MOEDERS! GRIEP! VICKS I met De prijspolitiek BINNENLAND LEGER EN MARINE DERDE BLAD, PAGINA 2. HAAGSCHE COURANT VAN WOENSDAG 21 FEBRUARI 1940. THE GREEN PASTURES (GRAZIGE WEIDEN) met LANGDURIGE NABLUSSCH1NG De zeevisschery in oorlogstijd Voorkomt te veel innemen" bij REX INGRAM Door onze vliegers verdreven Ook boven den Helder. Rijksregeling in voorbereiding. De vogelstand ONDERWIJS EN KERK Papendrecht w VapoRub Ondersteuning van kleine zelfstandigen Aanvulling Wet Medewerking Verdedigingsvoorbereiding 1939 Wijziging uitvoeringsorganisatie Ziektewet Duitsch vliegtuig boven Leeuwarden Bescherming, in het bijzonder van het waterwild, gevraagd. Adres van de drie Middenstandsbon den aan den minister van Sociale Zaken. Prijsverbooging moet door aantoonbare kostprijsstijging worden gemotiveerd. Een vervelende eigenschap van influ enza is. dat de bacillen de spijsvertering van streek brengen, vooral bij kinderen. Te veel „innemen" stoort de spijsver tering nog meer. Vicks VapoRub is bijzonder waarde vol, omdat het uitwendig gebruikt wordt en de maag niet in de war kan brengen, noch nadeelig is tegenover ieder ander voorschrift van den dokter. De prijs van enkele soorten peulvruchten Fabrieksdirecteur en arbeiders gedupeerd. dan waren „ftet tficatet del gtcefc icpti.U’.s." Let op de kleinste kou als een waar schuwing, wanneer de griep heerscht en doe er dadelijk iets voor - zonder „innemen". Wrijf er alleen maar Vicks op. op onbekende Gevaarlijke situaties. Zoo staat op eender bovenste ver diepingen een lijm-pers van 4000 kilo gram, welke nog slechts met één poot op stevige fundeering rust en dus elk oogenblik naar beneden kan storten. De bewoners van het huis naast het brandende kantoor mogen van geluk spreken, dat hun woning niet tegen dit kantoor is aangebouwd, daar zij anders belangrijke brand- en waterschade zou den hebben gehad. Er is een kleine tus- schenruimte tusschen de beide gebou wen en hierdoor hebben de buren zon der gevaar als toeschouwers den brand kunnen gadeslaan. Het was ook een gunstige omstandig heid voor het blusschingswerk. dat de dooi thans is gevallen, want nu hadden de stralen hun volle kracht, terwijl de enorme massa’s water behoorlijk in de putten wegvloeiden. Nederlandsche handelsdelegatie i naar Parijs De Nederlandsche handelsdelegatie, welke naar vernomen wordt de onder- handelingen te Londen heeft beëindigd, is naar Parijs vertrokken om overleg te plegen met de Fransche regeering en de Nederlandsche handelsdelegatie te Parijs. Dit is daarom zoo te betreuren, om dat het materiaal van deze betimme ringen inmiddels veel en veel duurder is geworden en sommige benoodigde metaal- en houtsoorten zelfs in het ge heel niet meer te krijgen zijn. Toogdag der Christelijk-Historische Jongeren. Op den toogdag der Chr.-Hist. Jonge ren te Leeuw’arden heeft prof. dr. J R. Slotemaker de Bruine hedenmiddag gesproken over: „Onze taak na den oorlog”. benaderen. en ander Mededeeling van den minister van Economische Zaken De fabriek is in 1917 gebouwd en werd later uitgebreid met een linker vleugel, terwijl aan de achterzijde ook een stuk werd aangebouwd. Schade beloopt ver over de honderdduizend gulden De schade is nog niet bekend, maar beloopt ver over de honderdduizend gulden. Alles wordt door verzekering gedekt. De kosten voor de reeders zijn zeer gestegen Tot de bedrijven, welke door de oor logsomstandigheden ernstig zijn getrof fen, behoort zonder twijfel ook de vis- scherij ter zee. Om te vernemen hoe de toestand m dit bedrijf momenteel is, hebben wij ons gewend tot bevoegde instanties in IJmuiden, die dagelijks met de visscherij in contact staan. De handelaren in visch klagen steen en been, dat de aanvoeren van visch te IJmuiden klein zijn, en dat de prij zen ver boven het normale peil liggen. De kosten van de instandhouding van het bedrijf zijn sedert den oorlog ech ter zoo enorm gestegen, dat er niet ge