HAAGSCHE COURANT
Op
eenzamen
post
De verduistering
Duitschland
Donderdag 4 Januari 1940.
STADSNIEUWS
in
De wetenschap profiteert
ervan
No. 17458.
VIERDE BLAD.
de
DE IJSPRET
VERMAKELIJKHEDENBELASTING
1939
GESPAN TEGEN TRAM OPGEREDEN.
Ook op den vijver van het Gemeentemuseum in de residentie wordt druk schaatsen gereden.
FEUILLETON.
(Nadruk rerboden.)
vloek uit een dergelijken gemoedstoe-
DE STAATSBURGERLIJKE OP
VOEDING DER JEUGD
DE NIEUWE GEZANT VAN
VENEZUELA.
NIEUW BENOEMDE MILITAIRE
ATTACHE VAN HONGARIJE
JUBILEUM G. SOUTENDIJK.
Morgen herdenkt de heer G. Souten-
dijk den dag. waarop hij 25 jaar gele
den in dienst trad bij de Semarang
Cheribon Stoomtram Maatschappij
de J. P. Coenstraat 2 alhier.
hoofddoel
opvoe-
Op den Bezuidenhoutscheweg bij de
van Linschotenstraat is gistermiddag
een gespan, bestuurd door den 38-ja-
rigen P. H. J. van W. uit de Hendrik
Zwaardecroonstraat, omdat het links
den hoek om reed, tegen een motorwa
gen van lijn 4 gebotst. De wagen werd
grootendeels vernield, de schade aan
de tram was gering. Het paard be
kwam een bloeduitstorting en werd
door den kraanwagen van de brand
weer naar zijn stal vervoerd.
AFSCHEIDSBEZOEKEN JAPAN-
SCHEN MILITAIREN ATTACHE.
thans
de i
centralisatie
oude idealen van
democratie geheel
haar aanstaart, alsof hij haar wilde
opeten! Die verscheurde smerige uni
form van die kerel... En die kleine
daar, die hoekige, met, waarachtig,
met ringen in zijn ooren en groeven in
zijn gezicht, zoo diep als koorden van
een zweep... En hier werd haar vader
gevangen gehouden!... Waarom staar
den die kerels haar zoo aan? Waarom
zeiden ze niets? Zou Berrier gelijk
gehad hebben? Zou ze zich hier over
geleverd hebben op genade of onge
nade?...
Ysot herstelde zicht. Het beeld, dat
haar oog aanschouwde, kwam haar
opeens onwaarschijnlijk en spookach
tig voor. Zij had het gevoel, alsof ze
regelrecht de hel was binnengereden...
Men moest praten, vooruit dan maar!
Heeren, zei Ysot met vaste stem,
kunt U mij misschien verklaren,
waarom men mij heeft aangehouden
en hierheen gebracht?
Ze wachtte een oogenblik. Probeerde
dan niemand zijn mond open te doen?
Ze zag, dat de grootste een stoel naar
haar toeschoof. Die lui schenen ten
minste nog wel ongeveer te weten, hoe
ze zich moesten gedragen. Plotseling
merkte Ysot dat de mannen dronken
waren, zoo dronken, als alleen wan
hopige soldaten kunnen zijn. Nu ja,
dan was het ook niet zoo erg. Nu be
greep zij den toestand al beter. Dit
waren beslist niet de bevelhebbers.
Men zou wel spoedig komen om haar
te halen. Onderwijl moest ze het met
deze heeren klaar zien te spelen. Ze
kon het beste aardig tegen hem zyn
en hen wat te doen geven.
Ysot greep in haar tasch en zocht
koortsachtig. Eindelijk 1 Daar was
lend is, doch ook voor de onderschei
den rassen uiteenloopt.
Het pigment der oogen is, wat de
sterkte betreft, bij de rassen verschil
lend. Bij de één is zij zwak, bij den
ander sterk. De oogen van een Zuider
ling zullen zich sneller aanpassen, dan
die van een Noorderling. De ontvanke
lijkheid voor licht van iemand van
Zuidelijk type is zevenmaal zoo groot
als bij ons Noorderlingen.
