MOEDERS!
GRIEP!
VICKS
I met
De prijspolitiek
BINNENLAND
LEGER EN MARINE
DERDE BLAD, PAGINA 2.
HAAGSCHE COURANT VAN WOENSDAG 21 FEBRUARI 1940.
THE GREEN PASTURES
(GRAZIGE WEIDEN)
met
LANGDURIGE NABLUSSCH1NG
De zeevisschery in oorlogstijd
Voorkomt te veel innemen" bij
REX INGRAM
Door onze vliegers verdreven
Ook boven den Helder.
Rijksregeling in voorbereiding.
De vogelstand
ONDERWIJS EN KERK
Papendrecht
w VapoRub
Ondersteuning van kleine
zelfstandigen
Aanvulling Wet Medewerking
Verdedigingsvoorbereiding 1939
Wijziging uitvoeringsorganisatie
Ziektewet
Duitsch vliegtuig boven
Leeuwarden
Bescherming, in het bijzonder van
het waterwild, gevraagd.
Adres van de drie Middenstandsbon
den aan den minister van
Sociale Zaken.
Prijsverbooging moet door aantoonbare
kostprijsstijging worden gemotiveerd.
Een vervelende eigenschap van influ
enza is. dat de bacillen de spijsvertering
van streek brengen, vooral bij kinderen.
Te veel „innemen" stoort de spijsver
tering nog meer.
Vicks VapoRub is bijzonder waarde
vol, omdat het uitwendig gebruikt
wordt en de maag niet in de war kan
brengen, noch nadeelig is tegenover
ieder ander voorschrift van den dokter.
De prijs van enkele soorten
peulvruchten
Fabrieksdirecteur en arbeiders
gedupeerd.
dan
waren
„ftet tficatet del gtcefc icpti.U’.s."
Let op de kleinste kou als een waar
schuwing, wanneer de griep heerscht
en doe er dadelijk iets voor - zonder
„innemen". Wrijf er alleen maar Vicks
op.
op
onbekende
Gevaarlijke situaties.
Zoo staat op eender bovenste ver
diepingen een lijm-pers van 4000 kilo
gram, welke nog slechts met één poot
op stevige fundeering rust en dus elk
oogenblik naar beneden kan storten.
De bewoners van het huis naast het
brandende kantoor mogen van geluk
spreken, dat hun woning niet tegen dit
kantoor is aangebouwd, daar zij anders
belangrijke brand- en waterschade zou
den hebben gehad. Er is een kleine tus-
schenruimte tusschen de beide gebou
wen en hierdoor hebben de buren zon
der gevaar als toeschouwers den brand
kunnen gadeslaan.
Het was ook een gunstige omstandig
heid voor het blusschingswerk. dat de
dooi thans is gevallen, want nu hadden
de stralen hun volle kracht, terwijl de
enorme massa’s water behoorlijk in de
putten wegvloeiden.
Nederlandsche handelsdelegatie
i naar Parijs
De Nederlandsche handelsdelegatie,
welke naar vernomen wordt de onder-
handelingen te Londen heeft beëindigd,
is naar Parijs vertrokken om overleg
te plegen met de Fransche regeering
en de Nederlandsche handelsdelegatie
te Parijs.
Dit is daarom zoo te betreuren, om
dat het materiaal van deze betimme
ringen inmiddels veel en veel duurder
is geworden en sommige benoodigde
metaal- en houtsoorten zelfs in het ge
heel niet meer te krijgen zijn.
Toogdag der Christelijk-Historische
Jongeren.
Op den toogdag der Chr.-Hist. Jonge
ren te Leeuw’arden heeft prof. dr. J
R. Slotemaker de Bruine hedenmiddag
gesproken over: „Onze taak na den
oorlog”.
benaderen.
en ander
Mededeeling van den minister van
Economische Zaken
De fabriek is in 1917 gebouwd en
werd later uitgebreid met een linker
vleugel, terwijl aan de achterzijde ook
een stuk werd aangebouwd.