varen zou kunnen worden, als de prij zen niet belangrijk hooger zouden zijn. Met de uiterste moeite wordt de vis scherij gestimuleerd. De Regeering heeft den wensch te kennen gegevëh, dat de schepen in de vaart moeten blij ven en zij getroost zich groote finan- cieele offers om dit plan uit te voeren. Zestig procent van de molespremies voor de schepen wordt door de Regee ring betaald. Ook voor de bemanningen wordt uitmuntend gezorgd. Doch het spreekt vanzelf, dat de reederijen niet tegenstaande deze hulp nauwelijks het bedrijf, dat voor den oorlog al niet loo- nend was, op gang kunnen houden. De Regeering ziet evenwel het emi nente belang van onze visscherij. Dit is de vorige week weer gebleken, toen de molespremie werd verlaagd. Het on middellijk gevolg hiervan was, dat nu enkele trawlers op punt staan naar zee te vertrekken. Er zijn thans 29 schepen op zee en dit aantal zal in de komende dagen nog aanmerkelijk stijgen. Men mag evenwel niet verwachten, dat alle schepen ter visscherij zullen uitvaren. De kosten hiervoor kunnen niet wor den gedragen. Het vorig jaar Februari waren 72 schepen op zee. In Juni was dit aantal teruggeloopen tot 27. De IJmuidensche vloot bestaat thans uit 86 stoomtrawlers, die een certificaat hebben. Inlijving dienstplichtigen lichting 1940 De Regeeringspersdienst meldt In de dagbladen is eenigen tijd gele den bekend gemaakt, dat het in het voornemen lag om in het tijdvak 1524 April 1940 in te lijven de dienstplichti gen van de lichting 1940 a. het 1ste regiment huzaren (geen paardenoppassers en -verzorgers) b. het 1ste, 2e, 3e en 4e regiment huzaren, voorzoover betreft de paar- denverzorgers en -oppassers bij de Ko ninklijke militaire academie of rij school. Nader wordt thans medegedeeld, dat de inlijving van genoemde ploegen dienstplichtigen zal geschieden in het tijdvak 11U Mei 1940 (datum van in lijving 6 Mei 1940). STAATSEXAMEN H.B.S. A en B. De minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, brengt ter kennis van be langhebbenden, dat de examens, vermeld in artikel 55, tweede lid, der Middelbaar- Onderwijswet (Staatsexamen hoogere bur gerschool A en Staatsexamen hoogere burgerschool B) dit jaar zullen worden ge houden hier ter stede. Zij, die zich aan een dezer examens wenschen te onderwerpen, moeten zich bij schrijven op ongezegeld papier vóór 1 April 1940 aanmelden bij den heer dr. H. C. Germs, dr. Hofstede de Grootkade 27, te Groningen. Nadere bijzonderheden bevat de Staats courant van Dinsdag 20 Februari j.l. MUTATIES. Bij Kon. besluit: zijn benoemd en aangesteld, bij het reserve-personeel der landmacht bij het wapen der artillerie, bij den staf van het wapen, tot res. 2e luit, voor spec, diensten de heer J. B. Klaversteijn en C. Maas; is aan den res. Ie luit. W. M. van Neijen- hoff, van het 2de reg. wielrijders, aan den res. 2e luit. J. M. Lazonder, van het 1ste reg genietroepen, alsmede aan den res.- officier van gezondheid 2e kl. P. B. de Waard, van den geneesk. dienst der land macht, een eervol ontslag verleend uit den militairen dienst; zijn benoemd en aangesteld, bij het re serve-personeel der landmacht bij het dienstvak der reserve-officieren voor al- gemeenen dienst: tot reserve le luit. mr. J. Blom; tot res. le luit. dr. J. H. Gisolf. is op het daartoe door hem gedaan ver zoek, een eervol ontslag verleend uit den militairen dienst, aan den res. kolonel I. J. Froger, van het wapen der infanterie; zijn bevorderd tot officier van den M. S. D. le kl. de officieren van den M.S.D. 2e kl. S. J. Maats en W. P. J. Brunet de Rochebrune. De Regeeringspersdienst meldt, dat er hedennacht bij den Helder door af- deelingen luchtafweergeschut vreemde vliegtuigen van nationaliteit is geschoten. De Regeeringspersdienst meldt: Gistermiddag omstreeks half vier heeft zich een Duitsch militair vlieg tuig boven Leeuwarden vertoond. Een Nederlandsche vliegtuigpatrouille steeg op en