voor
K Indische begrooting
1940
STATEN-GENERAAL
KUNST EN LETTEREN
SPORT
GEMENGD NIEUWS
I
HAAGSCHE COUPANT VAN WOENSDAG 21 FEBRUARI 1940.
TWEEDE BLAD, PAGINA 3.
Behandeling in de Tweede Kamer
Ve-rSa
GEVOLGEN VAN DEN „IJSTIJD”
D1SCH CONTRA S. RIEGER
VEREENIGINGEN
ECONOMISCHE ZAKEN EN
LANDBOUWCRISISFONDS
BRAND IN NACHTCLUB TE
AMSTERDAM
EERSTE KAMER
VOORTZETTING INDISCHE
BEGROOTING
Inventaris ernstig beschadigd
Wat
daarover
De economische toestand.
(S.D.A.P.)
onttrekken
vesti-
uitgaven
Indisch
volwaardig
De Volkshuishouding.
Gelderen betreurde
VOETBAL.
MET NONO DOOR AMSTERDAM.
(De vergadering duurt voort.)
AFDEEL1NGEN.
enkele
aldeelingen.
kan
tra
Voorzitter: mr. W. L. baron
de Vos van Steenwijk.
DE MATTHAUS-PASSION TE
NAARDEN.
Instemming met het Regee-
geeringsbeleid.
den
dat
oefenen
algemeene
dering van Dinsdag
20 Februari.
(Slot).
Avondvergadering
op Dinsdag 20 Februari,
geopend te 8.35 uur.
Xerxes moet haar terrein verlaten.
Gelijk ook andere vereenigingen heeft
Xerxes in verband met de langdurige ge
dwongen rustperiode financieele moeilijk
heden gekregen, waardoor zij de huurpen
ningen. verschuldigd voor haar terreinen
complex, niet kan betalen. De eigenaar
van de terreinen heeft Xerxes nu de huur
opgezegd, zoodat de Rotterdammers naar
een ander terrein dienen uit te zien. Het
bestuur van Xerxes heeft bereids de ge
meente in den arm genomen en op deze
wijze zal men trachten nieuwe speelge-
legenheid te vinden. Intusschen blijft nog
de mogelijkheid open, dat de exploitant
met voordeeliger voorwaarden voor den
dag komt en in dat geval zou het natuur
lijk kunnen zijn, dat Xerxes niet tot ver
huizen behoeft over te gaan.
BOKSEN.
koste van den landbouw geschieden.
Spr erkent de moeilijke positie van
den minister. Hij meent, dat het goed
zou zijn, wanneer wij een landbouw-
ministerie hadden.
Om 1 uur wordt de vergadering ge
schorst.
in de leiding dier beweging in Neder
land. De Rggeering zij echter waak-
zaan ten aanzien van de ondergrond-
sche actie dier partij.
De heer Meyerink vroeg
nog eenige inlichtingen.
Vergadering op Woensdag
21 Februari,
.geopend te 1.10 uur.
Voorzitter: m r. J. R. H. v a n S c h a i k.
Suma-
en Zuid-
Poll haalde
voorbeelden
een vol-
Der traditie getrouw zal de Nederland-
sche Baèh-vereeniging in de groote kerk
te Naarden op Donderdag 21 Maart en op
Goeden Vrijdag 22 Maart de Matthöus-
Passion van Joh. Seb. Bach ten gehoore
brengen.
De uitvoering op Donderdagavond be
gint te half zeven, die op Goeden Vrijdag
te elf uur
Medewerkenden zijn: Jo Vincent, Annie
Woud, Jan Schipper, Max Kloos, Laurens
Bogtman, Henk Viskil, Herman Hülsmann,
Lucion Louman, Marie Landré, (clavecim-
bel), Valentijn Schoonderbeek (orgel), het
koor der Nederlandsche Bachvereeniging
en het Utrechtsch Stedelijk Orkest. Het
geheel onder leiding van Anthon van der
Horst.
RESIDENTIEORKEST.
De dirigent prof. Georg Szell, die mo
menteel in Amerika vertoeft, heeft het be
stuur van het Residentie-orkest laten we
ten, dat hij wegens pas-moeilijkheden dit
seizoen niet naar Nederland kan komen.
