het voor De heffingen Leeningfonds STATEN-GENERAAL KUNST EN LETTEREN TANNHaUSER Behandeling door de Tweede Kamer Antwoord van minister de Geer De gevolgen HAAGSCÜh. U0ÜRA.N1 VAx\ Lü^DLkbAG 4 APRIL 1940. DERDE BLAD, PAGINA 2. s REDE VAN DEN MINISTER VAN FINANCIËN Den in het stadsleven uitgeputten mankeert nu eens hier dan eens daar iets. Nerveuze menschen worden dik wijls eerder oud. Wie goedé zenuwen heeft, blijft langer jong. Goede zenu wen - lecithine - rijke zenuwcellen. Dr. Buer’s Pure Lecithine. de gecon centreerde zenuw-voedingsstof, werkt zenuw-verzorgend, zenuwkracht ont wikkelend, duurzaam. 2762 Voor de zenuw-verzorging tegen nerveuze hoofd-, nerveuze hart- nerveuze maagpijn, nerveuze onrust en nerveuze slapeloosheid Dr. Buer’s Pure Lecithine voor lichamelijke en geestelijke fitheid. Doozen ad ƒ1.00ƒ4.65 (kuurverpak- king) bij Apothekers en Drogisten. Sproeten komen vroeg in I het voorjaar, koop tijdig een pot I Sprutol. Bij alle Drogisten I Nederlandsch Opera Ensemble RECLAMES. RECLAMES. lofwaardig pogen I daarbij rekening I 1 deze krachten t» I der bezetting I een de der zeer ver- W o e n s van (Slot). invloed het de „De Minister van Gijn schiep de verde- digingsbelastingen, misschien kan daar aan weer worden gedacht, doch daar voor is thans de tijd nog niet gekomen. Psychologisch maken dergelijke hef fingen een goed effect, doch fiscaal zet ten ze weinig zoden aan den dijk. De minister kan de heffing op suiker niet missen. Hij zou er anders toch het vol gende jaar toe moeten zijn overgegaan. Maar deze verhooging op de suiker zal dan ook de laatste zijn. De minister besprak hierna de ge volgen van den thans ontstanen toe stand. door gedrang koffie econo- zijn. eraan. voor over wordt beperkt. Dat is overal ’t motief. In Zweden is de belasting op koffie zeer hoog, en toch behoort dit land tot die van Europa waar de meeste koffie wordt verbruikt. In Zweden wordt 7.75 k.g. per hoofd en per jaar gebruikt en in Nederland 4.60 k.g. Wat de opcenten op de suiker be treft, wilde de minister even in de keuken laten kijken. Hij had aanvan kelijk gedacht aan een hoogere omzet belasting (van 10 tot 12% pet.) op weelde-artikelen, doch deze zou slechts 1% millioen hebben opgebracht. Op het verloop van de bespreking van Vrijdag j.l. zijn van grooten invloed geweest de vernietigende rapporten, welke uit verschillende groote steden zijn ontvangen om trent den arbeid van Vereeniging als centrale organisatie. Het is lang niet onmogelijk, dat het volgende jaar de omzetbelasting van 4 tot 5 procent, resp. 10 tot 12% procent, wordt verhoogd. De minister is bereid de verhoogde heffing op suiker tot één jaar te beperken, doch met het servituut in de hand, dat hij dan de Omzet belasting kan verhoogen. De algemeene beraadslagingen wor den gesloten. Weder antwoord van den - minister.- - De minister van Financi ën, jhr. de Geer, maakte nog eenige op merkingen. Hij wees er op, dat het van zelfsprekend is, dat wanneer heffingen op koffie en suiker nu worden inge steld, het volgend jaar andere normen móeten worden aangegaan. Hij wilde zijn opvolgers niet binden en betoog de aan het adres van den heer de Vis ser, dat het nu nog de tijd niet is voor een heffing ineens. Replieken. De heer van Gelderen (S.D.A.P.) repliceerde. Hij zeide met vele argumen ten van den heer de Wilde over een heffing-ineens te kunnen meegaan. Ver deelt men deze over 2 of 3 termijnen 'en niet over 15 jaar), dan kan deze heffing uit besparingen worden gedaan. Laat de minister een dergelijke heffing met spoed indienen. De belastingen op sui ker en koffie moeten worden