heeft het Duitsche toestel achter volgd en onder vuur genomen, waarna het ons rechtsgebied verliet. De wetteljjke regeling van het ziekenfondswezen Bij de behandeling van de begroeting van Sociale Zaken in de Eerste Kamer heeft minister van den Tempel mede gedeeld, dat hij opdracht heeft ge geven „een eenvoudige en onbeperkte wettelijke regeling voor te bereiden omtrent het Ziekenfondswezen”. In verband hiermede heeft dr. C. van der Berg, de directeur-generaal der Volksgezondheid, dezer dagen een dele gatie uit de landelijke contact-commis- sie van onderling beheerde zieken fondsen op haar verzoek ontvangen voor een informatorisch onderhoud. Als uitvloeisel van deze bespreking heeft de landelijke contactcommissie een adres tot den minister van Sociale Zaken gericht, waarin zij er o.a. voor pleit, de voorgenomen wettelijke rege ling te doen beoogen: de yolksgezond- heid te bevorderen; niet juiste verhou dingen in het ziekenfondswezen te voorkomen, c. q. tegen te gaan, mede met het doel het ziekenfondswezen te beschermen en deze in het volkswezen diep verankerde sociale voorziening een vrije ontwikkeling te waarborgen. Voorts wordt in het adres de nood zakelijkheid betoogd, het ziekenfonds wezen, dat zoowel politiek als econo misch volstrekt neutraal terrein is, ge heel vrij te houden van politieke- of vakbewegingsinvloeden. België hoopt op Nederlandsche touristen. De Belgische minister van Verkeer, Delfosse, heeft verklaard, dat België ondanks den oorlog evenals Nederland het tourisme, waarvan 100.000 perso nen leven, in stand moet houden. Bel gië hoopt te kunnen profiteeren van een groot bezoek van Nederlandsche touristen. In deze richting moeten po gingen worden aangewend. deze aanwijzingen leven, teneinde zon- bijzondere bevoegd- Prijsopdrijvings en gebruik behoeft te een verhooging van Betimmeringen voor de „Zui- derdam” en de „Westerdam” verloren gegaan. Ook de betimmering van de beide voor de Holland-Amerikalijn te bouwen schepen, de „Zuiderdam” en de „Westerdam” is verloren gegaan. Over een maand ruimere aan voer te verwachten. Wanneer de toestand zich blijft ont wikkelen zooals momenteel het geval is, dan kunnen wij over een maand ruimeren aanvoer verwachten. Een voordeel voor de visschers is, dat zij uitstekend vangen. Dit is ook al weer een gevolg van de omstandigheid, dat slechts weinig schepen op de bekende vischgronden ter vischvangst gaan. De besommingen zijn dus hoog Alleen de beste platvischgronden in de Duitsche bocht zijn door de Duitsche mijnenvel den versperd. De handelaren hebben het natuurlijk ook moeilijker dan gewoonlijk. De Re geering doet ook voor hen al het moge lijke. Wanneer de eigen visscherij te weinig aanvoert, dan stijgt oogenblik- kelijk de invoer van visch uit het bui tenland. Gedurende de eerste acht maanden van 1939 werd ongeveer 700.000 k.g. visch ingevoerd, terwijl de totale invoer over dat jaar 2.133.000 k.g bedroeg Hieruit blijkt wel, dat de Regeering den invoer bijna geheel vrij laat om de vraag naar visch in ons land op te vangen. De handel is echter meer gebaat bi; regelmatigen aanvoer van een plaatse lijk bedrijf, dan bij invoer uit het bui tenland, waarvan men niet zeker kan zijn. Ook daar wordt alleen dat uitge voerd, wat gemist kan worden. In ieder geval is de situatie zoo, dat er langzamerhand meer schepen zullen uitvaren, wanneer ongelukken tenmin ste uitblijven. Op den duur zal de eigen Nederlandsche visscherij dan aan de vraag v^n de markt kunnen voldoen. En daar gaat het tenslotte om: de export komt eerst in de tweede plaats. Trouwens deze bedroeg in het laatste jaar nog slechts 3.7 millioen k.g. tegen in 1930 30 millioen k.g. Een belangrijke kwestie was nog die der bemanningen. In het begin van den oorlog hebben vele visschers gevaren met bemanningen, die haar vak niet verstonden. Ook hierin is zooveel ver betering gekomen, dat thans kan wor den gezegd, dat 95 