Het onderscheid in aanpassing doet
zich niet alleen bij menschen, doch
eveneens bij de dieren gelden, en wel
in nog sterker mate. Een typisch geval
is het volgende: De Marburger profes
sor Jansch heeft proeven genomen met
kippen van Noordelijk en Zuidelijk ras.
Hij bracht exemplaren van deze rassen
tezamen in een tamelijk donkere ruim
te, waarin rijkelijk graankorrels waren
gestrooid. Aan de hand van een „stop
watch" stelde hij vast, dat de kippen
van Zuidelijk ras de korrels in 65 se
conden gewaar werden, in tegenstelling
met die van het Noordelijk ras, die
hiervoor 500 seconden noodig hadden.
Hierbij zij opgemerkt, dat een kip
slechts met zijn oogen iets van zijn om
geving gewaar kan worden en in een
volkomen donkere ruimte verhongeren
zou, ook al zat zij boven op de graan
korrels. Andere dieren, die voor waar
neming der omgeving niet uitsluitend
In ons land aangekomen.
Hier ter stede is aangekomen 8*
nieuwe gezant van Venezuela bij hot
Nederlandsche hof, dr. Jose Rafael Mote
tilla.
NEDERLANDSCHE PROTESTANTEN
BOND.
In de gisteravond gehouden bestuurs
vergadering der afdeeling ’s-Graven-
hage van den Nederlandschen Pro
testantenbond werd tot voorzitter geko
zen de heer D. Hans, die ook reeds
vroeger als zoodanig heeft gefungeerd
en zich bereid verklaarde de nieuwe be
noeming te aanvaarden.
Na verdeeling van andere functies
werd het bestuur als volgt samenge
steld: D. Hans, voorzitter, ir. N. Th.
Verwey, vioe-voorzitter, E. Sonnega,
secretaris, J. C. Burgersdijk, waarne
mend penningmeester, mevr. T. Win-
kel-Bloot, me\T. E. G. Hof st ede-Veen ho
ven, ds. A. E. F. Junod, luit-generaal b.
d. R. ten Seldam, C. F. Antheunissen,
prof. ir. C. L. van Nes en A. Mondt jr.,
bestuursleden.
Nog steeds staarde hij naar de
vrouw. Wat wilde zij? Was het een
gevangene? Zij leunde tegen den wagen
en nam haar omgeving op. Ze was
schijnbaar niet bang. Maar ze moest
toch een gevangene zijn, want aan de
zijde der Berbers kwamen geen woes-
tynauto’s en gelakte koffers voor en...
In het blauwe licht van de maan,
zag O’Murphy plotseling haar gezicht,
dat zich juist naar hem toewendde, en
hem bemerkte.
Het was Sky, die beneden stond, al
leen iets grooter, wat sterker, wat flin
ker, en toch Sky, smal en kinderlijk...
O’Murphy leunde tegen den muur.
Hy beefde als bij een aanval van ma
laria. Toen keek hij naar Achilles.
De Griek lag half over tafel. Hij
had een flesch in de hand en loerde
naar O’Murphy. Hij scheen heelemaal
dronken te zijn.
Met zware stappen ging de Ier naar
hem toe.
Wie heeft jou toestemming gege
ven mijn kast open te maken? gromde
hjj en klemde den arm van den ander
Een vraagstuk van dezen tijd
LEESSTOF VOOR GEMOBIU-
SEERDEN.
De heer Oudschans Dentz. leider rl<*
afdeeling Boekverspreiding van het
Alg. Nederlandsch Verbond schrijft on«
o.m.Ofschoon de belangstelling in de
eerste drie maanden van de mobilisatie
zeer groot was en ons van alle kante”
uit den Haag aanvragen bereikten, m*
leesstof voor de gemobiliseerden te dne”
afhalen, is er thans een merkbare ver
mindering waar te nemen. Wel zijn wil
dankbaar voor wat wij mochten ont
vangen, maar nog niet voldaan. Gedo-
rende de drie laatste maanden van 199t
mochten wij bijna 2600 boeken en rui*
110.000 tijdschriften te hunner beschflk
king stellen (53 kisten). Het behorf*
geen betoog, dat er voor de vele dui
zenden van land- en zeemacht eet*
groote hoeveelheid lectuur noodig is of*
te kunnen blijven geven, zoodat hc<
aanbeveling verdient, dat men oos ver
zoekt geregeld iedere maand de inza-
melwagen te zenden om leesstof af ta
halen.
