HAAGSCHE COURANT Op eenzamen post De verduistering Duitschland Donderdag 4 Januari 1940. STADSNIEUWS in De wetenschap profiteert ervan No. 17458. VIERDE BLAD. de DE IJSPRET VERMAKELIJKHEDENBELASTING 1939 GESPAN TEGEN TRAM OPGEREDEN. Ook op den vijver van het Gemeentemuseum in de residentie wordt druk schaatsen gereden. FEUILLETON. (Nadruk rerboden.) vloek uit een dergelijken gemoedstoe- DE STAATSBURGERLIJKE OP VOEDING DER JEUGD DE NIEUWE GEZANT VAN VENEZUELA. NIEUW BENOEMDE MILITAIRE ATTACHE VAN HONGARIJE JUBILEUM G. SOUTENDIJK. Morgen herdenkt de heer G. Souten- dijk den dag. waarop hij 25 jaar gele den in dienst trad bij de Semarang Cheribon Stoomtram Maatschappij de J. P. Coenstraat 2 alhier. hoofddoel opvoe- Op den Bezuidenhoutscheweg bij de van Linschotenstraat is gistermiddag een gespan, bestuurd door den 38-ja- rigen P. H. J. van W. uit de Hendrik Zwaardecroonstraat, omdat het links den hoek om reed, tegen een motorwa gen van lijn 4 gebotst. De wagen werd grootendeels vernield, de schade aan de tram was gering. Het paard be kwam een bloeduitstorting en werd door den kraanwagen van de brand weer naar zijn stal vervoerd. AFSCHEIDSBEZOEKEN JAPAN- SCHEN MILITAIREN ATTACHE. thans de i centralisatie oude idealen van democratie geheel haar aanstaart, alsof hij haar wilde opeten! Die verscheurde smerige uni form van die kerel... En die kleine daar, die hoekige, met, waarachtig, met ringen in zijn ooren en groeven in zijn gezicht, zoo diep als koorden van een zweep... En hier werd haar vader gevangen gehouden!... Waarom staar den die kerels haar zoo aan? Waarom zeiden ze niets? Zou Berrier gelijk gehad hebben? Zou ze zich hier over geleverd hebben op genade of onge nade?... Ysot herstelde zicht. Het beeld, dat haar oog aanschouwde, kwam haar opeens onwaarschijnlijk en spookach tig voor. Zij had het gevoel, alsof ze regelrecht de hel was binnengereden... Men moest praten, vooruit dan maar! Heeren, zei Ysot met vaste stem, kunt U mij misschien verklaren, waarom men mij heeft aangehouden en hierheen gebracht? Ze wachtte een oogenblik. Probeerde dan niemand zijn mond open te doen? Ze zag, dat de grootste een stoel naar haar toeschoof. Die lui schenen ten minste nog wel ongeveer te weten, hoe ze zich moesten gedragen. Plotseling merkte Ysot dat de mannen dronken waren, zoo dronken, als alleen wan hopige soldaten kunnen zijn. Nu ja, dan was het ook niet zoo erg. Nu be greep zij den toestand al beter. Dit waren beslist niet de bevelhebbers. Men zou wel spoedig komen om haar te halen. Onderwijl moest ze het met deze heeren klaar zien te spelen. Ze kon het beste aardig tegen hem zyn en hen wat te doen geven. Ysot greep in haar tasch en zocht koortsachtig. Eindelijk 1 Daar was lend is, doch ook voor de onderschei den rassen uiteenloopt. Het pigment der oogen is, wat de sterkte betreft, bij de rassen verschil lend. Bij de één is zij zwak, bij den ander sterk. De oogen van een Zuider ling zullen zich sneller aanpassen, dan die van een Noorderling. De ontvanke lijkheid voor licht van iemand van Zuidelijk type is zevenmaal zoo groot als bij ons Noorderlingen. Het onderscheid in aanpassing doet zich niet alleen bij menschen, doch eveneens bij de dieren gelden, en wel in nog sterker mate. Een typisch geval is het volgende: De Marburger profes sor Jansch heeft proeven genomen met kippen van Noordelijk en Zuidelijk ras. Hij bracht exemplaren