pCt. van de beman ningen uit ervaren visschers bestaat. Slechts wanneer alle krachten wor den ingespannen, zal het mogelijk zijn het visscherijbedrijf in start! te houden. De Regeering doet van haar kant alles om de noodzakelijke verhoogingen van de kosten op te vangen. Indien deze pogingen slagen, zullen de Nederland sche visschers niettegenstaande de uiterst moeilijke omstandigheden en de groote gevaren, aan de uitoefening van de visscherij verbonden, hun vak blij ven beoefenen. Tweede Kamer erkent de noodzakelijk heid ervan Bij het afdeelingsonderzoek der Tweede Kamer van het wetsontwerp betreffende aanvulling van Ie Wet Medewerking Verdedigingsvoorberei ding 1939 verklaarden velen te er kennen zoo lezen wij in het ver slag dat aan een wettelijke regeling van dezen aard behoefte bestaat. De Regeering dient in de huidige om standigheden de bevoegdheid te bezit- ten om te beletten dat Nederlandsche burgers verklaringen afleggen, welke in strijd zouden kunnen zijn met het standpunt, dat de Regeering tegenover de oorlogvoerende landen inneemt. Sommige leden stelden evenwel de vraag, of de Regeering nu ook tegen over de Nederlandsche belanghebben den de verantwoordelijkheid aan vaardt voor de schade, welke zij ten gevolge van de nieuwe bevoegdheid der Regeering wellicht zullen lijden. Eenige leden waren beducht, dat deze maatregel hoezeer noodzake lijk ten gevolge zal hebben, dat de Regeering steeds meer zelf den inter nationalen handel aan zich zai trek ken. Andere leden meenden, dat in vele gevallen consigneering van goederen aan de Nederlandsche Regeering het eenige middel zal zijn om de Neder landsche belangen te beschermen. Voorts werd gevraagd of de Re geering van plan is op grond van de nieuwe bepaling een algemeen gel dend verbod uit te vaardigen dan wel met incidenteel optreden te volstaan. De distributie van ingevroren varkens en de vleeschwarenfabrikanten. Het Eerste-Kamerlid Maarsingh heeft aan den minister van Economische Za ken de volgende schriftelijke vragen gesteld Is het den minister bekend, dat de distributie van ingevroren varkens niet tot haar recht komt, doordat de vee- houderij-Centrale minimum afname eischt van vijf stuks ineens, welke de meeste slagers niet kunnen betalen en daarom niet kunnen verkoopen Is het den minister bekend, dat de vleeschwarenfabrikanten zich in ern stige mate hebben schuldig gemaakt aan prijsopdrijving inzake boterham- worst in blik, enz., door weken achter een den prijs dezer in voorraad zijnde artikelen met 10 cent te verhoogen Acht de minister het niet wensche- lijk. bij de vleeschwarenfabrikanten een boekenonderzoek te doen instellen en zoo noodig. alsnog proces-verbaal te doen opmaken Hoe deze is samengesteld Op schriftelijke vragen van het Tweede Kamerlid Amelink betreffende verlaging van den prijs van enkele soorten peulvruchten, heeft de minister van Economische Zaken als volgt ge antwoord: Hetvis juist, dat de Nederlandsche Akkerbouwcentrale Zeeuwsche bruine boonen en Mansholt-capucijners van de producenten koopt voor den prijs van respectievelijk 17 voor a-kwaliteit en 18.50 per 100 k.g. voor superkwali- teit; deze beide producten worden aan den handel geleverd voor 23.30 per 100 k.g. Het is eveneens juist, dat het verschil tusschen den overnameprijs daarvan 7.80 per 100 k.g. bedraagt. Het komt den minister echter niet juist voor, het verschil tusschen den aan den teler betaalden prijs en den verkoopprijs als bruto-winst te be schouwen. De Nederlandsche Akker bouwcentrale immers krijgt voor haar rekening de kosten van opslag en be waren van de ingenomen partijen, den afslag daarvan, zoomede de algemeene aan den opslaghouder te betalen kos ten, de bewerkingskosten, de mindere opbrengst van het bij die bewerking ontstane afval en uitschoonsel, het ge wichtsverlies. Bovendien is in de bovenbedoelde verschillen tusschen de overname- en verkoopprijzen begrepen een