Het adres van ons Boekenhu» 1*
thans Surinamestraat 28 (tel. 11250ft),
De militaire attaché van Japan, ko
lonel Takanobu Manaki, die binnen
kort naar Japan terugkeert, heeft
vanmorgen afscheidsbezoeken gebracht
aan den minister van Defensie en aan
den opperbevelhebber van Land- en
Zeemacht.
Gisteravond werd druk gereden
op de ijsbanen
De banen van de Nieuwe ’s-Graven-
haagsche IJsvereeniging en van de
Haagsche Ijsclub waren gisteravond
voor het publiek opengesteld. Het was
er gezellig rijden. Den geheelen avond
daverde de muziek pittige marschen
en vroolijke walsen over het ijs.
Er was op beide banen vrij veel pu
bliek aanwezig, maar toch* niet zooveel
of ieder kon zich ongedwongen voort
bewegen, zonder bang te zijn met de
anderen in botsing te komen. Op de
banen van de 's-Gravenhaagsche IJs
vereeniging had men nog al hinder van
den wind, daar deze in de lengte
richting stond. Ook was het ijs op som
mige plaatsen nogal „hobbelig”.
De Haagsche IJsclub verkeerde wat
dit betreft in een gunstiger positie. De
wind stond daar dwars op de baan,
zoodat men er betrekkelijk weinig last
van had, terwijl het ijs, behoudens een
kleine uitzondering, spiegelglad was.
op hun oogen zijn aangewezen, zooals
bijv, de hond, wennen veel vlugger aan
duisternis dan de mensch.
De verduistering der steden in
Duitschland heeft voor ornithologen de
mogelijkheid geopend voor het opdoen
van nieuwe ervaringen. Verschillende
vragen ten aanzien van den vogeltrek
hebben haar oplossing gekregen.
Algemeen werd aangenomen, dat rond
vliegende vogels zich in den nacht
oriënteerden door het lichtschijnsel der
steden. Thans is echter gebleken, dat
deze opvatting onjuist is. Alle vogels
trokken ook dezen herfst weer langs de
gewone route over de volkomen ver
duisterde dorpen en steden.
Daarmede is bewezen, dat deze trek
vogels, evenals andere dieren en enkele
in de steppen wonende volken, een bij
zonder richtingsgevoel hebben, welke
het hun mogelijk maakt óók in de duis
ternis hun weg te vinden.
Zelfs kan men zeggen, dat het uit
stralen van licht den vogels alleen ge
stoord heeft op hun nachtelijke tochten.
Immers, terwijl men in normale om
standigheden ’s nachts de vogels hoor
den schreeuwen, zochten zij nu geluid
loos hun weg. De verduistering schijnt
dus voor hen aangenaam te zijn.
Hetzelfde is het geval met de astro
nomen. Zij stellen vast, dat het waar
nemen van den sterrenhemel tot veel
gunstiger resultaten heeft geleid.
Ook schijnt de duisternis op het tijds
gevoel der menschen van invloed te
zijn, alhoewel het onderzoek dienaan
gaande nog niet geëindigd is.
O’Murphy zag op, langzaam en
nieuwsgierig ging hij naar het venster.
Achilles’ hand greep zijn arm.
Een vrouw...! fluisterde de Griek.
O’Murphy staarde op de binnen
plaats. De deur van de auto was ge
opend en de bestuurder was eruit ge-
gesprongen en rekte de ledematen.
O’Murphy zag, dat zij een slanke
yrouw was, in rijbroek en kaplaarzen.
Nu sloeg zij den korten sluier terug.
O’Murphy en Achilles verdrongen el
kaar voor het venster. Tot O’Murphy
zyn kameraad opeens met een enkele
handbeweging opzij drong.
W. P. WEBER. t
Hier ter stede is gisteren op ruift*
65-jarigen leeftijd overleden de heer W.
P. Weber, oud-directeur der le Gemeen
telijke Handelsschool alhier.
