Nederland de zeeoorlog en Hoe de De ondergang van de 0.11 Haagsche Courant van Zaterdag 9 Maart 1940 VIJFDE BLAD, PAGINA 1. „Delfzijl” bestookt werd noodlanding Lesvliegtuig maakt een bommen Hevig mitrailleurvuur vlak bij het schip ontploft Geredden doen hun doode makkers uitgeleide STADSNIEUWS HET IN BESLAG GENOMEN BOEK H.M. de Koningin betuigt rouwbeklag NEDERLANDSCHE SCHEPEN AAN ENGELSCHE OOST KUST BESCHOTEN Inzittenden ongedeerd, toestel beschadigd Plechtigheid met militaire eer te den Helder FINSCHE ROODE KRUIS-AVOND 1 Het toestel met zijn neus in den grond. werd De werkzaamheden aan de O. 11. door toespraken heeft ven De „Saba” door kogelgaten beschadigd VERSCHILLENDE TYPEN VAN BOERDERIJEN IN NEDERLAND gelegen achter de Huis te Hoomkade te Rijswijk. „VACANTIEBEZIGHEID VOOR SCHOOLKINDEREN”. Omstreeks kwart voor negen heden ochtend heeft het Koolhoven lesvlieg tuig der Nationale Luchtvaartschool, de P.H.-A.P.N., bestuurd door den piloot C. Sipkes, tijdens het lesgeven een noodlanding moeten maken, tengevolge van een motorstoring op een terrein, zijn - i omstre el f uur aan. te een De kapitein, stuurman en de kok, die op het moment van den aanval bene den waren, snelden naar de stuurhut, maar vóór de kok daar was aange komen, voelde hij iets langs zijn hand schampen. Toen hij er naar keek, be merkte hij tot zijn schrik, dat hij aan die hand bloedend verwond was. De mannen begrepen toen, dat er ook met mitrailleurs geschoten werd, hoe wel het geronk van de vliegtuigmotoren zóó hevig was, dat zij het getik van de inslaande kogels niet hoorden. Donderdag is in de Amsterdamsche haven, komende van Engeland, aange komen het Nederlandsche motorkust- vaartuig „Saba” kapitein de heer Roor- da uit Voorburg. Het vaartuig vertoont op verscheidene plaatsen kogelgaten. Zondagochtend j.l. was het aan de Oost kust van Engeland beschoten door een vliegtuig, dat eenmaal over het schip heenvloog. De opvarenden bleven onge deerd. Groote schade. De „Delfzijl” is ernstig beschadigd en het zal geruimen tijd duren, vóór het schip weer in de vaart gebracht kan worden. Waarschijnlijk is er ook nog schade onder de waterlijn, tengevolge van de hevige schokken van de ont ploffende bommen. Aangezien men nergens in het schip veilig was voor de bommen of de geweerkogels, bleef de bemanning, die uit 5 koppen bestond, bij elkaar in het stuurhuis, van waaruit ze het vliegtuig telkenmale zijn aan val zagen vernieuwen. Zij konden niets doen dan gelaten hun lot af wachten. VERBOUWING VAN DE EMMA- KLINIEK. aanval dus het pr°°j hadden De ruiten Mzeld bilair Steenen den muur efgerukt De „Confid” eveneens gehavend. Bij assuradeuren van den Nederland- schen kustvaarder „Confid” is gisteren een telegram ontvangen van den kapi- tein-eigenaar, den heer H. Kajuiter, te Rotterdam, waarin deze mededeelt, dat het schip in den nacht van Donderdag op Vrijdag aan de Oostkust van Enge land door een vliegtuig is gebombar deerd. De bemanning kreeg geen letsel. Het schip kreeg vrij ernstige schade aan het dek, de stuurhut en de machine kamer, Voorts ontstond een lek, doch dit was niet van ernstigen aard, zoodat het vaartuig zonder assistentie de En- gelsche haven van bestemming heeft kunnen bereiken. De „Confid” heeft een bruto inhoud van 249 ton en is gebouwd in 1930. Kustwacht in actie 2esde bom had men aan de 1 aanval bemerkt en toen stellenden opgesteld. De bloemstukken werden van den Helder naar de plaats van begrafenis meegevoerd. De begra fenis van den sergeant-telegrafist Steenvoort geschiedt Maandagmiddag twee uur op de Oosterbegraafplaats te Enschede. De lijkstoet vertrekt van het ziekenhuis