van deze rassen tezamen in een tamelijk donkere ruim te, waarin rijkelijk graankorrels waren gestrooid. Aan de hand van een „stop watch" stelde hij vast, dat de kippen van Zuidelijk ras de korrels in 65 se conden gewaar werden, in tegenstelling met die van het Noordelijk ras, die hiervoor 500 seconden noodig hadden. Hierbij zij opgemerkt, dat een kip slechts met zijn oogen iets van zijn om geving gewaar kan worden en in een volkomen donkere ruimte verhongeren zou, ook al zat zij boven op de graan korrels. Andere dieren, die voor waar neming der omgeving niet uitsluitend In ons land aangekomen. Hier ter stede is aangekomen 8* nieuwe gezant van Venezuela bij hot Nederlandsche hof, dr. Jose Rafael Mote tilla. NEDERLANDSCHE PROTESTANTEN BOND. In de gisteravond gehouden bestuurs vergadering der afdeeling ’s-Graven- hage van den Nederlandschen Pro testantenbond werd tot voorzitter geko zen de heer D. Hans, die ook reeds vroeger als zoodanig heeft gefungeerd en zich bereid verklaarde de nieuwe be noeming te aanvaarden. Na verdeeling van andere functies werd het bestuur als volgt samenge steld: D. Hans, voorzitter, ir. N. Th. Verwey, vioe-voorzitter, E. Sonnega, secretaris, J. C. Burgersdijk, waarne mend penningmeester, mevr. T. Win- kel-Bloot, me\T. E. G. Hof st ede-Veen ho ven, ds. A. E. F. Junod, luit-generaal b. d. R. ten Seldam, C. F. Antheunissen, prof. ir. C. L. van Nes en A. Mondt jr., bestuursleden. Nog steeds staarde hij naar de vrouw. Wat wilde zij? Was het een gevangene? Zij leunde tegen den wagen en nam haar omgeving op. Ze was schijnbaar niet bang. Maar ze moest toch een gevangene zijn, want aan de zijde der Berbers kwamen geen woes- tynauto’s en gelakte koffers voor en... In het blauwe licht van de maan, zag O’Murphy plotseling haar gezicht, dat zich juist naar hem toewendde, en hem bemerkte. Het was Sky, die beneden stond, al leen iets grooter, wat sterker, wat flin ker, en toch Sky, smal en kinderlijk... O’Murphy leunde tegen den muur. Hy beefde als bij een aanval van ma laria. Toen keek hij naar Achilles. De Griek lag half over tafel. Hij had een flesch in de hand en loerde naar O’Murphy. Hij scheen heelemaal dronken te zijn. Met zware stappen ging de Ier naar hem toe. Wie heeft jou toestemming gege ven mijn kast open te maken? gromde hjj en klemde den arm van den ander Een vraagstuk van dezen tijd LEESSTOF VOOR GEMOBIU- SEERDEN. De heer Oudschans Dentz. leider rl<* afdeeling Boekverspreiding van het Alg. Nederlandsch Verbond schrijft on« o.m.Ofschoon de belangstelling in de eerste drie maanden van de mobilisatie zeer groot was en ons van alle kante” uit den Haag aanvragen bereikten, m* leesstof voor de gemobiliseerden te dne” afhalen, is er thans een merkbare ver mindering waar te nemen. Wel zijn wil dankbaar voor wat wij mochten ont vangen, maar nog niet voldaan. Gedo- rende de drie laatste maanden van 199t mochten wij bijna 2600 boeken en rui* 110.000 tijdschriften te hunner beschflk king stellen (53 kisten). Het behorf* geen betoog, dat er voor de vele dui zenden van land- en zeemacht eet* groote hoeveelheid lectuur noodig is of* te kunnen blijven geven, zoodat hc< aanbeveling verdient, dat men oos ver zoekt geregeld iedere maand de inza- melwagen te zenden om leesstof af ta halen. Het adres van ons Boekenhu» 1* thans Surinamestraat 28 (tel. 11250ft), De militaire attaché van Japan, ko lonel Takanobu