Neder-
Het beschieten
van
landsche visschersschepen
de
zee m
Haagsche Courant van Dinsdag 2 April 1940
i
o
roc/r
De oorlog ter
afgeloopen maand
C'w
ND-RUB
BINNENLAND
van
De Nederlandsche
Spoorwegen
Verliezen bedroegen
61 schepen, metende
175.525 ton
Er is nauwlettend toezicht van de scheepvaart
inspectie op de reddingsmiddelen
den
in-
De „Watussi”, een der fraaiste Duitsche schepen, welke door oorlogsgeweld tot zanken werd gebracht.
Nieuwe perspectieven wat betreft
dienstregeling en tarieven
DERDE BLAD, PAGINA 1.
tonnage
10.246
40.298
59.123
965
6.891
5.637
14.404
3.206
15.185
11.218
4.512
3.840
om-
De verantwoordelijkheid der
speette en van den kapitein
Weerkundige Waarnemingen
Een verklaring van de IJ maid er
federatie van transportarbeiders
De mededeelingen van
adjunct-inspecteur te
IJmuiden
Giften van H.M. de Koningin en
Prinses Juliana
i s
o rH
Een rijdend onderstation.
*0
f ABRIEKSK ANTOOR OEN HAAG. BARENTS - STR. 31
alhier v.m. 8
761 m.m..
u.
uur:
De tarieven.
de
De
voor
van
spoorwegverkeer in geheel
Uitbreiding diesel-tractie.
en
red-
een
De verliezen der oorlogsvloten.
N om icon,
waren de
175.525
Het traject ArnhemNijmegen
electrisch
Voor de Amsterdamsche F.I.K.A.-
kinderbeschermingsweek.
Denemarken
Duitse hland
Engeland
Finland
Frankrijk
Griekenland
Italië
Letland
Nederland
Noorwegen
Zuid-Slavië
Zweden
Stoppen aangeraden.
Inmiddels zullen de schippers der
Nederlandsche visschersvaartuigen er
echter verstandig aan doen, gezien de
ervaring der andere trawlers, wanneer
bellingerente vliegtuigen klaarblijkelijk
het transformatorenstation te Arnhem
worden betrokken.
ta-
op
Ook de verliezen der oorlogsvoeren
de marine-strijdmachten waren gering.
Tijdens een luchtaanval op Scapa Flow
werd een Engelsche kruiser bescha-
digd.
Geallieerden maakten melding van
het tot zinken brengen van eenige U-
booten, terwijl een Duitsche duikboot,
de U 21, in Noorwegen werd geïnter
neerd.
Het Amsterdamsche F.I.K.A.-bestuur
deelt mede, dat voor de kinderbescher-
mingsweek een gift is ontvangen van
H.K.H. Prinses Juliana en H.M. de
Koningin
het in goeden staat verkeeren van de
reddingsmiddelen. Wij hebben gisteren
daarvan een samenvatting gegeven en
laten nu nog eenige bijzonderheden
volgen. Het oordeel van den heer Eer
man kon als volgt worden omschreven:
Indien deze veronderstelling juist
is, zon het gewenscht zijn dat men
van Duitsche zijde duidelijk mede
deelde, dat men voortaan deze
wijze van waarschuwing toepast
om beter de nationaliteit der vis
schersvaartuigen te kunnen vast
stellen,
cirkelen, te stoppen en niet, door met
normale snelheid, of zelfs op volle
kracht verder te varen, den indruk te
wekken, alsof zij zich aan deze controle
willen onttrekken en dus iets te ver
bergen hebben.
ge-
factoren,
Spoor-
en winst voor de geallieerden geboekt
moeten worden.
De totale verliezen over de afgeloo
pen zeven maanden oorlogvoering zijn
thans gestegen tot 481 schepen, meten
de 1.643.632 bruto reg. ton.
Zwaar werd onze koopvaardijvloot
getroffen. Bij den ondergang der 9
Nederlandsche schepen kwamen niet
minder dan 66 opvarenden om het le
ven, terwijl voorts 7 dooden vielen te
betreuren bij de ontploffing aan boord
van de tankboot „Phobos”. In totaal
lieten, sinds het uitbreken van den
oorlog, 247 opvarenden van Nederland
sche koopvaardijschepen het leven.
