Als het ijs Weer een Nederlandsche van ijn te Huisduinen ontploft HAAGS» COURANT VAN DONDERDAG 18 JANUARI 1940 De in het ijs beknelde schepen Het tot zinken brengen de „Arendskerk” aan- gericht Aanzienlijke schade Onder kogelregen gedwongen tot stoppen „Holland” en de „IJssel” verloren weer gaat werken ook de was aan der Niet de aard was Hoe de stemming boord DERDE BLAD, PAGINA 1. lading, doch de bestemming noodlottig wi de De den De bemanning verlaat de door het ijs gekraakte en zinkende r\ I r» zl II Weerkundige Waarnemingen Gedeeltelijke herstelling van schade van de vorige ontploffing weer verwoest „Friesland”. De ijsvlet verlaat de „Holland” om te trachten Elburg te bereiken bemanning te Lissabon Een relaas van gezagvoerder W na as- Een dag vol sensatie. gespaard zijn gebleven, of- twaalf was van gebroken spiegels levert deze salon een troosteloos aanzien, doch bij nadere beschouwing valt de schade hier nogal mede. Beide schepen hebben echter zoo- als kapitein Berends van de „IJssel" zeide hun kracht verloren, door de schade aan de constructie. De scheeps wanden zijn hierdoor niet meer in staat weerstand te bieden tegen grooten druk en mocht de wind het ijs wederom op stuwen, dan wordt de toestand zeer précair. Op onzen tocht naar Elburg merkten wij tegen elf uur, dat er inderdaad werking in het ijs was gekomen. Er kwam uit het Noorden een sneeuw storm opzetten. Langs de kust waren echter maatregelen getroffen om spoe dig hulp te kunnen bieden zoodat de levens van de opvarenden naar alle waarschijnlijkheid geen gevaar zouden loopen. Sportvlieger bracht bood schap van den burgemees ter van Urk. sche- brief leden welke vuren ons mij Barometerstand van hedenmiddag 12 uur Gc O I i i i i i De kapitein van de „Arendskerk”, jvelk schip Maandag in de Golf van Biscaje werd getorpedeerd, heeft gister avond uit Lissabon aan de reederij, de Vereenigde Nederlandsche Scheepvaart De bewoners zijn nog vannacht naar den Helder vertrokken, omdat hun hui zen onbewoonbaar waren geworden. Verderop in het dorp hebben winkels en particuliere woningen eveneens weer schade opgeloopen. Voor sommige huizen zaten nog de houten betimme ringen, welke daar op 31 December zijn aangebracht. Van andere waren de pas-aangebrachte ruiten weer wegge slagen. Wij spraken nog met verschillende bewoners van Huisduinen, die ons ver zekerden, dat de schade ditmaal die van 30 December overtreft. Bij een kruidenier in de Badhuisstraat vond men een mijnscherf in den suikerpot. Een flesch met lisol was kapot gesla gen en had een kruidenierswaren maakt. Merkwaardig is, dat tal ruiten, die met kruisbandjes beplakt waren, schoon wij ook konden const ateeren, dat dit hulpmiddel in vele gevallen niet gebaat had. De voornaamste wijzigingen, welke zich sinds gisteren in de drukverdeeling voor deden, worden gevormd door een stijging van den luchtdruk in het Oosten van ons waarnemingsgebied. Zoo is sinds gisteren de barometer over de Randstaten gestegen en over Duitschland moet zich een afzon derlijke hooge drukkern hebben gevormd. Ook over den Balkan en Scandinavië houdt het rijzen van de barometer aan. Het blijft in het Oosten nog buitengewoon koud; zoo werd aan de Finsche Golf van morgen nog een temperatuur van -36 graden waargenomen. Ook het Oosten van ons land bevindt zich nog in de koude continentale luchtstrooming. Over de Noorsche Zee en de Noordzee ligt nog een vlak lage drukgebied, dat vermoedelijk Zuidwestwaarts zal trekken. De arctische hoogedruk over Groenland nam iets in beteekenis af, doch een af zonderlijke hooge drukkern nabij Noord- Spanje nam toe. Op den Oceaan is nog steeds weinig depressie-activiteit. Zonsopgang: 19 Jan. 8.01 uur. Zonsondergang: 19 Jan. 4.21 uur. Lantarens aan: 19 Jan. tot 7.29 u. v.m.; 19 Jan. nam. 4.52 u. Hoogwater te Scheveningen. 