HAAtiSCHE COURANT
DE VREDE IN FINLAND
DE ZWARTE
ORCHIDEE
/wg
O
Fm
I -4
IN EN OM DEN HAAG
BINNENLAND
Zaterdag 16 Maart 1940
Fr
FEUILLETON.
VIERDE BLAD.
De distributie van ingevroren
varkens
Geen gevallen van prijsopdrijving
geconstateerd.
(Nadruk verboden.)
als
is er dus geen enkele toe-
Wordt vervolgd.)
No. 17520.
honderdduizend menschen zouden dakloos zijn
Geheele steden en dorpen zijn verwoest of plat
gebrand. Voor dien wederopbouw zal gaarne
de geheele wereld een steentje bijdragen. Men
houde dus de beurs open als er een beroep np
u gedaan wordt. Er is juist nu in Finland veel
leed te verzachten en nood te lenigen. Finland
mag niet eensklaps vergeten worden.
Ik heb te dezer plaatse maanden geleden,
toen de campagne om 10.000 man voor de
luchtbescherming in onze stad bijeen te krijgen,
begon, daarvoor een warm pleidooi gehouden
doch helaas, de campagne slaagde niet en tot
schande van de burgerij moest men de mis
lukking erkennen. Nu lees ik een dag of vat
terug uit een ingezonden stuk, dat het met die
luchtbescherming-organisatie, wat betreft de
wijkvereenigingen, nog lang niet in kannen en
kruiken is. Of beter gezegd, dat er aan die
organisatie en de werkwijze nogal een en an
der ontbreekt. Toen ik dat las, heb ik me toch
eerlijk gezegd, geërgerd. Hoe kunnen wij, z„o
vroeg ik me af, toch zoo lauw zijn. In de tijden,
welke achter ons liggen, hebben we maar a!
te vaak de verschrikkingen van den lucht
oorlog kunnen vernemen. Waarom dan niet al
die maatregelen genomen, welke genomen moe
ten worden en waarom ons niet in massa 2 -
meld voor hulpverleening in een of anderen
vorm, voor het geval, dat onverhoopt deze
el'ende over ons land komt. Zou het niet p
den weg liggen van de Regeering om dom
middel van de sterke hand de lauwen onder
ons te dwingen zich beschikbaar te stellen
In dat opzicht schijnt dwang niet overbodig te
zijn. Naast de vele crisisbureaux zou een goed
vertakte organisatie voor de burgerlijke lucht
beveiliging geen kwaad kunnen. Ik ben er met
gerust op, dat nu alles en overal „klopt”, zoo-
als men dat in de wandeling pleegt te noemen.
OOM KOOS.
tot Tresa: Indien u liever heeft,
dat ik...
Neen, ik zal niet meer zenuwach
tig zijn. Ik wil zooveel medewerken
als ik kan.
Goed. Het is duidelijk, dat uw
broeder wreedaardig aangevallen en
vermoord werd. Heeft u ook reden
om iemand te verdenken?
Niemand dien ik ken.
Hij keek haar scherp aan, aange
zien hij uit haar antwoord opmaakte,
dat zij iets achterhield.
Heeft u reden om aan te nemen,
dat er iemand zou kunnen zijn, die
een grief tegen uw broeder heeft?
Zij keek Carson aan en deze, die
het de wijste partij vond, om niets te
verbergen, knikte met het hoofd.
Ik moet u vertellen, dat het le
ven van mijn broeder verscheidene
malen is bedreigd geworden.
Op welke wijze?
Door brieven en vreemde bood
schappen. De laatste kwam ongeveer
een week geleden. Ik zal ’m halen.
Zij ging weg en kwam terug met
een ruwe teekening, welke zij, aan de
deur genageld, gevonden had. Mur-
cheson nam het papier aan en bekeek
het nauwkeurig met een gerimpeld
voorhoofd.
Een afgehouwen hand! mompel
de hij. Heeft u eenig idee, wat dat
beteekent?
Absoluut niet.
En uw broeder... had hij geen
vermoedens?
Hij heeft deze teekening nooit ge
zien. Ik hield het voor hem verbor
gen. Maar de andere waarschuwingen
waren net eender. Ik denk... ik denk,
dat hij wist, wat het beduidde, maar
hij wilde er nooit over spreken.