Manaki, die binnen kort naar Japan terugkeert, heeft vanmorgen afscheidsbezoeken gebracht aan den minister van Defensie en aan den opperbevelhebber van Land- en Zeemacht. Gisteravond werd druk gereden op de ijsbanen De banen van de Nieuwe ’s-Graven- haagsche IJsvereeniging en van de Haagsche Ijsclub waren gisteravond voor het publiek opengesteld. Het was er gezellig rijden. Den geheelen avond daverde de muziek pittige marschen en vroolijke walsen over het ijs. Er was op beide banen vrij veel pu bliek aanwezig, maar toch* niet zooveel of ieder kon zich ongedwongen voort bewegen, zonder bang te zijn met de anderen in botsing te komen. Op de banen van de 's-Gravenhaagsche IJs vereeniging had men nog al hinder van den wind, daar deze in de lengte richting stond. Ook was het ijs op som mige plaatsen nogal „hobbelig”. De Haagsche IJsclub verkeerde wat dit betreft in een gunstiger positie. De wind stond daar dwars op de baan, zoodat men er betrekkelijk weinig last van had, terwijl het ijs, behoudens een kleine uitzondering, spiegelglad was. op hun oogen zijn aangewezen, zooals bijv, de hond, wennen veel vlugger aan duisternis dan de mensch. De verduistering der steden in Duitschland heeft voor ornithologen de mogelijkheid geopend voor het opdoen van nieuwe ervaringen. Verschillende vragen ten aanzien van den vogeltrek hebben haar oplossing gekregen. Algemeen werd aangenomen, dat rond vliegende vogels zich in den nacht oriënteerden door het lichtschijnsel der steden. Thans is echter gebleken, dat deze opvatting onjuist is. Alle vogels trokken ook dezen herfst weer langs de gewone route over de volkomen ver duisterde dorpen en steden. Daarmede is bewezen, dat deze trek vogels, evenals andere dieren en enkele in de steppen wonende volken, een bij zonder richtingsgevoel hebben, welke het hun mogelijk maakt óók in de duis ternis hun weg te vinden. Zelfs kan men zeggen, dat het uit stralen van licht den vogels alleen ge stoord heeft op hun nachtelijke tochten. Immers, terwijl men in normale om standigheden ’s nachts de vogels hoor den schreeuwen, zochten zij nu geluid loos hun weg. De verduistering schijnt dus voor hen aangenaam te zijn. Hetzelfde is het geval met de astro nomen. Zij stellen vast, dat het waar nemen van den sterrenhemel tot veel gunstiger resultaten heeft geleid. Ook schijnt de duisternis op het tijds gevoel der menschen van invloed te zijn, alhoewel het onderzoek dienaan gaande nog niet geëindigd is. O’Murphy zag op, langzaam en nieuwsgierig ging hij naar het venster. Achilles’ hand greep zijn arm. Een vrouw...! fluisterde de Griek. O’Murphy staarde op de binnen plaats. De deur van de auto was ge opend en de bestuurder was eruit ge- gesprongen en rekte de ledematen. O’Murphy zag, dat zij een slanke yrouw was, in rijbroek en kaplaarzen. Nu sloeg zij den korten sluier terug. O’Murphy en Achilles verdrongen el kaar voor het venster. Tot O’Murphy zyn kameraad opeens met een enkele handbeweging opzij drong. W. P. WEBER. t Hier ter stede is gisteren op ruift* 65-jarigen leeftijd overleden de heer W. P. Weber, oud-directeur der le Gemeen telijke Handelsschool alhier. De thans ontslapene werd 19 Augus tus 1874 hier ter stede geboren. Hij stu deerde voor onderwijzer, behaalde de hoofdakte, verschillende lagere akte» en de middelbare akten voor Fransel* en Duitsch. In verschillende plaatsen van ons land was hij als onderwijzer bij