Ziekenzorg in de Veenstraat aldaar, waar het stoffelijk overschot na aankomst uit den Helder zal worden opgebaard. De koksmaat Postma wordt Maan dagmiddag 11.45 uur op de bijzondere begraafplaats te Huizum bij Leeuwar den ter aarde besteld. Vertrek van de Verlengde Schans 91, Huizum. Het derde slachtoffer, sergeant-tor- pedomaker, G. Logmans werd later op den dag zonder militair vertoon van het militaire hospitaal te den Helder, naar Hellevoetsluis vervoerd, waar hij Maandag met militaire eer zal worden begraven. De rouwstoet vertrekt om 1.45 uur van den Moriaanschenweg, nr. 224. De militaire eer zal gebracht worden door een detachement marinetroepen. Bij de begrafenis van den sergeant- telegrafist Steenvoort zal de chef van den marinestaf vertegenwoordigd wor den door luitenant ter zee 2e kl. M. J. Vos, bij de begrafenis van sergeant-tor pedomaker Logmans door luitenant ter zee le kl. W. J. Kruys. Bij de begrafenis van koksmaat Post ma te Huizum zullen de chef van den marinestaf en de marine-commandant te Den Helder door denzelfden persoon worden vertegenwoordigd, die in den Helder zal worden aangewezen. Verbitterde bemanning. Natuurlijk waren de opvarenden zeer verbitterd door den aanval. De piloot moet volgens hen gezien hebben, dat het schip tot een neutrale natie be hoorde, want de navigatie-lichten brandden normaal. De vlag, die op het dekkleed was geschilderd, is door de kogels op verschillende plaatsen door- Op Zaterdag 16 en Zondag 17 Maart wordt in het gymnastieklokaal van de H.B S Raamstraat 28 (ingang Achter- Raamstraat 10) een tentoonstelling van speelgoed gehouden. Dit speelgoed is door kinderen van den Haagschen Bond „Vacantiebezigheid voor School kinderen” thuis gemaakt van waarde loos materiaal voor patientjes uit de ziekenhuizen. stand t n°g enkele meters onder water door en ontplofte rakelings naast het vaar tuig. Het motorschip „Delfzijl”, dat op weg van Blyth naar Antwerpen in de Britsche territoriale wateren aangeval len is door een onbekend gebleven vliegtuig, is gisteren te Capelle a.d. IJsel aangekomen. Het 250 ton metende scheepje ligt thans bij de werf van de firma A. Vuyk en Zonen, om te worden gerepareerd en daar hadden wij een onderhoud met den stuurman S. Koers, een broer van den kapitein-eigenaar J. Koers. Hij deelde ons mede, dat de „Delfzijl” in den middag van 2 Maart van Blyth was vertrokken met een lading kolen voor Antwerpen. Omstreeks half negen voer men nog in de Engelsche territoriale wateren, toen motorgeronk van een zwaar vliegtuig werd gehoord. Korten tijd later zagen de twee matrozen, die in het stuurhuis stonden, dat een groot vliegtuig recht op het schip aankwam. Zij vonden dit heelemaal niet vreemd, aangezien zij van meening waren, dat het hier een Britsch vliegtuig betrof, dat wellicht een convooi begeleidde en vooruitvloog, om te zien of alles veilig was. Het vliegtuig vloog zeer laag, op on geveer 12 meter hoogte, tweemaal over de „Delfzijl” heen, welk schip een dui delijke nationaliteitsaanduiding droeg. De Nederlandsche driekleur was aan weerszijden van de romp en op het dekzeil over de luiken geschilderd, ter wijl naast iedere vlag met groote let ters het woord „Holland” was aange bracht boord en door de granaatscherven ver scheurd. De stuurman vooral kon het niet ver kroppen, dat de bemanning zoo volko men machteloos den aanval had moe ten af wachten. „De opvarenden op een schip van een oorlogvoerende natie hebben nog de beschikking over afweer geschut, maar wij moesten ons zonder protest laten slachten”, merkte hij wre velig op. In Hansweert, waar het schip na los sing aankwam, hebben de