f BS r L Wi OSS declareren voor Voorhoutianen, of voor Casuaristen. De huisgezinnen zelfs verdeden zich onderling; men ziet Mynheer nar ’t eene Toneel, en Mevrouw naar ’t andere ryden’. Naar het leven getekend Veel kunstschilders, maar ook amateurs, trokken er in de achttiende eeuw op uit om stad en land nauwgezet in beeld te brengen. Dank zij drie zonen en één dochter van de Haagse notaris Jean Thomas la Fargue hebben we een getrouw beeld van ’Den Haag in de Pruikentijd’. De La Fargues legden hun omgeving vast in honderden pen- en penseeltekeningen. Paulus Constantijn, de bekendste kunstenaar uit deze familie, tekende, etste en schilderde talloze landschappen rond Den Haag en later ook gezichten op het Buitenhof, de Plaats, Groenmarkt, Korte Vijverberg en Prinsessegracht. Ook zijn jongere broers Jacob Elias en Karei en zijn zuster Maria Margaretha produceerden met veel vlijt en vakbekwaamheid prenten, aquarellen en schilderijen. Na de dood van Paulus ging het slecht met de La Fargues. Hun schulden liepen op en al spoedig hing de familie een faillissement boven het hoofd. Maria Margaretha stierf uiteindelijk in het armenhuis. Aan lange touwen Niemand minder dan prins Willem III verzorgde in 1668 aan het hof een balletvoorstelling van het ’Ballet de la Paix’ dat de vrede tussen Holland en Engeland uitbeeldde. De toen 18-jarige prins, die in navolging van de Franse vorsten de danskunst beoefende, had zichzelf de hoofdrol toebedacht en trad in dit ballet op als Mercurius, de god van de handel. De voorstellingen werden in de manege aan het Buitenhof gegeven. Zowel voor het publiek I he V 325 Rechtsboven: Het Residentie Tooneel was sinds 1938 het toonaangevende toneelgezelschap in Den Haag. Na de bevrijding speelde het ensemble 'De rivalenmet in de belangrijkste rollen v.l.n.r. Paul Steenbergen. Richard Flink. Fie Carelsen en Caro van Eyck (Foto Ed van Wijk/GA). Rechts: Vooral tijdens kermissen deden groepjes toneelspelers de steden aan met hun reizende theater. Om een podium te bouwen, zocht men ter plekke wat tonnen en planken bij elkaar, maar de vernuftig geconstrueerde en fraai beschilderde toneelkast sleepte de troep steeds mee (Stedelijk Museum De Lakenhal, Leiden). Hierboven: Soms lieten buitenlandse gezanten in hun ruime woningen theatervoorstellingen geven. Deze komedies en balletten werden ook wel opgevoerd in een tent in de tuin, zoals hier in 1713 bij de Portugese gezant, de graaf van Tarouca (GA). Hieronder: Een doedelzakspeler in 1667 (GA).

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Ach Lieve Tijd 750 jaar Den Haag en de Hagenaars | 1985 | | pagina 9