HAAGSCHË COURANT
Vijf
twintigjarig jubileum
en
STADSNIEUWS
Donderdag 28 Maart 1940.
Vijf opeenvolgende Schevemngsche geslachten
NATIONAAL CONGRES „ONS
ONDERWIJS, GEZIEN IN HET
LICHT DER MODERNE
PSYCHOLOGIE”
A
VIERDE BLAD.
in
waar-
Vandaag en morgen te dezer stede
IN
In het Militaire Clubhuis *t Honk.
Zee-
OPENINGSREDE VAN MINISTER
BOLKESTEIN
„COMITÉ VOOR ECONOMISCHEN
VREDE”
FEEST- EN PROPAGANDA-AVOND
VAN DE HAAGSCHE
BURGERWACHT
DE HEELE BUURT SNOEPTE
BONBONS
DIT BRACHT INBREKERS IN
HANDEN DER POLITIE.
HERDENKINGSSTOND TER NA
GEDACHTENIS VAN WIJLEN GEN.-
MAJOOR ALTING VON GEUSAU
eerst in de gedachte,
werk, dat de bond in
tweede internationaal
No. 17529.
ONVEILIG STRAND.
Het strand aan het Wassenaarsche
Slag is onveilig tusschen de strand-
palen 91 en 94, op Maandag 1 April a.s.
van 10.30 v.m. tot 6 uur nam., wegens
schietproeven met geschut.
De aandacht wordt er op gevestigd,
dat het strand eerst dan weder toegan
kelijk is, nadat de roode vlaggen, welke
de onveilige strook aanduiden, zijn in
gehaald,
Burger
den
het
residentie
voor
Daarnaast
en voor
congres
Een paar minuten met den
heer van Zeeland.
Om 7 uur is de Belgische oud-premier,
de heer Paul van Zeeland met zijn
eigen auto hier aangekomen. Hij heeft
in Hotel des Indes spoedig na aankomst,
gedineerd in een aparte zaal met de
overige leden van het comité, dat hier
ter stede besprekingen zal voeren over
zaken, die onder de competentie van de
Internationale Kamer van Koophandel
vallen.
Tegen half tien was het diner ge
ëindigd en ontving de heer van Zee
land een paar journalisten, die om hem
gevraagd hadden.
De Belgische staatsman begon het ge
sprek met de verklaring, dat hij geen
interview kon toestaan. Gedurende zijn
vele reizen en trekken van den laatsten
tijd heeft hij nooit een verklaring aan
de pers willen geven, omdat hij meent,
dat dit onder de huidige omstandig
heden niet gewenscht is. Als onderdaan
van een neutralen staat gaat het niet
aan nu een verklaring over den alge-
meenen toestand te geven. „Dat stand
punt moet u als Hollander begrijpen”,
voegde de heer van Zeeland hieraan
toe. Bovendien, zelfs al zou men wat
willen zeggen over economische aange
legenheden, dan is het toch niet te ver
mijden, dat men politieke kwesties aan
roert, omdat alle vraagstukken van den
dag met elkaar verband houden.
Men weet, dat de heer van Zeeland
juist uit Amerika is teruggekeerd, waar
hij de mogelijkheden van een oplossing
van het vluchtelingen-vraagstuk heeft
onderzocht. Ook daarover wilde de oud-
minister-president geen concrete gege
vens verstrekken. „Zou ik over dit punt
Lunch van deelnemers.
Naar wij vernemen, hebben 24 deel
nemers aan de internationale conferen
tie, die dezer dagen door het Comité
voor Economischen Vrede alhier wordt
gehouden, zich vanmiddag vereenigd
aan een lunch in hotel Vieux Doelen,
aangeboden door de Internationale Ka
mer van Koophandel.