beschouwd uit het oogpunt van den druk, welke zij op de bevolking leggen. De beper king van den invoer in Zweden, ook van koffie, hangt samen met de deviezen- politiek der Zweedsche regeering, in verband met de ongunstige handelsoa- lans. De zoogenaamde laatste heffing op de suiker moet ook niet plaats hebben. De beperking van den duur van het voor stel tot 3 jaar is niet bevredigend, om dat de suiker en koffie voor een hoo gere heffing niet in aanmerking mogen worden gebracht. Bij wijze van conces sie, om geen gat in de begrooting voor 1940 te slaan, zou de soc.-dem. fractie de heffing op suiker en koffie slechts voor één jaar willen toestaan. De heer Teulings óók voor een heffing-ineens. De heer Teulings (R.K.) meende dat de Regeering verstandig zou doen ons volk niet tot November te laten wachten op een algemeen financieel debat. Hij zeide niet afwijzend te staan tegenover een heffing-ineens. Om rede nen van psychologischen aard wachte men daarmede niet te lang. Wat de heffing op suiker en koffie betreft, moet de voorkeur gegeven worden aan een hoogere omzetbelasting op weelde artikelen. Men breide desnoods het aan tal weelde-artikexen uit. De heer de Wilde (A.R.) betuigde in ’t algemeen zijn instemming met het antwoord van den minister en met de beperking van den duur der heffin gen tot 3 jaar. Het schijnt niet ónmo gelijk, dat de minister, wanneer hij in Vergadering dag 3 April Het grootkapitaal moet in de eerste plaats worden aangetast. Er is een stij ging van ellende, maar ook van rijk dom. Het geld moet in de eerste plaats worden gehaald, waar ’t zit. De heer de Visser pleitte voor een heffing in eens van de vermogens en opheffing van het bankgeheim. De groote massa, die onschuldig is aan het uitbreken van den oorlog, moet weigeren in de kos ten van de mobilisatie bij te dragen. De vergadering werd te 5 15 uur ver daagd tot hedenmiddag 1 uur. het najaar den financieelen toestand opnieuw beziet, het denkbeeld van een heffing-ineens opvat. Met den minister was hij 't eens, dat een prijsstijging ook aan andere oorzaken dan aan in flatie kan liggen. De kwestie van een heffing-ineens moet thans in een ander licht worden beschouwd als in 1914. De heer de Wilde waarschuwde den heer Teulings ervoor, dat uitbreiding van het aantal weeldeartikelen voor de omzetbelasting op groote moeilijkheden kon stuiten. Hij herinnerde hem er aan, dat de damestaschjes door een amendement-Kortenhorst destijds niet als weelde-artikel zijn aangemerkt. Zoo zal men allerlei moeilijkheden kunnen krijgen. De staatshuishouding moet in de eer ste plaats in orde zijn, wil men een goede volkshuishouding hebben. Daar om was de heer de Wilde het zoo eens met minister de Geer, dat zooveel mo gelijk contant moet worden betaald. De heer B ij 1 s m a (V.D.) betoogde, dat de draagkracht van het kapitaal nog niet voldoende als element in onze belastingpolitiek tot gelding is geko men, zoodat wij nog niet aan een hef fing ineens toe zijn. Als het oogenblik daarvoor gunstig is zullen de vrijzinnig democraten zich tegen zoo’n heffing niet verzetten. Niet ondersteunde motie- de Visser De heer de Visser (C.P.) achtte het antwoord van den minister zeer on bevredigend, omdat de minst draag- krachtigen door dit wetsontwerp het meest zullen worden getroffen. Het ware iets anders, indien salarissen en steun werden verhoogd. Het is te be treuren, dat de minister op deze kwestie geen antwoord heeft gegeven. Het uitblijven van een antwoord is al een heel duidelijk antwoord aan hen, wien dit aangaatDe argumenten van den minister, om aan te toonen, dat de welgestelden niet