het lager en Mulo-onderwijs werkzaam. In 1918 werd hij benoemd tot leeraar aan de Handelsschpol te Alkmaar en in 1918 aan de Gemeentelijke Handelsschool al hier, waar hij tevens les gaf aan de Han- delsavondschool en de Kweekschool van het Haagsch Genootschap. In 1933 volg de zijn benoeming tot directeur der 1* Gemeentelijke Handelsschool, welke be trekking hij bekleedde tot 1937, toen hij zijn ambt neerlegde. De overledene genoot een uitnemend* reputatie in onderwijskringen. Zijn leerboeken op economisch gebied zijn ft* het geheele land bekend. Veie jaren wa» de heer Weber examinator bij de post- examens en bij de examens voor amb tenaren bij de griffie en tot het laatst toe was hij lid van de examencommissie voor Duitsch van de Vereeniging van Leeraren in de Handelswetenschappen- De overledene was tevens een zeer ge ziene figuur in .JPulchri Studio”, van welks sociëteit hij commissaris was. De crematie van het stoffelijk over schot zal Zaterdag te Westerveld plaat* hebben na aankomst van den trein «n 11.40 uur. Voorden Maranath a-K r ju g> den Haag, zal morgenavond sprek* K heer Heere Heeresma. godsdienstonder wijzer Ned. Herv. gemeente te Annter- dam, over het onderwerp: „De zetarst* veiligstelling voor het heden en toe komst”. Op Maandagavond 15 Jan zal prof. dr. H. Kraemer, hoogleeraar aan de Rijksuniversiteit te Leiden, daartoe uitgenoodigd door de Zen* dingscommissie van de Duinoordkerk, spreken over„De marschorder der Christelijke Kerk”. Voor den Nederlandschen Zionistenbond, afd. den Haag, spreekt op Woensdag 17 Januari dr. A. «lees over „Zionisme en Philantropie”, NIEUWJAARSBEZOEKEN BIJ DEN MINISTER VAN DEFENSIE. Bij den minister van Defensie heb ben de militaire attaché van België, kolonel P. J. Diepenrijkx, en de mili taire attaché van Groot-Brittannië, kolonel W. L. Gibson, Nieuwjaarsbe zoeken afgelegd. Rede professor Langeveld. Prof. dr. M. J. Langeveld zeide slechts te willen spreken als paedagoog en beriep zich op de woorden van den 1 minister van Onderwijs in de memorie van antwoord, waarbij spr. zich voor oogen stelde deze aan te vullen. Tal van vakken zoomede vormen van op voeding moeten medewerken aan de opvoeding in staatsburgerlijken zin. In de schoolpractijk moet men handelen. Spr. achtte het staatsburgerlijke onder wijs vereenigbaar met het onderwijs doel- Gezien de tijd, welke disponibel is, zal men zich echter af moeten vra gen wat is de waarde van de vakken Van synchronisatie was spr. geen voor- v stander. Een compromis is niet moge lijk. Ongeveer 4*4 pCt. van de jeugd ontvangt thans staatsburgerlijk onder wijs. Een verhooging van dit percen tage is zeer wenschelijk. Men moet de jeugd opvoeden tot staatsburgerlijk besef. Van een bevredigenden toestand is nauwelijks te spreken. Intieme ken nis van taal, geschiedenis, cultuur enz. ontbreekt de jeugd grootendeels, die gevormd dient te worden. De aanknoo- pingspunten moeten bij den leerling komen uit ervaring. Opvoeding in ge zindheid en taak moet het zijn van de staatsburgerlijke ding. WIELRIJDER AANGEREDEN. Vanochtend omstreeks 9 uur is op den hoek van de Hemsterhuisstraat en Vondelstraat de 21-jarige wielrijder K. F. S. uit eerstgenoemde straat, aan gereden door den 48-jarigen motor rijder F. H. L. De wielrijder bekwam een kneuzing in den rug en werd door den geneeskundigen dienst overge bracht naar het ziekenhuis aan den Zuidwal, waar hij ter