Schade beloopt ver over
de honderdduizend gulden
De schade is nog niet bekend, maar
beloopt ver over de honderdduizend
gulden. Alles wordt door verzekering
gedekt.
De kosten voor de reeders zijn
zeer gestegen
Tot de bedrijven, welke door de oor
logsomstandigheden ernstig zijn getrof
fen, behoort zonder twijfel ook de vis-
scherij ter zee. Om te vernemen hoe de
toestand m dit bedrijf momenteel is,
hebben wij ons gewend tot bevoegde
instanties in IJmuiden, die dagelijks
met de visscherij in contact staan.
De handelaren in visch klagen steen
en been, dat de aanvoeren van visch
te IJmuiden klein zijn, en dat de prij
zen ver boven het normale peil liggen.
De kosten van de instandhouding van
het bedrijf zijn sedert den oorlog ech
ter zoo enorm gestegen, dat er niet ge
varen zou kunnen worden, als de prij
zen niet belangrijk hooger zouden zijn.
Met de uiterste moeite wordt de vis
scherij gestimuleerd. De Regeering
heeft den wensch te kennen gegevëh,
dat de schepen in de vaart moeten blij
ven en zij getroost zich groote finan-
cieele offers om dit plan uit te voeren.
Zestig procent van de molespremies
voor de schepen wordt door de Regee
ring betaald. Ook voor de bemanningen
wordt uitmuntend gezorgd. Doch het
spreekt vanzelf, dat de reederijen niet
tegenstaande deze hulp nauwelijks het
bedrijf, dat voor den oorlog al niet loo-
nend was, op gang kunnen houden.
De Regeering ziet evenwel het emi
nente belang van onze visscherij. Dit
is de vorige week weer gebleken, toen
de molespremie werd verlaagd. Het on
middellijk gevolg hiervan was, dat nu
enkele trawlers op punt staan naar zee
te vertrekken. Er zijn thans 29 schepen
op zee en dit aantal zal in de komende
dagen nog aanmerkelijk stijgen. Men
mag evenwel niet verwachten, dat alle
schepen ter visscherij zullen uitvaren.
De kosten hiervoor kunnen niet wor
den gedragen. Het vorig jaar Februari
waren 72 schepen op zee. In Juni was
dit aantal teruggeloopen tot 27. De
IJmuidensche vloot bestaat thans uit
86 stoomtrawlers, die een certificaat
hebben.
Inlijving dienstplichtigen
lichting 1940
De Regeeringspersdienst meldt
In de dagbladen is eenigen tijd gele
den bekend gemaakt, dat het in het
voornemen lag om in het tijdvak 1524
April 1940 in te lijven de dienstplichti
gen van de lichting 1940
a. het 1ste regiment huzaren (geen
paardenoppassers en -verzorgers)
b. het 1ste, 2e, 3e en 4e regiment
huzaren, voorzoover betreft de paar-
denverzorgers en -oppassers bij de Ko
ninklijke militaire academie of rij
school.
Nader wordt thans medegedeeld, dat
de inlijving van genoemde ploegen
dienstplichtigen zal geschieden in het
tijdvak 11U Mei 1940 (datum van in
lijving 6 Mei 1940).
STAATSEXAMEN H.B.S. A en B.
De minister van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen, brengt ter kennis van be
langhebbenden, dat de examens, vermeld
in artikel 55, tweede lid, der Middelbaar-
Onderwijswet (Staatsexamen hoogere bur
gerschool A en Staatsexamen hoogere
burgerschool B) dit jaar zullen worden ge
houden hier ter stede.
Zij, die zich aan een dezer examens
wenschen te onderwerpen, moeten zich bij
schrijven op ongezegeld papier vóór 1
April 1940 aanmelden bij den heer dr. H.
C. Germs, dr. Hofstede de Grootkade 27,
te Groningen.
Nadere bijzonderheden bevat de Staats
courant van Dinsdag 20 Februari j.l.
MUTATIES.