worden ontzien zijn versleten. Het is zeer wel te begrijpen, dat de katholieken en de socialisten die vele minst bedeelden georganiseerd hebben. Het is alleen inconsequent, dat laatst genoemden toch een jaar de heffing op suiker en koffie willen laten du ren. Ook één jaar is te lang. De heer de Visser gaf de voorkeur aan een hef fing ineens, of een heffing in étappes van de vermogens of hooge inkomens, waarbij progressie zal noodig zijn, niet later, maar nu. Hij besloot met de indiening van een motie, waarin hij vroeg om maatrege len voor te bereiden voor een progres sieve heffing van de vermogens boven 30.000 en de inkomens boven 5000 en in afwachting daarvan de beraadsla gingen over dit wetsontwerp te schor sen. De motie werd niet voldoende on dersteund slechts door de heeren Ef fendi (C.P.) en van Houten (C.D.U.) zoodat zij niet in behandeling kon komen. VOLKSDANSEN. Tijdens de eerste Nederlandsche Heem- kundeweek, welke van 23 tot 30 Maart te Oosterbeek is gehouden, werden op de Meihof examens in volksdansen afgelegd Het diploma van het Nederlandsch Cen traal Bureau voor Volksdansen (N.C BV.) dat recht geeft tot het dragen van de zilveren meiboom als hoogste onderschei ding (morris- en zwaarddansen) werd voof het eerst in Nederland behaald door mej- A ten Bruggencate te Amsterdam en me vrouw A. Noordhof-Bartel te Zwolle De bronzen meiboom (voor de praktij» van contradansen) werd verkregen doof mej. A. Bus (hier ter stede), mej F. Bois- sevain te Utrecht en mevr. C. Dikker-KroP te Arnhem. Geen bezwaar tegen beper king tot 3 jaren. De minister heeft geen bezwaar tegen het tijdelijk maken van de voorgestelde heffingen en daarbij eerst gedacht aan een termijn van 5 jaren, doch hij zou ook tegen een duur van 3 jaren geen bezwaar maken. Vast staat, dat we er met deze hef fingen echter nog niet zijn en dat in het volgend jaar nieuwe zullen moeten komen. Vervolgens betoogde de minister, dat de heer Teulings de toekomst wel wat al te rooskleurig zag. Het is mogelijk, dat door den oorlog de inkomsten zullen stijgen, doch dan door factoren, welke ook tot stijging van salarissen en loonen kunnen leiden. Wat 1941 eventueel meer dan verwacht wordt oplevert, zal toch wel emplooi vinden. Het bedrag van 15 millioen, dat in de Millioenennota voor bijdragen aan de Indische defensie was genoemd, was te hoog; het had 10 millioen moeten zijn. Wat de vraag van den heer Teulings omtrent een algemeen financieel debat betreft, antwoordde de minister tenslot te, dat dit debat kan plaats vinden bij de begrooting of door middel van een interpellatie. De heffingen op koffie en suiker. De heer van Gelderen heeft speciaal bezwaar gemaakt tegen de heffingen op koffie en suiker Voor de contri- buabelen blijft het echter gelijk op welke wijze zij betalen. Het is eveneens in het belang van onze belastingbalans, als de invoer ZESDE GEMEENTE-VOLKS- VOORSTELLING. Morgen (Vrijdag 5 April) geeft het Residentie Tooneel, directeur Dirk Ver beek, in den Kon Schouwburg de 6e Ge meente Volksvoorstelling .Vertoond wordt dien avond „Nummer zes", een thriller in drie bedrijven naar den roman van Ed gar Wallace, door Guy Bolton en Gerald Fairlie. Regie en décor. Johan de Mees ter. WEDSTRIJD IN LATIJNSCH® GEDICHTEN. Het bestuur der Koninklijke Nederland- sche Academie van Wetenschappen deelt den uitslag mede van een uitgeschreven prijsvraag in Latijnsche gedichten. Van de 22 ingezonden gedichten werd de eerste prijs toegekend aan den inzender van Ju ventus Renovata” (Herboren Jeugd). Tevens deelt het bestuur mede, dat een nieuwe prijsvraag in Latijnsche gedichten