Toen schoot het Murcheson ineens
te binnen, dat het lichaam een kunst
hand had. Hij trok een oogenblik het
laken weg en perste de lippen op el
kaar.
Hoe heeft uw broeder zijn hand
verloren?
Dat weet ik niet. Dat is gebeurd,
voordat ik in de Oost kwam.
Maar u heeft hem dat toch ze
ker wel eens gevraagd?
Slechts één keer, maar hij bleek
op dat punt zoo gevoelig, dat ik er
verder nooit meer op gezinspeeld
heb. Hij zei eenvoudig, dat het door
een ongeluk veroorzaakt was.
Het was duidelijk, dat Murcheson
groote conclusies trok uit deze coïnci
dentie. Carson kon als het ware zijn
hersenen zien werken, maar betwijfel
de, of dat wel logisch gebeurde, want
dreven door iemand, die reeds in huis
was.
De moordenaar zou zich toch ge
makkelijk in huis hebben kunnen ver
bergen, merkte Carson op.
Waar?
Hoe weet ik dat? Misschien in
de kast.
Tresa schudde haar hoofd. De bun
galow had een zeldzaam tekort aan
hangkasten. Er was slechts een kleer
kast in haar eigen kamer en zij had
die gebruikt, vlak voordat zij weg
ging. Haar broeder’s kleeren waren
allemaal opgeborgen in legkasten. Dat
iemand zich in één van de drie ka
mers zou hebben kunnen verstoppen,
was absoluut ondenkbaar. En Wah Su
stond in voor de bediendenkamers.
Zijn de ramen en vensters in pre
cies denzelfden toestand als gister
avond om tien uur?
Wah Su knikte bevestigend.
We zullen dat even onderzoeken.
Ik verzoek u hier te blijven, totdat we
daarmede klaar zijn.
Hij en de sergeant verlieten de ka
mer. Carson haalde de schouders op
en zette zich naast Tresa neer, ter
wijl Wah Su naar de schilderijen op
den muur staarde.
Hij schijnt Wah Su te verdenken.
Bent u heelemaal zeker van hem?
Absoluut. Wah heeft er net zoo
veel verdriet van als ik, maar hij
laat er niets van blijken. Ik voel, dat
die man niets zal ontdekken. Zelfs al
zijn alle deuren en ramen gegrendeld
geweest, dan bewijst dit niets. Wat
komt het er op aan, hoe de moorde
naar in huis gekomen is? Hij pakt de
zaak verkeerd aan, maar het is moei
lijk om hem een andere manier aan
de hand te doen.
Carson was van dezelfde opinie. De
zaak was zeer zeker een mysterie.
Wat was er tusschen tien en vijf uur
gebeurd? Wat was het motief? Dief
stal niet, want het horloge was min
stens twintig pond waard. Ontegen
zeggelijk was het een moord uit
wraak en zoo sluw beraamd, dat er
geen enkel spoor te ontdekken viel.
Murcheson en de sergeant kwamen
terug en Carson las op het gezicht
van eerstgenoemde, dat zijn verden
kingen een vasteren vorm hadden aan
genomen.
Ieder raam is gegrendeld en de
achterdeur ook. Niemand is daar
doorheen kunnen komen.
Dat zou ook niet noodig geweest
zijn, indien de moordenaar een sleutel
van de voordeur bezeten heeft, zeide
Carson.
ben je in dienst ge
nteneer Dixon? vroeg
Ja, je begint aan die dingen, maar je weet
nooit waar het einde is. Dat gaat voor alles op,
zelfs voor recordhoudsters op breigebied voor
de soldaten Nauwelijks had ik verteld van
iemand, die een respectabel aantal bivakmutsen
had gebreid of prompt kwam er een brief,
waarin mij werd medegedeeld, dat het record
was geslagen, omdat mevrouw die-en-die zoo
veel stuks meer had geproduceerd dan de door
mij in de hoogte gestoken dame. Iedereen be
grijpt zeker wel, dat ik er niet meer aan denk
om nu weer een getal te noemen. Ik pas er
lekker voor om niet het risico te loopen weer
overtroefd te worden.
Toen ik eens een bezoek bracht in de Wagen
straat waagde ik ook een oogje aan de nieuwe
verkeersseinen, welke men bezig is aan te
brengen. Zij zijn aan een paar stevige zij
armen opgehangen, doch zeker niet te laag,
zooals Wies opmerkte. De eerste auto, welke
voor de lichten staat te wachten, zal moeite
hebben om de verandering van kleur te zien.