De thans ontslapene werd 19 Augus
tus 1874 hier ter stede geboren. Hij stu
deerde voor onderwijzer, behaalde de
hoofdakte, verschillende lagere akte»
en de middelbare akten voor Fransel*
en Duitsch.
In verschillende plaatsen van ons land
was hij als onderwijzer bij het lager
en Mulo-onderwijs werkzaam. In 1918
werd hij benoemd tot leeraar aan de
Handelsschpol te Alkmaar en in 1918
aan de Gemeentelijke Handelsschool al
hier, waar hij tevens les gaf aan de Han-
delsavondschool en de Kweekschool van
het Haagsch Genootschap. In 1933 volg
de zijn benoeming tot directeur der 1*
Gemeentelijke Handelsschool, welke be
trekking hij bekleedde tot 1937, toen hij
zijn ambt neerlegde.
De overledene genoot een uitnemend*
reputatie in onderwijskringen. Zijn
leerboeken op economisch gebied zijn ft*
het geheele land bekend. Veie jaren wa»
de heer Weber examinator bij de post-
examens en bij de examens voor amb
tenaren bij de griffie en tot het laatst
toe was hij lid van de examencommissie
voor Duitsch van de Vereeniging van
Leeraren in de Handelswetenschappen-
De overledene was tevens een zeer ge
ziene figuur in .JPulchri Studio”, van
welks sociëteit hij commissaris was.
De crematie van het stoffelijk over
schot zal Zaterdag te Westerveld plaat*
hebben na aankomst van den trein «n
11.40 uur.
Voorden Maranath a-K r ju g>
den Haag, zal morgenavond sprek* K
heer Heere Heeresma. godsdienstonder
wijzer Ned. Herv. gemeente te Annter-
dam, over het onderwerp: „De zetarst*
veiligstelling voor het heden en toe
komst”.
Op Maandagavond 15 Jan
zal prof. dr. H. Kraemer, hoogleeraar
aan de Rijksuniversiteit te Leiden,
daartoe uitgenoodigd door de Zen*
dingscommissie van de Duinoordkerk,
spreken over„De marschorder der
Christelijke Kerk”.
Voor den Nederlandschen
Zionistenbond, afd. den Haag, spreekt
op Woensdag 17 Januari dr. A. «lees
over „Zionisme en Philantropie”,
NIEUWJAARSBEZOEKEN BIJ DEN
MINISTER VAN DEFENSIE.
Bij den minister van Defensie heb
ben de militaire attaché van België,
kolonel P. J. Diepenrijkx, en de mili
taire attaché van Groot-Brittannië,
kolonel W. L. Gibson, Nieuwjaarsbe
zoeken afgelegd.
Rede professor Langeveld.
Prof. dr. M. J. Langeveld zeide
slechts te willen spreken als paedagoog
en beriep zich op de woorden van den
1 minister van Onderwijs in de memorie
van antwoord, waarbij spr. zich voor
oogen stelde deze aan te vullen. Tal
van vakken zoomede vormen van op
voeding moeten medewerken aan de
opvoeding in staatsburgerlijken zin. In
de schoolpractijk moet men handelen.
Spr. achtte het staatsburgerlijke onder
wijs vereenigbaar met het onderwijs
doel- Gezien de tijd, welke disponibel
is, zal men zich echter af moeten vra
gen wat is de waarde van de vakken
Van synchronisatie was spr. geen voor-
v stander. Een compromis is niet moge
lijk. Ongeveer 4*4 pCt. van de jeugd
ontvangt thans staatsburgerlijk onder
wijs. Een verhooging van dit percen
tage is zeer wenschelijk. Men moet de
jeugd opvoeden tot staatsburgerlijk
besef. Van een bevredigenden toestand
is nauwelijks te spreken. Intieme ken
nis van taal, geschiedenis, cultuur enz.
ontbreekt de jeugd grootendeels, die
gevormd dient te worden. De aanknoo-
pingspunten moeten bij den leerling
komen uit ervaring. Opvoeding in ge
zindheid en taak moet het
zijn van de staatsburgerlijke
ding.
WIELRIJDER AANGEREDEN.