De namen der in Maart verloren ge
in de maand Maart de Duitsche i gane schepen volgen in nevenstaande
opgave:
Bij aankomst was gebleken, dat op
Donderdag 14 Maart tengevolge van
een zware overkomende zee de red
dingboot was wrak geslagen en ge
deeltelijk overboord gegaan. Des
ondanks, terwijl men zonder boot
was, was men in dezen tijd van ruw
weer en dreigende oorlogsgevaren,
nog 14 ‘dagen blijven visschen en
had men in het verlies van de
eenige reddingboot geen aanleiding
gezien om naar IJmuiden terug te
keeren, waartoe men pas besloot
toen men tengevolge van het ver
schijnen van Duitsche vliegtuigen
den schrik te pakken kreeg.
„Ik vind dit een zoo ernstige nala
tigheid, en een zoodanig in gevaar
brengen van menschenlevens, dat
ik mij verplicht heb gevoeld hier
over een klacht bij den inspecteur-
generaal voor de Scheepvaart in
te dienen”, aldus verklaarde de
heer Eerman.
JOHNSON s NO-RUB
maakt „vloeren wrijven" totaal onnodig I
maatregelen zijn
remmende
Nederlandsche
met de militaire
de mobilisatie te
Italië: Mirella, 5340 t; Maria
Rose, 4211 t; Tina Primo, 4853 t.
Letland: Katvaldis, 3206 t.
Nederland: Elziena, 197 t; Rijn
stroom, 695 t; Grutto, 920 t; Vecht,
1965 t.; Eulota, 6236 t; Amor, 2325 t.J
St. Annaland, 2248 t; Protinus Um. 85,
202 t.; Saba, 397 t.
Noorwegen: Silja, 1950 t.; Vest-
foss, 1388 t; Svinta, 1267 t; Cometa,
3794 t.; Burgos, 2819 t
Zuid-Slavië: Slava, 4512 t
Zweden: Lagaholm, 2818 t; Nor-
na, 1022 t.
Ongetwijfeld is een van de belang
rijke factoren, welke er toe hebben
bijgedragen, dat deze uitbreiding tet
stand is gekomen, gelegen in het feit,
dat de prijs, welken de Nederlandsche
Spoorwegen in dit deel van ons land
voor de benoodigden stroom hebben te
betalen aanmerkelijk betere perspec
tieven biedt, dan tot heden toe nog
het geval is in het Westen van het land
Naar wij in verband hiermede nader
vernemen, maakt dit onderdeel inzake
de electrificatie bij de Nederlandsche
Spoorwegen nog steeds een belangrijk
onderdeel van bespreking uit. Toch
koestert men in bepaalde kringen de
vaste overtuiging, dat zoodra de loo-
pende contracten een wijziging toe
laten, de situatie in het Westen van
het land, vooreerst in de provincie
Noord-Holland, en later in de provin
cie Zuid-Holland aanmerkelijk zal ver
beteren, waardoor men op eenzelfde
prijsniveau hoopt te komen als in de
andere deelen van ons land. Dit kan
tenslotte ook van grooten invloed zijn
op de tarievenpolitiek ten aanzien van
het reizigersvervoer.
Barometerstand van hertenmiddag 12 uur
Het dunne pijltje geeft den stand aan
van gisteren
van het
Europa.
Zooals de huidige dienstregeling ge
heel afweek van de tevoren geldende
dienstregeling, zal ook op 19 Mei a.s.
de huidige situatie volkomen worden
gewijzigd.
Men hoopt hiermede te bereiken,
dat de thans regelmatig voor
komende vertragingen in den ver
volge niet
blijken, in
minimum
bracht.
Totaal 61
Door geallieerde strijdkrachten wer
den 2 Duitsche schepen buitgemaakt,
de „Seattle", 7369 ton, en de „Han
nover”, 5537 ton. Totaal 12.906 ton,
welke als verlies voor de Duitschers
„Nauwlettender dan ooit ziet juist
in dezen tijd van oorlog de Scheep
vaartinspectie met gestrengheid er
op toe, dat de uitvarende schepen,
dus ook de Nederlandsche vis
schersvaartuigen, zijn uitgerust
met deugdelijke reddingsmiddelen.
Daarna is het de plicht van den
kapitein, door zorgvuldig onder
houd ervoor te waken, dat de red
dingsmiddelen in goeden staat blij
ven’en aan de gestelde eischen vol
doen, wanneer men er in geval
van nood gebruik van moet
maken.”
