voor
Haagsche Courant van Woensdag 6 Maart 1940
De Indische begrooting
1940
DE ZWARTE
ORCHIDEE
STATEH-GENERAAL
de Tweede Kamer
DE SLAGKRUISERS
Afdeeling onderwijs
Behandeling in
een
„Economische
vloot
wijl de geldinkomens lager zijn gewor-
FEUILLETON.
verstand niet samen
(Nadruk verboden.)
kli-
door
GEORGE GOODCHILD.
Geautoriseerde vertaling van
H. OVERAKKER.
1)
HOOFDSTUK I.
Tresa.
(Wordt vervolgd.)
VIJFDE BLAD, PAGINA 1.
De afdeeling „Onderwijs” werd z.h.s.
goedgekeurd.
worden
eersten
Vergadering van Dinsdag
5 Maart.
(Slot).
goed
lijkt
van
ver-
tijd
delicate
hij, dat
- Zij
heden,
wel of je pas bent aangekomen, in
plaats van dat je op het punt staat
om naar huis te gaan. Hoe doe je dat
toch?
Dat weet ik niet, misschien ligt
het wel aan de omstandigheid, dat ik
steeds te druk bezig ben geweest, om
eenige notitie te nemen van het
Jij ziet er anders niet al te
waarin socialisten zitting
(Zie verder 4e blad, pag. 2.)
ongewoon meis-
van het
Verkeer en Waterstaat.
Bij de afdeeling „Verkeer en Water
staat” vestigde de heer v. P o 1 (R.K.)
op het euvel van de boschverbranding
in de buitengewesten. Er zullen belang
rijke bedragen noodig zijn voor irrigatie
en terrasseering om de vruchtbare
bovenlaag van den grond te behouden.
De heer van Gelderen (S.D.-
A.P.) vroeg de aandacht voor de nog te
hooge electriciteitstarieven. Deze zijn
den. De electriciteitsvoorziening, wel
ke zich heeft uitgebreid tot in de dessa
en in kle'ne bedrijven, moet van groote
beteekenis worden geacht. Ook de prijs
van de lampen moet lager worden.
Minister Welter erkende het ver
band tusschen bevloeiïngs- en bosch-
bestand. De Regeering is ten aanzien
van de irrigatie zeer diligent. Dit is
niet alleen een kwestie van geld, maar
ook van tijd en personeel. Een irrigatie-
plan vereischt nu eenmaal onderhoek
en overleg.
Het is een verheugend feit, dat de
electrische energie hoe langer hoe meer
ook door de Inlandsche bevolking wordt
gebruikt. Sedert 1936 werkt een com
missie van advies voor het electrici-
teitsgebruik; zij wijdt eveneens haar
aandacht aan de tarieven, waartoe zij
overleg met electriciteitsmaatschappijen
voert.
De afdeeling werd zonder hoofdelijke
stemming goedgekeurd.
Vergadering op Woensdag
6 Maart
Geopend te 1 uur.
Voorzittermr. J. R. H. v. Schalk.
Na drie jaar ingespannen arbeid in
de binnenlanden van Borneo, was het
voor Carson een ware verademing in
Singapore te zijn aangekomen. Het
was niet zoozeer de stad zelf, welke
hem aantrok, als wel het feit, dat de
ze havenplaats het beginpunt zou vor
men van zijn reis naar Engeland. Hij
had reeds plaats besproken op een
stoomboot, welke over acht dagen het
anker zou lichten „homeward
bound”. Hij had ook rechtstreeks via
Soerabaja naar zijn vaderland kunnen
gaan, doch een oud vriend, te Singa
pore woonachtig, was oorzaak, dat
hy zijn vurig verlangen om weer
thuis te zijn, een weinig getemperd
had. Niet lang nadat Carson naar Ne-
derlandsch-Indië was vertrokken, had
Monroe een betrekking in Singapore
Antwoord van den minister.
Minister Welter zette uiteen dat
in den loop van dertig jaren zeer veel
op het gebied van de volksgezondheid
is gebeurd. Er ontbreekt echter nog
heel veel aan. Er is evenwel veel el
lende, welke geen Regeering en geen
macht kan opheffen.