Bij Kon. besluit:
zijn benoemd en aangesteld, bij het
reserve-personeel der landmacht bij het
wapen der artillerie, bij den staf van het
wapen, tot res. 2e luit, voor spec, diensten
de heer J. B. Klaversteijn en C. Maas;
is aan den res. Ie luit. W. M. van Neijen-
hoff, van het 2de reg. wielrijders, aan den
res. 2e luit. J. M. Lazonder, van het 1ste
reg genietroepen, alsmede aan den res.-
officier van gezondheid 2e kl. P. B. de
Waard, van den geneesk. dienst der land
macht, een eervol ontslag verleend uit den
militairen dienst;
zijn benoemd en aangesteld, bij het re
serve-personeel der landmacht bij het
dienstvak der reserve-officieren voor al-
gemeenen dienst: tot reserve le luit. mr.
J. Blom; tot res. le luit. dr. J. H. Gisolf.
is op het daartoe door hem gedaan ver
zoek, een eervol ontslag verleend uit den
militairen dienst, aan den res. kolonel I.
J. Froger, van het wapen der infanterie;
zijn bevorderd tot officier van den M.
S. D. le kl. de officieren van den M.S.D.
2e kl. S. J. Maats en W. P. J. Brunet de
Rochebrune.
De Regeeringspersdienst meldt, dat
er hedennacht bij den Helder door af-
deelingen luchtafweergeschut
vreemde vliegtuigen van
nationaliteit is geschoten.
De Regeeringspersdienst meldt:
Gistermiddag omstreeks half vier
heeft zich een Duitsch militair vlieg
tuig boven Leeuwarden vertoond. Een
Nederlandsche vliegtuigpatrouille steeg
op en heeft het Duitsche toestel achter
volgd en onder vuur genomen, waarna
het ons rechtsgebied verliet.
De wetteljjke regeling van het
ziekenfondswezen
Bij de behandeling van de begroeting
van Sociale Zaken in de Eerste Kamer
heeft minister van den Tempel mede
gedeeld, dat hij opdracht heeft ge
geven „een eenvoudige en onbeperkte
wettelijke regeling voor te bereiden
omtrent het Ziekenfondswezen”.
In verband hiermede heeft dr. C. van
der Berg, de directeur-generaal der
Volksgezondheid, dezer dagen een dele
gatie uit de landelijke contact-commis-
sie van onderling beheerde zieken
fondsen op haar verzoek ontvangen
voor een informatorisch onderhoud.
Als uitvloeisel van deze bespreking
heeft de landelijke contactcommissie
een adres tot den minister van Sociale
Zaken gericht, waarin zij er o.a. voor
pleit, de voorgenomen wettelijke rege
ling te doen beoogen: de yolksgezond-
heid te bevorderen; niet juiste verhou
dingen in het ziekenfondswezen te
voorkomen, c. q. tegen te gaan, mede
met het doel het ziekenfondswezen te
beschermen en deze in het volkswezen
diep verankerde sociale voorziening
een vrije ontwikkeling te waarborgen.
Voorts wordt in het adres de nood
zakelijkheid betoogd, het ziekenfonds
wezen, dat zoowel politiek als econo
misch volstrekt neutraal terrein is, ge
heel vrij te houden van politieke- of
vakbewegingsinvloeden.
België hoopt op Nederlandsche
touristen.
De Belgische minister van Verkeer,
Delfosse, heeft verklaard, dat België
ondanks den oorlog evenals Nederland
het tourisme, waarvan 100.000 perso
nen leven, in stand moet houden. Bel
gië hoopt te kunnen profiteeren van
een groot bezoek van Nederlandsche
touristen. In deze richting moeten po
gingen worden aangewend.
deze aanwijzingen
leven, teneinde zon-
bijzondere bevoegd-
Prijsopdrijvings en
gebruik behoeft te
een verhooging van
Betimmeringen voor de „Zui-
derdam” en de „Westerdam”
verloren gegaan.
Ook de betimmering van de beide
voor de Holland-Amerikalijn te bouwen
schepen, de „Zuiderdam” en de
„Westerdam” is verloren gegaan.
Over een maand ruimere aan
voer te verwachten.