wordt uitgeschreven, waartoe den inzen ders verzocht wordt hun bijdragen van oorspronkelijke en nog niet uitgegeven La tijnsche verzen voor 1 Januari 1941 op te zenden aan het bestuur der Koninklijke Nederlandsche Academie van Wetenschap pen, Trippenhuis, Amsterdam. De eerste prijs zal bestaan uit een gou den munt ter waarde van veertig gulden, De uitslag van den nieuwen wedstrijd zal in de maand April van het volgende jaar bekend gemaakt worden. LOÉ DAHL. In van Deventers Kunsthandel, Koord einde 49, worden tot 13 April werken geëxposeerd door Loc Dahl. Het denkbeeld van heffing ineens. De minister behandelde voorts opmerkingen over de wenschelijkheid van een heffing ineens. Deze heffing is in 1914 voor het eerst aan de orde ge steld. Men zag echter in, dat de na- deelen grooter waren dan de deelen, tenzij men de heffing eenige jaren zou kunnen verdeelen, zoodat ze uit besparingen zou kunnen worden betaald. De vermogens zullen misschien sterk wisselen, ook nu. Dat was indertijd het motief om aan jaarlijksche hef fingen de voorkeur te geven boven een heffing ineens. De heer B ij 1 s m a (V.D.) consta teerde, dat de voorgestelde heffingen te weinig rekening houden met de draagkracht, daar te veel uit indirecte belastingen wordt gehaald. Er zijn grenzen, welke niet overschreden mo gen worden. Men bedenke, dat de sui ker reeds overbelast is. Men kan moei lijk volhouden, dat suiker en geen eerste levensbehoeften uit misch-maatschappelijk oogpunt De heer Bijlsma herinnerde dat de gedachte der heffing-in-eens uit de vrij z.-democratische keuken komt, doch hij wees er tevens op, dat daar toe pas kan worden overgegaan als men de zaak overzien had, omdat zoo’n heffing niet telkens kan worden toege past. Hij bepleitte een verhooging van de vermogensbelasting en zette de na- deelen van de verhooging van de ben- zinebelasting uiteen. Vergadering op Donderdag 4 April. Geopend te 1.10 uur. Voorzitter mr. J. R. H. v. S c h a i k. De communisten tegen. De heer de Visser (C.P.) herin nerde eraan, dat hij reeds meermalen gepleit heeft voor diepgaande verande ringen in de grondslagen van ons belas tingbeleid. Dit wetsontwerp ligt geheel in de lijn van de veranderde Regee- ringspolitiek. Het is geen argument, dat de suiker vroeger zwaarder was belast, zoodat er nu wel wat bovenop kan. Het voorstel beoogt wederom een belangrijke verzwaring van de indirec te heffingen en is dus wel het slechtste wat de Regeering in de gegeven om standigheden kon indienen De minst draagkrachtigen worden weer het zwaarst getroffen, Dat geldt eveneens voor de benzine-heffing ten opzichte van de kleine ondernemers. Het beroep op den minister raad. De minister releveerde daarna het beroep van het algemeen bestuur op den ministerraad en het onderhoud vertegenwoordigd door den minister president en den minister van Defen sie. Het bestuur had intusschen bij mij het volle pond gehad en ik heb dan ook met beslistheid besloten niet bij deze bespreking aanwezig te zijn. Door de ministers is het algemeen bestuur voldoende duidelijk gemaakt, dat de Regeering eenstemmig van oor deel is, dat overheidsbescherming en zelfbescherming één ondeelbaar geheel vormen en dat het gewroet van het al gemeen bestuur om hiertegen in te gaan, bij de Regeering niet alleen de minste kans van slagen heeft, doch ook het bestaan van de N.V.L. als centrale organisatie volkomen heeft ondergraven. Er is blijkbaar vrees ontstaan, dat het particulier initiatief door dezen gang van zaken in het gedrang zal komen. Voor deze vrees bestaat, naar aan- I zijn verzekering, niet de minste leiding. De