its
3
- H m-1
I
rap
I”
001
Een rel bij Tijmstra
ljA'.
V
Tien stuivers
298
dat ze naast godsdienstonderwijs ook lees- en
schrijf!es kregen.
Bijscholen
De Latijnse school bleef niet lang de enige school.
In de loop van de vijftiende eeuw ontstonden hier
en daar particuliere schooltjes, die ook wel
bijscholen werden genoemd. Gewoonlijk waren
het priesters die hier wat bijverdienden met het les
geven in kennis van de catechismus, zingen en de
grondbeginselen van lezen en schrijven. Vanuit de
kerk werden de ouders aangespoord hun kinderen
daarheen te sturen, ’opdat alle verstandekens daer
vrucht uyt mogen raepen’.
Een van deze bijscholen bevond zich in het slop
’De Zak’, nabij de Grote Kerk en stond onder
leiding van de Heilige Geestmeesters. Daaruit valt
op te maken dat het een school voor arme kinderen
was. De Heilige Geestmeesters zorgden immers
voor ondersteuning van armlastige Hagenaars. Er
waren echter ook bijscholen waar rijke en
aanzienlijke Hagenaars hun kinderen naartoe
stuurden. Sommige van deze particuliere scholen
gingen zelfs de grote school concurrentie aandoen
door Latijn te onderwijzen.
Toen die concurrentie op den duur te sterk werd,
beklaagde het kapittel zich hierover. Het Hof van
Holland bepaalde dat het verboden was
particuliere scholen te houden ’omme kinderen
aldaer comende te leeren Latijn’. Dat was echter
zeer tegen de zin van enkele invloedrijke heren die
hun kinderen op een bijschool hadden. Daarop
werd door datzelfde Hof van Holland uitgesproken
dat door de ouders van elke leerling van een
bijschooljaarlijks tien stuivers aan de rector van de
Latijnse school moest worden betaald.
1
ffW
G
■■ME
r
Zelden zal een eindexamen zoveel aandacht hebben getrokken als dat van de
Tijmstra-HBS op 8 juni 1934. De kranten stonden vol van de rel die voor de
school in de Sweelinckstraat was ontstaan en waarbij zelfs een leraar en twee
leerlingen waren gearresteerd. De aanleiding van het gebeuren was een
baldadigheid. Op de examenuitslag wachtende leerlingen hadden een fiets in
een lantaarnpaal gehesen en al spoedig verscheen de politie met een ladder
om het rijwiel los te maken. Toen één jongmens zo brutaal was een foto van
hun klauterpartij te maken, grepen de agenten hem in de kraag en namen
hem mee naar het bureau. Even later kwam een groep scholieren, met
diploma 's in de hand, hoera roepend de school uit rennen. In de
veronderstelling dat de belhamels de smaak nu pas goed te pakken hadden
gekregen, sloegen de agenten - inmiddels van versterking voorzien - er met
de gummiknuppel op los. Leerlingen, voorbijgangers en een enkele leraar
moesten klappen incasseren. Zelfs directeur Tijmstra moest snel maken dat
hij wegkwam. Tijmstra ging terstond na de rellen naar het hoofdbureau om
zijn beklag te doen over het politieoptreden. De gearresteerde leraar en de
scholieren werden daarop spoedig in vrijheid gesteld.
Hierboven:
'Gehoorzaamheid en vlijt der
jeugd' is de titel van deze
gravure uit 1812. Enkele
jongens links op de
voorgrond komen uit de 'Dag
en avondschool'. De op straat
staande onderwijzer, met bril
op en grote ganzepen achter
het oor, schijnt zijn
scholieren aan te sporen een
tweetal deftige heren te
groeten, die juist de straat in
komen (Atlas van Stolk,
Rotterdam).
Links: Op deze prent van
Jacobus Hugo Hoedt uit
omstreeks 1812 is een
schoolklas weergegeven. De
leraar (links) deelt prenten
uit. Op de achtergrond
hangen de jassen en hoeden
van de leerlingen aan de
muur, evenals hun houten
schooltassen (GA,
Rotterdam).
Ib»