Bij de overdracht van de volksge
zondheid naar de provinciën is de ge
zondheidszorg hier en daar minder ge
weest, maar men behoort het doel in
het oog te houden; de locale ressorten
behooren naar den hygiënischen toe
stand hun zorg uit te strekken.
Het uitbreken van de malaria-
epidemie in Tandjong Priok is te wij
ten geweest aan te vergaande bezui
niging. Nu zijn er wel de middelen
voor. Dank zij het succes van prof.
Otten heeft de pestbestrijding goede
resultaten gehad.
Wat den algemeenen voedingstan-
daard betreft, ontkende de minister
dezen te gunstig te hebben voorgesteld.
Hij had geen andere gegevens dan die
hem uit Indië zijn verstrekt, De alge-
meene voedingstandaard was in 1939
beter dan in 1938. Gegeven de groote
afmetingen van Indië zijn de genomen
maatregelen bescheiden; het Instituut
van de volksvoeding doet echter be
langrijk werk. De eenzijdige voeding
wordt o.a. bestreden door propaganda
voor erfbeplanting en een betere voe
dingswijze. Met het oog hierop worden
planten in de dessa’s verspreid. (De mi
nister liet er enkele zien aan de le
den). Minder dan in het Westen is in
het Oosten voeding een kwestie van
geld. Wie een stukje grond heeft, kan
daarop gewassen kweeken.
Men is er in geslaagd een meer
eiwitrijke rijst te vinden en propageert
het aanplanten van soja-boonen. Het
gaat niet aan voor toestanden en voe
dingsgewoonten van misschien eeuwen
her, de Regeering een verwijt te ma
ken. Het is een winst dat zij in staat
is geweest dergelijke gebreken te on
dersteunen.
De afdeeling werd goedgekeurd.
Om 6 uur werd de vergadering ver
daagd tot hedenmiddag 1 uur.
zuchtte Monroe.
is overvol met
dysenterie; ik ben
De heer van Poll (R.K.) zeide
groote bewondering te hebben voor de
resultaten van de pestbestrijding. te
danken aan verbetering van woning
toestanden en uitvoering van assainee-
ringswerken. Hij wees er op. dat de
bevolking zelf dikwijs te weinig mede
werking betoont en betoogde, dat de
voedingstoestand der bevolking op
verschillende p.laatsen te wenschen
’overlaat. Inheemsche militairen.
wie hoogere prestaties
langd, moeten in den
steeds worden bij gevoed.
Energie, ontwikkeling
ding hangen te zamen.
De Volksgezondheid.
Bij de afdeeling Volkshuisvesting be
pleitte de heer Vos (Lib.) centrale
leiding en gedecentraliseerde uitvoe
ring. Hij besprak eenige details, er op
wijzende, dat de verbetering van de
volkshuisvesting door de bevolking
zeer wordt gewaardeerd. De zuigelin
gensterfte, in Batavia 30 pCt. bedra
gend, is nog te hoog. Gebrekkige voe
ding en adatgewoonten in de dessa zijn
o.a. de oorzaken er van. Tropische ziek
ten maken onder ’n door ondervoeding
geteisterde bevolking spoedig vele
slachtoffers. Tuberculose is er. maar
er wordt tegen gedaan wat kan. Toe
gejuicht moet worden, dat de strijd
tegen de malaria krachtig wordt voort
gezet, al is het ideaal nog lang niet
bereikt. Zij, die met betrekking tot de
pestbestrijding critiek uitoefenen, zijn
er naastde vooruitgang is geweldig
en zelfs eenig voor een tropisch gebied.
Wat de pokkenbestrijding betreft, is
Indië het best ingeënte land. De heer
Vos bracht hulde aan de geneeskundi
gen in Indië voor hun moeitevollen
arbeid.
geaccepteerd en waar zij samen op
dezelfde kostschool waren geweest,
was er tusschen hen een geregelde
correspondentie ontstaan.
Carson had de technische en Mon
roe de medische richting gekozen.
