Nieuw échec der Oranjeploeg Luxemburg wint met 5-4 H Vooral de Nederlandsche defensie faalde HET VERLOOP VAN DEN STRIJD Slpi HAAGSCHE COURANT VAN MAANDAG 1 APRIL 1940. VIJFDE BLAD. Een slechte en een goede beurt Van Male heeft het nakijken 5—3 voor Luxemburg. Drager Geen ruggegraat. aan Luxemburg leidt De Luxemburgers het De stand gelijk. Paauwe Lenstra scoort- Voorhoede was ook matig. Drok. Lenstra. Nederlandsche zwakte Historisch doelpunt. ET Nederlandsche voetbal heeft gisteren opnieuw een echec geleden, dat feitelijk nog een beetje grooter is dan dat van een paar weken geleden te Antwerpen. De nederlaag tegen de Belgen werd weliswaar gehaald met de recordscore 1—7, maar tenslotte kan iedere ploeg er wel eens totaal uit zijn, zoodat die cijfers welke natuurlijk de juiste ver houding der voetbalcapaciteiten van beide landen niet demonstreeren voor één keertje nu niet zoo heel erg zijn. Maar gisteren kwam een totaal verjongde ploeg uit tegen vertegenwoor digers van een land, die nog nimmer een succes van beteekenis hadden Kunnen halen en die zelfs op enkele uitzonderingsgevallen na steeds de minderen zijn geweest van een Zuidnederlandsche keuirploeg, en ook van dat team verloren de Nederlandsche uitverkorenen. Met 5—4 moes ten zij in het half gevulde Feijenoord-stadion de eer aan de kranige mannen uit het kleine Groot-Hertogdom laten. De krachtsverhoudingen mochten door een draw juister tot uitdrukking zijn gekomen, dat neemt niet weg, dat de cijfers beslissen en dat deze positief zeer oneervol zijn voor het Nederlandsche voetbal. iWe meenen, dat de laatste weken wel hebben aangetoond, dat de door ons meermalen geuite bewering, dat Nederland op internationaal gebied boven zijn stand heeft geleefd, wijl het spel van het Nederlandsch elftal geen afspiegeling was van het beste clubspel, zeer juist is geweest. Het Nederlandsche internationale voetbal zit op het oogenblik leelijk in den put en het zal niet meevallen het er spoedig weer uit te halen. Van den opzet, voor iederen goeden internationaal twee bruikbare reserves te kweeken, is den laatsten tijd niet veel terecht gekomen. We zullen ons daarom gedurende de eerstvolgende periode met een bescheiden plaatsje op de voetbalmarkt tevreden moeten stellen. Hetgeen overigens zoo heel erg niet is. Er zijn grootere rampen over ons heen gegaan. ficieele Nederlandsche elftal hadden kunnen scoren. De beide vorige wed strijden waren immers met 30 en 40 door onze vertegenwoordigers gewonnen ook niet De meest onaangename gewaar wording ten aanzien van het spel der Nederlanders is stellig geweest de zwakte van onze defensie, die in zoovele jaren immer onzegroo- te kracht is geweest. Vaak genoeg hebben we getobd met het bijeen brengen van een behoorlijke voor hoede, maar bijna steeds was onze verdediging toch van zeer goede kwaliteit. Doelman Jaeger tracht den bal op de lijn nog weg te werken, maar de scheidsrechter wijst naar het midden. Nederland heeft gelijk gemaakt (2—2). Ongetwijfeld hebben tal van Hollan ders zich gedurende den wedstrijd zit ten ergeren over de prestaties van onze landgenooten op het groene veld; het was inderdaad niet best. Maar toch zou het onjuist zijn te beweren, dat men zich tweemaal drie kwartier heeft zitten vervelen. Integendeel. Het verloop van den strijd bracht zelfs de noodige spanning en vooral de tweede helft, toen de Hollanders zoo hun best deden om den achterstand in een over winning om te zetten, heeft een zeer levendig verloop gehad, met vele sen- sationeele momenten en tenslotte heeft men een groot aantal doelpunten voor zijn geld te zien gekregenvoor velen een attractie op zichzelf. Met het gebruikelijke ceremonieel werden de beide ploegen bij het be treden van het veld verwelkomd en aanstonds riep de Belgische scheids rechter Swillen de beide aanvoerders tot zich voor d°n toss, welke door on zen landgenoot van Male werd gewon nen. Veel maakte de keuze van het doel niets uit, want de wind stond vrij wel dwars op het terrein en het zoo nu en dan doorbrekende zonnetje was voor geen der partijen hinderlijk. Het was dus aan den Luxemburg- schen centervoor af te trappen en deze deed zulks op het vastgestelde uur. Het begin was