beslissing, welke ik in deze zaaK heb genomen, heeft uitsluitend betrek king op de leiding van de centrale or- Te veel uit indirecte hef fingen. „KUNST AAN ALLEN” De Vereeniging „Kunst aan Allen” ver volgt haar serie tooneelvoorstellingen voor leden en niet-leden met de opvoering van vroolijke vrouwtjes van Windsor”, van Shakespeare. Het Nederlandsch Tooneel zal deze voor stelling onder de auspiciën dezer vereeni ging oo Donderdag 18 April in den Ko ninklijken Schouwburg alhier geven. De regie is van Albert van Dalsum. Amendement inzake koffie verworpen. Het amendement werd met 54 tegen 24 stemmen verworpen. Voor: de S.D.A.P., de Communisten, de heer d’Ansembourg (N.S.B.) en de heer v. Houten (C.D.U.) Het ongewij zigde artikel werd goedgekeurd met 55 tegen 23 stemmen. Tegen de S.D.A.P., de Comm. en de heer d’Ansembourg (N.S.B.) De heer v. Houten verklaarde bij vergissing vóór het amendement te hebben gestemd. (De vergadering duurt voort.) Amendementen Bij de behandeling van de artikelen verdedigde de heer v. Gelderen (S.D.A.P.) een amendement om de hef fing op koffie tot eti met 30 April 1941 te doen gelden. De minister verklaarde amendement onaannemelijk. hoe men contribua- directe en De onder zullen tijdelijk zijn, hetgeen niet geldt voor de ver hooging van de inkomstenbelasting. Uit de adressen had de minister niet gemerkt, dat de bezittende klasse wordt ontzien. Hij dankte den heer de Wilde voor zijn steun. Na deze algemeene uiteenzeting heeft minister van Boeyen nog eenige vragen beantwoord. kend. Ik acht dit geen verlies, weinige, dat de centrale leiding positieven arbeid op het gebied de Luchtbescherming verrichtte, zonder bezwaar door de Inspectie wor den overgenomen. Het rapport-Quarles is een laatste poging geweest om deze centrale orga nisatie van de vereeniging te redden, met als voorwaarde een harmonieuze samenwerking met de overheidsorga nen. Nu de heeren zelf deze laatste poging hebben getorpedeerd, is het einde daar. Voorzoover het personeel der ver eeniging voor zijn taak berekend is, ben ik bereid dit over te nemen, mits het zich daartoe spoedig aanmeldt. Rede van den heer de Wilde. De heer de Wilde (A.R.) merkte verder in zijn rede nog o.m. het vol gende op De staatshuishouding berust op de draagkracht der bevolking, waarop de overheid niettemin invloed kan uit oefenen. Hoe minder vaste lasten de Staat in de toekomst heeft, hoe beter het is. Dit houdt in, dat niet meer lasten naar de toekomst worden verschoven dan strikt noodzakelijk is. De staten men ziet het om zich heen hoeden zich in 't bijzonder voor inflatie. Wanneer deze eenmaal gaat optreden, heeft de Regeering het ver dere verloop niet meer in de hand. Het geheele volksleven wordt er door ont wricht. Daarom is het goed, dat de Regeering er voor zorgt, dat de jaarlijksche an nuïteiten voor de leeningen kunnen worden betaald. Daarvoor dienen de voorgestelde heffingen, tegen elk waar van bezwaren vallen aan te voeren, waar die toch noodig zijn. Het zou evenwel gewenscht zijn, er een tijde lijk karakter aan te geven. Tegen andere heffingen zijn even eens bezwaren aan te voeren, o.a. te gen een heffing van Nederlanders, die in het buitenland wonen en tegen een heffing-ineens. Wat deze laatste be treft is de situatie anders dan in 1914, voor het oploopen van de staatsschuld en de schulden der gemeenten, terwijl de belastingen hoog zijn opgevoerd. Bovendien is de minister er op uit om zoo weinig mogelijk te leenen. Het op- centenstelsel heeft het doel van som mige belastingen geheel veranderd, zoodat bestaande onbillijkheden werden verscherpt. Hierbij komt