750 jaar Den Haag, de Hagenaars en hun culturele leven If I 1 s, AP sai HgiWI éw Schilders aan de Bierkade Antwerpse portretschilder Daniël van de Queborn verhuisde er zelfs speciaal voor naar Den Haag. Onder Maurits’ opvolger Frederik Hendrik brak voor de kunstenaars een nog veel betere tijd aan. Onder redactie van Maarten van Doorn, Charles Dumas, Dick van der Maarel, Michiel van der Mast, Coos Versteeg en Peter Wander; met medewerking van Maria Bertels, Renske Boosman, Magda Kyrova, John Sillevis en Frits Zwart. De belangrijkste portrettist aan het Haagse hof was geen Hagenaar, maar de Delftse meester Michiel Jansz. van Mierevelt. Constantijn Huygens, de secretaris van de stadhouder, schreef toen al bewonderend over deze kunstenaar: ’Zo geeft hij bijvoorbeeld de weekheid van het vlees, die weinigen kunnen uitdrukken, weer met een kunstvaardigheid die haast niet is na te volgen’. Ook een leerling van Van Mierevelt, Jan Anthonisz. van Ravesteyn, die wel uit Den Haag afkomstig was, kreeg belangrijke opdrachten en maakte verscheidene schuttersstukken. .O Toen het middeleeuwse Die Haghe nog maar enkele duizenden inwoners telde, was er aan cultureel leven niet veel meer dan het optreden van potsenmakers, koorddansers of muzikanten die het dorp op hun rondreizen aandeden. In erg hoog aanzien stond dit artiestenvolk niet. Ze hadden voornamelijk de reputatie dat ze rondhingen in kroegen en logementen: ’Daer en plagt men te slempen met veile wijven en bezigte men liederlijcken tael’. Kunstschilders vonden hier tegen het eind van de zestiende eeuw een gunstiger onthaal, toen prins Maurits zich permanent op het Stadhouderlijk Kwartier vestigde. De krijgsman in hart en nieren was zelf niet bepaald een kunstliefhebber; van hem vielen weinig grote opdrachten te verwachten. Maar de leden van zijn hofhouding en de hoge regeringsambtenaren lieten, naar de mode van die tijd, graag hun portret schilderen. De vraag was zo groot, dat talloze kunstenaars hier korte of langere tijd verbleven. De WW?. 319 Op het omslag: Dit musicerende gezelschap werd in 1666 geschilderd door Jan Steen (The Art Institute of Chicago). Op de linkerpagina: Het bekende Haagse Schilderkundig Genootschap Pulchri Studio, wat Aan de beoefening van het schone betekent, werd op 23 januari 1847 op gericht. Er werd naar gekleed model getekend en er werden kunstbeschouwingen gegeven. De vereniging bestond, evenals nu, uit werkende en kunstlievende leden. Het gezelligheidsaspect ging een steeds belangrijker rol spelen, vooral in de periode 1889-1907, toen Hendrik Willem Mesdag voorzitter van Pulchri was. Behalve pantomimes en tableaux-vivants, werden er regelmatig gekostumeerde bals gegeven, zoals op deze foto is te zien. Een aantal feestgangers heeft zich op gesteld op de grote trap van het pand van Pulchri Studio aan het Lange Voorhout (GA). Rechts: In de grote zaal van de Tekenacademie aan de Prinsessegracht werd van 12 mei tot 21 juni 1845 een tentoonstelling van 'schilder-en kunstwerken gehouden, zoals deze litho uit die tijd laat zien. Er hingen schilderijen van 'leevende meestersonder wie Ar ij Scheffer, H. Koekoek, D. Bles en de toen nog jeugdige Johannes Bosboom. Hel publiek kon er bovendien gravures en beeldhouwwerken bekijken. Koning Willem II bezocht de tentoonstelling enkele malen en kocht er uiteindelijk voor maar liefst 23.000 gulden (GA). ■- - ƒ5 -I

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Ach Lieve Tijd 750 jaar Den Haag en de Hagenaars | 1985 | | pagina 3