w l>r^ lil eind aan deze traditie. In die tijd begon men de markt aan het einde van de dag met chemische middelen schoon te maken. Door die stoffen kregen de twee ’marktooievaars’ zulke blaren aan hun poten dat ze nauwelijks meer konden lopen. Eén ging er dood en de ander moest worden afgemaakt. De gemeente liet twee nieuwe ooievaars komen, die werden gehuisvest op het eilandje in de Hofvijver. Na een ruzie met een zwanenpaartje verhuisden deze ooievaars naar de Haagse Dierentuin. n JJ Brielse aardappelen In de tweede helft van de vorige eeuw waren er nog allerlei soorten markten, zoals een kaasmarkt, bloemenmarkt, groentemarkt, fruitmarkt, koolmarkt en boommarkt. Sommige van die markten begonnen ’s zomers al om half vijf in de ochtend. Er kwamen zelfs nog nieuwe markten bij: opdracht op dezelfde plek nieuwe visbanken te bouwen. Voortaan stonden de Scheveningse visvrouwen onder luifels, die werden getorst door sierlijke gietijzeren pilaren. Op houten tafels maakten zij de verschillende soorten vis schoon. In koud water werden de vissen vervolgens ’in de krimp gezet’. Van één van de twee pompen op de vismarkt werd gezegd dat die water leverde, dat de vis een bijzonder zuivere smaak gaf, die doorging voor een Haagse specialiteit. Een bezienswaardigheid van de vismarkt waren de ooievaars die hier rondliepen en zich te goed deden aan het visafval. In de middeleeuwen werd de ooievaar als een geluksbrenger beschouwd en was het dier een gewaardeerde verschijning, maar gaandeweg verdwenen de wilde ooievaars uit het stadsbeeld. Omdat men op de vismarkt dit ’stadssymbool’ niet wilde missen, liet men er enkele gekortwiekte eibers het visafval opruimen. In 1902 kwam er een 281 Daarnaast: Deze struise visverkoopster prees in de jaren dertig achter de visbanken haar zeebanket aan. Op de vismarkt aan de Schoolstraat stonden veel Scheveningers in klederdracht, maar ook niet-Scheveningers kleedden zich vaak in Scheveninger dracht om hun omzet te vergroten (GA). Hierboven: Op de zeevismarkt in de Schoolstraat hebben eeuwenlang de visbanken gestaan. Eeuwenlang stapten er ook ooievaars rond. Zij voedden zich met visafval en werden bovendien van stadswege bijgevoerd met verse aal. Nog tot in de 19de eeuw waren de ooievaars op de markt te vinden, zoals deze litho uit omstreeks 1850 laat zien (GA). Daaronder: Ook op het Lage Zand bij de Schedeldoekshaven was een vismarkt, zoals deze foto uit 1900 laat zien. Deze markt was. in vergelijking met die in de Schoolstraat, maar klein van omvang. Een overkappping vond men dan ook niet nodig. In de openlucht maakten de verkopers op de visbanken hun vis schoon. Het afval werd gewoon onder de banken op straat gegooid (GA).

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Ach Lieve Tijd 750 jaar Den Haag en de Hagenaars | 1985 | | pagina 13