nog het infla- tiegevaar, zoodat er alles aan gelegen is dit niet te vergrooten. Het vraag stuk van de heffing-ineens staat er thans anders voor dan vroeger. Er zou een kleine 20 millioen aan belasting minder behoeven te worden betaald, maar indien over een heffing-in eens wordt gedacht zou er ook een heffing moeten komen op de groote inkomens en niet alleen op de ver mogens. Uit psychologisch oogpunt zou er voor een heffing ineens iets te zeggen zijn, gezien de druk der indirecte be lastingen op de minder draagkrachti gen. Over ’t algemeen kon de heer de Wilde zich vereenigen met de wijze, ■waarop de Regeering in deze oorlogs omstandigheden financiert Andere aanbevolen heffingen. Er is geen enkele andere heffing in de Kamer genoemd, welke niet reeds de aandacht van de Regeering heeft gehad. Een belasting op openbare ver makelijkheden waarop de gemeenten een „eigen jacht” hebben kon niet in aanmerking komen omdat men op het belastinggebied der gemeenten komt. Wat belasting van Nederlanders in het buitenland betreft, herinnerde de minister aan het destijds verworpen wetsontwerp, dat hij als minister van Financiën had ingediend en waarvan hij de afwijzing betreurde. Indien zoo’n ontwerp nog eens zou moeten worden ingediend, zou het ’n permanente hef fing moeten zijn, bestemd om een lek in onze inkomstenbelasting te stoppen. Een heffing op inkomsten uit Neder landsche bron, welke naar het buiten land afvloeien, bestaat reeds, voor wat de wet op de richtige heffing van de inkomstenbelasting betreft. Iemand, die hier zijn inkomstenbelasting be taalt mag niet extra worden belast omdat hij in het buitenland woont dat zou onbillijk zijn. De couponbelasting is destijds inge voerd omdat zij gemakkelijk te heffen was. Zoo’n belasting moet matig zijn omdat zij geen progressie en kinder aftrek kent. Bij de invoering daarvan heeft men eerst aan een hooger per centage gedacht. Men heeft daarvan moeten afzien, omdat het de grond slagen van onze inkomstenbelasting zou doorbreken. Het eenige waaraan gedacht kan worden is een couponbelasting op onderhandsche leeningen, maar dan als een correctie op de couponbelasting. Daarbij bleek de volledige juistheid der medegedeelde feiten Bij brief van 9 Maart j.l. heb ik het algemeene bestuur medegedeeld, dat ik de relaties met het hoofdbestuur zou verbreken, indien ik vóór 20 Maart be richt had ontvangen, dat de heeren Klein en Bogaardt hun functies ter beschikking hadden gesteld en de voor- loopige leiding van de vereeniging, in afwachting van de algemeene vergade ring, was gelegd in handen van iemand in wien ik vertrouwen zou kunnen stellen. Daarop werd een niet bevredigend antwoord ontvangen. Als gevolg hiervan beschouw Ik thans de relatiën met het algemeen bestuur verbroken. ganisatie der vereeniging. Ik erken volkomen den waardevollen arbeid, welke door tal van afdeelingen wordt verricht in harmonieuze samenwerking met de plaatselijke overheid met er kenning van de eenheid van overheids- en zelfbescherming. Er is geen sprake van, dat ik dezen arbeid zou willen ondermijnen. In tegendeel, ik heb juist in den loop van het vorige jaar een wijziging van het Koninklijk Besluit ter uitvoering van de Luchtbeschermingswet uitgelokt, waarbij den burgemeester de ver plichting is opgelegd, de burgerij in het belang van de Luchtbescherming in organisatorisch verband bijeen te brengen. Dit standpunt blijf ik volledig hand haven. Dezer dagen zal aan de burge meesters een rondschrijven worden ge zonden, waarin aan dit standpunt de noodige publiciteit wordt gegeven. Het eenige resultaat van wat gebeurd is en