19 Jan. ’s morgens 8.50 u.; nam. 9.30 u. Morgen géén schietoefeningen op het strand. Onderhoud met den burge meester van den Helder. hadden vanochtend schenen op het ijs de woorden „indien noodig lichtseinen”. Onmiddellijk keer de de piloot naar Urk terug om het antwoord bij den burgemeester te laten afgeven. Luit. Sluijters vertelde nog, dat hij gezien had, dat de achtersteven van een der schepen geleidelijk zonk, ter wijl een tweede schip water maakte. Aan het derde vaartuig kon hij niets bijzonders bemerken. ijs gemaakt om de beenen te strekken. Al spoedig na het vertrek uit de Oranjesluizen werd aan boord van de „Holland” bekend, dat een der op varenden een jubileum vierde. Kapi tein Dorenspleet herdacht op 15 Januari den dag waarop hij veertig jaar geleden voor het eerst als matroos ging varen. Uiteraard werd hij van alle kanten met dit feit hartelijk geluk- gewenscht. De 66-jarige had het even wel te druk om zich te laten fêteeren, maar ongemerkt ging deze gebeurtenis zeker niet voorbij. De nacht van Maandag op Dinsdag werd door de genood igden doorge- bracht in de eerste klasse kajuit, waar de banken wel smal waren, doch de kussens, welke er op lagen, een zachte matras vormden. Er was evenwel niet op gerekend, dat in het ijs overnacht moest worden en derhalve waren slechts weinig dekens aan boord. Men behielp zich met overjassen en truien zoo goed en zoo kwaad als het ging en al waren verschillende opvarenden den volgenden ochtend wat stijver, dan den avond tevoren, over het algemeen was goed geslapen. Barometer alhier v.m. 8 uur 763 m.m^ v.m. 12 uur 763i m.m.; thermometer resp. 0 gr. en J gr. Celsius. Barometer na hedenmiddag 12 uur» stijgende. Verwachting tot den avond van 19 Jan.s Voor Zuid-Holland, Zeeland en Westelijk Noord-Brabant: Wind: meest zwak, ver anderlijk; betrokken tot zwaarbewolkte lucht en aanvankelijk nog sneeuw; om het vriespunt tot lichte vorst. Voor het overige gedeelte van het land: Wind: zwak tot matig. Zuidelijk tot Zuid oostelijk; strenge tot matige vórst; be trokken tot halfbewolkte lucht; plaatselijk nog eenige sneeuw. De stemming aan boord. De stemming aan boord van de „Holland” bleef, ondanks de tegensla gen aanvankelijk was er op gere kend, dat de schepen Maandagavond Kampen zouden bereiken zeer op gewekt. Een uitstekende hofmeester zorgde voor den inwendigen mensch en zoolang de machines draaiden, werd stoom door de verwarmingsinstallaties geblazen, zoodat in de eerste klasse ka- juist een hoogst behaaglijke warmte was te genieten. De gasten van den heer Koppe, een vrouwelijke en een mannelijke passa gier, twee pers-fotografen, een film operateur en de A.N.P.-verslaggever, maakten het zich zoo gezellig mogelijk. Vooral nadat de situatie bedenkelijk was geworden had men veel steun aan elkaar en onze vrouwelijke opvarende gaf blijken van moed en sportiviteit, waaraan vele mannen een voorbeeld kunnen nemen. Toen de schepen Maandagochtend voor zonsopgang van Amsterdam ver trokken bestond er aanvankelijk bij de genoodigden groote belangstelling voor het breken van het ijs. Nadat Pampus echter gepasseerd was en alles zeer vlot verliep daalde de belangstelling sterk en al spoedig zaten de persmen- schen om een tafeltje geschaard, ver diept in het schoone kaartspel, dat den titel van „miezemauzen” draagt. Tal rijke krachtige verhalen deden de ronde en herhaaldelijk daverde de ka juit van den lach. De heerlijke maal tijden, welke de hofmeester uit het kleine kombuisje wist te tooveren, deden zich goed smaken en wanneer de schepen voor het schoonmaken van de vuren een half uurtje moesten stil liggen werden wandelingetjes over het groote hoeveelheid onverkoopbaar ge- van waren bleken was, dat de schepen minder hachelijk aanvankelijk werd verondersteld reeds was de bagage en de proviand naar het bovendek overgebracht, in geval het schip zou zinken week de bedruktheid spoedig, De bemanning trachtte door het ont steken van vuren den wal opmerkzaam te maken op onze positie en later bleek, dat men op Urk de bedoeling begrepen had. Tegen half twaalf werden de „kooien”, d.w.z. de banken in de eerste klasse kajuit en in de dekkajuit opge zocht met het oog op het gevaar was het slapen beneden uitgesloten en weldra heerschte op het schip een oogenschijnlijk diepe rust. In werke lijkheid werd echter met één oog dicht geslapen en ieder geluidje van het ijs of het schip had de