Zijn concerten zullen worden overgeno
men door de dirigenten Frits Schuurman,
Gregor Fitelberg en Martin Spanjaard.
elf konden de motorspuiten naar hun
standplaatsen terugkeeren.
Het smeulende vuur heeft in de
nachtclub een zoodanige schade aange
richt, dat zij voorloopig gesloten zal
moeten blijven.
SCHENKING VAN COMPOSITIES.
Naar wij vernemen zijn de composities
van den in 1939 overleden Nederlandschen
musicus Adrien H. Baehler grootendeels
geschonken aan het gemeentemuseum.
Deze belangrijke schenking is volgens den
heer D Balfoort, conservator van de Mu
ziekhistorische afdeeling, een aanwinst
voor dit museum.
Om het nationaal lichtgewicht-
kampioenschap.
Robert Disch, de kampioen van Neder
land in het lichtgewicht, is uitgedaagd
voor een titelgevecht door Siegfried Rie
ger. Deze ontmoeting, over 15 ronden van
3 minuten, zal plaats hebben op Maandag
26 dezer in de Doelen, aan den Coolsingel
te Rotterdam, onder leiding van promotor
Huizenaar.
Er is voor dezen avond een uitvoerig
bijprogramma samengesteld, dat de navol
gende partijen omvat: L. van Sinderen-
M. v. d. Stam; R. ErkelensJ. Zoeteman;
Van CreveldN. v. d. Wetering; Kruchten
J. van Leeuwen; R. KrijgerGraafland;
B de ReusSchuurink
Aan de orde zijn de begrootingen van
Economische Zaken en van het Land-
bouwcrisisfends voor 1940.
De heer de ia Bella (S.D.A.P.) uit
een woord van waardeering voor den
Rost van Tonningen
zeide voorts o.m. ,nog het
EEN HOUTENS ÉTALAGE,
In de zij-étalage van den boekhandel
Dijckhoffz op de Plaats alhier, is een
kleine expositie gemaakt van werken, uit
gaven en bibliophiele uitgaven van verzen
van den 70-jarigen dichter dr. P. C. Bou-
tens, alsmede van foto’s van en teekenin-
gen naar den dichter en een reproductie
naar het portret door Willem van Konij
nenburg.
Heropening der vergadering.
Om 1.40 uur wordt vergadering her
opend.
De heer H i e m s t r a
vervolgt zijn rede.
Met genoegen heeft spr. gelezen, dat
de minister overweegt den militairen
inplaat$ van margarine boter te ver
strekken. Spr. hoopt, dat de minister
niet zal nalaten den tuinbouw verder
te helpen, indien dit noodig is. Men
onderzoeke, hoeveel hectaren weiland
voor de scheuring in aanmerking ko
men. Spr. hoopt, dat de maatregelen
tegen opdrijving van de pachtprijzen
spoedig zullen komen. Wij zullen tot
herziening van de Pachtwet moeten
komen.
De minister verlate het systeem van
afkeer van minimum-loonen.
Spr. is niet overtuigd door den vori-
gen spreker, dat de instelling van een
landbouwraad onmogelijk is. De minis
ter stimuleere de instelling van een
dergelijken raad.
Spr. bepleit het stellen van
gingseischen voor landbouwers.
De heer K o 1 f f (C.H.) wil geen
lange beschouwing houden over het
economische beleid. Spr. uit een woord
van waardeering voor den arbeid van
den minister.
Een debat over de instelling van een
afzonderlijk departement van land
bouw acht spr. thans overbodig.
Voor onze landbouwende bevolking
bestaat weinig reden tot tevredenheid
van vele resultaten kan men niet spre
ken als van een redelijke belooning.
Spr. acht het gelukkig, dat de Regee-
ring onzen land- en tuinbouw staande
heeft weten te houden, dank zij offers
van de geheele bevolking. Had zij dit
niet gedaan, dan zouden wij nu ver
hongeren. Onze voedselvoorziening
steekt gunstig af bij den vorigen oorlog.
Geldt de uitbreiding van het suiker
bietenareaal slechts voor 1941 Kan
een voldoende toename met den te
lagen garantieprijs worden verkregen?
Moet de verbouw van consumptie-aard-
appelen niet gestimuleerd worden door
afschaffing van de teeltheffing Het
personeel van de landbouw-crisis-orga-
nisaties heeft thans een zeer zware
taak gekregen naast lage bezoldiging.