observatie is opgenomen. (Van onzen correspondent.) Berlijn, December. Aan alle dingen zit zoowel een goede als een kwadb zijde; zoo ook aan de verduistering. Over het algemeen ziet men hier als gedupeerden slechts den onaangenamen kant van de verduiste ring, echter voor de wetenschap heeft deze oorlogsmaatregel de gelegenheid geopend, tal van problemen te onder zoeken en op te lossen. Een ieder ervaart het hier eiken avond, als hij uit eer verlichte ruimte in een volkomen verduisterde straat treedt, dat hij bijna volkomen „blind” is en dientengevolge niets ziet. Men moet eenvoudig bij de deur blijven staan en wachten tot de oogen aan duisternis gewend zijn. De tijd hiervoor noodig is bij een ieder natuurlijk verschillend; bij den één duurt het ongeveer 20 seconden, alvorens hij in staat is, iets te her kennen, bij den ander gaan enkele mi nuten voorbij vóór hij zoover is. Na ingesteld onderzoek is gebleken, dat die snelheid van aanpassing der oogen niet alleen individueel verschil- eenige woorden en er kwam leven op de binnenplaats. Lang zaam werd een helft van de groote deuren geopend. Achilles’ vertrouwde zijn oogen niet. Er werd een auto bin nengesleept, een groote helgekleurde auto, waarin een dicht ingepakte ge stalte zat. Vier paarden met zadels,vier Ara bierenhengsten trokken de machine, ’n Auto in het fort! O’Murphy! Gauw! stand wist te bevrijden... De stilte werd verbroken. De wacht op den toren riep. Achilles draaide zijn hoofd om loerde zijwaarts. De man riep eenige woorden Gistermiddag vond in Boschlust jaarvergadering plaats van de vereeni ging tot behartiging van het onderwijs in de staatswetenschappen alwaar het vraagstuk der staatsburgerlijke opvoe ding der jeugd aan de orde werd ge steld. De eerste spreker, prof. dr. M. J. Langeveld, had als onderwerp gekozen „De staatsburgerlijke opvoeding der jeugd in de middelbare scholen”. De andere spreker, prof. mr. C. W. de Vries, voerde het woord over„De moderne oorlogvoering en het publiek recht”. In egn kort openingswoord heette de Voorzitter de aanwezigen welkom, in het bijzonder de inspecteurs van het middelbaar onderwijs van Andel, dr. v. d. Weysz en dr. v. d. Ent, zoomede de Kamerleden mr. Joekes en Smeenk. haar sigarettenkoker! Zij opende het étui en hield het Achilles voor. De Griek kwam langzaam tot zich zelf. De nevel voor zijn oogen begon te wijken. Hij zag een vrouw... hoe kwam die hier? Deed er niet toe, hij zou in elk geval laten zien, dat hij wist, hoe hij zich te gedragen had! Achilles sprong op en maakte een bui ging. Hij boog zich over de hand die het étui vasthield. Graag, zei hij met zyn beminne- lijksten glimlach. Toen hij een sigaret genomen had, voelde hij zich plotseling heel licht... hij vloog... hij vloog door de heele kamer, sloeg tegen den muur, wegge slingerd door de sterke armen van O’Murphy. Daar lag hij als een vlieg, die tegen het raam is gevlogen. Hij keek op en veegde zich het bloed uit het gezicht. Ysot was opgesprongen, zij ging ach ter haar stoel staan, haar hand om klemde vast de revolver in haar tasch. Voor haar stond de reus. Hij had zjjn armen wijd uitgespreid en mom pelde iets. Sky! fluisterde hij en strekte zijn armen naar haar uit. Als je mij aanraakt, schiet ik, schreeuwde Ysot, schril als in een nachtmerrie en zij hief de kleine re volver omhoog. Daar vloog haar hand al opzij, en het wapen viel kletterend op den