VEREENIGING VAN ONDERNEMERS
VAN BODEBESTELD1ENSTEN
„DE SAMENWERKING”
Op Tweeden Paaschdag hield de ver-
eeniging van ondernemers van bodebe-
steldiensten „De Samenwerking”, om
vattend vrijwel het geheele boden wezen
in de provincie Zuid-Holland rond het
centrum ’s-Gravenhage, haar jaarver
gadering in café „De Kroon” alhier.
De voorzitter, de heer G. Lock,
(Naaldwijk), verwelkomde de geheel
voltallige vergadering en wijdde daar
bij een treffend „In memoriam” aan den
in 1939 overleden pionier, propagandist
en voorzitter der vereeniging den heer
M. P. van Blijswijk.
Voorts memoreerde de voorzitter de
directe en indirecte invloed van den uit
gebroken oorlog op het goederenver
voer, alsook de in de bodenbedrijven
ondervonden stagnatie als gevolg van
de mobilisatie, de opvordering van vele
bedrijfsauto’s en de zwaardere lasten
door de inwerkingtreding van het Rij
tijdenbesluit, de prijsstijging van ben
zine, banden en andere bedrijfsartike-
len, door welke een verhooging der
vrachttarieven onmogelijk kan uitblij
ven. In dit verband wees de voorzitter
nog op het onbillijke in de bevoorrechte
positie der Spoorw'egen, welke nog niet
tot vrachtverhooging zijn overgegaan,
Begroetingsrede.
Alvorens het woord aan minister Bol
kestein was, sprak de voorzitter van
den Bond, de heer J. D. Ros, een korte
begroetingsrede uit. Hij herinnerde er
aan, dat het op 20 Maart van het vorige
jaar dertig jaar geleden was, dat de
Bond ontstond uit de samenwerking
van 20 Nederlandsche onderwijs- en
opvoedingsvereenigingen na de tentoon
stelling „Opvoeding van het kind” in
1908. Ter gelegenheid van het dertig
jarig bestaan van den Bond wilde men
°P andere wijze tot het onderwijs bij
dragen dan door een tentoonstelling en
men heeft daarom tot dit nationale con
gres besloten, dat oorspronkelijk in de
Kerstvacantie van het vorige jaar zou
worden gehouden, doch is uitgesteld tot
de Paaschvacantie. In verband met de
tijdsomstandigheden heeft men feeste
lijkheden achterwege willen laten en de
voorkeur gegeven aan een werkcongres.
Vervolgens bracht spr. den minister
dank voor zijn bereidwilligheid om het
eerevoorzitterschap op zich te nemen en
het congres te openen en hij dankte alle
anderen, die op eenigerlei wijze aan het
tot stand komen van dit congres heb
ben bijgedragén.
In het militaire clubhuis ’t Honk in
de Prinsestraat alhier heeft gisteravond
een korte, stemmige herdenking plaats
gehad van wijlen generaal-majoor jhr.
J. Th. Alting von Geusau, in leven com
mandant van het eerste legercorps. Het
denkbeeld van die herdenking was uit
gegaan van den grenadier Schaafsma
en door het bestuur van ’t Honk over
genomen. Aan de herdenkingsstond ver
leenden hun medewerking de heeren C.
van der Kraan (hobo) en K. de Rook
(piano), leden van de Koninklijke Mili
taire Kapel, die tusschen de toespraken
het adagio van Fauré, een ^dagio uit
een sonate van Handel en het eerste
deel van de sonate in cis van Beethoven
ten gehoore brachten.
In zijn begroetingswoord heette de
voorzitter, gep. generaal-majoor K. E.
Oudendijk, de aanwezigen welkom, in
het bijzonder mevrouw en freule Alting
von Geusau en verschillende familiele
den van den generaal, oud-minister J.
M J. H. Lambooy, en de luitenant-kolo-
nels Boots, secretaris van de Vereeni
ging ter bevordering van de Krijgswe
tenschap, Scherpenhuyzen, commandant
van het regiment jagers en van Hilten,
chef van den staf van het eerste leger
korps, vrienden en naaste medewerkers
van den generaal.