voor de Hollanders nog al hoopvol, want meteen trokken de Oranjehemden ten aanval, de nieuwe middenvoor Vroomen passeerde prach tig naar Drager en diens schot werd tot hoekschop verwerkt. Goed geno men, kwam de bal voor de voeten van Lenstra, wiens schot over de lat ging. Maar daarmede was voor het oogen blik blijkbaar het Hollandsche kruit al verschoten, want de Luxemburgers namen aanstonds den aanval over, om op buitenspel te stranden. Zij werden echter niet van de Oranjehelft verdre ven en na een mooien pass van Libar schoot Ever ad in het zijnet, terwijl na den verren uittrap van van Male Li bar weer een kansje kreeg, welke even wel te hoog richtte. Nog even bleven de Luxemburgers voor het Nederland sche doel en toen kwam er via Vroo men en Drager weer een goede Oranje- •attaque, welke echter door Witry II resoluut om hals werd gebracht. Dat werd de inzet van een Neder landsch offensief, dat weldra vruchten beloofde af te werpen. Drok kreeg den bal toegespeeld en de Spartaan loste een zeer mooi schot, dat juist tegen de lat belandde. Vroomen ving het le der op en schoot onmiddellijk opnieuw in. De goal werd hier en daar al ge teld, maar de Luxemburgsche keeper retourneerde nog juist op tijd. We ge looven, dat hij op het oogenblik zelf nog niet weet, hoe hij hem dat heeft gelapt. Drager kreeg direct daarop een kans, welke hij helaas jammerlijk ver knoeide. Vanzelfsprekend werden de Luxem burgers danig aangemoedigd door dit onverwachte succes en zij hadden gauw door op welke wijze zij het best konden profiteeren van de absoluut onvoldoen de dekking van Nederlandschen kant Geen wonder dus, dat zij steeds voor het Nederlandsche doel konden komen. Een gelukje voor de Hollanders was, dat de Luxemburgers herhaaldelijk in buiten- spelpositie kwamen, waarop de scheids rechter zeer goed het oog had. Even werd dit offensief onderbroken door een Nederlandschen uitval, welke Lenstra in de gelegenheid stelde een keihard schot te lossen, dat echter prachtig werd gehouden door den doel man. Maar direct kwamen de Luxem burgers terug en middenvoor Feller wandelde door de Nederlandsche defen sie heen. Hij loste een laag schot en weer greep van Male mis, nu echter met minder ernstige gevolgen, want het werd hoekschop, waaruit de bal naar de an dere helft werd gedirigeerd, alwaar Dra ger een juweel van een kans kreeg, welke hij radicaal verknoeide door met den bal regelrecht in .de armen van den keeper te loopen. De Luxemburgers waren door deze goal heelemaal niet van de wijs ge bracht. Integendeel, zij stormden zelfs met veel enthousiasme op de Nederland sche veste af, waar zij een corner af dwongen, welke niet het gewenschte re sultaat sorteerde. De hard zwoegende rechtsbinnen Libar stormde toen langs onze verdedigers heen, die niet bij machte waren hem te houden, maar ge lukkig voor Oranje ging het schot naast. Het was uitstel van executie, want nog geen minuut later loste de linksbuiten Kemp een hard laag schot, dat van Male kennelijk verraste. Onze portier liet den bal glippen en het was 11, na 16 mi nuten spelen. Dat was een historisch doelpunt, want het was de eerste goal, welke de Luxemburgers tegen het of- Een van de meest opvallende figuren uit de Luxemburgsche ploeg is doelman Jager geweest, die zijn heiligdom met heel veel bravour heeft verdedigd, daarbij wel eens wat teveel risico ten aanzien van eigen veiligheid nemend. Hij had ook enkele zwakke momenten, maar indien dat mannetje aan Neder landschen kant had gestaan, was het vrij zeker nog een Nederlandsche over winning geworden, waarmee we nu weer niet alle schuld van de nederlaag op de ranke schouders van van Male willen laden. De andere Hollanders zijn er evenzeer debet aan. De Oranje mannen hielden vol hoewel zij op fermen tegenstand van de Luxem burgsche defensie stuitten. Het viel heelemaal niet mee daar door heen te ko men; dat ondervonden alle Nederlandsche voor- waartsen op hun beurt. Vroomen schoot nog eens over en toen na den uittrap de bal bij Bas Paauwe belandde, bracht deze het leder handig op. Hij passeerde een aantal Luxemburgers, plaatste toen zuiver naar Drager, die yoorzette naar Drok en deze zond den bal op zijn beurt door naar Lenstra, die