grond. Twee armen werden om haar heen ge slagen zij voelde een ruige baard tegen haar wang en kon nauwelijks meer ademhalen. sky, ik wist dat je terug zou ko men] als in een bankschroef. De vrouw... O’Murphy schrok. De vrouw! Wat wilde zij in het fort. Wat wilde zy hier van hem Hij sloop naar zijn kast, nam de laatste flesch sprit en zette haar aan de lippen. Ik ook? bedelde Achilles. O’Murphy wierp de leege flesch in een hóek. Een prettige weldadige sluier trok voor zijn oogen. Sky was gekomen!... Aimée! mompelde Achilles en staarde naar de deur gereed om op te springen. Er werd geklopt. O’Murphy’s ooren gonsden. Waarom keek Achilles naar de deur? Direct zou Sky komen, zijn Sky, wat ging dat den anderen aan...? O’Murphy hief zijn machtigen arm, om Achilles opzij te schuiven... daar, in de deur, stond ze! Hoe lang heeft ze daar wel gestaan...? Nu treedt zij de kamer binnen, heel lang zwijgt ze, maar hoor je ze spreekt. Begrijp je wat zij zegt? Zij beweegt haar mond, ze glimlacht. Ja het is Sky. Sky... ze is,moe, ze heeft een groote reis achter zich, wie weet, waar ze vandaan komt. Hij wil ook niet vragen, waar ze geweest is, nog nooit heeft hij gevraagd... steeds vertrouwd... Zij is moe, ze moet gaan zitten! Traag wijst O’Murphy op een stoel, die hij met zijn voet heeft verschoven. De verschijning beweegt zich niet. Waren dat Europeanen? De hemel zjj haar genadig! Die reus daar, die 12) Achilles was niet bang. Hij had tal rijke wonden opgeloopen in eerlijke ge vechten, of in duels van man tegen man, maar dit ijzeren, onafwendbare noodlot van deze zwijgende soldaten op een verloren post, veroorzaakte een beklemming, die hy tevergeefs van zich trachtte te zetten. In dat opzicht benijdde hij den zwaren onverschilligen O Murphy, die zich met een hartigen De nieuwbenoemde militaire attaché van Hongarije, kolonel Coloman Har dy, is vanmorgen door den minister van Defensie ontvangen, waarna hij een bezoek gebracht heeft aan den opperbevelhebber van Land- en Zee macht De attaché is hedenmorgen tevens door den Hongaarschen gezant, den heer Bela Szent-Istvany, aan den mi nister van Buitenlandsche Zaken voor gesteld. Ysot schreeuwde en voelde hoe d« greep van de armen losser werd. Zij tuimelde achteruit en strekte afwerend haar armen uit. Toen opende zij haaf oogen. Haar scheenbeen werd pijnlijk ge* raakt door een stoel. Voor haar voeten wentelden twee mannen in verbitterde# stryd. De kleine zwarte had zich vast geklemd aan den reus, die boven op hem lag. Hy wurgde hem byna, maat de groote draaide zich om en greep een arm van den kleine, die met hoog* piepgeluiden begon te krijschen en los liet. Langzaam richtte O’Murphy zich zoover op dat hij kon knielen. Ysot week achteruit en zocht naaf de klink van de deur. Grommend verhief de reus zich en in een paar groote passen was hji bij haar. Aimée!, schreeuwde Achilles, zy is van my! Toen O’Murphy zich omdraaide, stond Ysot al in de gang. Zij verloof haar zelfbeheersching, ze rende weg van dat afschuwelijke daar, de gang door, de duisternis in. Daar hoort ze de dreunende stappen van den reus achter zich. De gang houdt op! Ze kan niet verder! Als zij nu haar revolver nog maar hadV... Ze slaat de handen voor het gezicht... Daar hoort ze iemand roepen... het is een andere stem. Ze opent haar oogen. Snuivend staat de reus voor oen man, een slankere en vee* kleiner* man. Hij heft zijn hand op en zegt iets. De groote wijkt terug... zullen z« ook gaan vechten? .