Het zal dus nog weleens gebeuren, dat de rij
achter nummer een hem door toeteren tracht
te vertellen, dat het sein op groen is ge
komen en er doorgereden mag worden. Vooral
bij de moderne auto’s, welke vaak laag zijn,
zal zich dit wel voordoen.
De Maartsche buien hebben, wat je noemt,
flink ingezet. Alsof we niet meer dan genoeg
hadden van sneeuw, hagel en koude. Bij het
eerste pak sneeuw, dat viel, was er meteen
ook stagnatie in het spoorwegverkeer, hetgeen
nu we electrische tractie hebben, nogal eens
voorkomt. Zoodat ik maar zeggen wil, dat de
stoomtreinen nog zoo gek niet waren. Kwamen
onze Senatoren vroeger ooit te laat ter ver
gadering, omdat de treinenloop gestoord was
Neen, als de heeren niet verschenen ofwel te
laat op het appèl waren, mochten andere rede
nen daarvoor gegeven worden. De Directeur-
Generaal van de Spoorwegen en de Directeur
van onze Gemeentereiniging zullen een slechten
dag gehad hebben. En dat nog wel, terwijl reeds
de eerste bloemetjes en de mode-shows ver
schenen zijn. Vooral de laatste hebben de
groote belangstelling van de dames, ook al ziin
ze niet in de gelegenheid ze zelf te bezoeken.
Wies is steeds in de wolken als de show-tijd
j is aangebroken en had niet een klein griepje
haar te bed gehouden, dan zou ze zeker niet
hebben ontbroken.
Jodocus vertelde me, dat deze winter een
puike winter voor de doktoren is geweest. Zij
hebben de handen vol gehad en hebben die
trouwens nog vol. Op het bureau van mijn
waarden neef was het percentage afwezigen
wegens ongesteldheid ver boven het normale
van andere winters gestegen. Bovendien was
het aantal ziektedagen per hoofd ook grooter.
Jodocus échter is tot dusver vrij gebleven (van
ziekte bedoel ik). r
Op verzoek van Wies richt ik me tot allen.
I die iets voor het a^rme Finland over hebben
Mijn ni< .tje is bang, dat men (nu er in dit
land g ongen vrede is gekomen) zal denken
dat f' hele hulp overbodig of niet meer
urge;c Aljets zaljjchter minder waar blijken,
le?2rs Al -.den v\aieropbouw van het land
blad. *«41wtnen noodig zullen zijn. Vier-
Mevr. S’
ringkad
En had hij je gisteravond niet
noodig?
Neen. Jufflouw gaat dansen en
meestel zegt ga bed, Wah... meestel
veel schlijven...
En hoe laat ging je naar je ka
mer?
Na tien uul.
Je verliet je meester in deze ka
mer?
Ja.
Heb je de vensters gesloten?
Ja... altijd lamen sluiten
avond.
En de voordeur... heb je die ge
sloten
Wah Su schudde zijn hoofd. Hij leg
de uit, dat de voordeur een Yaleslot
had en dat die alleen van buiten met
een sleutel kon worden geopend. Hij
bezat er één, Tresa den anderen en
de doode man den derden.
Kon iemand van achteren het
huis binnen komen?
Achteldeul gloote glendel van
Wah Su glendelen vool gaan
de inspecteur zag eruit, alsof hij ge
neigd was, wat al te haastige gevolg
trekkingen te maken.
Heeft u, voordat u hierheen
kwam, steeds in Engeland gewoond?
vroeg hij.
Ja.
Hoe lang heeft u hier met uw
broeder gewoond?
Bijna drie jaar.
En wat deed hij vóór dien tijd?
Opsporingswerkzaamheden... hij
reisde in Borneo en Sumatra.
Wat verstaat u onder opspo
ringswerkzaamheden?
Hij was botanist en zoologist.
Van tijd tot tijd ging hij op zoek naar
zeldzame orchideeën, vogels en die
ren.
Hoeveel tijd ligt er tusschen het
tijdstip van uw broeders laatste ver
trek uit Engeland en uw aankomst
hier?
Vijf jaar.
En weet u niets van zijn leven
gedurende dien tijd, behalve datgene,
wat hij in zijn brieven mededeelde?
