276
in het verlengde daarvan de Dunne Bierkade
gegraven. Aan de Bierkade werd het zware bier
verkocht, terwijl op de Dunne Bierkade het lichte
of dunne bier met een lager alcoholgehalte aan wal
werd gebracht. Enkele biertappers kwamen al snel
op het idee om aan de Bierkaden hun tapperijen te
vestigen en slaagden er vaak in via de achterdeur
bier binnen te halen zonder accijns te betalen.
Deze belastingfraude nam zulke vormen aan, dat
de magistraat in 1654 besloot ’dat geene
biertappers op de Bierkade moogen woonen’.
Een handelswijk met een geheel eigen karakter in
het Spuikwartier was de joodse buurt. Het waren
vooral arme Poolse en Duitse joden die hun
’negotie’ dreven aan de Gedempte Gracht, de
Voldersgracht en in de Bezemstraat en de St.
Jacobstraat. Zij handelden in groenten en fruit en
in tweedehands artikelen als kleren, schoenen,
huisraad en boeken.
Een vermogend man
De zeventiende eeuw, de Gouden Eeuw, bracht
ook voor Den Haag een aanzienlijke economische
groei. Verscheidene Hagenaars zagen kans zich
van eenvoudige kooplieden op te werken tot
vermogende, invloedrijke bestuurders. Thomas
Cletcher was er zo één. Deze zoon van een
wijnkoopman kreeg een opleiding tot goudsmid. In
1628 vestigde hij zich met zijn jonge gezin aan de
Bierkade. Twee jaar later werd hij gekozen tot
deken van het gilde van de goud- en zilversmeden.
Al spoedig gingen er grote sommen geld door zijn
handen bij het verhandelen van ruwe edelstenen.
Het hof bleek een goed afzetgebied voor de
sieraden die Cletcher ontwierp. Prins Maurits en
stadhouder Frederik Hendrik behoorden tot de
klanten die hem grote bedragen betaalden voor zijn
creaties. Zo telde Frederik Hendrik eens 27.000
gulden neer voor een juweel. Thomas Cletcher
KU*--
vli’ fe1'
en
Linksboven: Behalve de van
gemeentewege ingestelde
markten, waren er ook
plaatsen waar de handel
gewoon 'op straat lag'. In
hun eigen buurt
verhandelden de Haagse
joden hun waren voor de
deur van hun huizen of
winkeltjes. Meestal waren dit
uitdragerijen van oude
meubelen en kleren. Maar
ook groenten, fruit en
zuurwaren werden in deze
buurt veel verkocht, zoals
hier op de Voldersgracht
omstreeks 1900 (GA).
Daarnaast: De A msterdamse
Veerkade en omgeving is van
oudsher een handelscentrum
geweest. Hier legden de
schepen uil Amsterdam aan
voor het laden en lossen van
goederen. Nadat deze gracht
in 1901 was gedempt, werd
het er stil. Tot in de jaren
zestig werd in de
aangrenzende Bierstraat nog
wat ongeregeld goed, zoals
tweedehands huisraad
verhandeld (Foto
H. Lamme/GA).
Links: Aan de Bierkade
lagen omstreeks 1900 de
schepen nog zij aan zij. In
die tijd waren de Bierkade,
de Dunne Bierkade en de
omgeving van het Spui nog
altijd het centrum van de
beurtschippers en
expediteurs. Ook bedrijven
die zijdelings met de
scheepvaart te maken
hadden, waren aan deze
kades gevestigd, zoals een
dekkleden- en zeilenfabriek.
een brandstoffen- en
oliehandel en een glas
verfhandel (GA).