Tien jaren van hard werken had hen
beiden op den weg naar het succes
geplaatst. Carson’s grootste kans was
gekomen, toen hij, drie jaar geleden,
bij een Nederlandsch ingenieursbedrijf
was aangenomen. Ondanks zijn jeug
digen leeftijd had hij gesolliciteerd en
met succes. Nu was hij met zes
maanden verlof, op weg naar huis,
nadat hij zijn chef had opgevolgd, die
tegen het klimaat niet opgewassen
bleek en gestorven was. Het klimaat
scheen Carson niet veel te deren. Hoe
wel hij voelde, dat hij een verlof noo
dig had, was hij een toonbeeld van
gezondheid. Hij was meer dan zes
voet lang en goed geproportionneerd.
Zijn gezicht was mahoniehout bruin
en ietwat tanig door de inwerking van
de tropische zonnestralen. Zijn neus
was licht gebogen, de oogen ver van
elkaar en staalgrijs, terwijl een ferme
kin duidelijk een zeer strijdlustig ka
rakter deed uitkomen.
Hy vond Monroe op hem wachten
op de afgesproken plaats de Engel-
sche club. Monroe was, sinds hun
laatste ontmoeting, vier jaar geleden,
weinig veranderd. Carson lachte ver
heugd, toen hij het lange gezicht met
het buitengewoon hooge voorhoofd
van zijn ouden vriend aandaphtig be
schouwde en schudde diens hand met
een bijna pijnlijke hartelijkheid.
Je ziet er reusachtig
uit!, zeide Monroe. Het
ECONOMISCHE ZAKEN.
Bij de voortzetting van de behande
ling van de Indische begrooting voor
1940 was de afdeeling
Zaken” aan de orde.
De heer van Gelderen (S.D.
A.P.) stelde de beteekenis van een
goede boschbescherming in het licht.
Daarbij zijn ook de elementaire be
langen van de bevolking betrokken.
De Regeering moet ten deze diligent
zijn.
Voor haar economische maatregelen
bij het uitbreken van den oorlog ver
dient zij lof. Daaraan is het te danken,
dat de prijsstijging beperkt is ge
bleven. Enkele contingenteeringen wek
ken echter bezorgdheid. De minister
moet het niet voorstellen alsof Indië
ten deze in een dwangpositie verkeert.
De handelsverdragen bevatten een vei-
ligheidsclausule met het oog op bui
tengewone omstandigheden. Het con
sumentenbelang moet primair zijn.
De heer van Gelderen besprak ver
volgens de vrachtenpolitiek der K.P.M.,
voornamelijk wat het interinsulaire
verkeer betreft. De Regeering is mede
en volksvoe-
Laat de Re
geering bij de bevordering van de wel
vaart daar aan denken.
Voeding-oedeem.
Mevr, de Vries-Bruins (S. D.
A P.) besprak het voorkomen van hon-
ger-oedeem, volgens haar beter te noe
men voeding-oedeem, veroorzaakt door
het gemis aan bepaalde vitaminen, dat
voorkomt, wanneer men een ontoerei
kende vitaminen-reserve heeft, welke
gewoonlijk gntstaat door onvoldoende
geldmiddelen. De zaak is niet zoo een
voudig als de minister en eenige leden
meenen. In Indië doet men op dit ge
bied reeds uitstekend werk door on
derzoekingen en door de verschaffing
van bepaalde vitamine-tabletten. Doch
daarmee alleen komt men er niet. Het
tubercolosegevaar is in Indië grooter
dan men denkt.
Het is niet alleen de onvoldoende
voedingstoestand. welke de bevolking
vatbaar maakt voor allerlei ziekten,
ook de hygiënische toestanden laten
zich gelden. Men doet in Indië inder
daad zijn best, ook bij de bestrijding
van de groote kindersterfte, maar men
mag ten aanzien van den gezondheids
toestand niet te optimistisch zijn. Men
moet de oorzaken van de hooge sterf
te wegnemen.
De heer Effendi (C.P.) betoogde,
dat de begroetingen der locale gemeen
schappen te weinig ruimte hebben om
uitgaven voor de volksgezondheid te
doen. Hij bepleitte een verder doorge
voerde centralisatie van de gezond
heidszorg. Vervolgens wees hij er op,
dat de gezondheidstoestand der bevol
king precair is en dat de sterftecijfers
hoog zijn. De sterfte aan malaria, tu
berculose en pest bewijst den samen
hang met slechte sociale en hygiëni
sche toestanden. Eerst moeten deze
worden verbeterd, alvorens men
sanatoria gaat oprichten, hoe goed deze
instellingen op zichzelf ook zijn. De
heer Effendi bepleitte waardeerend
den arbeid der artsen het uitvoe
ren van assaineeringswerken, oprui
ming van krotwoningen, aanstelling
van meer artsen en verplegend perso
neel en bouw van meer ziekenhuizen.