Wanneer de toestand zich blijft ont
wikkelen zooals momenteel het geval
is, dan kunnen wij over een maand
ruimeren aanvoer verwachten. Een
voordeel voor de visschers is, dat zij
uitstekend vangen. Dit is ook al weer
een gevolg van de omstandigheid, dat
slechts weinig schepen op de bekende
vischgronden ter vischvangst gaan. De
besommingen zijn dus hoog Alleen de
beste platvischgronden in de Duitsche
bocht zijn door de Duitsche mijnenvel
den versperd.
De handelaren hebben het natuurlijk
ook moeilijker dan gewoonlijk. De Re
geering doet ook voor hen al het moge
lijke. Wanneer de eigen visscherij te
weinig aanvoert, dan stijgt oogenblik-
kelijk de invoer van visch uit het bui
tenland. Gedurende de eerste acht
maanden van 1939 werd ongeveer
700.000 k.g. visch ingevoerd, terwijl de
totale invoer over dat jaar 2.133.000
k.g bedroeg Hieruit blijkt wel, dat de
Regeering den invoer bijna geheel vrij
laat om de vraag naar visch in ons land
op te vangen.
De handel is echter meer gebaat bi;
regelmatigen aanvoer van een plaatse
lijk bedrijf, dan bij invoer uit het bui
tenland, waarvan men niet zeker kan
zijn. Ook daar wordt alleen dat uitge
voerd, wat gemist kan worden.
In ieder geval is de situatie zoo, dat
er langzamerhand meer schepen zullen
uitvaren, wanneer ongelukken tenmin
ste uitblijven. Op den duur zal de eigen
Nederlandsche visscherij dan aan de
vraag v^n de markt kunnen voldoen.
En daar gaat het tenslotte om: de
export komt eerst in de tweede plaats.
Trouwens deze bedroeg in het laatste
jaar nog slechts 3.7 millioen k.g. tegen
in 1930 30 millioen k.g.
Een belangrijke kwestie was nog die
der bemanningen. In het begin van den
oorlog hebben vele visschers gevaren
met bemanningen, die haar vak niet
verstonden. Ook hierin is zooveel ver
betering gekomen, dat thans kan wor
den gezegd, dat 95 pCt. van de beman
ningen uit ervaren visschers bestaat.
Slechts wanneer alle krachten wor
den ingespannen, zal het mogelijk zijn
het visscherijbedrijf in start! te houden.
De Regeering doet van haar kant alles
om de noodzakelijke verhoogingen van
de kosten op te vangen. Indien deze
pogingen slagen, zullen de Nederland
sche visschers niettegenstaande de
uiterst moeilijke omstandigheden en de
groote gevaren, aan de uitoefening van
de visscherij verbonden, hun vak blij
ven beoefenen.
Tweede Kamer erkent de noodzakelijk
heid ervan
Bij het afdeelingsonderzoek der
Tweede Kamer van het wetsontwerp
betreffende aanvulling van Ie Wet
Medewerking Verdedigingsvoorberei
ding 1939 verklaarden velen te er
kennen zoo lezen wij in het ver
slag dat aan een wettelijke regeling
van dezen aard behoefte bestaat. De
Regeering dient in de huidige om
standigheden de bevoegdheid te bezit-
ten om te beletten dat Nederlandsche
burgers verklaringen afleggen, welke
in strijd zouden kunnen zijn met het
standpunt, dat de Regeering tegenover
de oorlogvoerende landen inneemt.
Sommige leden stelden evenwel de
vraag, of de Regeering nu ook tegen
over de Nederlandsche belanghebben
den de verantwoordelijkheid aan
vaardt voor de schade, welke zij ten
gevolge van de nieuwe bevoegdheid
der Regeering wellicht zullen lijden.
Eenige leden waren beducht, dat
deze maatregel hoezeer noodzake
lijk ten gevolge zal hebben, dat de
Regeering steeds meer zelf den inter
nationalen handel aan zich zai trek
ken.
Andere leden meenden, dat in vele
gevallen consigneering van goederen
aan de Nederlandsche Regeering het
eenige middel zal zijn om de Neder
landsche belangen te beschermen.