gebeuren zal, is, dat het centrale orgaan komt te vervallen of althans door de Regeering niet meer wordt er- Het aan van kan Vanmiddag is het debat over de hef fingen van het Leeningfonds 1940 voortgezet. De minister van Financiën, jhr. de Geer, dankte voor de opbou wende critiek, waarop slechts de rede voeringen van de heeren d’Ansem bourg, Posthuma en de Visser een uit zondering hebben gemaakt. Hij zeide over de critiek in ’t algemeen niet on voldaan te kunnen zijn, wanneer men eens de debatten in December 1914 over soortgelijke ontwerpen vergelijkt en de uitingen in de pers, toen op een spotprent minister Treub vertoonde als St Nicolaas, die over de daken rijdt en een 5 pCt. obligatie in den schoor steen voor de rijken en een belasting biljet voor de armen deponeert. De geest is sedert 1914 wel anderd. De minister begreep niet verschil kan zien voor de beien ten aanzien van dé de indirecte belastingen, havige 27 millioen Benzine. Wat de verhooging van de benzine- belasting betreft, welke de minister evenmin kan missen, herinnerde hij aan zijn toezegging om een betaling van de motorrijtuigenbelasting per maand te overwegen. De heer Bijlsma had de vermogens belasting nog willen verhoogen, doch niet vergeten mag worden, dat er vele opcenten op bestaan en dat de vermo gensbelasting dubbel treft in de geval len van een achteruitgegane belegging. Er wordt soms meer aan vermogens belasting betaald dan uit het bezit wordt getrokken. De heer Posthuma. vraagt in trekking. De heer Posthuma (C.D.U.) verklaarde voorstander te zijn van een heffing-ineens en een tegenstander van het halen van de benoodigde financiën uit belastingen alleen. Een ander be zwaar was, dat de Regeering geen alge meen financieel plan heeft. Realiseert de minister zich wel dat de heffingen op suiker en koffie een zwaren druk op de minstdraagkrachtigen beteeken? En de indirecte belastingen drukken reeds zwaar. De suiker is reeds voor velen niet te betalen. Bij de belasting op kof fie wordt de kleine man het meest ge troffen. De C.D.U. zal zich tegen deze belastingverhooging verzetten. Ook de benzinebelastingverzwaring zal zeer nadeelig zijn voor de kleine ondernemers. De C.D.U. zal tegen het voorstel stemmen, ook indien het tijde lijk mocht worden. Eerst moet het aan gename, vervolgens het nuttige, dat niet onmisbaar is, worden belast. De Regeering trekke het voorste] liever in. Het Nederlandsch Opera-ensemble on I der algemeene leiding van Chris van I Dam komt van tijd tot tijd met een I opera-opvoering var een of ander stan- I daardwerk van het vocaaldramatisch re- I pertoire, waarbij er naar wordt gestreefj I uitsluitend Nederlandsche krachten te I doen medewerken. Een lofwaardig pogen I voorzeker, mits men daarbij rekening I houde met hetgeen met deze krachten te I bereiken valt. Ditmaal had men zijn I keuze laten vallen op Wagner’s romanti- sche opera Tannhauser, een opera, waar. I van de opvoering buitengewoon hooge I eischen stelt ten aanzien van de vocale I bezetting der hoofdpersonen. Hier rijst I aanstonds al de kwestie der bezetting I van de titelpartij Tannhauser (niet Tan. I hauser, zooals het programma verkeer- delijk vet gedrukt vermeldde). Men had I deze zware, volgens Wagner zelf de aller. I hoogste eischen aan den dramatisch® I zanger stellende partij opgedragen aan I een ons onbekende kracht, J a c. Tut. I n e r, wiens op zichzelf beschouwd goede I en vrij klankrijke tenor tegen zijn gewei I dige taak niet bestand bleek te zijn - I alleen in de laatste acte had hij enkele I treffende, expressieve momenten I wiens actie in het tooneel met Venus