De minister is te gauw tevreden.
maat,
best uit.
Overwerkt,
Het hospitaal
koortsgevallen en
den heelen nacht niet uit de kleeren
geweest. Maar wat doet ’t mij goed
jou terug te zien en het noodige
nieuws te hooren! Je hebt wel geboft,
dat je die betrekking bij De Vries ge
kregen hebt.
Carson knikte en keek eens rond
naar de mannen, die in de club zaten,
maar zij waren allemaal vreemden
voor hem.
Wat zou je ervan zeggen, als we
gingen eten? vroeg Monroe. Ik heb
nu mooi den tijd om iets naar binnen
te werken. Ik moet om negen uur in
het hospitaal zijn. Er is een tamelijk
goed restaurant in de stad.
Op weg naar het restaurant haal
den ze allerlei oude herinneringen op
en lachten over menig voorval, dat
voor anderen wellicht de moeite niet
waard geweest zou zyn. Het restau
rant bleek zeer cosmopolitisch, doch
buitengewoon goed te zijn. Tusschen
de gangen door gaf Monroe de noodi
ge inlichtingen over verschillende
aanwezige gasten.
Zie je dien man daar rechts van
je? ’n rare kerel. Hij zegt, dat hij
een Franschman is, doch spreekt met
verantwoordelijk voor deze politiek.
Zij mag de ontwikkeling der buitenge
westen niet belemmeren. De copra-
afscheping uit de Minahassa is voor
dit gewest een levensbelang en daar
mede behoort men met de vracht
prijzen rekening te houden. Het groot-
archipelconiact Heeft groote gebreken.
In het belang van de buitengewesten
is het, dat ook amendabele lijnen wor
den gehandhaafd; dat is ook een Re-
geenngsoeiang. Een onderzoek naar
deze aangelegenheid is dringend nood-
zakelijk.
De heer var. Kempen (Lib.)
bracht eveneens lof aan de leiding van
het departement van Economische
Zaken in de tegenwoordige buitenge
wone tijdsomstandigheden. Men is ook,
wat de natuurbescherming betreft, op
den goeden weg. Gewezen kan worden
op het jongste natuurreservaat in
Langkat. Beroepsjagers mogen de goe
de bedoelingen der Regeering niet on
mogelijk maken.
De heer Effendi (C.P.) achtte
economische opheffing van de Inheem
sche bevolking binnen het kader van
het tegenworodige Staatsbestel niet
mogelijk. Hij kwam op tegen de mono
polistische positie van de K.P.M. Hij
vond het noodig, dat de Regeering haar
gezag daartegen eens laat gelden. De
passagetarieven zijn te hoog. De tarief
politiek der K.P.M. heeft den copra-
handel van Celebes vrijwel geheel ont
wricht. De nieuwe scheepvaartordon-
nantie heeft rechtstreeksch vervoer
van Celebes naar het buitenland zoo
goed als geheel onmogelijk gemaakt.
Het vervoer met prauwen wordt, te
zeer beperkt. Zoo heel premitief is het
Inheemsche prauwenverkeer ook niet
meer.
Minister Welter antwoordde, dat
de boschbescherming in de buitenge
westen van groote beteekenis is, voor
,het heden en voor de toekomst. Helaas
is deze bescherming in den aanvang
dezer eeuw verwaarloosd. Daarin is
een belangrijke verbetering ingetre
den. In 1910 was er één houtvester
voor de buitengewesten, thans is er een
aparte dienst en zijn er 25 houtvesters.
Een derde van het boschbestand was
vrijwel vernietigd. Een ordonnantie
welke de boschbescherming regelt, is
in een vergevorderden staat van voor
bereiding. Op Java bestaat voor ont-
bossching geen gevaar meer.