Schieten bedoeld als stopbevel?
Het is internationaal voorschrift, dat
een koopvaardijschp moet stoppen voor
een oorlogsschip, wanneer het als
waarschuwing een kanonschot voor
den boeg krijgt Aangezien een vliegtuig
slechts over mitrailleurs beschikt, acht
men het in IJmuidensche reederskrin-
gen niet uitgesloten, dat de Duitsche
vliegtuigen eveneens een bevel tot stop-
Onverantwoordelijke nalatig
heid aan boord van de „I. S.
Groen”.
Dat dikwijls juist de opvarenden, in
wier belang deze maatregelen worden
getroffen, niet voldoende acht slaan op
den stand der reddingsmiddelen, was,
den heer Eerman juist gisteren op tref
fende wijze gebleken. De trawler „I. S.
Groen” Um. 130, was gistermorgen bin
nengekomen, rapporteerend, dat op het
schip geschoten was door Duitsche
vliegtuigen toen het op 28 Maart j.l.
des namiddags te 6.15 uur bij de Ling-
bank, ten Noord Westen van Doggers-
bank, zich gereed maakte om te gaan
visschen. Onmiddellijk was de schipper
naar IJmuiden teruggekeerd.
Verwachting tot den avond van 3 Apr.:
Wind: meest matig, Zuidelijk tot Wes
telijk, aanvankelijk betrokken tot zwaar
bewolkte lucht, met plaatselijk eenigen
regen, later brekende bewolking; weinig
verandring in temperatuur.
pen bedoelen wanneer zij voor den
boeg der visschersvaartuigen een mi-
trailleursalvo afschieten. Het is hun
opgevallen, dat ook de opvarenden van
de „Protinus” vertellen, dat zij meen
den een doordringend fluitend geluid
te hooren van een machinegeweersalvo,
voordat de vliegtuigen terug kwamen
om het schip te bombardeeren.
Het uitzetten van
ding boot.
Men heeft verteld, dat de katrollen
van de reddingboot niet werkten. De
heer Eerman vroeg zich af, wat men
hiermee bedoelde. De reddingbooten
aan boord van Nederlandsche vis
schersvaartuigen hangen niet in davits,
maar zitten tusschen twee klampen op
het achterdek. Wanneer zij gestreken
moeten worden, worden zij op de ree
ling getild en over boord gezet, waar
bij zij slechts verbonden zijn door mid
del van een vanglijn, waarmee men ze
langszij trekt. Het is vrijwel onmoge
lijk op deze wijze een boot uit te zet
ten, zonder dat deze eenig water maakt.
Wat dat betreft verschilde de toestand
aan boord van de „Protinus” met die
van geen enkel ander IJmuidensch
visschersvaartuig.
De proppen mogen niet in de spui
gaten van de sloep zitten, omdat an
ders het inkomende water er in zou
blijven staan. Pas als de sloep wordt
Uitgezet worden de proppen er in ge
stopt, en de Scheepvaartinspectie con
troleert o.a. of de proppen aanwezig
zijn. Hetzelfde geldt voor den inhoud
van den verbandtrommel, den water
voorraad en de scheepsbeschuit.
adjunct-inspecteur
Scheepvaart te IJmuiden, de heer J. H.
Th. Eerman, heeft gisteren naar aan
leiding van het beschieten van Neder
landsche visschersschepen door Duit
sche vliegtuigen eenige mededeelingen
gedaan omtrent de verantwoordelijk
heid van de Scheepvaartinspectie en
In verband hiermede kunnen wij de
aandacht nog vestigen op het gereed
komen van de nieuwe dieselelectrische
treinstellen. Gistermiddag hebben ver
schillende van deze nieuwe treinstellen
proefgereden op het baanvak Arnhem
Utrecht. Vooral voor de groote tra
jecten zijn deze treinstellen van groot
belang en zullen ze in een dringende
behoefte voorzien. Onvoorziene
standigheden buiten beschouwing
tend, zal dit nieuwe materieel
19 Mei a.s. in den dienst worden op
genomen.
Uitgebreide
troffen om de
waarmede de
wegen in verband
maatregelen sinds
kampen hebben, zooveel mogelijk weg
te werken, om het reizigersvervoer
zoo goed mogelijk te laten geschieden.