Generaal Oudendijk wees in zijn toe
spraak op de zeer groote belangstelling,
uit alle rangen van het leger en alle
kringen van» de maatschappij bij de
teraardebestelling van generaal Alting
von Geusau. Hij is in dienst van Ko
ningin en vaderland gevallen, nadat hij
een duintop beklommen had om een
oefening ten volle te kunnen waarne
men. Die groote belangstelling gold niet
alleen den bekwamen officier, doch ook
den mensch Alting von Geusau. Zijn
groote bekwaamheden en talenten heeft
hij ook buiten de weermacht aange
wend, n.1. met het geschreven en ge
sproken woord en steeds met overtui
ging en bezieling. Spr. citeerde uit het
boekje „Nederland is paraat”, dat kort
voor zijn dood van de hand van den
generaal is verschenen. Generaal Ouden
dijk besloot met de verzekering, dat de
herinnering aan een goed mensch, aan
een vriend en voorbeeld van den Neder-
landschen soldaat zal blijven.
De grenadier Schaafsma, vervolgens
het woord voerend, zeide gaarne uit
drukking te willen geven aan de gevoe
lens van de minderen van hun groote
hoogachting voor den generaal. Over
zijn kwaliteiten als hooge officier kon
spr. niet oordeelen, Doch wel kon hij
verklaren, dat de generaal als hooge
chef een warm hart had voor zijn solda
ten, hij was niet alleen een meerdere,
doch ook een vader voor zijn troepen.
De verslagenheid na het overlijden was
dan ook groot onder de minderen, al
dus spr. en langen tijd nog zullen zij
aan hun generaal denken. Tot slot wer
den op sprekers verzoek enkele ©ogen
blikken van eerbiedige stilte in acht ge
nomen.
Receptie van het bestuw van het rusthuis van de Geref. Kerk van 's-Gravenhage-West aan de Scheepers
straat ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan. Van links naar rechts de heeren J. van Es; H. G. van
RopyenL. Buth S. Born tan, secretaris; F. Smit, voara.4 J. J» Kraan, alg. adj.O. Schaaff, penningna.
Telegram aan H.M. de Koningin.
Bij acclamatie werd tenslotte spre-
ker’s voorstel aangenomen om het vol
gende telegram aan H.M. de Koningin
te versturen: „Het nationale congres,
„ons onderwijs, gezien in het licht der
moderne psychologie”, betuigt Uwer
Majesteit eerbiedig zijn hulde en trouw.
Het congres hoopt, dat zijn arbeid het
Nederlandsche volk ten goede moge
komen”.
Vertegenwoordigsters van vijf opeenvolgende geslachten m een
Scheveningsche familie. Van links naar rechtsJohanna GuitToet
(23 jaar), Johanna de Roode—Roos (63 jaar), Gieltje Guit (6 jaar),
wed. G. Roos—de Ruiter (85 jaar), Jacoba Toet—de Roode (44 jaar).
wat vertellen dan zou ik de zaak scha
den, waarvoor ik werk”, aldus de heer
van Zeeland. „Over een paar weken zou
hierover wel wat te zeggen zijn, maar
dan ben ik hier niet meer”.
Immers, einde April wordt de heer
van Zeeland in Amerika terugverwacht
en dan zal hij zijn besprekingen over
het vluchtelingenvraagstuk voortzetten
en, naar hij verwacht, tot een goed
einde brengen.
Onderhoud met dr. Colijn.
Tenslotte vernamen wij nog, dat het
comité heden den geheelen dag zou ver
gaderen en dat de heer van Zeeland ge
durende de paar dagen, dat hij in de
residentie is gelegenheid hoopt te vin
den met verschillende vooraanstaande
Nederlanders in verbinding te treden,
o.a. dr. Colijn.