Neen.
Murcheson keek naar den sergeant
om te zien of hij wel elk woord nauw
keurig opgeteekend had en Tresa be
dankend, gaf hij haar te kennen, dat
hij met haar voorloopig klaar was.
En wat weet u van deze kwes
tie, meneer Carson?
Niets. Ik ken de juffrouw slechts
een paar dagen. Toen ik hier arri
veerde, waren de dingen precies, zoo
als u ze thans ziet.
Als dat zoo is, dan kunnen we u
wel buiten de zaak houden. Thans wil
ik dien meneer Wah Su wel eens zien.
De Chinees werd binnengeroepen.
Vanaf het moment van zijn binnen
komst zag Carson, welke vermoedens
de inspecteur koesterde. Wah Su zag
er even onbewogen uit als een stuk
perkamentpapier.
Waar was je vannacht om elf
uur? stiet Murcheson plotseling uit.
Slapen.
Oh, slapen hé? Ga je gewoonlijk
om elf uur naar bed?
Ja, altijd, viel Tresa in. Soms
om tien uur. Wah Su staat zeer...
Murcheson wuifde met zijn hand
om haar tot zwijgen te brengen.
Al dien tijd hield hij zijn oogen vast
op het gelaat van Wah Su gevestigd
om te zien, of hij daarop geen sporen
van verrassing of vrees kon ontdek
ken.
Wah Su altijd slapen als meestel
hem niet noodig.
Op schriftelijke vragen van het lid der Eerst -’
Kamer, den heer Maarsingh, betreffende de
distributie van ingevroren varkens en betref
fende prijsopdrijving door vleeschwarenfabri
kanten, heeft de minister van Economische
Zaken als volgt geantwoord
Het is den minister niet bekend, dat de distri
butie van ingevroren varkens niet tot naat
recht komt, doordat de Nederlandsche Vee-
houderijcentrale een minimum-afneming eischt
van vijf stuks tegelijk.
Het minimum aantal tegelijkertijd af te
nemen bevroren varkens, dat oorspronkelijk p
15 was vastgesteld, is later verlaagd tot 5. om
zooveel mogelijk belanghebbenden in de 4
legenheid te stellen deze varkens te betrekken.
Het is den minister niet gebleken, dat an
deze beperkende bepaling door de slagers .hin
der ondervonden wordt. Desgew-enscht kunren
belanghebbenden, die geen 5 stuks kunnen
afnemen, tot gemeenschappelijken aankuio
overgaan.
Het is den minister niet bekend, dat de
vleeschwarenfabrikanten zich hebben schuldig
gemaakt aan prijsopdrijving inzake boterham
menworst in blik. Bij onderzoek is hem ge
bleken, dat de prijsstijging overeenkomt met
de verhoogde prijzen van de benoodigde grond
stoffen en de verpakkingsmaterialen.
De minister acht een boekenonderzoek bij de
vleeschwarenfabrikanten niet noodzakelijk.
10)
Ik... eh... er zijn een paar vra
gen, welke ik U gaarne zou willen
stellen, juffrouw Dixon.
Hij wierp een snellen blik op Car-
son.
Misschien geeft u er de voorkeur
aan, dat...
Ik zou graag zien, dat meneer
Carson daarbij tegenwoordig bleef,
onderbrak Tresa hem op vlakken
toon.
Best. De doode man is, als ik
het goed begrepen heb, uw broeder?
Ja.
Wanneer heeft u hem voor het
laatst gezien... levend?
Gisteravond om tien minuten
over negenen. Ik ging naar het ge-
zantschapsbal en toen ik vertrok, was
hij aan het lezen.
De sergeant schreef ieder woord
op. Dat was inderdaad het eenige,
Waarvoor hij geschikt was.
Wie was in huis, toen u weg
ging?
Alleen mijn broeder en de bedien
de... Wah Su.
De Chinees. Hm, die zullen we
aanstonds wel laten roepen. Om hoe
laat kwam U van het bal terug?
Het was juist op slag van vijven.
En kwam u hier binnen?
Neen, ik ging regelrecht naar
mijn kamer. Maar die ligt tegenover
mijn broeders kamer en ik bemerkte,
dat de deur openstond. Dat was zoo
ongewoon, dat ik er heen ging om die
te sluiten en toen keek ik meteen naar
binnen. Ik zag, dat het bed niet be
slapen was. Ik ging toen dadelijk naar
beneden en vond...