met een fraai schot doelman Jager het nakijken gaf. Na 10 minuten had Nederland met 10 de leiding. Dat verwekte de noodige vreugde on der het Nederlandsche publiek, dat dacht, dat daarmede de wedstrijd al ge wonnen was. Een misvatting, zooals men weldra zou ervaren. Met een 54 zege zijn de gasten huiswaarts gekeerd, een resultaat, dat ®en felicitatie waard is en we bren gen de ploeg gaarne alle hulde voor het moedige spel, dat velen door zijn kwaliteiten heeft verrast. Maar zonder ^enigszins tekort te willen doen aan die verrichting, moeten we er toch wel direct aan toevoegen, dat een gelijk Spel de verhouding beter zou hebben Weergegeven, omdat de overwinning biet in de eerste plaats is behaald Een fout, waaraan de geheele Ne derlandsche ploeg mank ging, was een tekort aan inzicht ten aanzien van deugdelijk positiespel. Het af dekken der tegenstanders liet alles te wenschen over, waardoor dezen telkenmale vrij spel kregen, waar van dankbaar profijt werd getrok ken en in de eerste helft viel een groot gebrek aan enthousiasme waar te nemen het spel was toen meermalen bepaald slap. De ople ving na de rust kwam te laat Ml. Het spel der Luxemburgers heeft ons gisteren aangenaam verrast. We weten wel, dat het tegenspel daarop een gun- stigen invloed uitoefende, maar niet te miskennen is toch, dat de opbouw van goede kwaliteit was. De spelers bleken nagenoeg allen technisch behoorlijk on derlegd te zijn, zij wisten veel beter dan de Hollanders him positie te kie zen en zij waren in staat een flink tempo te onderhouden. Slechts in uit houdingsvermogen schoten zij tekort en dat zal tegen ploegen van redelijk gehalte steeds een onoverkomenlijk be zwaar blijken te zijn. Gisteren immers was de veilige voorsprong daardoor bijna nog verloren gegaan, evenals in het begin van Maart tegen België het geval was, toen zij met 31 voor ston den en tenslotte toch nog met 34 verloren. jongeman, die in het oog gehouden dient te worden door de T.C., want er moet iets goeds van te maken zijn. Drager heeft met wisselend succes gespeeld. Hij heeft individueel knappe staaltjes laten zien, maar daar staat weer tegenover, dat hij ze ker tot driemaal toe een mooie kans on benut heeft ge laten door ondoor dacht spel. En dat is voor een internationaal wel wat veel, vooral wanneer het gaat tegen een ploeg, als die, welke gisteren de tegen partij was en« die toch, ondanks het goede, dat er van gezegd moet worden, niet vergeleken kan worden met een Belgisch team, zooals dat te Antwerpen speelde. Bergman heeft vrij constant ge speeld, individueel enkele malen goed werk verricht en een doelpunt ge maakt, maar hij heeft toch ook meer dere malen verzuimd kansen voor an deren te scheppen of die van zichzelf uit te buiten. Zonder chauvinisme meenen we te kunnen zeggen, dat de Harder meer recht heeft op de bezet ting van de linksbuitenplaats dan de Amsterdammer. door eigen kracht, maar vooral door enkele grove blunders aan Nederland schen kant. We kunnen gevoegelijk zeggen, dat de Luxemburgers drie van de vijf doelpunten op een presenteer blaadje aangeboden hebben gekregen. En dat mag toch stellig niet vergeten worden bij de beoordeeling van den uitslag. mogen zijn en we gelooven dan ook niet, dat de Rotterdammer de volgende maal weer tusschen de palen zal staan. De terugkeer van Slot, die in den jubileum-wedstrijd tegen de Belgen goed werk had verricht, is al evenzeer een groote teleurstelling geworden, want de Amsterdammer had weinig of niets in te brengen tegen de Luxem burgsche aanvallers. Zijn opstellen was 'ontactisch en zijn opruimen liet al evenzeer veel te wenschen over, om over de samenwerking met zijn team- genooten nog maar te zwijgen. Hij maakte fouten, welke zelfs in een ma tigen competitiewedstrijd tot uitzonde ringen behóoren. Nauwelijks beter was het debuut van den Hagenaar Choufoer, die wel heel ver beneden zijn clubvorm bleef, mogelijk als gevolg van zijn militairen dienst. Zijn spel was al evenzeer wei nig doordacht en van ferm opruimen, zooals in de gegeven omstandigheden zeer zeker noodig was, hebben we niet veel gemerkt. Zijn verrichtingen kwa men ver boven die van Slot uit, maar dat is dan ook vrijwel alles wat we er