militaire autoriteiten een onderzoek ingesteld, waarbij de kogels, die de bemanning als souvenir wilde bewaren, in beslag zijn genomen. Aan de hand van deze stille getuigen zal men trachten, de nationaliteit van het vliegtuig vast te stellen. In de chapelle ardente van het marine-hospitaal te den Helder, bracht vanochtend de bemanning van de O. 11 een laatsten groet aan haar makkers, wier stoffelijk overschot in de met bloe men bedekte kist naast elkaar stonden opgesteld. Door het glazen deksel konden zij nog eenmaal een blik werpen op het hun zoo vertrouwde gezicht van hun kameraden, wier dood hun behoud werd. Velen werd het te machtig, de sergeant Auer, die zich nog uit het voorschip had weten te redden, kon bij het zien van zijn doode vrienden, van wier dood strijd hij van nabij getuige was ge weest, zijn ontroering niet bedwingen en brak in snikken uit. Er waren zeer veel bloemen en steeds meer kransen werden aangedragen. Er waren, behalve tal van bloemstukken van familieleden en vrienden, voor elk der overledenen een krans van 't com- mandement der Koninklijke Marine, van de bemanning van de „O. 11” van den commandant en officieren van den onderzeedienst, van de onder-officieren van den onderzeedienst, van de beman ning van de „O. 21” en „O. 23” en van de in aanbouw zijnde „O. 22”. Voorts van ’t kokspersoneel van den onderzee dienst voor den overleden koksmaat O. Postma, verder bloemstukken van de Amsterdamsche Droogdok Maatschappij en van het bureau Wijsmuller. Ook de marine-commandant schout-bij-nacht H. Jolles, vergezeld van zijn adjudant den luit, ter zee le kl. B. J. Velderman, bewees in de rouwkapel de laatste eer aan den overledene en was daarna bij het uitgeleide aanwezig. Tal van officieren van den onderzee dienst kwamen in de kapel een laatsten groet brengen aan de overledenen. Om tien uur vertrok de droeve stoet van het marine-hospitaal: voorop de rouwkoets met het stoffelijke overschot van den sergeant-telegrafist F. W. J. Steenvoort, daarachter die met het stof felijke overschot van den koksmaat O. Postma. Achter den stoet volgden de commandant, de officieren en de ver dere bemanning van de „O 11" ver volgens een deputatie van het officie renkorps van den onderzee-dienst, onderofficieren en verder de beman ning van verschillende vaartuigen. Langzaam trok de stoet langs de Bui tenhaven via het Ankerpark en naar den rijksweg tot waar de militaire bege leiding meetrok. Hier zetten de rouwkoetsen hun tocht alleen voort naar Enschede en Huizum. Langs den weg hadden zich vele belang- Lezing Rijkslandbouw-architect H. J. van Houten Onder groote belangstelling werd door den Rijkslandbouwarchitect H. J. van Houten op een daartoe door het bestuur van de afdeeling ’s-Graven- hage van de Hollandsche Maatschappij van Landbouw georganiseerde bijeen komst, een inleiding over bovenstaand onderwerp gehouden. Talrijke autoriteiten op landbouw gebied gaven blijk van hun belangstel ling, waaronder de directeur-generaal van den Landbouw, ir. Alph. Roebroek, alsmede de administrateur van het Kroondomein, jhr. H. J. Repelaer van Driel, de directeur van het technisch bureau der Domeinen, ir. A. G. Ver hoeven, e.a. Spreker begon met erop te wijzen, dat de gegevens over het ontstaan van onze boerderijen beperkt zijn. In de eerste plaats moet men afgaan op het geen de archaeologen bij de opgravin gen hebben gevonden, en voorts kun nen waardevolle gegevens worden ont leend aan oude kaarten en prenten. De oudste gegevens omtrent de boerenhuizen dateeren uit het begin van onze jaartelling. Vooral het uitgebreide onderzoek van dr. van Olffen bij de afgraving