Voor den extra-arbeid in begin Sep
tember is geen vergoeding ontvangen.
Men kenne alsnog een behoorlijke ver
goeding toe.
De inundatiemaatregelen hebben sterk
ingegrepen in het leven van tal van
Nederlanders. Het leed voor velen is
niet goed te maken, de toegebrachte
schade wel. Kan Defensie deze zaak ech
ter wel in orde brengen? Men stelle nu
reeds vast, welke waarde de bedrijven
hadden voor de inundatie.
Over den tuinbouw valt niets gunstigs
te zeggen. Spr. acht onjuist, dat de
nieuwe teeltvergunningen niet naar den
tuinbouw, doch naar de bollenkweekers
gingen.
Waarom wordt de Nederlandsche to
matensoep niet aan het leger vérstrekt,
doch wel Italiaansche?
De heer Fleskens (R.K.) bestrijdt
het prae-advies van dr. de Graaff, waar
deze slechts stimuleeren van den
export voldoende achtte. De „levens-
ruimte” op het platteland is zeer ge
ring. De export is het zwakke punt van
onze agrarische productie. De bellige-
renten zijn geen goede afnemers geble
ken. Welke resultaten hebben de ge
voerde onderhandelingen opgeleverd?
Wij zullen onze nationale producten
meer op de nationale markt moeten
afzetten. Wij moeten ons hoeden voor
een neergaande spiraal. Spr. juicht toe,
dat wellicht boter aan het leger zal
worden verstrekt, lyat is het resultaat
van het overleg geweest? Kan het le
ger ook niet meer als kaasconsument
optreden?
Wij moeten trachten ten aanzien van
de voedselvoorziening ons zelf te kun
nen helpen; de productiviteit van den
bodem dient tot het uiterste te worden
opgevoerd. Er dienen spoedig aardap-
pelvlokkenfabrieken te worden opge
richt.
Spr. is verheugd over het standpunt
van den minister, die boven de nood
zakelijke productiekosten een redelijke
belooning voor den ondernemer in het
uitzicht heeft gesteld.
(De vergadering duurt voort.)
Komend tot de volkshuishouding be
toogde de heer van Poll, dat het ver-
soberingsstreven in overeenstemming
gebracht moet worden met handhaving
van de eventueele voorwaarden voor de
volkswelvaart. Wie bezuinigen wil op
de Staatsuitgaven, moet precies aange
ven welke posten hij verlagen wil, zon
der vitale belangen te schaden. Verso
bering mag niet gezocht worden op een
gebied, dat in ruimen economischen zin
rendement oplevert, of gericht zijn op
beperking van rationeele ruilhandelin-
gen. Integendeel, deze laatste moeten
worden uitgebreid, vooral wat de ruil-
handelingen tusschen Nederland en In-
dië betreft. Met voldoening had de heer
van Poll gezien, dat blijkbaar naar een
vast plan de ontginnning van de bo
demschatten in Indië wordt ter hand
genomen. Al kan men den opbouw van
een Rijkshuishouding niet forceeren,
toch moet deze door het beschikbaar
stellen van meer kapitaal bevorderd
worden. De welvaartsdiensten van het
gouvernement kunnen daartoe belang
rijk bijdragen, hetgeen de practijk reeds
heeft bewezen. De heer van Poll be
pleitte de stichting van een welvaarts-
fonds, er op wijzend, dat de welvaart
van de Inlandsche bevolking beteekent
de welvaart van het moederland.
De heer Meyerink (A.R.) ver
klaarde met de algemeene lijnen van
het Regeeringsbeleid in te stemmen en
eveneens met de maatregelen, waartoe
het uitbreken van den oorlog aanlei
ding heeft gegeven. Hij waarschuwde te
gen een te optimistische opvatting van
de welvaart in Indië, die wel weer eens
een schijn-wel vaart zod kunnen blijken,
welke we ook in den vorigen oorlog
hebben gekend.