De internationale conferentie
hier ter stede
Omtrent de conferentie, welke dezer
dagen hier ter stede wordt gehouden,
vernemen wij, dat de hieraan deelne
mende economen tezamen vormen „Het
Comité voor Economischen Vrede”, het
welk tijdens het congres te Kopenha
gen in den zomer van het vorige jaar
is gesticht door het Bureau van de In
ternationale Kamer van Koophandel
en door de Carnegie Endowment for
International Peace. De bijeenkomst
hier ter stede heeft ten doel het toe
komstige programma van de Interna
tionale Kamer van Koophandel te be
spreken.
Oud-premier Paul van
land in de residentie.
De Belgische oud-premier, de heer
Paul van Zeeland, is gisteravond per
auto uit Brussel in de residentie aan
gekomen en heeft in Hotel des Indes
zijn intrek genomen, evenals de Duit-
sche en Zweedsche deelnemers aan de
besprekingen van het Comité voor Eco
nomischen Vrede.
„DE GANZENHOEDSTER”
DILIGENT! A.
Friedelotje, de arme ganzenhoedster,
die het met vrouw Stekenens lang niet
goed getroffen heeft, gaat een schoonen
prins, en een heel gelukkig leven zoe
ken in het verre, gevaarlijke land van
Koning Brombeer. Dit leek een heel ge
vaarlijke onderneming en dat was het
ook, maar de kabouters staan haar bij
en bovendien een aardig, dapper vrien
dinnetje, dat door de kleine boschman-
netjes zoomaar uit een pop is getooverd.
En in dat land van den nurkschen
Brombeer luisteren de meisjes de too-
verformule af, die den Prins, die daar
als paddestoel een triest bestaan lijdt,
weer tot zijn oude gedaante kan terug
brengen.
Dat gebeurt bok en Friedelotje be
hoeft dan nooit meer naar vrouw Ste
kenens terug, zij mag haar oude jurkje
voor goed afleggen, om prachtige klee-
ren aan te trekken als de prinses van
den weer onttooverden Prins.
Dit verhaal, doorweven met allerlei
kleurige en fleurige scènes, is door het
operette-ensemble van mevrouw Rem-
my Chabot-de Joode gistermiddag in
Diligentia in een charmante vertooning
weergegeven voor een enthousiaste
schare kinderen, die gesmuld hebben
van het spel, de fraaie aankleeding en
vroolijke- en spannende! tafereelen.
In opperste spanning volgden zij de
avontuurlijke reis van Friedelotje, die
heel wat gevaren had te overwinnen,
eer zij den Prins had gevonden en uit
zijn paddestoel-gedaante verlost.
De verzorging van het spel was als
steeds voortreffelijk, en er werd braaf
gelachen en een beetje benauwd geke
ken, ook van tijd tot tijd, wanneer
veldwachter Augustijn voor den dag
kwam.
De kabouters met hun dansjes, de
twee snoezige, konijntjes, met hun aar
dige versjes en juffrouw Bollewang, die
telkens zoo grappig opdook, zij allen en
de overige jeugdige optredenden had
den de heele zaal mee.
Het was weer een middag van puur
genot, zooals we trouwens van dit uit
stekende troepje onder mevr. Chabot’s
perfecte leiding, gewend zijn.
Vandaag en morgen wordt hier ter
stede door den Bond ter beharti
ging van de belangen van het Kind
een congres gehouden, genaamd
„Ons onderwijs, gezien in het licht
der moderne psychologie”, waar
van de minister van Onderwijs,
Kunsten en Wetenschappen het
eere-voorzitterschap heeft aan
vaard.
In den nacht van den 2en Paaschdag
dag bleek te zijn ingebroken in de fa
briek der N.V. Paul Kaiser aan de
Elandstraat. De daders bleken via een
schutting aan de achterzijde, bij de
Bloemstraat, op het dak van de fabriek
te zijn gekomen, vaar zij een ruit bra
ken en zich vervolgens lieten afzakken.