De contingenteeringen moeten voor-
loopig nog blijven bestaan. Zij zijn ook
voor de consumenten van beteekenis
geweest. Voor de mais heeft de minister
van Economische Zaken een beslissing
genomen, waardoor een bepaalde prijs
wordt gegarandeerd.
Wat de vrachtenpolitiek der K.P.M.
betreft herinnerde de minister er aan,
dat de economische scheepvaartcom-
missie het denkbeeld van den heer van
Gelderen om verliesgevende lijnen te
subsidieeren, waardoor een verlaging
van de vrachten mogelijk zou zijn, heeft
Mfgewëzen. De K.P.M. heeft ook Lijnen
op het buitenland geopend, waardoor
de verscheping van Indische producten
wordt bevorderd bijv, naar Australië
er. Afrika. Daarvoor moet de positie der
K.P.M. sterk genoeg blijven. De vracht
prijzen der K.P.M. zullen bekexen wor
den. Het personenbedrijf ondervindt
natuurlijk de concurrentie van het me
chanisch verkeer, maar het is voor ver
schillende deelen van den Archipel van
beteekenis en daarvoor heeft de Regee
ring oog, getuige een aantal maatrege
len.
Over het overmatig vangen en dooden
van dieren uit het oerwoud heeft de
minister herhaaldelijk overleg met de
Indische Regeering gepleegd.
De afdeeling werd z.h.s. goedgekeurd.
Replieken.
De heer Stokvis (S.D.A.P.) stelde
vast, dat hij het probleem, van den
schoolstrijd, op grond van de feiten
rustig heeft gesteld, en dat niet hij doch
de andere sprekers aggressief zijn opge
treden. Deze doen net alsof het de
schuld van de parapluie is dat er regen
bestaat. Het probleem is ook niet nieuw
meer; het bestond al in 1911. Het Eerste
Kamerlid van Deventer en wijlen prof
Snoeck Hongrunje hebben er op gewe
zen.
De heer van SI een (S.D. A.P.)
zeide met genoegen naar de rede van
den minister te hebben geluisterd, die
een warm voorstander is van ’t volks
onderwijs. Hij bestreed vervolgens den
heer Effendi. Naar diens communisti
sche propaganda luistert de Volksraad
toch niet. Wanneer een zekere heer in
Moskou verordineert, dat het Russisch
als voertaal op de Inlandsche scholen
moet worden gebruikt, zullen de heelen
Effendi, de Visser en Wijnkoop daar
voor ook pleiten.
De heer M e ij e r i n k (AR.) betoog
de aan het adres van den heer Stokvis
dat het in strijd met de feiten is dat
bijzonder onderwijs door de Inlandsche
bevolking niet wordt begeerd Elke
christelijke school zou een opvoeding
geven, die ook in Mohammedaansche
kringen gewaardeerd wordt.
De heer Effendi (C.P.) ontkende,
dat hij den toestand van het onderwijs
zoo zwart mogelijk heeft voorgesteld
Dat de Regeering den leerobcht niet
wil invoeren, spreekt boekdeelen. De
schoolstrijd sneelt zich af buiten de
Inheemsche bevolking Het zou niet in
het belang van de nationale beweging
zijn, indien de schoolstrijd naar Indië
werd overgeplant. Een schoolstrijd is
een weelde, die alleen een onafhankelijk
land zich veroorloven kon. Russisch als
voertaal is een illusie, die nooit valt te
verwezenlijken; ook afgezien daarvan
zou de heer Effendi zich tegen een der-
gelijken eisch verzetten Een nationale
Inheemsche taal moet de voertaal, als
bindmiddel, in Indonesië worden.
De heer Moller (R.K.) ontkende
tegenstander van het openbaar onder
wijs te zijn. Het moet zoowel hier als in
Indië zoo uitstekend mogelijk zijn. Het
principieele van het openbare onder
wijs in Indië was hem ontgaan De Mo
hammedanen hebben het recht en den
plicht een eigen Islamietische school te
vorderen. Het humanitaire beginsel is
zoo vaag dat de heer Moller dat gerus*
zou kunnen overnemen, wanneer hij
dit als Katholiek ziet. Doch het posi
tieve element valt in de door den heer
Stokvis bepleitte openbare school niet
te onderkennen.