De heer Meyerink gaf vervolgens een
overzicht van de economische maatrege
len, welke in de laatste jaren zijn geno
men. Hij achtte de taakomschrijving der
Regeering: opvoeding tot economische
zelfstandigheid der bevolking, volkomen
juist. Eerst als deze bereikt is, kan de
opvoeding tot staatkundige zelfstandig
heid succes hebben. De heer Meyerink
vroeg of de economische samenwerking
tusschen Nederland en Indië op het
oogenblik wel vlot verloopt. Terecht
zegt de minister, dat de bevolking van
Java niet in haar geheel door de crisis
is getroffen, maar.een belangrijk deel
ervan is de gevolgen van de crisis nog
niet te boven. De toestand is nog niet
geheel bevredigend. Van de welvaarts-
bijdrage is meer aan de bevolking der
buitengewesten dan aan die van Java
ten goede gekomen. Nog komt er hier en
daar voedselgebrek in Midden- en Oost-
Java voor. De welvaartdiensten doen
goed werk, maar het zou gevaarlijk zijn
zich aan illusies over te geven. Een
ethisch-religieuze opvoeding van het
volk, waardoor het boven de tegenwer
kende krachten van het animisme wordt
geheven, is noodig. De heer Meyerink
betwistte, dat van A.R.-zijde eenige aan
drang tot bezuiniging op de welvaart
diensten is uitgegaan.
De heer Meyerink betreurde dat de
vertegenwoordiger van de Inheemsche
Christelijke Partij niet in den Volks
raad is herbenoemd. Hij zag achter de
actie voor een volwaardig parlement, daagd en begaf de Kamer zich in de
een revolutionnair streven. Inwilliging
van de politie zou de tegenstellingen
slechts doen toenemen. Voor verscher
ping van de wenschen is een geheel
complex oorzaken aan te wijzen o.a. de
conjunctuurgevoeligheid van Indië, ook
op staatkundig gebied; het Britschindl-
sche voorbeeld trekt.
De Regeering zal tegenover dat stre
ven waakzaam moeten zijn. De histo
risch gegroeide eenheid v<fti Indië met
het Koninkrijk moet gehandhaafd blij
ven. De christelijk Inlandsche bewe
ging houdt zich afzijdig van de G.A.
P.P.-bewG^ing.
Wat de N.S.B. in Indië betreft, is
het waar, dat de sympathie voor die
beweging afgenomen is, o.a. tengevol
ge van de wisseling van denkbeelden
De Eerste Kamer is gisteravond kor
ten tijd in openbare vergadering bij
eengeweest, waarin werd medegedeeld
het besluit der centrale afdoeling om
onmiddellijk na de openbare vergade
ring een aantal wetsontwerpen in de
nfdeelingen te onderzoeken.
Daarna werd de vergadering ver-
minister en zijn staf voor de groote
activiteit, waaraan te danken is, dat
wij er gunstiger voorstaan dan bij den
aanvang van den vorigen oorlog.
Spr. behandelt de economische poli
tiek, naar aanleiding van het betoog
over de prijzenpolitiek.
Moet men de prijzen min of meer
den vrijen loop laten en de spiraalbewe
ging aanvaarden of moeten maatregelen
worden genomen, waardoor het arbei-
dersbudget vrij blijft van verdere prijs
stijgingen? „Versobering” in het alge
meen heeft niet veel beteekenis. Naast
versobering moet men groote controle
van de overheid aanvaarden. Men moet,
waar het kan, tot versobering komen:
er is uitbreiding van arbeidsmogelijk
heid door defensie-opdrachten en wij
importeeren minder. Wij hebben nu
reeds minder koopkracht, er heeft dus
reeds versobering plaats. Ook hier is
een spiraalbeweging. Men zorge, dat
de stijging van het arbeidersbudget op
houdt: door verminderingen van hef
fingen, aantasting van bedrijfs-reserves
en desnoods door toeslagen. Dit is wel
duur, doch anders zal men honderden
millioenen compensatie aan bepaalde
groepen moeten geven. Men bedenke
ook, hoe na den oorlog de toestand in
goede banen kan worden geleid. Spr. is
■verheugd, dat het de bedoeling is, de
eerste levensbehoeften te
aan de prijsstijgingen.
Tenslotte bespreekt de heer de la
Bella de samenstelling van commissies.
Van de organen, zooals zij gedacht wa
ren. is nog geen sprake. Hoe staat de
minister ten opzichte van de organen
op economisch gebied? Vroeger was
deze zaak zoo urgent, waarom wordt
zij niet doorgezet?