Een doos gevuld met zestien pond
bonbons, vier reusachtige chocolade-
Paascheieren en, merkwaardige combi
natie, een paar pakken spijkers, ver
klaarden de inbrekers goeden prijs.
De aard van het gestolene, gaf den
Centralen Opsporingsdienst der politie
aanleiding tot de veronderstelling, dat
hier gelegenheidsdieven aan fret werk
waren geweest, waarschijnlijk jonge
lui uit de buurt.
Dit vermoeden vond haar smakelijke
bevestiging in hetgeen de recherche op
straat in de omgeving zag, n.l. vele
bonbons snoepende kinderen. Het on
derzoek leverde weldra het gewenschte
resultaat op, n.l. de aanhouding van
vier jongelui, die verdacht worden zich
aan den inbraak en den diefstal te heb
ben schuldig gemaakt.
Het zijn een 15-jarige jongen uit de
Zorgvlietstraat, een 16-jarige uit de
Sirtemastraat en twee 20-jarige resp. uit
de Westerbaenstraat en de Bleekers-
laan.
De diefachtige, schoon milddadige
jongens zijn in politiebewaring gesteld,
in afwachting van hun verhoor, waar
na zij aan hun ouders worden terug
gegeven.
Zeer groote belangstelling
Onder buitengewoon groote belang
stelling gaf gisteren de vereeniging
„De Haagsche Burgerwacht” in den
Dierentuin een feest- en propaganda-
avond. Eenige honderden personen
moesten bij den ingang van het hek
worden teruggewezen, omdat velen
meenden op vertoon van hun lidmaat
schapskaart van de vereeniging toe
gang te kunnen krijgen, hetgeen echter
alleen was toegestaan aan houders van
besproken plaatsen. Een en ander leid
de tot moeilijkheden tusschen de sup
poosten en betrokkenen. Agenten van
de motorbrigade, onder leiding van den
brigadier J. van Zijl, die eveneens
voor een uitstekende verkeersregeling
had zorg gedragen, waarborgden een
ordelijk verloop.
De groote zaal was tot de laatste
plaats bezet, toen de waarnemend
commandant, de heer Scheffer, met een
woord van welkom den avond opende.
De propagandarede werd uitgespro
ken door den voorzitter der vereeni
ging J. C. E. baron van Lynden. Spr.
bracht allereerst dank aan de feest
commissie en aan allen, die aan de
totstandkoming hun medewerking
hadden verleend. Spr. achtte de Bur
gerwacht nog steeds noodig als anti-
revolutie-apparaat, doch hoopte, dat de
H.B.W. zich ook in andere richting zou
mogen ontplooien. De gebeurtenissen in
Spanje hebben de taak van de H.B.W.
ook in ons land nog eens duidelijk on
derstreept. Zij dient pal te staan voor
vorstin en vaderland en al is het revo-
lutiegevaar thans niet meer zoo sterk,
paraatheid is een eerste vereischte.
Leger en vloot waren tot voor enkele
jaren afgetakeld tot onbruikbare in
stituten. Gelukkig bleven er menschen,
die het gevaar hiervan hebben ingezien
en niet versaagden, zoodat hierin ge
lukkig verandering is gekomen.
Thans hebben wij weer een weer
macht, waarop wij trotsch kunnen zijn
en spr. bracht een woord van hulde
en vertrouwen aan en in de mannen,
die Hr. M.’s Leger en Vloot dienen. De
taak van de Burgerwachten is klassiek
nationaal. Zij is het hulpapparaat der
overheid in moeilijke tijden. Spr. be
treurde het, dat in de laatste jaren
Vanochtend heeft minister Bolke
stein dit congres geopend met een rede,
waaraan het volgende ontleend is
Aan de uitnoodiging van het bestuur
om het nationaal congres „Ons onder
wijs gezien in het licht der moderne
psychologie” te openen, heb ik gaarne
voldaan in de onderstelling, dat mijn
opvatting dienaangaande ook de zijne
zou zijn. De agenda van het congres,
met zijn dertien sprekers en spreek
sters, die tien onderwerpen zullen be
handelen, is n.l. zoo rijk voorzien, dat
de leiders der beraadslagingen alle
moeite zullen hebben, binnen den aan
gewezen tijd van twee dagen, alles
samen te dringen. Voor een uitvoerige
openingsrede is dan ook geen plaats,
evenmin is er behoefte aan. Tweeërlei
heb ik slechts te zeggen.