van de terp te Ezinge, alsmede onderzoe kingen van prof. Holwerda in de Betuwe en dr. Beckers aan den Maas kant hebben ons ingelicht aangaande het leven van de bewoners en de pri mitieve inrichting der boerderijen, die in de terpen slechts uit één enkele ruimte bleken te bestaan, waarin men- schen en vee tezamen hun verblijf hadden. In aansluiting hiermede schetste spr. in groote trekken de geleidelijke ont wikkeling en verbetering van de boer derijen in de verschillende streken van ons land. Ofschoon er tal van afwijkende vor men bestaan, kan men in het algemeen vier hoofd typen onderscheiden, t. w^ het Friesche type, waartoe ook de Noordhollandsche Stelpboerderij ge rekend kan worden, het Halletype, spe ciaal voorkomend in het midden en Oosten van ons land, het Lang-gevel- type, dat men het meest in het Zuiden aantreft, en tenslotte het Romeinsche type, dat in Zuid-Limburg over- heerscht. Na de kenmerkende eigenschappen van de verschillende boerderijtypen ta hebben geschetst, stond spreker uitvoe rig stil bij de groote schoonheid, welke, vele oude boerderijen, zoo goed aan passend bij het landschap, nog ver- toonen. Een zeer fraaie collectie lantaarn plaatjes van vele boerderijen over het» geheele land gaf een duidelijk beeld„ welk een rijkdom aan cultuurgoederen ons land nog in de oude boerderijen bezit. Na een hartelijk woord van dank aan den spreker werd deze geanimeerde bijeenkomst gesloten. Het toestel kwam neer vlak bij de nieuwe havens van Rijswijk. Het heeft een haar gescheeld of het vliegtuig was in het water terechtgekomen. Ver schillende omwonenden zagen het ongeluk gebeuren. De heer Sipkes, die allerminst over stuur was, begaf zich naar Ypenburg, waar hij in een ander toestel plaats nam, om zijn lessen voort te zetten. Een technische ploeg van Ypenburg heeft het toestel ter plaatse gedemon teerd. Heel den Donderdagmiddag, Donder dagavond en Vrijdag is men thans bezig geweest met de O. 11. Het is een onaf gebroken komen en gaan van barkas sen en motorvletten, die ploegen werk volk, militairen zoowel als burgers, aanbrengen, want er wordt in verschil lende ploegen gewerkt Vrijdagmiddag waren wij in de gele genheid een kijkje te nemen bij het werk, zoo schrijft de „N.R..Crt.” Het was om half twee, zoodat het water zijn laagsten stand bereikt had. Eerst toen kreeg men een duidelijk beeld van de verwoesting, die de boeg van de sleep boot „Amsterdam” heeft veroorzaakt. Met autogeen snijbranders was men bezig het gat bij te werken. Dit is noo- dig om zoo snel mogelijk de bekisting te kunnen aanbrengen. Wij vernamen, dat men het gat zal dichten met een houten betimmering en door het stor ten van beton. Het valt niet te bereke nen hoeveel dagen men hiervoor noo- dig zal hebben, doch dat men hoopt tegen het midden van de volgende week zoo ver gevorderd te zijn, dat de O. 11 naar de marinewerf gesleept kan wor den om in het dok gerepareerd te wor den. Staande voor het gat krijgt men eerst besef hoe buitengewoon goed de cata strophe van Woensdag feitelijk nog af- geloopen is, want even meer in het mid denschip getroffen waren de gevolgen zeker nog veel tragischer geweest. Op de plaats waar de „Amsterdam” de „O. 11” heeft aangevaren, is het een chaos van verbogen stangen, aan flarden gereten ijzer, versplinterde spanten. In het schemerduister ziet men een zoo mogelijk nog grootere ravage. Het water stroomt vrij in en uit. Men ziet de torpedo’s liggen, één vlak voor het gat. Deze is eveneens beschadigd. Op het dek van de „O. 11” is men eveneens bezig. Uit het luik op het voorschip komen allerlei voorwerpen naar boven. Het kanon heeft men reeds