Voorts werd gevraagd of de Re
geering van plan is op grond van de
nieuwe bepaling een algemeen gel
dend verbod uit te vaardigen dan wel
met incidenteel optreden te volstaan.
De distributie van ingevroren varkens
en de vleeschwarenfabrikanten.
Het Eerste-Kamerlid Maarsingh heeft
aan den minister van Economische Za
ken de volgende schriftelijke vragen
gesteld
Is het den minister bekend, dat de
distributie van ingevroren varkens niet
tot haar recht komt, doordat de vee-
houderij-Centrale minimum afname
eischt van vijf stuks ineens, welke de
meeste slagers niet kunnen betalen en
daarom niet kunnen verkoopen
Is het den minister bekend, dat de
vleeschwarenfabrikanten zich in ern
stige mate hebben schuldig gemaakt
aan prijsopdrijving inzake boterham-
worst in blik, enz., door weken achter
een den prijs dezer in voorraad zijnde
artikelen met 10 cent te verhoogen
Acht de minister het niet wensche-
lijk. bij de vleeschwarenfabrikanten
een boekenonderzoek te doen instellen
en zoo noodig. alsnog proces-verbaal
te doen opmaken
Hoe deze is samengesteld
Op schriftelijke vragen van het
Tweede Kamerlid Amelink betreffende
verlaging van den prijs van enkele
soorten peulvruchten, heeft de minister
van Economische Zaken als volgt ge
antwoord:
Hetvis juist, dat de Nederlandsche
Akkerbouwcentrale Zeeuwsche bruine
boonen en Mansholt-capucijners van de
producenten koopt voor den prijs van
respectievelijk 17 voor a-kwaliteit en
18.50 per 100 k.g. voor superkwali-
teit; deze beide producten worden aan
den handel geleverd voor 23.30 per
100 k.g. Het is eveneens juist, dat het
verschil tusschen den overnameprijs
daarvan 7.80 per 100 k.g. bedraagt.
Het komt den minister echter niet
juist voor, het verschil tusschen den
aan den teler betaalden prijs en den
verkoopprijs als bruto-winst te be
schouwen. De Nederlandsche Akker
bouwcentrale immers krijgt voor haar
rekening de kosten van opslag en be
waren van de ingenomen partijen, den
afslag daarvan, zoomede de algemeene
aan den opslaghouder te betalen kos
ten, de bewerkingskosten, de mindere
opbrengst van het bij die bewerking
ontstane afval en uitschoonsel, het ge
wichtsverlies.
Bovendien is in de bovenbedoelde
verschillen tusschen de overname- en
verkoopprijzen begrepen een bedrag
ter bestrijding van de distributiekosten.
Men moge in dit verband bedenken,
dat de distributiekosten niet slechts be
trekking hebben op het centraal distri
butiekantoor van het departement van
den minister, doch dat ook aan de ge
meentebesturen een tegemoetkoming
wordt verleend van 85 pCt. der werke
lijk door hen gemaakte distributie
kosten.
Gelet op bovenstaande omstandig
heden kan de minister geen vrijheid
vinden maatregelen te nemen teneinde
de verkoopprijzen te verlagen.
Het Tweede-Kamerlid van Kempen
heeft aan den minister van Econom'
sche Zaken de volgende schriftelijk,
vragen gesteld:
Is het den minister bekend, dat se
dert weken de vogelstand in Nederland
ernstige schade lijdt, welke voor ver
schillende soorten nog verergerd wordt
door het optreden van den mensch en
dat in het bijzonder de in het wild
levende ganzen thans in zeer grooten
getale geschoten en gevangen worden?
Mag worden aangenomen, dat in het
algemeen van ganzen geen schade
voor de landbouwgewassen wordt ge
vreesd, nu b.v. in Friesland, ingevolge
art. 19 der Jachtwet, de jacht op deze
vogels reeds tegen 11 Februari geslo
ten werd?