Men is er van overtuigd, dat bij de
invoering van de nieuwe dienstregeling
1940 de Nederlandsche Spoorwegen een
eerste plaats gaan innemen ten aanzien
Barometer
v.m. 12 u. 761 m.m.; thermometer resp.
9} en 11 gr. Celsius.
Barometer na hedenmiddag 12
stationnair.
De electrificatie bij de Nederlandsche
Spoorwegen heeft in den laatsten tijd
een totalen omkeer teweeg gebracht in
de bedrijfsvoering. Ondanks enkele
teleurstellende remmende factoren,
zooals o.a. de prijspolitiek der electri-
sche centrales in het Westen van het
land, is deze totale omwenteling ten
opzichte van de mechanische tractie
ten voordeele uitgevallen van den
totalen kostprijs.
De IJmuider federatie van transport
arbeiders, afd. van den centralen bond
van transportarbeiders, zendt ons de
volgende verklaring
„In een in de pers verschenen be
richt, afkomstig uit IJmuider reeders-
knngen, wordt over het beschieten van
den treiler „I. S. Groen" en het bom
bardeeren van de „Vikingbank” ge
zegd, dat in het eerste geval waar
schuwingsschoten waren gelost, waar
door men stopte. Hierop wuifden de
vliegers met de hand en verdwenen.
De „Vikingbank” echter zou op volle
kracht zijn gaan varen en waarschijn
lijk daarom zijn gebombardeerd, waar
uit de conclusie werd getrokken, dat
het de vliegers waarschijnlijk te doen
zou zijn om te zien, of men met ge
wapende of ongewapende treilers te
doen had.
Wij verklaren echter op gezag van
een aantal opvarenden van de „Viking
bank”, waaronder de schipper, die wij
los van elkaar hoorden en waardoor
aan de mededeelingen niet kan worden
getwijfeld, dat er op de „Vikingbank”
niet is geschoten, dat men thuiskomen
de reeds op volle kracht voer, zoodat
men dus niet op volle kracht is gaan
varen toen er door het Duitsche vlieg
tuig met bommen werd gegooid en dat
de „Vikingbank” direct en zonder voor
afgaande waarschuwing met bommen
is bestookt.
Wij verklaren dit, omdat uit het be
richt van de reeders zou kunnen wor
den opgemaakt, dat het gevaar niet
zoo groot zou zijn en dat het bombar
deeren van de „Vikingbank” in feite
aan een verkeerde handeling van den
schipper te wijten zou zijn. Deze aldus
op den schipper van de „Vikingbank”
gelegde onverdiende blaam, moet wor
den weggenomen, mede omdat uit een
en ander zelfs conclusies zouden kun
nen worden getrokken, ten aanzien
van de aan de „Protinus” overkomen
ramp.”
Niet iedere moderniseering wordt
door het publiek in het algemeen ter
stond als een verbetering aanvaard, In
dit opzicht maakt de electrificatie bij
de Nederlandsche Spoorwegen en de
daaraan verbonden opvoering van de
frequentie een bijzonder gunstige uit
zondering. In verband hiermede valt
het gemakkelijk te begrijpen, dat een
vrij beperkte uitbreiding van de elec
trificatie, als een dezer dagen tot stand
is gekomen tusschen Arnhem en Nij
megen. toch voldoende aanleiding was
om nogmaals de aandacht te vestigen
op hetgeen door de Nederlandsche
Spoorwegen ondanks deze bijzondere
tijdsomstandigheden tot stand wordt
gebracht.
Ten aanzien van de thans gereed
gekomen uitbreiding van het electri-
sche net kan nog het volgende worden
medegedeeld. Door de ingebruikneming
van de inrichtingen voor electrische
tractie op het nieuwe baanvak wordt
het reeds geëlectrificeerde net der Ne
derlandsche Spoorwegen met ruim 18
kilometer vermeerderd, waardoor de
totale lengte daarvan tot 527 kilo
meter wordt uitgebreid. De Provinciale
Geldersche Electriciteitsmaatschappij
zal de noodige energie voor dit nieuwe
baanvak leveren. Deze energie zal
eensdeels uït het transformatorenstation
te Nijmegen van de P E.G.M. recht
streeks aan het onderstation der Ne
derlandsche Spoorwegen, dat op het
emplacement aldaar werd gebouwd,
worden toegevoerd en anderdeels van
De verantwoordelijkheid van
den kapitein.