verwijderd. Thans is ’t voorhatterij-compartiment leeggepompt en als de bekisting gereed is. zal men ook de boegkamer watervrij maken. KYNOLOGENCLUB „DE HOFSTAD”. De Kynologenclub „De Hofstad heeft veel succes met haar clubmate welke morgen gehouden zal worden in den Dierentuin. Niet minder dan honden van verschillende rassen ingeschreven uit den Haag en ken. De keuring vangt om c— van den oorlog het voor groote tijd is. Wat het eensgezinde Finsche volk verricht, wordt door de gansche wereld met bewondering gadegeslagen. Spr. stel de de vrijwillige Finsche eenheid te genover de van boven af opgelegde Russische eenheid. Tusschen deze mej. Jo Schmidt Finsche en Neder landsche liederen ten gehoore ge bracht, aan den vleugel begeleid door mej. Anje Hos. Na de pauze sprak mr. J. J. R. Schmal, secretaris van de Ned.-Fin sche Vereeniging, die een korte uit eenzetting gaf van het Finsche pro testantisme. Hierna werd een collecte gehouden voor het Finsche Roode Kruis, welke 374 opbracht. Na de vertooning van een Finland- film, sprak de heer H. W. Tilanus een kort woord, waarin hij er op wees, hoe goed het is, de Finland-avonden in geestelijke godsdienstige sfeer houden, omdat het Finsche volk godsdienstig en biddend volk is. Door de hobbelige gesteldheid van het terrein kwam het toestel ongeluk kig terecht, waardoor het den neus ge deeltelijk tn den grond boorde. Het landingsgestel werd vernield en de linkervleugel brak op drie plaatsen; ook de rechtervleugel werd beschadigd. In het toestel bevond zich ook nog een leerling. Beide inzittenden bleven ongedeerd. De „Delfzijl” werd ongeveer drie m. 0Pgetild en de mannen werden tegen den grond gesmakt. Aan boord werd een geweldige ravage aangericht. De navigatielichten, die gedurende den waren blijven branden en al- vaartuig tot een gemakkelijke gemaakt, sloegen nu uit. van de stuurhut werden ver en in de hutten werd het meu- vernield. waschtafels, die vast tegen geschroefd waren, werden en sloegen in tweeën. De laatste bom, die het vliegtuig wierp, viel op ongeveer tien meter af- van het schip in het water, schoot Schout-bij-nacht baron de Vos van Steenwijk, adjudant in buitengewonen dienst van de Koningin, heeft ten huize van de in den Helder wonende nabe staanden van de slachtoffers van de ramp, overkomen aan de onderzeeboot O. 11, namens H.M. een bezoek van rouwbeklag afgelegd. De moeder van het slachtoffer Postma, die in Leeuwarderadeel woont, ontving namens H.M. een schrijven van rouwbeklag. De minister van Defensie en de chef van den marinestaf hebben eveneens schriftelijke deelneming betuigt aan de nagelaten betrekkingen. Herhaalde aanvallen. De bommenwerper kwam voor de derde maal naar het schip toe en toen hoorden de mannen plotseling een geweldige explosie, die het schip hevig deed trillen. Het vlieg tuig had 3 bommen vlak achter de „Delfzijl” geworpen en hiermede een aanval ingezet, die ongeveer een uur geduurd heeft. Van ver schillende zijden kwam de vlieger steeds weer naar het weerlooze schip terug, om een bom uit te wer pen, zoodat in totaal 6 bommen naast het schip in het water te recht kwamen. Bovendien voor den boeg een granaat gewor pen, die een fel wit licht verspreid de en waarvan de splinters den zee lieden in het gelaat sloegen. Krenkend voor het hoofd van een bevrienden staat? De inbeslagneming van Rauschnigg’s boek „Hitler’s eigen woorden”, waar over wij gisteren reeds hebben bericht, is, naar men ons te bevoegder plaatse bij informatie mededeelde, geschied op last van de Regeering. De inhoud van het boek werd krenkend geacht voor het hoofd van een bevrienden staat. Het boek was Woensdag