Is de minister van meening, dat in
den huidigen abnormalen winter art. 20
sub d. van de Jachtwet zoo moet wor
den opgevat, dat bij spoorsneeuw het
schieten van waterwild aan de oevers
van rivieren, meren en plassen slechts
toelaatbaar mag worden geacht, wan
neer deze wateren niet bevroren zijn,
wat thans meestal geheel of ten deele
wel het geval is?
Is de minister bereid maatregelen te
nemen om een verdere uitroeiing van
ganzen te voorkomen en om een stren
ge controle ter bescherming ook van
ander waterwild te bevorderen?
De minister van Economische Zaken
deelt met betrekking tot de prijspoli
tiek het volgende mede
Na het uitbreken van den oorlog is
bekend gemaakt, dat geen bezwaar be
stond tegen een verhooging van den
verkoopsprijs boven het peil, dat in de
maand Augustus 1939 gold, voorzoover
deze verhooging door een aantoonbare
verhooging van den kostprijs werd ge
motiveerd, nadat de oude voorraden in
het algemeen waren opgeruimd. Ver
volgens is op de persconferentie van
3 November 1939, alsook bij de schrif
telijke behandeling van de begrooting
van het departement van Economische
Zaken medegedeeld, dat ten aanzien
van de prijsbepaling door het bedrijfs
leven accoord kon worden gegaan met
een calculatie op basis van de vervan
gingswaarde, indien en voorzoover nor
male handelsvoorraden werden aange
vuld.
Het is intusschen wenschelijk geble
ken deze richtsnoeren te verduidelijken
met betrekking tot de handelsmarges.
In sommige gevallen blijkt men er
namelijk van te zijn uitgegaan, dat bij
de herziening der prijzen de procen-
tueele bruto-winst-marges konden wor
den gehandhaafd. Dit standpunt moet
als onjuist worden beschouwd. Ook
voor den handel geldt, dat prijsverhoo-
ging door een aantoonbare kostprijs
stijging moet worden gemotiveerd. Bij
de prijsbepaling door den handel mag
dus het totale geldsbedrag van de
bruto-winstmarge slechts worden ver
hoogd, indien en voorzoover. een aan
toonbare verhooging van de handels-
kosten heeft plaats gevonden.
De minister doet een beroep op het
bedrijfsleven om
nauwgezet na te
der dat van de
heden van de
Hamsterwet 1939
worden gemaakt,
de prijzen en daarmede van de kosten
van levensonderhoud zooveel mogelijk
te beperken.
Tenslotte wordt de aandacht er op
gevestigd, dat voorlichting met betrek
king tot de materie der prijzen wordt
verleend door de afdeeling nijverheid
en de afdeeling middenstand van de
directie van handel en nijverheid van
het departement van Economische
Zaken.
De belangstelling, welke in breede
kringen bestaat voor een wijziging van
de Ziektewet, welke belangstelling
wellicht voor de Regeering mede aan
leiding zal zijn om een wijziging in
overweging te nemen, is voor de bestu
ren van de 3 Nederlandsche Midden
standsbonden aanleiding geweest om
zich terzake tot den minister van So
ciale Zaken te wenden. Het leek de
bonden daarbij nuttig om de opmer
kingen welke zij over dit onderwerp
zouden willen maken, te doen aanslui
ten op de gedachten neergelegd in een
Rapport inzake wijziging van de Ziek
tewet, aan den minister van Sociale
Zaken uitgebracht op 25 November
1938 door een zestal sociale organisa
ties. In dit rapport werden door de or
ganisaties van grootwerkgevers en van
arbeiders een aantal conclusies neer
gelegd, waartoe een commissie uit de
ze organisaties bij de bestudeering van
de uitvoeringsorganisatie van de Ziek
tewet is gekomen.
Het uitgangspunt van de conclusies
wordt ten volle aanvaard. Ook de mid
denstandsbonden achten ’t gewenscht,
dat in de uitvoering van de Ziektewet
neer dan tot dusverre een organisa
torische samenhang komt en dat deze
uitvoering deugdelijk wordt gefun
deerd op de bestaande organisatori
sche verhoudingen.