volle aandacht. Ieder wist immers wat het zou betee- kenen wanneer het ijs zijn verraderlijke kracht zou toonen en de gedachte mid den in den nacht met een vorst van ruim 10 graden Celsius en een sterken Noordoosten wind het ijs te moeten opgaan om de kust te bereiken niet bepaald geruststellend. Het is evenwel allemaal goed afge- Levensmiddelen per ijsvlet onderweg Vanochtend tusschen half negen en half elf heeft een Fokker F 7 a van de K.L.M., bestuurd door Parmentier, een retourvlucht naar het eiland Urk ge maakt. Bij zijn terugkomst op Schiphol ver telde Parmentier, die opdracht had uit te kijken naar de drie vastgeraakte schepen en de daarheen op weg zijnde ijsbrekers „Wilhelmina Goedkoop” en „Daniël Goedkoop”, dat hij tengevolge van het slechte zicht er woedde een hevige sneeuwjacht de twee laatst genoemde sleepbooten niet heeft kun nen ontdekken. Wel cirkelde hij boven het ingevroren konvooi en wisselde hij seinen met de opvarenden. Deze schre ven met kolen op het ijs, dat voedsel noodig was. Naar wij van de reederij Koppe ver namen, was er reeds vanochtend om kwart over acht een ijsvlet uit Elburg met levensmiddelen naar de schepen onderweg, zoodat deze in den vroegen middag daar verwacht konden worden. Met spanning wacht men thans op be richten over de positie van de ter sistentie uitgezonden ijsbrekers. Parmentier, die om elf uur met een DC 3 van Schiphol via Eelde naar Schiermonnikoog en Ameland is ver trokken voor het overbrengen van post, zou opnieuw probeeren de positie der sleepbooten vast te stellen. Ook op Urk tuurt men met verre kijkers de ijsvlakte af om een silhouet van de schepen op te vangen. Daar het zicht den geheelen ochtend slecht was, hoopte men, dat het weer zou opklaren, opdat men zich een beeld van de situatie zou kunnen vormen. loopen en toen wij gistermiddag voet aan wal zetten bij Elburg, na een ver- moeienden tocht over het ijs, dat on der den druk van een 700 kilo wegen de vlet vervaarlijk kraakte, waren wij zeer dankbaar, het avontuur er heel huids afgebracht te hebben. Onze gedachten gaan nu uit naar de mannen, die op de schepen achter bleven „Behouden thuiskomst mannen van de „Friesland”, de „IJssel” en de „Holland”. Jullie hebben een neder laag geleden tegen het ijs en er is veel verloren gegaan, wat jullie lief is, maar laat het een troost zijn, dat iedereen, die jullie aan het werk heeft gezien er van overtuigd is, dat jullie gedaan hebben, wat jullie konden om den tocht tot een goed einde te brengen.” Gisteravond om half twaalf is we derom een Nederlandsche mijn, welke door den Westerstorm naar de kust was gedreven, vlak voor de Badhuisstraat, die van het dorp uit toegang tot den boulevard geeft, uit elkaar gesprongen. Een gat van acht meter werd bij hoog water in den dijk geslagen. De schade, door deze ontploffing veroorzaakt, is grooter dan die van de ontploffing van 30 Decem ber, toen de schade op ruim 7000 gulden werd geschat Huisduinen een ruïne. Reeds was men in Huisduinen voor de helft gereed met het herstellen van de schade van de vorige ontploffing en was voor duizenden guldens aan nieuw materiaal verwerkt, toen deze mijn alles weer kwam verwoesten. Daar deze mijn iets Zuidelijker uit elkaar sprong, werden ditmaal villa’s en huizen, welke op 30 December vrij wel gespaard bleven, tot een ruïne ge maakt, Van het hotel, annex paviljoen van de N.V. Zeebad Huisduinen, waarvan men thans bijna alle ruiten, die op 30 December gesneuveld waren, weer had aangebracht, was nu letter lijk geen ruit meer heel. De groote zaal lag bezaaid met glasscherven. Het meu bilair van het restaurant lag in groot» wanorde door elkaar en het ziet er naar uit, dat het hotel voorloopig niet in bedrijf kan worden gesteld. Ruiten en vensters van deuren waren met sponning en al verbrijzeld. Tallooze pannen waren van het dak gerukt et. verscheidene daken van huizen in de omgeving ingedrukt. De villa’s van de N.V. Zeebad Huisduinen, die eveneens gedeeltelijk hersteld waren, ziqp er weer even troosteloos en geruïneerd uit, als na de ontploffing op 30 De cember. Ook het Roode Kruis-gebouw, dat