De heer van Poll (RK.) betuigde
nogmaals dat de heer Stokvis den
schoolstrijd oproept en de tegenstellin
gen verscherpt.
Minister Welter zeide geen be
hoefte meer te hebben aan een dupliek
na het debat in tweeden termijn te heb
ben aangetoond.
BIJ DE AFDEELINGEN OORLOG EN
MARINE TER SPRAKE GEBRACHT
Tenslotte waren de afdeelingen „Oor
log” en „Marine” aan de orde. De be
schouwingen werden over beide tege
lijk behandeld.
De heer Bajetto (R.K.) betreurde
het, dat de Regeering nog niet onver
wijld tot de aanschaffing van lucht
kruisers wil overgaan, want zij zijn een
onmisbare aanvulling voor de bommen
werpers.
De Regeering zegt, dat de personeels
bezetting nog onvoldoende is, maar
dan moeten er wat minder bommen
werpers in gebruik worden genomen.
Zij schaffe de luchtkruisers al vast
aan, vooral de erving heeft geleerd,
dat de verliezen van den luchtoorlog
groot zijn.
Het is de betreuren, dat de kwesties
eener Inheemsche militie in de poli
tieke sfeer is geraakt, doordat er in
den Volksraad politieke rechten aan
werden vastgekoppeld. De inrichting
van een inheemsche militie is wellicht
practisch te verwezenlijken, al zal ze
als een noodzakelijk kwaad moeten
worden beschouwd, immers dienst
plicht is een beperking van de burger
lijke vrijheid. Ais ze uit defensief oog
punt noodzakelijk is, dan alleen moet
er een Inheemsche militie zijn. Dat
was in 1918 ook het motief der Re
geering, o.m. een voorstel tot dienst
plicht voor Inheemschen te doen.
Maar toen bezat men hoofdzakelijk
infanteristen gewapend met geweren
thans is de mechanisatie ver in het
leger doorgedrongen. Al zou er een in
heemsche militie zijn, dan nog zal
het beroepsleger niet kunnen worden
gemist, zoowel wat de inwendige als
de uitwendige veiligheid betreft. Het
tegenwoordige beroepsleger is wel het
minimum waarmede kan worden vol
staan het bestaat reeds voor 80 pCt.
uit inheemschen. Een militieleger zal
de legeronkosten ten zeerste opvoeren
en deze zouden niet te betalen zijn.
Terecht neemt de Regeering dan ook
aan, dat een inheemsche militie thans
niet te verwezenlijken is.
De slagkruisers.
Voor den bouw van slagkruisers is
een krachtige en eenzijdige propagan
da gemaakt. Daartegen wilde de heer
Bajetto opkomen. De Indische verde
diging moet men van verschillende
zijden bezien, niet alleen wat de vloot,
maar ook wat het leger en de lucht
macht betreft.
Het standpunt der N.S.B.
De heer de Marchant et d’An-
sembourg (N.S.B.) betoogde, dat
het een democratische regeering blijk
baar moeilijk valt beslissingen te ne
men en dat wij met onze weermacht
bij andere landen achterkomen. Na
1919 zijn we weerloos gemaakt en dat
is misdadig geweest. Tot 1933 hebben
alle politieke partijen daaraan mede
gedaan en daardoor is de vloot ver
zwakt'. Na 1933 heeft de heer Colijn
vooral daaraan schuld gehad. Iets
minder dan op den heer Coiijn drukt
de schuld hiervoor op dezen minister
bij de prijsdaling achtergebleven, ter- van Koloniën, al valt niet te ontken
nen, dat onder zijn bestuur verschil
lende verbeteringen zijn ingetreden.
Toegegeven, dat er verschil van
meening mogelijk is over de vraag
of er slagkruisers moeten worden ge
bouwd, drie jaren Idng heeft 't geduurd
voordat de minister een beslissing
heeft genómen.
Reeds in 1937 werd van nat.-socia
listische zijde aangedrongen op slag
kruisers en een motie ten behoeve
daarvan voorgesteld. Deze werd vat)
verschillende zijden bestreden. Slechts
twee jaar geleden werd nog aan de
N.S.B. demagogie verweten en nu
komt de minister plotseling met het
voorstel tot den bouw van slagkruisers.
