveel. In oktober stroopten velen het spoorwegterrein aan de Spaarnestraat af op zoek naar kolen of een enkele sintel (GA). Daarnaast: Grote delen van Marloten Wassenaar moesten in september 1944 op bevel van de Duitsers worden ontruimd. De bezetter had het gebied nodig om lanceerplaatsen voor het geheime Duitse vergeldingswapen, de V-2, aan te leggen. De evacuaties, zoals hier op de Bezuidenhoutseweg. moesten bij gebrek aan benzine met man- of paardekracht worden uitgevoerd (foto Menno Huizinga, c/o Burafo, Amsterdam/GA). Daaronder: Met hel vertrek van de Nederlandse regering en de capitulatie voor de Duitse Wehrmacht op 14 mei 1940 werd Den Haag in bestuurlijk opzicht een provinciestad. Namens de bewindvoerders in Berlijn oefende Seys-lnquart als rijkscommissaris vanaf 29 mei het gezag over Nederland uil. Wij zien hem hier, kort na zijn benoeming, met de karakteristieke Hitlergroet de Duitse troepen op het Binnenhof inspecteren (foto Douwes/GA).

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Ach Lieve Tijd 750 jaar Den Haag en de Hagenaars | 1985 | | pagina 21