Intusschen komt ’t den bonden voor,
dat de commissie die het rapport sa
menstelde, juist op dit essentieele punt
die bestaande organisatorische ver
houdingen geheel uit het oog heeft
verloren en daarvan een zeer eenzijdig
verwrongen beeld geeft. De commissie
heeft zich n.l. bij de bestudeering van
het vraagstuk op het standpunt ge
steld, dat in de uitvoering van de Ziek
tewet door bedrijfsvereeniging en voor
wat betreft de werkgeverszijde, het
grootwerkgevers-element eigenlijk al
leen van beteekenis is.
Tegen deze miskenning van de be
staande en zich ontwikkelende organi
satorische verhouding richten zich de
ernstige bezwaren van adressanten.
Ten aanzien van de inschakeling
van de centrale sociale organisaties
geven zij de voorkeur aan een beoor-
deeling door commissies, waarvan de
samenstelling is aangepast aan het
terrein dat door de commissies kan
worden overzien.
Op deze wijze zou de commissie
naargelang zij bedrijfsvereenigingen
op het gebied van het grootbedrijf,
middenstandsbedrijf of landbouw in
haar gezichtskring betrekt, aan werk
geverszijde uitsluitend moeten bestaan
uit vertegenwoordigers van resp.
grootwerkgevers- middenstands- of
boerenorganisaties.
Adressanten achten ook de vierde
conclusie van het rapport niet aan
vaardbaar. Ook hier namelijk is het
niet duidelijk, waarom representanten
van grootwerkgevers een oordeel moe
ten uitspreken over het bestaan c.q.
voortbestaan van bedrijfsvereenigin
gen van middenstanders of landbou
wers. De middenstandsbonden deelen
de gedachte, dat aan de centrale or
ganisaties bij de bedoelde beoor-
deeling invloed moet worden toege
kend, maar dan geschiede dit aan de
centrale organisaties van grootwerk
gevers, middenstanders en boeren ie-
der op het hun eigen terrein.
Ook voor den directeur van de fa
briek, den heer C. Breedveld, is de
brand een groote ramp. Van begin af
aan heeft hij moeizaam en hard ge
werkt om de fabriek te maken tot wat
zij thans was en met één slag is bijna
al dit wérk verloren gegaan. De heer
Breedveld, die voorloopig bij familie
in de Saftlevenstraat vertoeft, was
door het gebeurde geheel overstuur en
weigerde ons verdere inlichtingen,
welke wij vroegen, te verstrekken.
Voor het 'personeel, in totaal onge
veer een veertig man, was het van
ochtend een ontstellende verrassing te
zien, dat de fabriek, waar zij zooveel
jaren hadden gewerkt, vernield was.
Zij waren uiteraard van te voren
niet gewaarschuwd en zagen pas, wat
er aan de hand was, toen zij vlak bij
het gebouwencomplex waren. Zij bleven
in de Rochussenstraat de blusschings-
werkzaamheden gadeslaan. Deze straat
was door de politie geheel voor het
verkeer afgezet. Men werd door middel
van touwen op voldoenden afstand van
het terrein van den brand gehouden.
Er stijgen thans groote rookkolom
men uit het brandende complex op. die
ver in den omtrek zichtbaar zijn en
dan ook niet nalaten vele toeschou
wers naar de plaats des onheils te
trekken.
Ter conferentie deelde de directeur
van Maatschappelijk Hulpbe
toon, dr. F. M. G. van Walsem nog
mede, dat er wordt gewerkt aan een
Rijksregeling voor ondersteuning
van de z.g. kleine zelfstandigen, die
thans door de gemeenten als arm
lastigen moeten worden behandeld.
Nader vernemen wij nog:
Vanochtend omstreeks acht uur kon
men wel aannemen, dat de brand zich
zou bepalen tot de meubelfabriek en
kantoorgebouwen, zoodat geen gevaar
meer voor de naburige woningen be
stond Het blusschingswerK, dat onder
leiding stond van den hoofdman, den
heer W. Lourens, bepaalde zich er dan
ook hcofdzakelijk toe om het vuur in
de gebouwen te bedwingen.