Vanochtend omstreeks 9 uur is op
den hoek van de Hemsterhuisstraat en
Vondelstraat de 21-jarige wielrijder
K. F. S. uit eerstgenoemde straat, aan
gereden door den 48-jarigen motor
rijder F. H. L. De wielrijder bekwam
een kneuzing in den rug en werd door
den geneeskundigen dienst overge
bracht naar het ziekenhuis aan den
Zuidwal, waar hij ter observatie is
opgenomen.
(Van onzen correspondent.)
Berlijn, December.
Aan alle dingen zit zoowel een goede
als een kwadb zijde; zoo ook aan de
verduistering. Over het algemeen ziet
men hier als gedupeerden slechts den
onaangenamen kant van de verduiste
ring, echter voor de wetenschap heeft
deze oorlogsmaatregel de gelegenheid
geopend, tal van problemen te onder
zoeken en op te lossen.
Een ieder ervaart het hier eiken
avond, als hij uit eer verlichte ruimte
in een volkomen verduisterde straat
treedt, dat hij bijna volkomen „blind” is
en dientengevolge niets ziet. Men moet
eenvoudig bij de deur blijven staan en
wachten tot de oogen aan duisternis
gewend zijn.
De tijd hiervoor noodig is bij een
ieder natuurlijk verschillend; bij den
één duurt het ongeveer 20 seconden,
alvorens hij in staat is, iets te her
kennen, bij den ander gaan enkele mi
nuten voorbij vóór hij zoover is.
Na ingesteld onderzoek is gebleken,
dat die snelheid van aanpassing der
oogen niet alleen individueel verschil-
eenige woorden en er
kwam leven op de binnenplaats. Lang
zaam werd een helft van de groote
deuren geopend. Achilles’ vertrouwde
zijn oogen niet. Er werd een auto bin
nengesleept, een groote helgekleurde
auto, waarin een dicht ingepakte ge
stalte zat.
Vier paarden met zadels,vier Ara
bierenhengsten trokken de machine, ’n
Auto in het fort!
O’Murphy! Gauw!
stand wist te bevrijden...
De stilte werd verbroken.
De wacht op den toren riep.
Achilles draaide zijn hoofd om
loerde zijwaarts.
De man riep eenige woorden
Gistermiddag vond in Boschlust
jaarvergadering plaats van de vereeni
ging tot behartiging van het onderwijs
in de staatswetenschappen alwaar het
vraagstuk der staatsburgerlijke opvoe
ding der jeugd aan de orde werd ge
steld.
De eerste spreker, prof. dr. M. J.
Langeveld, had als onderwerp gekozen
„De staatsburgerlijke opvoeding der
jeugd in de middelbare scholen”. De
andere spreker, prof. mr. C. W. de
Vries, voerde het woord over„De
moderne oorlogvoering en het publiek
recht”.
In egn kort openingswoord heette de
Voorzitter de aanwezigen welkom, in
het bijzonder de inspecteurs van het
middelbaar onderwijs van Andel, dr.
v. d. Weysz en dr. v. d. Ent, zoomede
de Kamerleden mr. Joekes en Smeenk.
haar sigarettenkoker! Zij opende het
étui en hield het Achilles voor.
De Griek kwam langzaam tot zich
zelf. De nevel voor zijn oogen begon
te wijken. Hij zag een vrouw... hoe
kwam die hier? Deed er niet toe,
hij zou in elk geval laten zien, dat hij
wist, hoe hij zich te gedragen had!
Achilles sprong op en maakte een bui
ging. Hij boog zich over de hand die
het étui vasthield.
Graag, zei hij met zyn beminne-
lijksten glimlach.
Toen hij een sigaret genomen had,
voelde hij zich plotseling heel licht...
hij vloog... hij vloog door de heele
kamer, sloeg tegen den muur, wegge
slingerd door de sterke armen van
O’Murphy. Daar lag hij als een vlieg,
die tegen het raam is gevlogen. Hij
keek op en veegde zich het bloed uit
het gezicht.
Ysot was opgesprongen, zij ging ach
ter haar stoel staan, haar hand om
klemde vast de revolver in haar tasch.
Voor haar stond de reus. Hij had
zjjn armen wijd uitgespreid en mom
pelde iets.
Sky! fluisterde hij en strekte zijn
armen naar haar uit.