De samenstelling van de huidige advi-
seerende en uitvoerende instanties is
van de grootste beteekenis. Spr. ver
schilt van meening met den minister
te dien aanzien hij vreest, dat dit ver
schil zich zal toespitsen. De regel moet
zijn, dat de werknemers opgenomen
worden in die commissies. Vooral echter
het algemeen belang zal een ruime
plaats moeten krijgen. Spr. bepleit be
hoorlijke vertegenwoordiging van de
werknemers, in den economischen raad.
Samenwerking tusschen Regeering en
bedrijfsleven kan veel tot stand brengen
in het belang van ons volk.
De heer van Rappard (Lib.)
wenscht evenals de vorige spreker, den
minister geluk met zijn herstel„Ischias
komt den minister slecht van pas”. Spr.
bepleit de instelling van een afzonder
lijk ministerie van landbouwde geor
ganiseerde landbouw houde voet bij
stuk.
Spr. is verheugd over de mededee-
ling, dat bij de belooning van den boer
rekening zal worden gehouden met de
kosten van levensonderhoud. Spr. acht
het billijk, dat de Regeering de richt
prijzen vaststelt, als zij de uitkomsten
van het jaar kent. Wordt de bietenbouw
door den vastgestelden prijs gestimu
leerd 12.50 bijslag per 100 k.g.) Spr.
betwijfelt ditde minister heeft geen*
rekening gehouden met de door de drie
centrale landbouworganisaties over
legde gegevens.
De Regeering zal een aantal zware
varkens uit de markt moeten nemen. De
toestand van de gemengde bedrijven is
treurig de melkprijzen zijn te laag.
De wensch leeft, dat de teeltregeling
voor kalveren en biggen wordt opge
heven wanneer zij tijdelijk wordt afge
schaft, kan zij later weer worden her
steld.
De tuinbouwteelt acht spr. van groot
economisch belangspeciaal bepleit
spr. de belangen van de gemengde be
drijven. Hij betwijfelt, of de kleine
bollenkweekers met de regeling gehol
pen zijn. Men passe een evenredige be
perking toe op alle bedrijven, waar tuin
bouw wordt uitgeoefend boven drie
hectare.
Ten aanzien van de inundatie is spr.
van oordeel, dat er veel hapert aan het
uitbetalen van de taxatiewaarde van
het vee hij dringt aan op spoedige uit
betaling. Ook dringt spr. aan op vergoe
ding van de indirecte schade tengevolge
van de militaire inundatie.
Spr. vraagt de clementie van den
minister vdor de wilde ganzen.
Spr. ziet het nut van een landbouw
raad niet in. De bestaande toestand
verdient verre de voorkeur. Het is juist
de uitvoering van de crisismaatrege
len niet in handen van de bedrijfsge-
nooten te leggen. Het is nu niet de tijd
’s ontwerp-Landbouw-Bedrijfsregeling-
wet te behandelen.
Spr. betreurt, dat het ontwerp-Na-
tuurbeschermingswet nog niet in be
handeling kan komen.
De heer H i e m s t r a (S.D.A.P.) is
het op veel punten eens met de land
bouwpolitiek van den minister. Spr. is
voldaan, dat de noodzakelijke produc
tiekosten de grondslag zullen zijn van
de prijsbepaling en dat de werken in
den landbouw een redelijke belooning
zullen ontvangen.
Prijsstijging van enkele produc
ten zal moeten volgen, doch de
prijs is nog niet te hoog. Spr. acht het
gelukkig, dat de Regeering het prijs
peil van de agrarische producten in
de hand heeft, in tegenstelling tot 1914.
De invloed van de Overheid werkt ze
genend.
Ook onttrok men zich in den vorigen
oorlog aan de noodzakelijkheid om zoo
veel mogelijk volksvoedsel te verbou
wen. Ook dit is thans onmogelijk. De
Regeering schrome daarom niet, de
prijzen zóó te bepalen, dat de agrari
sche werkers een redelijke belooning
ontvangen. Dit is nog niet het gevql
in veehouderij en landbouw. Men kome
de veehouderij tegemoet, door de hal-
veering van den toeslag op de kas
weder op te heffen. Spr. juicht toe, dat
de noodzakelijke levensbehoeften geen
invloed zullen ondervinden van de
prijsstijging, doch dit mag niet ten
■en, mogen dan wel weten, dat
Woord ook de aanhechting van
Polen
tegelijk met
van levensruimte.