pas in de Nederlandsche vertaling van dr. Menno ter Braak in den boekhandel ver schenen. „De Nederlandsche uitgave is een ge trouwe vertaling van het Duitsche manuscript van Hermann Rauschnigg. Om den schijn te vermijden, dat dit boek iets anders beoogt te zijn dan een belangrijk cultuur-historisch docu ment”, betoogen de uitgeefster en de vertaler in een voetnoot onder de inlei ding tot dit werk, „lieten wij een hoofdstuk en enkele fragmenten, be trekking hebbend op Hitler’s persoon lijk leven, vervallen.” Het bevel tot inbeslagneming geldt voor het geheele land. Alleen hier ter stede zijn reeds ongeveer twee honderd exemplaren in beslag genomen. Bij de uitgeefster, N.V. H. P- Leo pold’s Uitgevers Mij., alhier, is geen enkel exemplaar achterhaald kunnen worden, daar de oplaag was u*^~ verkocht. De in beslag genomen Fran- sche, Duitsche en Engelsche exem plaren van dit boek zijn weer aan de boekhandelaren teruggegeven. B. en W. stellen den Gemeenteraad een wijziging voor in de „Verordening- van Stolkpark” in verband met een verzoek van het bestuur der Emma- kliniek (Parkweg 15) om deze kliniek uit te breiden. Volgens deze verordening moet de bebouwing, krachtens het tweede lid van art. 2. bestaan uit eensgezinshui- zen. B. en W. stellen nu voor, vrijstel ling te verleenen ten behoeve van ge ringe uitbreiding van gebouwen, welke op het oogenblik van afkondiging der verordening niet aan de voorgeschre- woonbestemming voldeden. flitsten de zoeklichten van de lucht- afweerbatterijen aan. Wel veertig scherpe lichtbundels zochten het lucht ruim af en de vlieger vond het toen geraden, om te verdwijnen. De bemanning begaf zich uit het stuurhuis om de schade op te nemen en daarbij bleek, dat het vliegtuig ge durende den geheelen aanval vrijwel doorloopend het schip onder vuur had genomen. In de luiken waren vele ko gels geslagen. Het dek lag er mee be zaaid en de stuurhut was op verschil lende plaatsen doorboord. De groote zaal van het gebouw ,,De Vereeniging” was op den Finschen Roode Kruisavond, georganiseerd door „De Nederlander” gisteravond geheel bezet, meer nog, tal van be zoekers moesten dezen avond in een zijzaal bijwonen, waar zij het gebode- ne wel niet konden zien, doch door middel van luidsprekers konden vol gen. Ds. D. A. van den Bosch heeft het openingswoord gesproken. Deze spreker zeide, dat Dietzsche’s theorie, dat er op de wereld slechts plaats is voor grooten en sterken, in dezen tijd werkelijkheid schijnt te worden. Toch is deze gedachte niet zoover doorgedrongen, dat er niet één schreeuw van verontwaardiging door de wereld is gegaan bij het zien van het onrecht, den Finnen aangedaan. Er is nog een wereldgeweten. Heel het Nederlandsche volk voelt de warmste sympathie voor het volk, waarvan men hier tot nu toe nog zoo weinig wist. Maar het Finsche volk is evenals het Nederlandsche een overwegend protestant volk. Zooals God ons Nederlandsch volk van den Spaanschen geweldenaar heeft be vrijd, zoo hoopte spreker, dat hij ook de Finnen de kracht zou geven hun aanvallers te weerstaan. Wij als men- schen moeten helpen, waar en zooveel wij kunnen. Ds. Toivo Viitasaari, Finsch predi kant te Rotterdam was de volgende spreker, die de dankbaarheid namens het Finsche volk uitsprak voor al het geen het Nederlandsche volk heeft ge daan. Men moet echter niet vergeten, dat onze strijd ook uw strijd is, zoo zeide spreker. Mevr. mr. C. F. baronesse MackayKatz, die hierna sprak, zei de, dat ondanks alle ellende en ver schrikking Finland een Mrararwar - a a Na de j._ ku« «hier d’e'„ -

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1940 | | pagina 17