Op zee heeft echter de kapitein van
elk schip de verplichting zorg te
dragen voor den goeden staat der
reddingsmiddelen, overeenkomstig
ar.t 101 van het Schepenbesluit
1930, dat bepaalt dat hij er voor
moet zorgen, dat tijdens de reis de
bewegende deelen, waarmee de
reddingboot vast zit „roestvrij en
gangbaar” blijven en dat „drink
water en voedingsmiddelen in de
booten te allen tijde voor gebruik
geschikt” moeten zijn.
Hier komt men buiten het terrein
van de Scheepvaartinspectie, die
er voor zorgt, dat bij het vertrek
aan deze eischen wordt voldaan,
en komt men op het gebied van de
verantwoordelijkheid der schippers
en zoo men wil der andere opva
renden, de eenigen die tijdens de
reis kunnen controleeren of deze
regelen worden nagekomen.
In tegenstelling met de achter ons
liggende periode werd in de afgeloopen
maand de oorlog ter zee niet met de
zelfde heftigheid gevoerd. Nochtans
waren de verliezen, in het bijzonder
die der neutrale landen, groot en
bieden ze weer een triest beeld.
In verhouding tot de vorige maanden
was
tonnage, welke werd vernietigd, vrij
aanzienlijk, waarbij valt op te mer
ken, dat voor het eerst in dezen
oorlog Duitsche schepen werden getor
pedeerd.
Volgens de ter beschikking staande
cijfers zonken in Maart 61 schepen
metende 175.525 ton (ongerekend de
schepen, welke indirect door den oor
log verloren gingen).
Verdeeld over de landen
verliescijfers als volgt:
schepen
7
8
20
1
2
2
3
1
9
5
1
2
Het spreekt van zelf, dat men, wan
neer men dikwijls zeeën over heeft ge
had, moet controleeren of de voorraad
scheepsbeschuit in de booten niet muf
is geworden, en of er geen zeewater is
doorgedrongen in het drinkwatervat,
welks inhoud dan vernieuwd behoort voor controle hun komen
te worden.
meer mogelijk zullen
ieder geval tot een
zullen zijn terugge-
Duitschland: Heidelberg, 6530
t.; Troja, 2400 t; Arucas, 3369 t.;
Uruguay, 5846 t; La Coruna, 7414 t;
Uhlenfels, 7603 t.; Heddemheim, 4947
t; Edmund H. Stinnes IV. 2189 t.
De toestand aan boord van
de „Protinus”.
De „Protinus” is op 20 October 1939,
gaan varen en was geheel opgeknapt
en door scheepvaartkundige experts
onderzocht alvorens de trawler mocht
uitvaren. Dat daarbij de reddingmidde
len niet zijn overgeslagen blijkt uit het
rapport van den deskundige Bergsma,
die boot, riemen, dollen, lijnen, vlag
gen, brood- en watervoorraad, enz.
deugdelijk had bevonden. Op 4 Decem
ber j.l. heeft de „Protinus” gedokt en
opnieuw werden de reddingmiddelen
gecontroleerd. Er kan dan ook geen
sprake van zijn, dat de reddingboot,
welke toen nog in goeden staat ver
keerde, nu plotseling wrak en dollen
en riemen rot konden zijn.
De meening in IJmuider
Reederskringen.
Hoewel het aanvankelijk leek als of
alle trawlers gisteren binnen zouden
blijven, is in den namiddag de traw
ler „Reiger”, IJm. 114 van de reederij
Maresaten uitgevaren, en waarschijn
lijk zouden heden de overige schepen
wel weer volgen. Uit de rapporten,
welke de laatst binnengekomen traw
lers „I. S. Groen” Um. 130 en „Viking
bank” Üm. 183 hebben uitgebracht,
heeft men in IJmuidensche reeders
kringen den indruk gekregen, dat het
de Duitsche vliegtuigen in de eerste
plaats erom te doen is, de visschers
schepen te laten stoppen, om dan
nauwkeuriger te kunnen nagaan, of
men inderdaad met Nederlanders en
niet met gewapende trawlers te doen
heeft.
Deze veronderstelling baseert men
op het rapport van den schipper van
de „I. S. Groen”, die mededeelde dat
een Duitsch vliegtuig een salvo mitrail-
leurschoten voor den boeg in het wa
ter afschoot. De schipper had onmid
dellijk gestopt. Het vliegtuig, dat aan
vankelijk voor het schip langs had ge
vlogen, cirkelde toen eenige malen er
om heen, waarna een der inzittenden
met de hand naar de opvarenden wuif
de, en het toestel zich verwijderde.
