:z fit H II 278 gelegen Beterhuis. In de waag werd de boter gewogen door beëdigde waag- en boterwerkers, waarna de boter in het Boterhuis mocht worden verhandeld. Het was nodig om de kwaliteit van de boter nauwlettend in het oog te houden, want de boeren knoeiden nogal eens met kleurmiddelen om 'bleecke, slegte, ja geheel witte hooyboter op te pronken’. In 1682 nam de magistraat het besluit de Haagse boterhandel te stimuleren door bij de te klein geworden Boterwaag een apart boterhuis voor de kleinhandel te bouwen en een beheerder aan te stellen, die dank zij zijn grote technische kennis van de boterhandel ook nieuwe klanten zou weten te trekken. Het werd echter een beheerster, de echtgenote van Jacob Rose die het concurrerende boterhuis in Delft dreef. Aan de Grote Markt vond men voortaan het Klein of Stukken Boterhuis waar de handel in kluiten boter werd gedreven en het BI Grote Boterhuis waar alleen boter in vaten werd verhandeld. Het andere, belangrijke handelsgebouw aan de Prinsegracht, het Korenhuis, werd in 1662 gebouwd. Hier werd voortaan de korenmarkt gehouden, die tot 16,15 in de kapel van het Sint Nicolaasgasthuis was gevestigd en vervolgens was verhuisd naar de Grote Markt. De korenmarkt was één van de oudste markten in Den Haag. Brood was in die tijd immers het belangrijkste voedsel. De korenmarkt werd aanvankelijk gehouden tussen het stadhuis aan de Groenmarkt en de Venestraat. Het was de gewoonte dat deze markt pas begon wanneer de klok had geluid. 'Wie koorn in den Hage ter merct brenct. die en sal t niet vercoopen eer men die clock luyt. opte boeten van XII st(uivers) ende upte verbeurtenisse van t coren, dat hij eer vercoft', luidde een verordening uit die tijd. De nieuwe overdekte korenmarkt aan de - Geheel links: In 1662 kwam op de Prinsegracht een nieuw korenhuis, waar het graan werd gewogen, gekeurd en verkocht. Op deze gravure van G. van Giessen uit omstreeks 1730 zien we hoe hel koren per schip, mei paard-en-wagen en met mankracht wordt aangevoerd (GA). Dit tegeltableau werd gemaakt door de Haagse a a rde werkfa h rie k Rozenburg naar een schilderij van J.Ch.K. Klinkenberg. Het toont de bloemenmarkt op de Prinsegracht tussen de Boekhorststraal en de Lange Beestenmarkt. Jacob van der Does constateerde in 1668 dat op deze markt door 'menich J offertje bloemen werden gekocht voor man of vrijer Links op de achtergrond zien we de Boterwaag H GM Daarnaast: Sinds 1643. het jaar waarin de Prinsegracht werd gegraven, werd hier markt gehouden. Deze foto laat een fruitkoopman en een kaashandelaar zien omstreeks 1905 ter hoogte van de Lange Lombard straat (GA).

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Ach Lieve Tijd 750 jaar Den Haag en de Hagenaars | 1985 | | pagina 10