ook nu nog sterke nationale
tusschen
Java, tusschen Java
De heer van
verschillende
moet er dan van
lg Parlement terecht komen, dat
■1 een sterke Javaansche meer-
*>u te zien geven? Dit kan
in het belang van het alge-
welzijn van Indië wezen. Voor
Werksters namen vanmorgen om
streeks kwart voor acht een sterke
brandlucht in de lokalen van de „Savoy
Club”, aan de Leidschekade te Amster
dam, waar. Zij waarschuwde de brand
weer en spoedig arriveerden twee mo
torwagens. Het bleek, dat vermoedelijk
door het wegwerpen van een niet uit
gedoofde sigaret, brand was ontstaan
op het podium van het orkest. Daar de
zaal goed afgesloten was, ramen en deu
ren waren dicht, kon het vuur zich
door gebrek aan zuurstof niet ernstig
uitbreiden en bleef het smeulen. Het
verspreidde zich echter langs de wan
den en de zoldering en tastte ook het
meubilair aan. Groote rookmassa’s had
den zich ontwikkeld, zoodat de brand
weer genoodzaakt was van rookmas
kers en zuurstofapparaten gebruik te
maken. Met twee stralen werd het
vuur bestreden en spoedig was de
brandweer het vuur meester. Om half
der NederL Natuurhistorische^Veree^igüig
heeft de heer A Kortlandt een interes
sante causerie met prachtige lichtbeelden
gehouden over leven en gedragingen vun
onze aalscholvers.
Lezing van de Ned. Reisvereeniging.
Onder leiding van den heer J. B. Uges
vond gisteren in Excelsior een Amster-
damsche avond plaats voor de leden van
de Nederlandsche Reisvereeniging.
De heer Uges, beter bekend onder zijn
pseudoniem Nono, kwam als afgezant van
de Amsterdamsche V.V.V. en een beter
pleitbezorger voor de schoonheid van de
hoofdstad des lands had deze vereenl-
ging moeilijk kunnen kiezen.
Na een humoristische Inleiding heeft
de heer Uges in tuchtigen, doch daar
om niet minder boeienden trant ver
teld van Amsterdam.
Van Amsterdam, de stad van de zin
gende torens, de stad van Rembrandt,
de stad met haar ontschatbaren rijkdom
aan historische en cultureele verzame
lingen. Van Amsterdam, de stad, welke
4000 oude huizen met een geschiedenis
bezit. Ook over de tegenstellingen van
de hoofdstad heeft spr. verteld. Het oude
Amsterdam met zijn Jordaan, die moet
verdwijnen voor moderne, hygiënische
woningen en het nieuwe Amsterdam met
zijn prachtige woonwijken.
De onderhoudende causerie, wars van
officieele cijfers on statistieken, doch
gekruid met anecdoten, werd toegelicht
door fraaie lantaarnplaatjes van den heer
W. Beets jr.
Tenslotte droeg de heer Uges zijn amu
sante schets „Standing and misunder
standing” voor, waarom hartelijk Is ge
lachen. Met warm applaus dankte de
aanwezigen den spreker voor het ge-
bodene.
Na de pauze stond op het programma
een film over Amsterdam, vervaardigd
door den heer W. Beets jr. Het succes
er van was groot.
De voorzitter van de Haagsche afdee
ling van de N.R.V., de heer A. M. van
Leeuwen, wees er nog op, dat deze
avond het misverstand uit den weg kon
ruimen, dat de N.R.V. uitsluitend rei
zen naar het buitenland organiseert.
sloot zich bij de afwijzing door
minister aan. Hij wees erop,
iemand als hadji Salim het overplan
ten van Westersche begrippen naar
Indië afkeurt en gezegd heeft dat de
leiders het volk behoeven, niet om
gekeerd. Er zijn nog andere stemmen
uit Inheetpschen kring, die zich tegen
een volwaardig parlement verzetten.
De medestanders van de G.A.P.I. stel
len zich op een doctrinair parlemen-
tair-democratisch standpunt, dat geen
hoogere macht aanvaardt dan die der
menschen en de vrijheid begeert om
de vrijheid voor anderen te vernieti
gen. Het meest essentieele der demo
cratie schu\lt in het Christendom. De
parlementaire democratie is slechts
houdbaar op dien grondslag. De
Westersche autonomistische wereld
beschouwing, die de democratie in
menig land in Europa deed ten onder
gaan, is echter de grondslag geworden
voor het autonomistisch streven van
Indië en mede om die reden moet de
actie voor een
parlement worden afgewezen.
s’ B‘.