Vooreerst een woord van dank voor
wat de „Bond ter behartiging van de
belangen van het Kind” in zijn dertig
jarig bestaan ten bate van onderwijs en
opvoeding van het kind heeft gedaan.
De beide tentoonstellingen, die van
1908 onder den naam „opvoeding van
het kind”, die van 1919 onder dien van
„opvoeding van jeugd boven den leer
plichtigen leeftijd” komen hierbij het
het
het
voor
zedelijke opvoeding in 1912 heeft ver
richt. Door dit te noemen, noemt men
slechts het uitspringende. Ongenoemd
blijft dan het voortdurende en geregel
de werk van den bond, waaromtrent wij
recht hebben, gezien zijn aard, te ver
trouwen, dat het in de aarde is ge
vallen, is gestorven en daardoor vrucht
heeft gedragen.
Er is een tijd geweest, waarin nage
noeg uitsluitend aandacht werd gewijd
aan de vakkennis en de vakweten
schap, waarmede men de school had te
naderen. Uit dien tijd stammen de
examen-programma’s van onderwijzers
en van leeraren. Uit dien tijd dagtee-
kent de meening, dat wie iets goed
weet, het ook goed kan onderwijzen.
In een tweede en volgende periode
kwam naast de vraag van het wat
ook het hoe Methodiek en didactiek
bloeiden op. Eerst op de lagere school,
zelfs zoo, dat daar voor het booze
woord „vermethodieken” plaats was
daarna op de middelbare. Maar deze
methodiek en didactiek werden alleen
opgebouwd uit den aard van het vas,
van de wetenschap, die zij golden. De
leerling bleef ook hierbuiten.
Een derde periode was noodig, om
ook en vooral aandacht voor den
leerling te vragen, voor zijn geestelijke
structuur in de verschillende phasen.
Naar ik meen, is men in deze derde
periode aan het juiste aanvangs- en
uitgangspunt gekomen Inzicht in het
wezen van den leerling. Zoo wordt de
psychologie grondslag van het onder
wijs, van het eigenlijke onderwijs en
van de daaruit voortkomende onder
wijsorganisatie. Prof. Casimir zal u op
dit congres terecht aantoonen, dat
hierbij nog geen algemeene wetenschap
der psychologie kan gelden, maar dat
wij allerlei aanduidingen nog moeten
vinden in de verschillende psychologi
sche richtingen.
Dit congres heeft de behoefte van
den tijd begrepen om tot meer gemeen
goed te maken, wat langzaam aan nog
slechts door een minderheid verstaan
wordtDe kennis van den leerling
moet de grondslag zijn van elke ond 'r-
wij sbeschou wing.
Ik hoop, dat de deelnemers, door
het op het congres gehoorde versterkt,
dit licht bij het Nederlandsche onder
wijs zullen brandende houden. Hier
mede verklaar ik dit „nationaal con
gres” geopend.
goed bedoelde, goedwillende en dik
wijls goed georganiseerde vrijwillige
uitingen van dienstverleening uit de
burgerij zich hebben voorgedaan. Bur
gerwachten hadden ter wille van de
eenheid, belast dienen te worden met
de organisatie der burgerlijke luchtbe
scherming. Ook ten aanzien van andere
onderdeden der burgerlijke dienstver
leening was organisatie in één hand
gewenscht. H. M. de Koningin heeft
steeds van Haar vertrouwen in de
Burgerwachten doen blijken.
