WP^nTjiTp
Goedkope prullen
288
’Onze eeuw eist zulke passages; grote steden
moeten er een hebben; zij behoren bij een stad en
daarom mag Den Haag zich ook met deze aanwinst
verblijden’, sprak wethouder mr. J.P. Vaillant
enthousiast toen hij dit ’Metropolitaans wonder’
voor het publiek openstelde. De Passage was niet
geheel probleemloos tot stand gekomen. De NV
’s-Gravenhaagsche Passage Maatschappij, die het
plan ontwikkeld had, kwam nog voor de bouw kon
beginnen, in financiële moeilijkheden. Het project
kon uiteindelijk alleen worden gerealiseerd met
een lening van een Brusselse bankier, die echter als
voorwaarde stelde dat de Passage door een
Brusselse aannemer moest worden gebouwd.
De eerste maanden ging het slecht met de Passage.
Er waren nauwelijks huurders voor de winkels en
de Haagsche Courant schreef schamper over ’de
winkelpassage zonder winkels’. Maar het zou niet
lang duren of alle ruimten, inclusief het Hotel du
Passage en het café-restaurant Riche, waren in
gebruik. Sommige van de huidige zaken in de
Passage dateren nog uit de vorige eeuw, zoals
postzegelhandel Keiser en de winkel in paraplu’s
en wandelstokken van Laboyrie. In 1929 kreeg de
Passage een zijtak naar de Hofweg, die de
overdekte winkelstraat veranderde in een driepoot.
Deze derde arm was al in het oorspronkelijke
ontwerp opgenomen, maar destijds wegens
bezuinigingen niet aangelegd.
In een kwartier tijds
Pal tegenover de Passage-uitgang aan de Spuistraat
opende op vrijdagmiddag 1 juni 1906 de Grand
Bazar de la Paix, het eerste echte warenhuis in Den
Haag. Het gebouw, waarin nu een deel van het
warenhuis Vroom Dreesmann is gevestigd,
besloeg een oppervlakte van duizend vierkante
meter en had een grotendeels glazen dak. Drie
ruime galerijen in de verkoophal waren bereikbaar
[BONNET :RIE|
Niet iedereen was even enthousiast over hel warenhuis Grand Bazar de la Paix. dat
in juni 1906 aan de Spuistraat zijn deuren opende. Thêrèse Hoven, de in Den Haag
woonachtige hoofdredactrice van het tijdschrift 'Onze meisjeswereld'noteerde
nauwelijks vier weken na de opening: 'Het volk, om nu maar eens een algemeene
benaming te gebruiken, klaagt dat zijn arbeid onvoldoende betaald wordt. Maar als
men nu dergelijke prulle-kramen ziel, dan vraagt men zich af: is het volk niet veel
zelf schuld aan zijn armoe? Verknoeit het niet een gedeelte van zijn inkomen op
erbarmelijke wijze?'
De hoofdredactrice maakte zich vooral zorgen over de kwaliteit van de aangeboden
kledingstukken. 'Waar een dienstmeisje of de vrouw van een werkman vroeger een
lap stof laten wij zeggen, voor f2 kocht en daar zelve een blouse van maakte, welke
zij vele jaren droeg, koopt zij thans een gemaakt ding van f 1,40 dat er op 't oog veel
mooier, althans zwieriger uitziet, doch dat na drie maanden uit elkaar hangt en
verlept en gescheurd is. Helaas! de Hollandsche degelijkheid wordt er helemaal door
ondermijnd. en met den besten wil kan ik het bouwen van zulk een winkelpaleis niet
goedkeuren of bewonderen'.
Hierboven: Een echt
'Haagseheren modewin kei.
waar kwaliteit en
persoonlijke bediening nog
hoog aangeschreven slaan, is
Eduard Peiger in de
Hoogstraat. De Pelgers
begonnen in 1860 als
kleer-en hoedenmakers in de
Boekhorststraat, maar
betrokken al spoedig een
winkel in de Prinsestraat.
Van hier uit verspreidde de
faam van de hoedenwinkel
zich over de stad. Pas in de
jaren dertig ging Peiger zich
toeleggen op de verkoop van
de betere Engelse
herenconfectie. Omstreeks
1920 schafte het bedrijf op
aandrang van Peiger junior
een T-Ford aan als
bestelwagen. Bijzonder
opvallend daaraan was de
grote strohoed die bovenop
de auto was gemonteerd,
waardoor deze al van verre
herkenbaar was Coll.
E. Peiger).
Links: In het begin van deze
eeuw had Maison de
Bonneterie aan de
Groenmarkt al een
belangrijke plaats in de
binnenstad ingenomen. Het
Maison de Bonneterie et
Palais des Parfums bouwde
in 1911, op dezelfde plaats
als op deze foto van een jaar
eerder, een modepaleis met
elektrisch aangedreven liften,
elektrisch licht, een centrale
verwarming en een
lichtkoepel die voor een
prachtig lichteffect in de
winkel zorgde (GA).
ilüSl