Zij bedekte haar oogen met de han
den en draaide zich zoo, dat zij de af
grijselijke figuur op den divan niet
zou kunnen zien.
Carson stond op en trok het laken
erover heen, terwijl Murcheson naar
hem keek.
Kunt u al die vragen niet in een
andere kamer stellen? gromde hij.
Welzeker. Maar ik stel er prijs
op, dat het hier gebeurt.
Toen met een zachter stemgeluid
binnen,
slapen.
Dan
gang dan door de voordeur door mid
del van bedoelden sleutel! Juffrouw
Dixon, wilt u mij uw sleutel laten
zien?
Terwijl Tresa wegging om ’m te
halen, wijdde de inspecteur zijn aan
dacht aan het doode lichaam en door
zocht diens zakken. Hij vond een zak
boekje, een sigarettenkoker, een gou
den horloge en een, bos sleutels. Hij
legde alles midden op tafel. Tresa
kwam binnen en overhandigde hem
den kleinen Yale-sleutel. Hij vond een
duplicaat aan den sleutelbos, welken
hij op het lijk gevonden had.
Nu den jouwe, Wah Su!
Wah Su produceerde den zijnen als
bij tooverslag. Murcheson wierp er
slechts een korten blik op, want het
kwam hem voor, dat, wanneer de
Chinees iets met den moord uit te
staan had gehad, het voor hem erg
gemakkelijk geweest zou zijn om zijn
handlanger een duplicaat te bezorgen
of hem, zonder dat, in het huis bin
nen te laten.
Ik ben nu voldoende ingelicht,
zeide hij. Wah Su is klaarblijkelijk
de laatste persoon m dit huis ge
weest, die meneer Dixon levend ge
zien heeft... gisteravond om tien uur.
Tusschen dat tijdstip en hedenochtend
vijf uur is de misdaad gepleegd. In
dien het inderdaad waar is, dat de
toegang tot dat huis onmogelijk ge
forceerd is kunnen worden, dan is het
duidelijk, dat de moord moet zijn be-
Juist. En hoe kon hij zoo’n ding
krijgen? Zou juffrouw Dixon haar
sleutel soms geleend hebben om daar
van een duplicaat te laten maken?
Zij zou hem hebben kunnen laten
liggen.
Maar Tresa wist zeker, dat dit niet
het geval geweest was. Ook de
monstreerde Murcheson, dat het ta
melijk moeilijk was om den sleutel
van den bos van .den dooden man af
te halen.
Hoe lang
weest bij
Murcheson.
Wah stak zijn vingers op. Viel
jaal.
Waar ben je aangenomen?
In Bolneo.
Heb je meneer Dixon daar ont
moet?
Ja. Wah Su werken op een cocos-
notenplantage. Meneel Dixon zoeken
olchideeën en wil goeden kok. Wah Su
klijgen baan en komen latei op Singa
pore.
Het spijt mij, Wah Su, maar ik
moet je vasthouden.
U bedoelt... hem arresteeren!
hijgde Tresa.
Inderdaad.
Maar Wah Su weet er niets meer
van dan ik. Hij is de meest trouwe
bediende. U kunt niet...
Hij zal later de kans krijgen, zijn
onschuld te bewijzen. Jenkins zorg da
delijk voor een dokter... en voor de
ambulance.
Wah Su zeide niets. Hij wierp Tresa
een langen blik toe en trachtte te
glimlachen, toen Murcheson een paar
handboeien om zijn polsen sloot. Tre
sa stond op en ging naar hem toe.
’t Is in orde, Wah, fluisterde zij.
Het is een verschrikkelijke fout,
maar je zult spoedig terug zijn.
Politie gloote stommeling, lispel
de Wah Su. Niks zien. Jufflouw kij
ken naai hoek van kussen.
Stilte, donderde Murcheson.
Juffrouw Dixon, ik moet u verzoe
ken, niet met mijn gevangene te pra
ten.
Tresa wierp hem een vernietigenden
blik toe en verliet Wah Su.
Zij keek naar de plaats, door Wah
Su aangewezen en zag, half verborgen
door een punt van het kussen, een
platgedrukte orchidee van een büna
gitzwarte kleur.