bedrag ter bestrijding van de distributiekosten. Men moge in dit verband bedenken, dat de distributiekosten niet slechts be trekking hebben op het centraal distri butiekantoor van het departement van den minister, doch dat ook aan de ge meentebesturen een tegemoetkoming wordt verleend van 85 pCt. der werke lijk door hen gemaakte distributie kosten. Gelet op bovenstaande omstandig heden kan de minister geen vrijheid vinden maatregelen te nemen teneinde de verkoopprijzen te verlagen. Het Tweede-Kamerlid van Kempen heeft aan den minister van Econom' sche Zaken de volgende schriftelijk, vragen gesteld: Is het den minister bekend, dat se dert weken de vogelstand in Nederland ernstige schade lijdt, welke voor ver schillende soorten nog verergerd wordt door het optreden van den mensch en dat in het bijzonder de in het wild levende ganzen thans in zeer grooten getale geschoten en gevangen worden? Mag worden aangenomen, dat in het algemeen van ganzen geen schade voor de landbouwgewassen wordt ge vreesd, nu b.v. in Friesland, ingevolge art. 19 der Jachtwet, de jacht op deze vogels reeds tegen 11 Februari geslo ten werd? Is de minister van meening, dat in den huidigen abnormalen winter art. 20 sub d. van de Jachtwet zoo moet wor den opgevat, dat bij spoorsneeuw het schieten van waterwild aan de oevers van rivieren, meren en plassen slechts toelaatbaar mag worden geacht, wan neer deze wateren niet bevroren zijn, wat thans meestal geheel of ten deele wel het geval is? Is de minister bereid maatregelen te nemen om een verdere uitroeiing van ganzen te voorkomen en om een stren ge controle ter bescherming ook van ander waterwild te bevorderen? De minister van Economische Zaken deelt met betrekking tot de prijspoli tiek het volgende mede Na het uitbreken van den oorlog is bekend gemaakt, dat geen bezwaar be stond tegen een verhooging van den verkoopsprijs boven het peil, dat in de maand Augustus 1939 gold, voorzoover deze verhooging door een aantoonbare verhooging van den kostprijs werd ge motiveerd, nadat de oude voorraden in het algemeen waren opgeruimd. Ver volgens is op de persconferentie van 3 November 1939, alsook bij de schrif telijke behandeling van de begrooting van het departement van Economische Zaken medegedeeld, dat ten aanzien van de prijsbepaling door het bedrijfs leven accoord kon worden gegaan met een calculatie op basis van de vervan gingswaarde, indien en voorzoover nor male handelsvoorraden werden aange vuld. Het is intusschen wenschelijk geble ken deze richtsnoeren te verduidelijken met betrekking tot de handelsmarges. In sommige gevallen blijkt men er namelijk van te zijn uitgegaan, dat bij de herziening der prijzen de procen- tueele bruto-winst-marges konden wor den gehandhaafd. Dit standpunt moet als onjuist worden beschouwd. Ook voor den handel geldt, dat prijsverhoo- ging door een aantoonbare kostprijs stijging moet worden gemotiveerd. Bij de prijsbepaling door den handel mag dus het totale geldsbedrag van de bruto-winstmarge slechts worden ver hoogd, indien en voorzoover. een aan toonbare verhooging van de handels- kosten heeft plaats gevonden. De minister doet een beroep op het bedrijfsleven om nauwgezet na te der dat van de heden van de Hamsterwet 1939 worden gemaakt, de prijzen en daarmede van de kosten van levensonderhoud zooveel mogelijk te beperken. Tenslotte wordt de aandacht er op gevestigd, dat voorlichting met betrek king tot de materie der prijzen wordt verleend door de afdeeling nijverheid en de afdeeling middenstand van de directie van handel en nijverheid van het departement van Economische Zaken. De belangstelling, welke in breede kringen bestaat voor een wijziging van de Ziektewet, welke belangstelling wellicht voor de Regeering mede aan leiding zal zijn om een wijziging in overweging te nemen, is voor de bestu ren van de 3 Nederlandsche Midden standsbonden aanleiding geweest om zich