Erfstelling van ccn oorlogswinst-
IXva moet worden toegejuicht.
Regeering hierin spoed be-
yat )e economiSbhe toestand is
lraCh^óte beteekenis voor het staats-1
van P°°
b^Jfroorziening van Indië kan uit
DejLunt van voedselvoorziening
hel ^grootste belang zijn. Een en
iaJ moet staan in het kader van een
we]vaartsplan. In de Katho-
Estóatspartij heeft de heer v. d.
11 n «epleit voor impcriale zelfvoor-
welke idee echter niet is over-
^fto^het gebied van de inheemsche
..^.heid en visscherij kan pioniers-
S worden verricht
ZuUen de ijzerertsvoorraden van
w geëxploiteerd worden? Neder-
L kan ook daarvan profiteeren voor
Xwalswerkt n. Hoe staat het met de
^elexploitatie in Borneo? Vooral in
verbinding met ijzer bestaan er groote
atwikkelingsmogf lijkheden voor een
Dote industrie. Er is een groot Azia-
isch land, dat voor een en ander veel
langstelling heeft, zoodat mede met
jet oog daarop versterking van onze
vloot noodzakelijk is.
De heer Rost van Tonningen waar
schuwde tegen te groote deelneming
van bmtenlandsch kapitaal in Indi
sche ondernemingen. Hij bepleitte
krachtige samenwerking ten bate van
Indië, welke z.i. alleen mogelijk zal
zijn als ze is gegrondvest op één le
venshouding.
Wat in Britsch-Indië op staatkundig
gebied gebeurt, zal zijn terugslag in
Indië kunnen hebben. De Regeering
moet beleidvol, doch ook met de groot
ste kracht tegen vijandige stroomingen
optreden.
De heer Rost van Tonningen betoog
de, dat men zeer voorzichtig moet zijn
met het verdachtmaken van bepaalde
groepen in Indië, in het bijzonder wat
de N. S. B. betreft. Hij kwam op tegen
een artikel van prof, van Gelderen,
uaarin deze de N.S.B. in Indië staats
gevaarlijk heeft genoemd, hij, wiens
voorouders geen aandeel in de ontwik
keling van Indië hebben gehad. Dat is
een aanmatiging, die kenmerkend is
voor
De rest van dien zin werd door den
voorzitter, daar het een persoon
lijke aantijging betrof, onderdrukt.
Om 4.15 uur werd, daar geen spre
kers meer waren ingeschreven, de ver
gadering verdaagd tot hedenmiddag
luur.
Rede van den heer van Poll.
Bij de voortzetting van de algemeene
beschouwingen over de Indische be
groeting voor 1940, was ’t woord aan
den heer van Poll (R.K.) Deze zeide
dat de groote problemen in Indië zijn
de verhouding tusschen Regeering en
Sttegeerden en de wijze waarop de
^huishouding naar haar behoeften
n>°et worden ingericht.
Wat het eerste punt betreft, wees
er op, dat de actie voor een vol-
*>ardig parlement eveneens getoetst
I ^t worden aan den maatstaf: alge-
toeen welzijn. In dat verband besprak
heer van Poll de wenschen van den
““eemschen bond van vereenigingen
«vAP.!.” Deze wjj een volwaardig
^lenient binnen een bepaalden tijd,
i hij geeft geen tijd aan. Betwist
I ook worden dat er één Indone-
f h? V°te iS’ er z^n tal van Vü^ken ’n
I 7®® en wel 200 talen, te verdeelen
19 taalgroepen. Er zijn groote ver-
|!^®n in cultuurpeil. In dit opzicht
I *7*° de volken van Indië verder van
eUtaar dan de volken van Europa. De
f en eenheid bestaat alleen in
»Pax Neerlandica”. Er zou een
7*«undige lotsgetneenschap bestaan,
C® een passage in het voorloopig
luidt, maar de leden, die dit
®»erkt<
dit woe
J'fcho-Slowakije en
U, T^land is bepleit,
kgrip
Er r1*
tr?enstell>ngen bijv.
P* en -
glebes.