Dit moet warden toegejuicht, maar
hadden die al niet in 1940 gereed moe
ten zijn? Laat de Regeering ook in
haar voorstel verklaren, w’aarom slag
kruisers zullen worden gebouwd en of
het soms is dat Engeland van plan is
een deel van zijn schepen uit het Oos
ten terug te halen.
En nu we midden in den oorlog zit
ten, wil de Regeering eerst nog den
Volksraad over de slagkruisers hoo
ren! Dat is een van de ergste grieven,
welke de N.S.B. tegen de democratie
heeft. Dat is schuldige nalatigheid
tegenover het eigen volk.
De volksmilitie.
De heer S t o k v i s (S.D.A.P.) her
innerde eraan, dat het vraagstuk der
volksmilitie al dateert van de instel
ling van den Volksraad af. De heer
Bajetto maakte er aanmerking op, dat
het in de politieke sfeer is geplaatst,
maar is dit op zich zelf al niet een
politiek vraagstuk en heeft niet elk
militair vraagstuk een Staatkundige
zijde? De Regeering acht een volks
militie nog niet urgent, maar heeft
toch het dienen in kort verband moge
lijk gemaakt. Op die regeling is ern
stige critiek in den Volksraad uitge
oefend omdat er van de 18.000 liefheb
bers, slechts ongeveer 1600 werden
goedgekeurd.
Voorbehoud ten aanzien van
de slagkruisers.
Wat het besluit tot den aanbouw van
slagkruisers betreft, is het te billijken,
dat de minister nog niet van nadere ge
dachtenwisseling te treden. De Kamer
moet doelbewust haar eigen weg kie
zen, ongeacht de invloed welke in een
bepaalde richting wordt uitgeoefend.
De beslissing moet in alle beradenheid
kunnen worden gevoerd. Het advies
van de technische commissie heeft
blijkbaar grooten invloed gehad op het
besluit der Regeering. Wel moet n.l.
worden vastgesteld, dat de commissie
eenzijdig was samengesteld. Het was
bekend, dat zij uit voorstanders van
slagkruisers bestond. De Regeering zal
bij haar voorstel afdoende zekerheid
moeten geven wat de beslissing be
treft, want wat aangaat de vlootbasis
te Soerabaja, de „omlijsting” van die
slagschepen, de financieele conse-
kwenties, de verdeeling van de onkos
ten over Indië en Nederland, de dek
king van de noodige millioenen en of
het materieel tijdig zal kunnen wor
den geleverd. De S.D.A.P.-fractie be
houdt zich haar beslissing nog ten voile
voor, totdat het voorstel zal zijn ver
schenen.
Communisten vierkant tegen.
De heer de Visser (C.P) be
toogde, dat de militaire uitgaven de
andere zoo dreigen te overwoekeren,
dat zijn fractie vierkant tegen de
slagkruisers is. Hij wees erop, dat de
Regeering de oud-gepensionneerden zou
slecht behandelt, dat het weinig goeds
voorspelt voor het personeel, dat meer
noodig zal zijn. Men kan er zeker van
zijn, dat de slagkruisers met de om
lijsting een half milliard zullen kosten.
De heer de Visser betwistte, dat men
nu nog niet over de slagkruisers van
gedachten zou kunnen wisselen, omdat
het voorstel er nog niet is. Z.i. kan dat
wel degelijk en moet vóórdat de zaak
in den Volksraad wordt behandeld
hier duidelijk zijn hoe de houding
moet wezen. Het vlootplan is een uiting
van het Nederlandsche imperialisme,
dat zich schaart aan de zijde van de
agressieve imperialistische mogend
heden Engeland en Frankrijk. Het is
erg, dat dit plan afkomstig is van een
kabinet, waarin socialisten
hebben.
een Pruisisch accent. Zijn metgezel
komt ergens uit den Balkan. Dat stel
letje heeft meer dan twee mihoen in
de rubber gemaakt hebben ver
kocht tegen topprijzen.
Carson luisterde met interesse,
want Monroe was een aangenaam
causeur. Het was duidelijk, dat hij
bijna iedereen van de plaats kende.