terzake tot den minister van So ciale Zaken te wenden. Het leek de bonden daarbij nuttig om de opmer kingen welke zij over dit onderwerp zouden willen maken, te doen aanslui ten op de gedachten neergelegd in een Rapport inzake wijziging van de Ziek tewet, aan den minister van Sociale Zaken uitgebracht op 25 November 1938 door een zestal sociale organisa ties. In dit rapport werden door de or ganisaties van grootwerkgevers en van arbeiders een aantal conclusies neer gelegd, waartoe een commissie uit de ze organisaties bij de bestudeering van de uitvoeringsorganisatie van de Ziek tewet is gekomen. Het uitgangspunt van de conclusies wordt ten volle aanvaard. Ook de mid denstandsbonden achten ’t gewenscht, dat in de uitvoering van de Ziektewet neer dan tot dusverre een organisa torische samenhang komt en dat deze uitvoering deugdelijk wordt gefun deerd op de bestaande organisatori sche verhoudingen. Intusschen komt ’t den bonden voor, dat de commissie die het rapport sa menstelde, juist op dit essentieele punt die bestaande organisatorische ver houdingen geheel uit het oog heeft verloren en daarvan een zeer eenzijdig verwrongen beeld geeft. De commissie heeft zich n.l. bij de bestudeering van het vraagstuk op het standpunt ge steld, dat in de uitvoering van de Ziek tewet door bedrijfsvereeniging en voor wat betreft de werkgeverszijde, het grootwerkgevers-element eigenlijk al leen van beteekenis is. Tegen deze miskenning van de be staande en zich ontwikkelende organi satorische verhouding richten zich de ernstige bezwaren van adressanten. Ten aanzien van de inschakeling van de centrale sociale organisaties geven zij de voorkeur aan een beoor- deeling door commissies, waarvan de samenstelling is aangepast aan het terrein dat door de commissies kan worden overzien. Op deze wijze zou de commissie naargelang zij bedrijfsvereenigingen op het gebied van het grootbedrijf, middenstandsbedrijf of landbouw in haar gezichtskring betrekt, aan werk geverszijde uitsluitend moeten bestaan uit vertegenwoordigers van resp. grootwerkgevers- middenstands- of boerenorganisaties. Adressanten achten ook de vierde conclusie van het rapport niet aan vaardbaar. Ook hier namelijk is het niet duidelijk, waarom representanten van grootwerkgevers een oordeel moe ten uitspreken over het bestaan c.q. voortbestaan van bedrijfsvereenigin gen van middenstanders of landbou wers. De middenstandsbonden deelen de gedachte, dat aan de centrale or ganisaties bij de bedoelde beoor- deeling invloed moet worden toege kend, maar dan geschiede dit aan de centrale organisaties van grootwerk gevers, middenstanders en boeren ie- der op het hun eigen terrein. Ook voor den directeur van de fa briek, den heer C. Breedveld, is de brand een groote ramp. Van begin af aan heeft hij moeizaam en hard ge werkt om de fabriek te maken tot wat zij thans was en met één slag is bijna al dit wérk verloren gegaan. De heer Breedveld, die voorloopig bij familie in de Saftlevenstraat vertoeft, was door het gebeurde geheel overstuur en weigerde ons verdere inlichtingen, welke wij vroegen, te verstrekken. Voor het 'personeel, in totaal onge veer een veertig man, was het van ochtend een ontstellende verrassing te zien, dat de fabriek, waar zij zooveel jaren hadden gewerkt, vernield was. Zij waren uiteraard van te voren niet gewaarschuwd en zagen pas, wat er aan de hand was, toen zij vlak bij het gebouwencomplex waren. Zij bleven in de Rochussenstraat de blusschings- werkzaamheden gadeslaan. Deze straat was door de politie geheel voor het verkeer afgezet. Men werd door middel van touwen op voldoenden afstand van het terrein van den brand gehouden. Er stijgen thans groote rookkolom men uit het brandende complex op. die ver in den omtrek zichtbaar zijn en dan ook niet nalaten vele toeschou wers naar de plaats des onheils te trekken. Ter conferentie deelde de directeur van Maatschappelijk Hulpbe