(.Wordt vervoigdji hoofdzakelijk afgaat op hetgeen hier over door tijdgenooten is geschreven. Daarnaast hebben wij een uiterst ge ringe ontwikkeling van het administra tief recht als wetenschap. De tegenwoordige oorlog is een tactische stellingoorlog, technische materiaalslag en psychologische ze- nuwstrijd. Wij weten thans niet, welke verplichtingen zijn opgelegd aan militairen en burgerbevol king. Het administratief recht is dus niet ingericht op den totalen krijg. De weg, welke provisorisch is bewan deld is, dat men het geheele land in staat van oorlog heeft verklaard waar bij de militairen het voor het zeggen hebben. Gevolg is. dat wij niet weten waar wij aan toe zijn met ons admini stratief recht Daarnaast rijst de vraag hoe staat het met het staatsrechtsysteem en de staatsinrichting in den democratischen staat In de groote parlementaire landen ziet men thans een gewel dige macht van de executieve.’ In Frankrijk is een centralisatie ge groeid, welke de de parlementaire heeft doen verdwijnen. Moet men hier mede rekening houden in de toekomst Zal men komen tot een nieuw systeem van een wetgevende macht samen werkend met andere instanties dan het parlement Als vierde punt noemde prof, de Vries, dat wij een zeer slecht begrip hebben van de staatsmoraliteit. Een wetenschap betreffende wat de overheid mag en niet mag ontbreekt geheel. Tus- schen staat en individu bestaat op dit punt wel degelijk volgens spr. een verschil. De eerste theoreticus op dit gebied was de Italiaan Macchiavelli. Zoo zijn er dus diverse moeilijkheden Vat betreft het onderwijs. Moet de leeraar groote activiteit betrachten of als persoon spreken Men kan als do cent slechts zijn persoon inzetten. Zoo veel mogelijk overtuigd denken moet worden doorgegeven. Het zal zaak zijn zoo min mogelijk „lor” te zijn. Vermeerderde opbrengst De netto-opbrengst der vermakelijk hedenbelasting bedroeg over December 1939 73.814,82. De opbrengst over deze maand in 1938 en 1937 was resp. 60.201,41 en 73.098,50. De netto-opbrengst over 1939 be droeg 769.932,26, deze opbrengst was over 1938 en 1937 resp. 762.185,76 en 754.209,96. De bioscopen brachten over Decem ber 1939 51.991,97 (v. j. 37.654,58) op. De bioscopen brachten in 1939 500.830,62 (v. j. 467.728,86) op. Rede professor mr. C. W. de Vries. Nadat prof. Langeveld eenige vragen had beantwoord was het woord aan prof. mr. C. W. de Vries. Staatsburgerlijke vorming, aldus deze, is overal te vinden. Elke geestes wetenschap wordt doorgegeven naar beneden. Het is voor docenten in staatswetenschappen de taak om te trachten zoo goed mogelijk die weten schap te houden op de hoogte van den tijd en om deze door te geven, zoodat ieder zijn staatsburgerlijke vorming krijgt. Gezamenlijk dient men te komen tot een Nederlandsch staatsrechtelijk staatssysteem. De moderne oorlog heeft veel van onze levenswaarden vernietigd. Vroeger kon men zeggen er is oorlog, vrede en daartusschen staat de neutraliteit Thans zijn er verschillende nuances van neutrali teit. Komt men nog wel daarom met het oude rechtssysteem toe of moet men komen tot een nieuwe staatsrech telijke organisatie Het eerste gebrek is onze uitermate slechte kennis van de Nederlandsche staatsrechtelijke ge schiedenis. Dit komt omdat men M» en

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1940 | | pagina 13