op den uitersten duinrand staat en een aantal villa’s van particulieren uit den Helder, gelegen aan de Kijkduin- laan, bewoond door officieren en hun gezinnen, welke villa’s de vorige maal gespaard bleven, werden ditmaal ern stig beschadigd. i Voor de tweede maal is de bad plaats Huisduinen door een mijn ontploffing ernstig beschadigd. Nog versch lag in de herinnering van de bewoners de dubbele ramp van 30 December, toen, zoowel in den vroegen ochtend als des avonds, een mijn vlak voor het dorp tegen den dijk tot explosie kwam en geweldige schade aanrichtte. sommige bewoners naar den Helder waren getrokken. Er is, zoo zeide de burgemeester ons, veel meer vernield, dan den vorigen keer. De toestand van het hotel is vrijwel onhoudbaar ge worden en wij dienen ons ernstig te beraden, wat gedaan moet worden voor de naaste toekomst. De schade herstellen of niet. Wij herinneren er namelijk aan, dat de gemeente de vo rige week aan de N.V. Zeebad Huis duinen een renteloos voorschot heeft verstrekt van 7000 gulden om de schade van de ramp van 30 December te herstellen. Zulks in de hoop, dat het Rijk deze schade zal vergoeden, aan gezien deze werd veroorzaakt door een Nederlandsche mijn, zooals ook ditmaal het geval is. Deze ontploffing heeft echter de vraag doen rijzen, of het wel raadzaam is, dadelijk aan te van gen met het herstel van de schade, ge- zien de mogelijkheid, dat zich binnen enkele dagen weer een ontploffing kan voordoen. Het niet in bedrijf brengen van het hotel brengt echter ook schade met zich mee, waarbij de gemeente, welke bij de N.V. Zeebad Huisduinen geïnteresseerd is, betrokken wordt. Ook het Fonds voor bijzondere nooden had tegenover de bewoners van Huisduinen, die zelf niet in staat waren, de schade te herstellen, een tegemoet komende houding aangenomen en reeds was voor enkele honderden guldens her steld, toen ook deze woningen weder om werden getroffen. Bij deze ramp hebben zich geen persoonlijke ongeluk ken voorgedaan. Naar wij verder vernamen heeft de marine gisteravond bij het fort Hars- sens voor den haveningang een drijven de mijn onschadelijk gemaakt. uitvoeren om de te brengen. Luit, op geringe hoogte pen en wierp vervolgens met ballast omlaag. Nadat der bemanning den inhoud hadden ge schreven zij met kolen op het „neen”. De piloot naar De redacteur van het A.N.P., die den tocht met het s.s. „Holland” mede- maakte, schrijft na zijn terugkeer in Amsterdam nog het volgende: De toestand van de drie schepen van de reederij Koppe N.V. de „Fries land”, de „Holland” en de „IJssel” was, toen wij gistermorgen om half tien met de ijsvlet naar Elburg vertrok ken, niet ongunstig. Er was geen wind en de zon scheen prachtig. Het ijs was wolkomen rustig, zoodat althans op dat oogenblik, voor de 26 achtergeble ven opvarenden geen gevaar te vree- zen was. De toestand van de schepen is n.l. van dien aard, dat, indien het ijs weer gaat kruien, ook de „Holland” en de „IJssel’ ’als verloren beschouwd moeten worden. Van de „Friesland” zal, zooals reeds eerder werd gemeld, weinig of niets meer te redden zijn. Wij maakten Dins dagmiddag tegen één uur een tocht over het ijs van de „Holland” af naar dit schip om de schade in oogenschouw te nemen. Wat wij te zien kregen is misschien het beste te vergelijken met een leeg blikje, waarop met een hamer is geslagen. De ontstellende kracht van het kruiende ijs had de flanken van het schip samengedrukt. Vrijwel geen zij- of dekspant was meer heel. De dekken stonden bol, de tweede klas- sekajuit in het voorschip was een groo te ravage van stukken houtwerk. De brug was gebroken en het schip was doorgeknakt waardoor de mast was gespleten. Dat het schip dan ook gister morgen nog niet ten onder was gegaan was vermoedelijk te danken aan het feit, dat het wrak tusschen het ijs ge kneld zat. Het was een droevig gezicht het fraaie schip in zoo’n toestand te moe ten terugvinden en wij hadden te doen met kapitein Bolhuis, die in de korte spanne tijds van drie minuten zijn mooie schip had zien veranderen in een wrak, het schip, waarop hij sinds dit in 1925 was gebouwd, als