Als je mij aanraakt, schiet ik,
schreeuwde Ysot, schril als in een
nachtmerrie en zij hief de kleine re
volver omhoog.
Daar vloog haar hand al opzij, en
het wapen viel kletterend op den grond.
Twee armen werden om haar heen ge
slagen zij voelde een ruige baard tegen
haar wang en kon nauwelijks meer
ademhalen.
sky, ik wist dat je terug zou ko
men]
als in een bankschroef.
De vrouw...
O’Murphy schrok. De vrouw! Wat
wilde zij in het fort. Wat wilde zy
hier van hem
Hij sloop naar zijn kast, nam de
laatste flesch sprit en zette haar aan
de lippen.
Ik ook? bedelde Achilles.
O’Murphy wierp de leege flesch in
een hóek.
Een prettige weldadige sluier trok
voor zijn oogen.
Sky was gekomen!...
Aimée! mompelde Achilles en
staarde naar de deur gereed om op
te springen.
Er werd geklopt.
O’Murphy’s ooren gonsden. Waarom
keek Achilles naar de deur? Direct
zou Sky komen, zijn Sky, wat ging
dat den anderen aan...?
O’Murphy hief zijn machtigen arm,
om Achilles opzij te schuiven... daar,
in de deur, stond ze! Hoe lang heeft
ze daar wel gestaan...?
Nu treedt zij de kamer binnen, heel
lang zwijgt ze, maar hoor je ze
spreekt. Begrijp je wat zij zegt? Zij
beweegt haar mond, ze glimlacht. Ja
het is Sky.
Sky... ze is,moe, ze heeft een groote
reis achter zich, wie weet, waar ze
vandaan komt. Hij wil ook niet vragen,
waar ze geweest is, nog nooit heeft
hij gevraagd... steeds vertrouwd... Zij
is moe, ze moet gaan zitten!
Traag wijst O’Murphy op een stoel,
die hij met zijn voet heeft verschoven.
De verschijning beweegt zich niet.
Waren dat Europeanen? De hemel
zjj haar genadig! Die reus daar, die
12)
Achilles was niet bang. Hij had tal
rijke wonden opgeloopen in eerlijke ge
vechten, of in duels van man tegen
man, maar dit ijzeren, onafwendbare
noodlot van deze zwijgende soldaten op
een verloren post, veroorzaakte een
beklemming, die hy tevergeefs van
zich trachtte te zetten. In dat opzicht
benijdde hij den zwaren onverschilligen
O Murphy, die zich met een hartigen
De nieuwbenoemde militaire attaché
van Hongarije, kolonel Coloman Har
dy, is vanmorgen door den minister
van Defensie ontvangen, waarna hij
een bezoek gebracht heeft aan den
opperbevelhebber van Land- en Zee
macht
De attaché is hedenmorgen tevens
door den Hongaarschen gezant, den
heer Bela Szent-Istvany, aan den mi
nister van Buitenlandsche Zaken voor
gesteld.
Ysot schreeuwde en voelde hoe d«
greep van de armen losser werd. Zij
tuimelde achteruit en strekte afwerend
haar armen uit. Toen opende zij haaf
oogen.
Haar scheenbeen werd pijnlijk ge*
raakt door een stoel. Voor haar voeten
wentelden twee mannen in verbitterde#
stryd. De kleine zwarte had zich vast
geklemd aan den reus, die boven op
hem lag. Hy wurgde hem byna, maat
de groote draaide zich om en greep
een arm van den kleine, die met hoog*
piepgeluiden begon te krijschen en los
liet.
Langzaam richtte O’Murphy zich
zoover op dat hij kon knielen.
Ysot week achteruit en zocht naaf
de klink van de deur.
Grommend verhief de reus zich en
in een paar groote passen was hji bij
haar.
Aimée!, schreeuwde Achilles,
zy is van my!
Toen O’Murphy zich omdraaide,
stond Ysot al in de gang. Zij verloof
haar zelfbeheersching, ze rende weg
van dat afschuwelijke daar, de gang
door, de duisternis in.
Daar hoort ze de dreunende stappen
van den reus achter zich. De gang
houdt op! Ze kan niet verder! Als zij
nu haar revolver nog maar hadV... Ze
slaat de handen voor het gezicht...