Dicht in de buurt voer de „Viking
bank”. Ook hier meende men het neer
komen van mitrailleurkogels in het
water voor den boog te hebben waar
genomen. De schipper was toen volle
kracht gaan varen, waarna, volgens
zijn rapport, het vliegtuig eenige bom
men dicht bij het schip in het water
heeft laten vallen.
Engeland: Pyrrhus, 7418 t; Cato,
710 L; Albana, 1176 t; Ben Attow,
156 t; Pacific Reliance, 6717 t.; Coun
sellor, 5068 t; Thurston, 3072 t; Che-
vychase, 2719 t; Borthwick, 1097 t;
Gardenia, 3745 t; Halifax, 165 t.;
Melrose, 1589 t; ••Leukos, 216 t.; Ti-
berton, 52.25 t; Abbotsford, 1585 t.;
Parkhill, 500 t; Loch Assater, 210 t;
Barn Hill, 5439 t.; Daghestan, 5742 t;
Castlemon, 6574 t
trawlers.
Finland: Valborg, 965 t
Frankrijk, P.L.M. 15, 3754 t;
Capitaine Augustin, 3137 t
Griekenland: Flora
1783 t; Niritos. 3854 t.
De gisteren genoemde depressie over
de Britsche Eilanden heeft zich verder
in Noordoostelijke richting verplaatst
Het koudfront van deze depressie is in
den afgeloopen nacht ons land ge s-
seerd zonder regen van beteekenis te ver
oorzaken
In het hooge Noorden blijft het bui
tengewoon koud. Op Jan Mayen vriest het
15 graden bij stormachtigen Noordenwind.
Het Azorenhoogedrukgebied is in be
teekenis toegenomen. Het heeft zich daar
bij iets in de richting van Spanje en Por
tugal uitgebreid. Het maximum over
Centraal-Europa trekt naar het Oos
ten af.
Zonsopgang: 3 April 5.30 u.
Zonsondergang: 3 April 6.37 u.
Lantarens aan: 3 April tot 5.01 u.
v.m., 3 April 7.06 u. nam.
Hoogwater te Scheveningen:
3 April ’s morgens 11.20 u.; nam. 11.50 u.
Morgen geen schietoefeningen op het
strand.
Denemarken: Algier, 1654 L,
Viking, 1153 t.; Bothal, 2109 t; Minsk,
1229 t.; Charkow, 1026 t; Christian-
borg, 1929 t; Britta, 1146 t
Speciaal dient hierbij de aandacht
te worden gevestigd op het aldaar ge-
stationneerde ^rijdende onderstation
waarin gelijkrichters zijn geplaatst,
met welke toestellen de draaistroom-
energie in gelijkstroom wordt veran
derd. Voor reserve beschikken de Ne
derlandsche Spoorwegen over een der
gelijk rijdend onderstation, een spoor
wegwagen, waarin de gelijkrichters
staan opgesteld. Dit heeft het voordeel,
dat een reserve-inrichting aanwezig is,
welke aan elk der onderstations van
het middennet kan worden aange
sloten. Thans is dit rijdend onder
station op het spoorwegemplacement
te Nijmegen geplaatst en met het al
daar staande onderstation gekoppeld.
Het ligt in de bedoeling voor de
electrische treinen op het nieuwe baan
vak gebruik te maken van het ge
stroomlijnde materieel. Deze electrifi
catie heeft nagenoeg 1.000.000 gekost.
De heer Eerman kon en wilde niet
beoordeelen hoe de zaken aan boord
van de „Protinus” waren op het mo
ment van de ramp. Maar dat het mate
riaal kort te voren nog in orde was,
stond zijns inziens vast.
Nog op het oogenblik beschikt de
eigenares, de Visschefij-Maatschappij
„De Daad”, over twee splinternieuwe
reserve booten. Indien de boot van de
van den kapitein van een schip voor „Protinus” niet in orde zou zijn ge
weest, zou de inspectie niet geaarzeld
hebben de oude boot te laten verwijde
ren, en had de reederij onmiddellijk
een dezer reservebooten aan boord kun
nen laten brengen. Daarvoor had echter
geen enkele aanleiding bestaan.