van kunnen zeggen. Dat was nu gisteren allerminst het geval. De defensie heeft zelfs volko men gefaald. In de eerste plaats van Male, die al heel spoedig een blunder maakte bij een lagen bal en daardoor blijkbaar zóó uit zijn evenwicht werd gebracht, dat hij daarna nog meerdere gelijksoortige fouten maakte, welke we anders niet van hem gewend zijn. Iedereen had stellig den sympathieken Feijenoorder een voorspoediger terug keer in de internationale gelederen toegewenscht, maar het heeft niet zoo De eenige die boven het mid delmatige uitkwam was Bas Paauwe, die wel schitter de, maar toch veel nuttig werk ver richtte en zeker beste Terstond kwamen de Luxemburgers terug en voor de derde maal greep van Male mis. Uit een scrimmage kwam de bal eerst tegen de lat terecht en toen bij het terugstuiten bovendien onze heele verdediging de kluts kwijt was, nam de linksbinnen Mengel zijn kans waar en gaf Luxemburg met 21 de leiding. Er was toen 20 minuten ge speeld. Evenals te Antwerpen, was ook dit elftal een ploeg zonder ruggegraat, door het falen van de middenlinie. Poulus, die in den jubileum-wedstrijd zoo hard had gezwoegd, heeft dezen wedstrijd werkelijk niets laten zien, dat vermeldenswaard is. Hij speelde noch zuiver verdedigend, noch aanval lend en liep als het ware slechts van het kastje naar den muur, zonder eenig nadeel of oponthoud aan de tegen partij te kunnen berokkenen. Hij moest de spil zijn, waar alles om zou draaien, maar hij is voor een goed deel de oorzaak geworden, dat de Nederlan ders zonder eenig verband speelden, dat alles als droog zand aan elkaar hing. Het spijt ons voor den Schiedam mer, maar het zal goed zijn hem voor eerst niet meer op te stellen. Zijn buurman, de Vroet, heeft al evenmin aan de verwachtingen beant woord, al heeft deze het er nog heel wat beter afgebracht, want tenslotte heeft deze Feijenoorder verdedigend nog wel eens behoorlijk ingegrepen. Als stuwende kracht was hij echter van betrekkelijk weinig beteekenis, ook al door onzuiver plaatsen. de der Nederlanders was. Paauwe blijft zijn plaats nog steeds waard, ook al door zijn groote routine. De voorhoede heeft ook geen be vrediging geschonken, maar was stel lig nog het minst slechte deel der ploeg. De aanval leed natuurlijk onder het gebrek aan steun van een midden linie, maar afgezien daarvan was toch wel de algemeene fout een tekort aan inzicht in juiste afwerking der aan vallen en het gemis aan onderling ver band. Het begin was even belovend, doch spoedig bleek, dat de vaart van de eerste minuten niet volgehouden kon worden, ondanks individueel ge zwoeg en geploeter. Vroomen maakte in den aanvang den indruk van middenvoor van goed for maat te zijn, want hij opende enkele malen heel knap naar de vleugels, maar die illusie werd al gauw ontno men, want weldra lukte dat ook niet meer. En van zijn kwaliteiten als goalgetter heeft men ook niet veel kunnen be merken het bleef bij enkele harde ko gels, welke geen van alle doel troffen. Toch gelooven we, dat er alle aanlei ding is den Juliana-man nogeens een kans te geven, want we verwachten, dat hij bij meer steun, zeker ook beter werk zal laten zien en zooveel minder dan Ven te is hij stellig niet, waarbij hij dan nog de jeugd voor heeft. Het zou waarschijnlijk niet eens zoo gek zijn, die twee eens naast elkaar te pro- beeren. Drok heeft over het algemeen geen slechten indruk gemaakt. Buitenge woon opvallend was zijn werk wel niet, maar hij heeft toch hard gezwoegd en in ieder gevdl is zijn spel met twee doelpunten beloond, waarvan het twee de van zeer goede kwaliteit was. Zoo lang er niet een uitgesproken betere speler gevonden wordt, mag men hem, wat ons betreft, gerust nog eens op stellen. Lenstra is nog steeds niet de opval lende figuur, die hij in het Noorden is. Éénoog is daar koning der blinden, zou men kunnen zeggen. Toch heeft deze Noordeling veel goed werk gedaan en zich heel erg uitgesloofd. De afwerking van zijn aanvallen was echter te onzui ver en daardoor had hij ook weinig succes met zijn schoten. Het eerste doelpunt nam hij voor zijn rekening en dat was van zeer goede kwaliteit, wat ook gezegd kan worden van den kopbal, waarmede hij de geannuleerde goal