Waardir
riiteraard‘
lerheid
’heen
I Vo|w erl<elijke volksbegeerte naar een
I gdr<1*g Parlement is in Indië dan
I «een sprake. De heer van Poll
De heer van Gelderen (S.D.A.P.)
merkte op, dat het uitbreken van den
oorlog voor Indië een toestand van
groote onzekerheid op economisch ge
bied heeft geschapen. Tegenover de af
hankelijkheid van het buitenland ten
aanzien van de voedselvoorziening en
wat de ontwikkeling van de inheemsche
industrie betreft, staat Indië er nu wel
wat beter voor dan 25 jaar geleden. Ook
lijkt de mogelijkheid van den rubber
en suikerexport niet ongunstig. Goed is
geweest, dat de Regeering dadelijk een
oorlogswinstbelastjng heeft voorgesteld.
Andere door haar genomen maatregelen
moeten eveneens worden toegejuicht
De heer van Gelderen waarschuwde
tegen een nieuwe bezuinigingsperio-
dede vorige is al rigoureus genoeg
geweest. Hij wees er op, dat de mili
taire uitgaven van grooten invloed zijn
geweest op het ontstaan van den moei
lijken financieelen toestand. De mili
taire uitgaven zijn sedert 1930 met
niet minder dan 88 pCt. gestegen. Bij
de eerste vleug van herstel moest een
verhooging van de welvaartsuitgaven
zich sterk opdringen.
Vergeleken met 1933 is het totaal
der landsuitgaven van 378 millioen tot
409 millioen gestegende welvaarts
uitgaven zijn slechts met 10 pCt, de
militaire uitgaven met 58 pCt. ge
stegen.
Deze laatste uitgaven oefenen een
sterken druk op de algemeene uit
gaven in Indië uit en houden een ge
vaar in zich.
De heer van
het, dat de Regeering niet tot de in
stelling van een defensiefonds wil
overgaan. Hij achtte eveneens een zui
nig beheer noodig en bepleitte in dit
verband verdere Indianisatie van het
corps bestuursambtenaren.
Tegen een harde versoberings-
politek zou hij zich moeten ver
zetten. Eveneens vestigde hij, wat de
belastingpolitiek betreft, de aandacht
er op, dat de belastingdruk op de In
heemsche bevolking reeds zwaar is en
dat men dezen niet wil zien tegen den
achtergrond van een economisch ver
zwakte bevolking. Hij sloot zich wat
dat betreft bij het betoog van den
heer Meyerink aan.
De rijstpositie is geen maatstaf voor
het welvaartspeil. Ook is het niet juist,
dat de werkgelegenheid zoo zeer
is toegenomen vergeleken met 1914. Er
is geen sprake van een volledig herstel
van de inlandsche bevolking na de cri
sisjaren. De heer van Gelderen bestreed
het betoog van den minister in de me
morie van antwoord dienaangaande en
noemde diens uitspraken fataal.
Hij vestigde er de aandacht op, dat de
mijnbouw voor Indie veel grootere ge
varen van winstafstrooming inhoudt
dan de cultures en betoogde, dat de eco
nomische weerkracht der bevolking
moet worden versterkt. De zwakke plek
ken zijn juist de symptomen van het
verzwakte weerstandsvermogen. Geld
gebrek, d.w.z. gebrek aan werkgelegen
heid is hoofdzakelijk de oorzaak van
den voedselnood in sommige streken, en
niet het gebrek aan Westersche kennis
omtrent de voeding.
De heer van Gelderen meende, dat
de heer van Poll weliswaar den ratio-
neelen ruilhandel wil .bevorderen, maar
toch ook de kapitaalbelegging wil ver-
sterkeh.
De inrichting van een Rijkshuishou
ding ligt in een verder verschiet. Daar
bij gaat de heer v. Poll veel verder. Hij
wil als het ware van den internationalen
nood een imperiale deugd maken.
Tegen een zekere mate van economi
sche samenwerking had de heer v. Gel
deren geen bezwaar, echter wel tegen
de verdere daarmee gepaard gaande be
moeiing met de Indische inwendige aan
gelegenheden van den Haag uit
Daarin schuilt een groot gevaar voor
Indië.
Vergadering op Woensdag
21 Februari
Geopend te 11 uur.
Voorzitter: mr. W. L. barondeVos
vanSteenwijk.