gg 8 3|| Kif Van huis tot huis Het gemeentebestuur bemoeide zich tot de eeuwwisseling nauwelijks met de activiteiten van de bouwondernemers. De nieuwe wijken die bedoeld waren voor de lagere middenstand, bestonden uit saaie, lange, smalle straten en de exploitatiehofjes die hier voor de arbeiders werden aangelegd, vormden een ernstige bedreiging voor de volksgezondheid. ’De typhus en zoovele andere ziekten wijken nimmer uit sommige buurten en gaan dikwerf van huis tot huis, overal hare slachtoffers opeischende’, schreef de Vereniging tot Verbetering der woningen van de Arbeidende Klasse in een brochure. Tussen 1849 en 1870 werd Den Haag dan ook geteisterd door een aantal cholera- en typhusepidemieën. Bij de cholera-epidemie van 1866 was gebleken dat de ziekte in de dichtst- bebouwde hofjes en sloppen de meeste slacht offers had geëist. Het verband met de slechte woonomstandigheden was nu wel duidelijk. De ’Vereeniging tot Verbetering van den Gezond heidstoestand’ schreef in een nota: ’Veel goed kan zouden beter ergens anders hun tentje kunnen opslaan’, schreef Johan Gram. Voordat de bouwers echter aan de slag konden gaan, moest het gebied, dat voorheen eigendom was geweest van de groothertogin van Saxen-Weimar en de familie Goekoop, worden afgegraven. De Waldeck Pyrmontkade en de Valkenboskade werden aangelegd om het zand af te voeren. De Rijnspoorweg van Den Haag naar Gouda werd op dit zand aangelegd en ook de sloten in de Zusterpolder werden ermee gedempt bij de aanleg van de Schilderswijk. Het stratenpatroon was kringsgewijs rondom de 'Dekkersduintjes’ getekend. Aan het Sweelinckplein is nog altijd de ovale vorm van het duin herkenbaar. --- WW 354 Linksboven: In 1344-45 werd tussen Den Haag en Rijswijk een vaart gegraven. Op de plaats waar deze vaart een belangrijke verkeersweg doorsneed, werd een brug aangelegd. Het was de oudste tolbrug in de omgeving: al in 1435 werd er tol geheven. Deze brug, de Geestbrug in Rijswijk, zien we hier op een aquarel van Isaac van Ketweg uit 1785. De weg rechts is de huidige Cromvlietkade GA). Daarnaast: Door haar landelijke ligging was de Bezuidenhoutseweg bij de Hagenaars een geliefde plaats om zich te verpozen. Het is dan ook niet verwonderlijk dat in de 18de en 19de eeuw talrijke herbergen en uitspanningen zich juist hier vestigden. Vanaf1796 stond aan het begin van de Bezuidenhoutseweg ook een hotel, het Hotel Bellevue, zoals te zien is op deze litho uit 1859. Enige jaren geleden werd het gebouw afgebroken in verband met de omvangrijke verkeersplannen rondom het nieuwe Centraal Station (GA). Daaronder: Eveneens van Isaac van Ketweg is deze aquarel uil omstreeks 1770 met een gezicht op Den Haag vanuit het noorden. Het standpunt van de kunstenaar is de Laan van Schuddegeest, waarvan de naam in 1861 werd omgedoopt in die van Javastraat. In het midden is de in 1844 afgebroken Beekmolen te zien, die ter hoogte van de huidige hoek Alexanderstraat Sophialaan stond. Geheel rechts zien we de Noordmolen die in 1858 werd gesloopt: op deze plaats verrees het latere Hotel Ambassador (GA). ft

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Ach Lieve Tijd 750 jaar Den Haag en de Hagenaars | 1985 | | pagina 14