Spr. wees er nog op, dat er nog voor
velen een plaats in de Burgerwachten
is. Door subsidieverhooging heeft
gemeentebestuur van de
doen blijken van zijn sympathie
het instituut.
Vervolgens liet spr. nog een
schuwing hooren tot hen, die een te
groote belangstelling voor ons land
aan den dag leggen. Gerekend moet
worden op den krachtigen tegenstand
van 8 millioen vaderlanders, die pal
zullen staan, wanneer Holland’s grond
gebied zal worden aangerand.
Baron van Lynden besloot met een
driewerf hoera voor onze Koningin,
waarna staande het Wilhelmus werd
gezongen.
Hierna werd een afwisselend pro
gramma afgewerkt. Door de muziek
vereniging „De Haagsche
wacht”, onder leiding van den heer
Th. Kneifer, die zich ook reeds voor
den aanvang had doen hooren, werden
verschillende nummers ten gehoore ge
bracht. De heer M. L. J. Hofstee fun
geerde als conferencier, terwijl voorts
medewerking werd verleend door leer
lingen van mevr. R. Gaillard-Jorissen,
die enkele dansen uitvoerden, door
mevr. Corry van Eck-van der Vliet,
die liederen zong, aan den vleugel be
geleid door mevr. Hetty de Vogel-
Schim van der Loeff en door de Rijs-
wijksche tooneelvereeniging „De Put”,
welke na de pauze het blijspel opvoer
de „Waar vrouwen van hou’en”.
Een bal, onder leiding van den heer
A. Th. M. van Erp en met medewer
king van de „City-band”, dirigent de
heer Joh. H. Onstenk, besloot den ge
slaagden avond
doch wier millioenentekorten worden
afgewenteld op de belastingbetalers.
Een woord van bijzondere waardee-
ring cn dank richtte de voorzitter tot
den heer Ph. H. G. Korff de Gidts, die
van de oprichting in 1921 af. op zoo
eminente wijze het adviseurschap waar
neemt en de leiding heeft van secreta
riaat, boekhouding en adviesbureau.
Door de heeren A. G. Zaat (Voor
burg), en Joh. de Jong (Wassenaar),
werden uitgebracht de jaarverslagen
over 1939, resp. als eersten secretaris
en eersten penningmeester, welke ver
slagen getuigden van een opgewekt en
actief vereenigingsleven, van den toe
nemenden bloei van bond en bondsbe-
stelhuis en van een voorzichtig en
vooruitziend financieel beleid.
De aftredende eerste penningmeester
de heer Joh. de Jong, Wassenaar werd
met algemeene stemmen als zoodanig
herkozen.
Besloten werd tot oprichting van een
„Van Blijswijk-fonds” als een blijvende
hulde aan den persoon van den overle
den oprichter der vereeniging.
Door den heer L. B. A. van Lingen,
(Schiedam) werd een inleiding gehou
den over den stand der hangende Over
heidsbemoeiingen, waarbij hij wees op
het toe te juichen voornemen van den
minister van Waterstaat, om niet te
wachten met de behandeling van uit
voering van de Coördinatie van het
goederenvervoer, daar het gevaar niet
denkbeeldig is, dat bij het eind van oor
log en mobilisatie, wanneer duizenden
gerequireerde vrachtauto’s weder be
schikbaar zullen komen, zeer vele ge-
demobiliseerden met eenig vergaard
kapitaal zich zullen werpen op het
reeds overvoerde goederentransport,
waardoor een chaotische toestand zou
ontstaan.
De resultaten van het bondsbestelhuis
over het afgeloopen jaar waren zeer
gunstig en beteekenden een record,
waardoor de financieele positie weder
zeer beduidend kon worden versterkt.
Na afloop der jaarvergadering ver-
eenigden zich alle aanwezigen aan een
gemeenschappelijken maaltijd.
fa*»*
1'1
niet