Carson’s aandacht werd plotseling
getrokken door de komst van een jong
paartje aan de aangrenzende tafel. De
man was donker en tamelijk slank,
met een buitengewoon schrander ge
zicht. Zijn gezellin was een mooi
meisje van ongeveer zevenentwintig
jaar, net zoo blond als de man don
ker was. Beiden knikten Monroe toe
en de blik van het meisje rustte voor
een zeer kort oogenblik op het gelaat
van Carson. Er was iets in dien blik,
wat moeilijk was te definieeren een
uitdrukking van verdriet, van vrees.
Wie zijn dat?, fluisterde hij. In
woners? Ja Dixon en zijn zuster.
Heb je weleens van Perry Dixon be
hoord? b
Neen.
n Knappe kerel. Hij kwam kort
na mij hier en werkt voor het Gou
vernement botanie of zooiets. Ik
geloof, dat hij verschillende boeken
gepubliceerd heeft. Hij heeft ook iets
met den Botanischen Tuin te maken
Hij bewoont een bungalow buiten
stad en Tresa helpt hem met
werk ^n bestuurt het huishouden.
Dat
schoonheid en
kunnen gaan.
Dan moet zij wel buitengewoon
veel hersenen hebben, wanneer die
evenredig moeten zijn aan haar uiter
lijk.
Dat heeft zij. Ik geloof, dat
Dixon, zonder haar, naar de haaien
geweest zou zijn. Zij weet hem in
toom en aan het werk te houden, doch
nu en dan breekt hij los en geeft hij
zich over aan de wildste uitspattin
gen.
Carson keek weer naar het schoone
gelaat van Tresa. Ondanks haar blee-
ke gelaatskleur zag zij er gezond uit.
De gedachte kwam bij hem op, dat
de oorzaak van haar bleekheid niet
moest worden toegeschreven aan een
gezondheid. Bovendien zag
zij bijna niets at.
zitten, geloof ik, in moeilijk-
zei Monroe vertrouwelijk.
Ik heb kortelings nog getracht
haar vertrouwen te winnen, doch te
vergeefs. Ook Dixon ziet eruit als een
geest.
Dat was inderdaad het geval. Car-
son zag, dat de man zenuwachtig ge
jaagd met zijn mes zat te trommelen,
terwijl hij op den volgenden schotel
wachtte. Al dien tijd waren de oogen
van Tresa op haar broeder gevestigd,
maar het was opmerkelijk, dat zij
bijna geen enkel woord met elkander
spraken.
Het klimaat, merkte Carson op.
- Dat krijgt iemand, wanneer hij
twee jaar achter elkaar zonder op
houden arbeidt.
Misschien, antwoordde Monroe.
Maar op mjj maakt het met den
indruk, dat het ’t klimaat is. Neen,
Percy is een eigenaardige kerel; nie
mand kan eigenlijk hoogte van hem
krijgen.
Na den maaltijd gingen Carson en
Monroe in de „lounge” zitten en be
stelden koffie. Dixon en zijn zuster
kwamen een paar minuten later bin
nen en namen dichtby de beide vrien
den plaats.
Stel je er prijs op om geïntrodu
ceerd te worden? fluisterde Monroe.
Ja graag.
Monroe stelde zijn vriend op de
hem eigen charmante wijze voor.
Carson schudde de slappe hand van
Dixon en boog voor de schoone Tre
sa.
Dus U is pas uit Borneo aange
komen, meneer Carson? vroeg Tresa.
Ja, bent U daar weleens ge
weest?
Mijn broeder en ik hebben daar
bijna zes maanden gewoond. Hij
moest daar zijn voor orchideeën. We
hebben meestentijds in de rimboe ge
kampeerd.
Carson trok verwonderd zijn wenk
brauwen omhoog. Hij kon zich onmo
gelijk Tresa voorstellen kampeerend
in een van slangen wemelende Bor-
neosche rimboe.
Och, je raakt er aan gewend,
voegde zij er eenvoudig aan toe. Ik
ben nogal een geluksvogel, want de
muskieten houden niet van mijn bloed
en ik schijn immuun tc zijn voor
koorts.
de
met zijn
Tresa, mompelde Carson,
is een ongewone naam.
Tresa is ook een c-
je. Zij is het levend bewjjs
onhoudbare van de stelling, dat