Daar hoort ze iemand roepen... het is
een andere stem. Ze opent haar oogen.
Snuivend staat de reus voor oen
man, een slankere en vee* kleiner*
man. Hij heft zijn hand op en zegt
iets. De groote wijkt terug... zullen z«
ook gaan vechten?
.(.Wordt vervoigdji
hoofdzakelijk afgaat op hetgeen hier
over door tijdgenooten is geschreven.
Daarnaast hebben wij een uiterst ge
ringe ontwikkeling van het administra
tief recht als wetenschap.
De tegenwoordige oorlog is een
tactische stellingoorlog, technische
materiaalslag en psychologische ze-
nuwstrijd. Wij weten thans niet,
welke verplichtingen zijn opgelegd
aan militairen en burgerbevol
king. Het administratief recht is
dus niet ingericht op den totalen krijg.
De weg, welke provisorisch is bewan
deld is, dat men het geheele land in
staat van oorlog heeft verklaard waar
bij de militairen het voor het zeggen
hebben. Gevolg is. dat wij niet weten
waar wij aan toe zijn met ons admini
stratief recht
Daarnaast rijst de vraag hoe staat
het met het staatsrechtsysteem en de
staatsinrichting in den democratischen
staat In de groote parlementaire
landen ziet men thans een gewel
dige macht van de executieve.’ In
Frankrijk is een centralisatie ge
groeid, welke de
de parlementaire
heeft doen verdwijnen. Moet men hier
mede rekening houden in de toekomst
Zal men komen tot een nieuw systeem
van een wetgevende macht samen
werkend met andere instanties dan het
parlement
Als vierde punt noemde prof, de
Vries, dat wij een zeer slecht begrip
hebben van de staatsmoraliteit. Een
wetenschap betreffende wat de overheid
mag en niet mag ontbreekt geheel. Tus-
schen staat en individu bestaat op dit
punt wel degelijk volgens spr. een
verschil. De eerste theoreticus op dit
gebied was de Italiaan Macchiavelli.
Zoo zijn er dus diverse moeilijkheden
Vat betreft het onderwijs. Moet de
leeraar groote activiteit betrachten of
als persoon spreken Men kan als do
cent slechts zijn persoon inzetten. Zoo
veel mogelijk overtuigd denken moet
worden doorgegeven. Het zal zaak zijn
zoo min mogelijk „lor” te zijn.
Vermeerderde opbrengst
De netto-opbrengst der vermakelijk
hedenbelasting bedroeg over December
1939 73.814,82. De opbrengst over
deze maand in 1938 en 1937 was resp.
60.201,41 en 73.098,50.
De netto-opbrengst over 1939 be
droeg 769.932,26, deze opbrengst was
over 1938 en 1937 resp. 762.185,76 en
754.209,96.
De bioscopen brachten over Decem
ber 1939 51.991,97 (v. j. 37.654,58)
op. De bioscopen brachten in 1939
500.830,62 (v. j. 467.728,86) op.
Rede professor mr. C. W.
de Vries.
Nadat prof. Langeveld eenige vragen
had beantwoord was het woord aan
prof. mr. C. W. de Vries.
Staatsburgerlijke vorming, aldus
deze, is overal te vinden. Elke geestes
wetenschap wordt doorgegeven naar
beneden. Het is voor docenten in
staatswetenschappen de taak om te
trachten zoo goed mogelijk die weten
schap te houden op de hoogte van den
tijd en om deze door te geven, zoodat
ieder zijn staatsburgerlijke vorming
krijgt. Gezamenlijk dient men te komen
tot een Nederlandsch staatsrechtelijk
staatssysteem. De moderne oorlog
heeft veel van onze levenswaarden
vernietigd. Vroeger kon men zeggen
er is oorlog, vrede en daartusschen
staat de neutraliteit Thans zijn er
verschillende nuances van neutrali
teit. Komt men nog wel daarom met
het oude rechtssysteem toe of moet
men komen tot een nieuwe staatsrech
telijke organisatie Het eerste gebrek
is onze uitermate slechte kennis van
de Nederlandsche staatsrechtelijke ge
schiedenis. Dit komt omdat men
M»
en