De groote motorspuit bleef met vier
stralen,, welke van verschillende zij
den op het vuur gericht werden, werk
zaam, terwijl ander materiaal in de
nabijheid bleef om eventueel te kunnen
ingrijpen. Dat bleek niet noodig te
zijn, integendeel, later op den ochtend
kon de motorspuit inrukken en kon
men het nablusschingswerk met ver
scheidene stralen op de waterleiding
verrichten.
De nablussching zal echter wel den
geheelen dag duren, daar het vrijwel
niet mogelijk is de vuurhaarden dicht
te benaderen. De groote voorraden
hout en ander brandbaar materiaal
zijn n.l. op vele plaatsen door de pla
fonds gezakt en vormen in het bene
dengedeelte van de fabriek comnacte
massa’s, waaruit nu eens hier, dan
eens daar vlammen .uitslaan. Men kan
in de fabriek waar de brand op 't laatst
nog het hevigst woedde, moeilijk door
dringen. Van buiten af, omdat er zich
daar overal draadglas in stalen ramen
bevindt, welke men moeilijk kan in
slaan en van binnen af, omdat de
mogelijkheid van verzakking het ver
blijf binnen in de brandende fabriek
uiterst gevaarlijk is.
In een conferentie met den heer J.
H. Donner, wethouder van Sociale
Zaken te Rotterdam, heeft deze een
overzicht gegeven van de werkloosheid
te Rotterdam over het jaar 1939.
Elke maand in 1939 blijkt een lager
cijfer, wat het aantal bij de arbeids
beurs ingeschreven werkzoekenden bo
ven 18 jaar betreft, te hebben gehad
dan in 1938. Eind December 1939 ston
den totaal als werkzoekend ingeschre
ven 42.003 of 6340 minder dan eind
December 1938. Daarvan waren er
ruim 38.000 werkloos.
Rotterdam heeft nog altijd het groot
ste percentage werkloozen in de vier
grootste gemeenten. Gemiddels was in
1939 6,6% van de bevolking werkloos,
tegen 5,5% in Amsterdam. 4,1% in
den Haag en 4,7% in Utrecht. Onge
veer 20% van de bevolking bestaat uit
gezinnen van werkloozen.
De schade
Over een juist bedrag van de
schade, kon men ons nog geen me-
dedeelingen doen. Vaststaat echter,
dat praktisch niet alle schade door
verzekering kan worden gedekt.
Groot is n.l. ook de immaterieele
schade van dezen brand. Er zijn
immers behalve materiaal ook zeer
veel teekeningen, ontwerpen, dos
siers en archieven vernietigd. Of
de inhoud van de brandkast ge
spaard is gebleven, staat nog niet
vast. Hedenochtend kon men daar
nog niet bij.
Bovendien waren de opgeslagen goe
deren in de fabriek zeer groot in aan
tal. De fabriek legt zich n.l. toe op het
vervaardigen van winkel- en scheeps-
betimmeringen. Door de aanhoudende
vorst konden zeer veel winkelbetimme
ringen niet afgeleverd worden, daar
men geen voortgang had met bouwen,
zoodat zij in de fabriek opgeslagen ble
ven. Die groote voorraad is geheel ver
nietigd.
Geref. Kerken.
Aangenomen naar Leeuwarden ds. A.
W. Wymenga te Uithuizen.
Bedankt voor Wanswerd ds. D. A. ZIJI-
stra te Nieuw-Beets.
Beroepen te Hattem ds. J. O. Mulder te
Langerak (Z.-H.).
Aangenomen naar Papendrecht (als
hulppred.) de heer C. van Breughel, cand.
te Nieuwendijk
EXAMENS
Universiteit te Groningen.
Doet. ex. rechtswetenschap de heer 8.
<1. Timmenga.
Universiteit van Amster
dam.
Cand. ex. Germaansche taal- en letter
kunde mej. B. van der Hoeven.
I HET LEVEN VAN
LOUIS PASTEUR
Verlaagde prijs 90 ct.
HEDENAVOND EN MORGEN
VAN VRIJDAGMORGEN 10 UUR AF
PAUL MUN1