I en in den Sangerkrieg alle voornaamheid miste. Wanneer deze partij niet met een I eersterangs kracht kan worden bezet voere men dit werk niet op. Het middel- I matige is hier uit den booze. En op mid- I delmatig peil stond hier eigenlijk de ge- heele opvoering. Alleen de Elisabeth van I mevrouw P oolma n-M e i s s n e r kwam I daar in spel en zang ver boven uit, al is I deze partij eigenlijk voor een ander type I stem, dan die eener „hochdramatische" I zooals de hare, gedacht. Haar sterk inge- I leefde uitbeelding en haar nog altijd I boeiende wijze van zingen hebben de I ontroerende Elisabeth-figuur tot waar I leven gewekt. Voor Chris van Dam als Wolfram I von Eschenbach, die door een ernstige I indispositie werd gehandicapt, riep een I „regisseur parlant au public” clementie I in. Ook zonder dat beroep had men kun- I nen waarnemen, dat deze verdienstelijke I 1 bariton niet datgene kon geven, waartoe I hij onder normale omstandigheden in I staat zou zijn geweest. Albert Kramer, landgraaf van I Thüringen, beschikt over een mooi bas geluid (juist type voor deze partij) I waarvan vooral de laagte klankrijk is. I Hij zou een uitstekend Wagnerzanger I kunnen worden bij verdere ontwikkeling I naar de hoogte, welke er wel is, maar I er niet goed uitkomt. Deze bas moest I zich eens, ook wat maintien betreft, on- I der prima deskundige leiding stellen. I De lyrische tenor Chris Taverne I heeft een mooi getimbreerde, draagkrach- I tige stem, welke in de ridderensembles I zich uitstekend deed gelden. Daar de op- I voering waarom is ons niet duidelijk I geworden -werd gegeven in overeen- I stemming met de vele, aan Fransche I theaters gebruikelijke coupures, kreeg hij I geen gelegenheid zich te doen gelden in I de hem door Wagner toebedeelde lyri- I sche ontboezeming na Wolfram’s eersten I gang tijdens den Sangerkrieg. Over die I coupures, ook die in de toespraak v» I den landgraaf en in de groote vocale I sembles op het tooneel, zou nog heel ut te. peggen zijn. Schwamm darüber -■ De Biterolf, van Coen Muller, was I vocaal nogal zwak. Men kende den zan- I ger van vroeger uit den tijd der onder- I neming Koopman. De ridderensembles I werden gecompleteerd door Constant I van den Elshoudt en Albert I Bode. Zij maakten qua geheel bevredi- I genden indruk, evenals de Venus van I Magda Litef (vroeger verbonden I aan de Co-operatie) en Truus Bosl als een jonge herder. Het zeer zwakke I punt van deze opvoering waren de I mannen- en gemengde koren, welke I meermalen dreigden te derailleeren en I onzuiver klonken (Pilgerchor). Aan het I contact tusschen tooneel en orkest haper- I de dezen avond veel, ondanks de waak- I zaamheid van den kundigen leider Maar- I en Spaanderman, die vooral aan I het belangrijke instrumentale gedeelte I der rijke partituur heeft gegeven wat I daaraan toekomt, in samenwerking met I het Rotterdam sche Philharmonische or- I kest, dat op het programma ten onrechte I niet vermeld stond. Het bevat zeer goede I elementen en heeft, afgezien van een I soms wat ruigen klank bij de strijk- I instrumenten, heel veel moois doen hoo- I ren Met sommige tempo-opvattingen van I den dirigent zouden wij van meening I willen verschillen. Na de ouverture had I hij een ovatie in ontvangst te nemen. Aankleeding, décors en costumeering waren rijkelijk conventioneel. Aan de Venus-scène gaf het ballet Xanda Stradowsky eenige uiterlijke at tractie. Er was veel publiek, dat het aan gees‘‘ driftig applaus niet heeft laten ontbreken- De hoofdpersonen ontvingen bloem©

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1940 | | pagina 10