fabriceerde. Lenstra blijft een Vóór den strijd is hier en daar de vraag gesteld, of het eigenlijk wel een elegant gebaar van den K. N. V. B. is geweest, de Luxemburgers uit te noodigen tot het spelen van officieele landenwedstrijden, alleen om een internationaal pro gramma in elkaar te kunnen zet ten in deze oorlogsperiode, terwijl de heeren van het Groot-Hertog dom daarvoor vroeger niet in aan merking kwamen, wijl zij niet van voldoende internationale standing werden geacht. Het antwoord is daarop gisteren, gelooven we, gegeven, want de Luxemburgers, wier spel inder daad in stijgende lijn gaat, hebben op Rotterdamschen grond onge twijfeld een goede beurt gemaakt, waartegenover de Hollanders een Zeer slechte hebben gesteld. Er is dus alleszins aanleiding, het een maal opgevatte contact rustig voort te zetten. Mocht later de Neder landsche ploeg weer zóó sterk worden, dat de Luxemburgers weer blijk geven geen tegenpartij te zijn, dan is het nog tijd genoeg om de wedstrijdserie weer eens te onderbreken. Drie minuten later was de stand echter weer gelijk. Dat geschiedde na een vrijen schop, welke door Paauwe goed was genomen. Er volgde een schot, dat door doelman Jager werd ge stopt, maar bij het weg werken sloeg hij onfortuinlijk tegen den toegestormden Drok aan en toen was het gebeurd, want hij verdween met bal en al ach ter de doellijn, 22. De strijd ging nu even gelijk op. Beurtelings waren de ploegen in den aanval, waarbij de Luxemburgers vol hardden in het buitenspel staan en de Hollanders de grootste moeite hadden met de verdediging der gasten. Bij een Luxemburgschen aanval wist Poulus niet beter te doen dan den bal tot hoekschop te verwerken, waarna Holland weer een aanval kon opzetten. Drager plaatste den bal naar Vroomen, die in vrije positie een mooie kans kreeg. De bal ging ver naastDe lin kervleugel ging het toen maar weer eens probeeren. De attaque scheen succes te zullen opleveren en toen Drok een schot had gelost werd er van menigen kant al gejuicht, maar dat was te voorbarig want het leder ging langs den verkeerden kant van den paal. Het zag er naar uit, dat de Hollan ders de kansen toch nog te hunnen gunste zouden kunnen keeren, want zij waren nu eenigen tijd regelmatig in den aanval en er ontstonden meerdere be nauwde momentjes voor het Luxem burgsche doel. Maar helaas, de vijan delijke defensie was den aanvallers bijna steeds baas en tot overmaat van ramp wisten de Oranjemannen de aan vallen meestal niet op de juiste manier af te werken. Toen er een half uur was gespeeld kreeg Vroomen een goede kans uit een pass van Bergman en de Zuiderling schoot inderdaad fraai in, doch de Luxemburgsche doelman redde op even sublieme wijze, zij het ten koste van een hoekschop, welke echter niets op leverde. Tweemaal achtereen liepen daarop de Hollanders in de buiten- spelval en toen kreeg men een aardige poging te zien van Lenstra, die echter juist op het critieke moment door Witry I ten val werd gebracht, zoodat zijn harde schot naast ging. De verdediging der beide Witry’s sloot vrij behoorlijk en de heeren ruim den goed op. Tegen een soliedere com binatie zouden zij echter niet opgewas sen zijn, hetgeen wel blijkt uit het feit, dat zelfs deze Nederlandsche voorhoede nog in staat was vier doelpunten te maken. Onder de gegeven omstandigheden verstond de middenlinie haar taak goed. Zij steunde zooveel mogelijk den aanval en toen de zege in gevaar kwam trok zij zich behoorlijk terug om de gaten zooveel mogelijk af te slui ten. Het werk van den spil Becker stond zeker eenige klassen hooger dan dat van Poulus aan Nederlandsche zijde. De voorhoede was een goede een heid, snel en doortastend, die een re delijk gebruik wist te maken van de fouten der Nederlandsche defensie. Het spel van den binnenspeler Mengel was lang niet kwaad en ook de vleugels Kemp en Everad deden goed werk. In de tweede helft wisselden middenvoor Feller en Mengel van plaats, maar dat was niet van invloed op het spel. De Belgische scheidsrechter Swillen heeft dezen wedstrijd correct geleid. Lastig had hij het niet, want het wa ren faire tegenstanders. ■b KJ"- was tó.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1940 | | pagina 17