kapitein had gevaren. Het kostte kapitein Bol huis veel moeite, het dek van de „Fries land” te verlaten en aan boord van de „Holland” te gaan. Pas toen de heer Koppe jr„ die eveneens de reis mee maakte, persoonlijk kapitein Bolhuis verzocht aan boord van de „Holland” te komen, verliet hij. zijn schip, dat sindsdien geheel verlaten was. Gister morgen stond het water tot op het dek. De beide andere schepen zijn er gunstiger afgekomen, al hebben ook zij zulke zware schade opgeloopen, dat zij voorloopig de heer Koppe jr. meen de de eerste zes of acht maanden niet meer zullen kunnen varen. Van beide schepen zijn de flanken ingedrukt en circa tien spanten gebro ken. Bij de „IJssel” is de reserve- Pompinstallatie, welke in de machine kamer stond opgesteld, door het in drukken van den scheepswand, naar binnen geschoven en totaal gebroken. Het schip maakt aan beide boorden Water, doch de lekken konden in den loop van Dinsdag grootendeels worden hersteld en met behulp van de machine- Pomp is het thans ruimschoots moge- Ujk het nog binnenstroomende water Weg te pompen. Aan boord van de „Holland” is in de machinekamer schade ontstaan aan beide boorden. De bakboordstortkoker is ontzet. Het roer is ernstig bescha digd en de askoker gebroken, waardoor een flink lek is ontstaan. Ook in het ruim is aan de stuurboordzijde een lek gekomen. De bakboordhut in de eerste klasse-salon is geheel vernield. Door Wij hadden vanochtend nog een onderhoud met den burgemeester van den Helder, den heer Ritmeester, die gisteravond onmiddellijk na de ontplof fing een bezoek aan het geteisterde dorp bracht. Hij achtte den toestand van Huisduinen thans vrijwel hopeloos en hij vond het heel begrijpelijk, dat i i i i i i i i Maatschappij, telefonisch medegedeeld, J dat de geheele bemanning daar ter plaatse is aangekomen. Allen bevinden zich in goeden welstand. De gezagvoerder van de „Arends kerk”, de heer C. J. H. Wijker, ver telde, dat het schip op weg was naar Kaapstad en Durban met een lading stukgoederen. „Wij waren om 1 uur ’s middags Ouessant gepasseerd, toen wij ver voor ons iets aan den horizon zagen, dat naar onze meening een mijnenveger was. Plotseling daalde een kogelregen in de buurt van ons schip neer. Toen wij dichterbij kwamen, zagen wij een duik- Dinsdag was een dag vol sensatie, een dag, waarop het niet noodig was afleiding te zoeken in de kaarten. Vooral de „landrotten” waren geruimen tijd sterk onder den indruk van het gebeurde. Nadat ’s avonds evenwel ge bakken aardappeltjes met gebraden knakworstjes waren gegeten en ge- situatie van de was, dan Op verzoek van den burgemeester van Urk heeft gisteren een militair vliegtuig van Soesterberg, bestuurd door den res. Ie luit. Sluijters, van de Nationale Luchtvaartschool, die thans onder de wapenen is, een bezoek aan de schepen gebracht, om te vragen of er nog een ijsvlet noodig was. Hij was vroeger reeds meermalen in den winter met een sportvliegtuig op het geïsoleerde eiland geweest, zoodat hem de situatie ter plaatse bekend was en hij gemakkelijk eenige landingen kon boodschappen over Sluijters cirkelde boven de den de boot, welke op ons af koerste, bleef vuren en mij bevel gaf te stoppen. Hoewel mijn schip volko men stil kwam te liggen, bleef de duik boot vuren. Gehoor gevende aan het bevel der Duitschers heb ik mijn eer sten officier met de scheepspapieren naar de duikboot gezonden. Door middel van lichtseinen werd nog gewaarschuwd, dat de „Arends kerk” geen noodsignalen mocht geven. Zou dit toch gebeuren, dan zou het schip onmiddcllijk tot zinken gebracht worden. Op het dek van de duikboot, waarvan geen nummer of vlag zichfr> lezen, ijs het woord „neen”. De begaf zich daarop naar den burge meester van Urk, wien hij de bood schap overbracht. Deze evenwel wilde ter geruststelling een uitvoeriger bood schap hebben, waarop luit. Sluijters an dermaal opsteeg en een tweeden brief op een der schepen wierp, waarin om een uitvoeriger antwoord werd ver zocht Wederom met behulp van kolen ver- - A 'z <5? a z z.x f ihtit

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1940 | | pagina 9