toon, dr. F. M. G. van Walsem nog mede, dat er wordt gewerkt aan een Rijksregeling voor ondersteuning van de z.g. kleine zelfstandigen, die thans door de gemeenten als arm lastigen moeten worden behandeld. Nader vernemen wij nog: Vanochtend omstreeks acht uur kon men wel aannemen, dat de brand zich zou bepalen tot de meubelfabriek en kantoorgebouwen, zoodat geen gevaar meer voor de naburige woningen be stond Het blusschingswerK, dat onder leiding stond van den hoofdman, den heer W. Lourens, bepaalde zich er dan ook hcofdzakelijk toe om het vuur in de gebouwen te bedwingen. De groote motorspuit bleef met vier stralen,, welke van verschillende zij den op het vuur gericht werden, werk zaam, terwijl ander materiaal in de nabijheid bleef om eventueel te kunnen ingrijpen. Dat bleek niet noodig te zijn, integendeel, later op den ochtend kon de motorspuit inrukken en kon men het nablusschingswerk met ver scheidene stralen op de waterleiding verrichten. De nablussching zal echter wel den geheelen dag duren, daar het vrijwel niet mogelijk is de vuurhaarden dicht te benaderen. De groote voorraden hout en ander brandbaar materiaal zijn n.l. op vele plaatsen door de pla fonds gezakt en vormen in het bene dengedeelte van de fabriek comnacte massa’s, waaruit nu eens hier, dan eens daar vlammen .uitslaan. Men kan in de fabriek waar de brand op 't laatst nog het hevigst woedde, moeilijk door dringen. Van buiten af, omdat er zich daar overal draadglas in stalen ramen bevindt, welke men moeilijk kan in slaan en van binnen af, omdat de mogelijkheid van verzakking het ver blijf binnen in de brandende fabriek uiterst gevaarlijk is. In een conferentie met den heer J. H. Donner, wethouder van Sociale Zaken te Rotterdam, heeft deze een overzicht gegeven van de werkloosheid te Rotterdam over het jaar 1939. Elke maand in 1939 blijkt een lager cijfer, wat het aantal bij de arbeids beurs ingeschreven werkzoekenden bo ven 18 jaar betreft, te hebben gehad dan in 1938. Eind December 1939 ston den totaal als werkzoekend ingeschre ven 42.003 of 6340 minder dan eind December 1938. Daarvan waren er ruim 38.000 werkloos. Rotterdam heeft nog altijd het groot ste percentage werkloozen in de vier grootste gemeenten. Gemiddels was in 1939 6,6% van de bevolking werkloos, tegen 5,5% in Amsterdam. 4,1% in den Haag en 4,7% in Utrecht. Onge veer 20% van de bevolking bestaat uit gezinnen van werkloozen. De schade Over een juist bedrag van de schade, kon men ons nog geen me- dedeelingen doen. Vaststaat echter, dat praktisch niet alle schade door verzekering kan worden gedekt. Groot is n.l. ook de immaterieele schade van dezen brand. Er zijn immers behalve materiaal ook zeer veel teekeningen, ontwerpen, dos siers en archieven vernietigd. Of de inhoud van de brandkast ge spaard is gebleven, staat nog niet vast. Hedenochtend kon men daar nog niet bij. Bovendien waren de opgeslagen goe deren in de fabriek zeer groot in aan tal. De fabriek legt zich n.l. toe op het vervaardigen van winkel- en scheeps- betimmeringen. Door de aanhoudende vorst konden zeer veel winkelbetimme ringen niet afgeleverd worden, daar men geen voortgang had met bouwen, zoodat zij in de fabriek opgeslagen ble ven. Die groote voorraad is geheel ver nietigd. Geref. Kerken. Aangenomen naar Leeuwarden ds. A. W. Wymenga te Uithuizen. Bedankt voor Wanswerd ds. D. A. ZIJI- stra te Nieuw-Beets. Beroepen te Hattem ds. J. O. Mulder te Langerak (Z.-H.). Aangenomen naar Papendrecht (als hulppred.) de heer C. van Breughel, cand. te Nieuwendijk EXAMENS Universiteit te Groningen. Doet. ex. rechtswetenschap de heer 8. <1. Timmenga. Universiteit van Amster dam. Cand. ex. Germaansche taal- en letter kunde mej. B. van der Hoeven. I HET LEVEN VAN LOUIS PASTEUR Verlaagde prijs 90 ct. HEDENAVOND EN MORGEN VAN VRIJDAGMORGEN 10 UUR AF PAUL MUN1

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1940 | | pagina 10