HAAGSCHE COURANT PUROL ICTORIA n Wat ’n verschil maakt zoon 500 gld. Vrijdag 5 April 1940. STADSNIEUWS RECHTZAKEN Uitreiking V Jagers en er op •^9 cue t&mma lRW van een oorkonde bij de regimenten Grenadiers ZUID-AFRIKA EN NEDERLAND it VIJFDE BLAD. DE VERLICHTING VAN MOTOR RIJTUIGEN EN DE ACHTER LICHTEN VAN FIETSEN HET VERGAAN VAN DE „AMELAND” „DE SPOOKTREIN” VOOR MILITAIREN „VASTBERADEN NEDERLAND” P ..Ik doe altijd N.J.V.-AV0ND IN HET GEBOUW LUCHTBESCHERMING AVOND VAN COMITÉ TOT CULTU REEL GEESTELIJKE Umwjtriwmt mu wv U 1 I /Él No. 17536 Raad voor de Scheepvaart. eeuwen De kapitein getuigt. voor overwegingen pografische Inrichting” voor de kunst vaardige wijze waarop zij den druk ver zorgde, is zeker op zijn plaats. Het zal nog wel eenigen tijd vorde ren, voordat ieder rechthebbende een exemplaar in zijn bezit heeft Ofschoon zooveel mogelijk spoed zal worden be tracht, vraagt de expeditie onder de bestaande omstandigheden eenigen tijd. Overste H. D. Scherpenhuyzen heeft als oudste der beide regimentscomman- ten een exemplaar aan Z.K.H. Prins Bemhard aangeboden. Bespiegelingen van B. Spiegel Verzekeringsagent. Kokké, die als eerste ge- gehoord, deelde behoudens Een torpedo of een magne tische mijn „Ruwe handen?” dan blijven ze zacht en mooi, lo lub.. 4 5 cl. In Wl dooien van 60 cl on KL 30 cl. Kapitein tuige werd de bovenvermelde feiten mede, dat de lading o.a. inhield een groote hoeveel heid carbid en 66 ton trotyl. Voor het vertrek waren alle 48 op varenden, onder wie ook Chineezen en Javanen, in de sloepenrol ingedeeld. Er waren twee sloepen, elk met een capa citeit van 52 personen, wat achteraf een groot geluk bleek, omdat een der sloepen vernield werd, zoodat alle 48 opvarenden in de eenig overgebleven sloep moesten gaan. De kapitein toonde den Raad een fo to van de stukgeslagen sloep, welke hij een half uur na de ramp zelf heeft ge nomen, toen hij met de andere sloep terugkeerde naar het zinkende schip. De beide sloepen waren uitgedraaid. De „Ameland” was voorzien van twee pa ra vanen, welke bij het vertrek waren opgetuigd en klaar om te vieren en die bij de Maasbank-boei waren gevierd. Het Engelsche consulaat te Rotter dam had twee te volgen routes opge geven, n.l. over den Westhinder of over den Noordhinder. De kapitein had de voorkeur aan die over den Noordhin der, omdat men dan de beschikking heeft over een radio-baken. Op het oogenblik van de ontploffing bevond de kapitein zich, reeds geheel gekleed, nog in zijn hut. Hij liep ter- ER ZAL SCHERPER TOEZICHT WORDEN INGESTELD. De minister van Justitie heeft aan de procureurs-generaal een schrijven gezonden, waarin er op wordt gewezen, dat het voorschrift, dat motorrijtuigen op meer dan twee wielen voorzien mot ten zijn van een of twee achterlichten, welke achterwaarts duidelijk zicht baar voor het achterkomend verkeer een rood licht uitstralen, te wenschen overlaat Men ziet auto’s, waarvan het achterlicht hetzij niet brandt, hetzij zulk een zwak licht uitstraalt dat het door het inhalend verkeer niet tijdig wordt opgemerkt, vooral op de moder ne autowegen, waar snel gereden wordt of daar waar het motorrijtuig zonder deugdelijk achterlicht stilstaat. De minister verzoekt daarom te be vorderen. dat op de naleving van dit voorschrift nauwlettend toezicht wordt nitgeoefend, evenals zulks zal dienen te geschieden ten aanzien van de nale ving der bepalingen betreffende de verboden verblindende verlichting. Eenzelfde gedragslijn moet worden gevolgd ten opzichte van het verbod, om over een weg te rijden met een motorrijtuig of een aanhangwagen, die met inbegrip van de lading 3% meter boven den weg reikt. Deze bepaling wordt meermalen wertreden, met gevolg, dat schade aan viaducten ontstaat. Bovendien kunnen voertuigen met te hooge lading, vooral bij het uitwijken op wegen met tonron- ding, licht omkantelen. Evenals bij de geboorte van H.K.H. Prinses Beatrix was gedaan, lag het ook nu weer in het voornemen om als herinnering aan. de geboorte van H.K.H. Prinses Irene, een oorkonde te verstrekken aan ieder, die op den ge boortedag de eer genoot bij de regi menten Grenadiers en Jagers te dienen. Gelijk de vorige maal was het we derom kapitein Oxenaar van het regi ment Grenadiers die aan dit voorne men een stoffelijken vorm gaf. Een woord van hulde aan de „To- CONCERT VOOR SLECHTHOO- RENDEN IN HET GEMEENTE MUSEUM. Het was wel een zeer sympathieke geste van den heer Sam Swaap om met mej. Arendina Kroese een con cert voor viool en piano te willen ge ven voor de afd. ’s-Gravenhage van de Vereeniging tot Bevordering der Belan gen van Slechthoorenden. De voorzitter der afd., de heer ir. J. C. Schagen van Soelen sprak in zijn openingswoord den hartelijken dank uit voor wat de beide kunstenaars zou den aanbieden aan hen, voor wie de ^concertzaal vrijwel altijd gesloten is. Met groote aandacht volgden de aan wezigen, onder wie zich ook vele nor maal hoorenden bevonden, de mooie muziek, die door middel van de groeps- telefoon voor alle slechthoorenden op de gewenscht sterkte kon beluisterd wor den en als gewoonlijk zuiver werd overgebracht. De beide musici hadden voor een zeer gevarieerd programma gezorgd. Behalve van Mozart, Beethoven en Mendelssohn werden ook stukken van Dvorak, Röntgen en Vieuxtemps ten gehoore gebracht met de virtuositeit, waarvoor de heer Sam Swaap bekend is. Mej. Kroese zorgde voor een uit stekende begeleiding. Een langdurig applaus en mooie bloe men vertolkten op duidelijke wijze de gevoelens van dankbaarheid van de toehoorders. Voor de Haagsche slechthoorenden was het een avond, die niet gauw ver geten zal worden. Die jongen W. bijvoorbeeld. Van daag vertelt hij mij ineens dat hij filiaalhouder is geworden - een prachtbetrekking. Vereischte was o.a. een borgstelling van f. 500.- en die had zijn vader bij de hand door die Spaarverzekering van ons. Thuis waren ze overgelukkig, vertelde hij. Ik herinner me nog, wat een moeite ik indertijd gehad heb om zijn vader van het nut van een Spaarverzekering te overtuigen. Dat overkomt ons dagelijks. De menschen denken dat ik ze iets wil „aanpraten’', maar ik weet uit ervaring, dat de stap die zij over wegen, verstandig is, ja, een nood zaak. Heusch, volgt U mijn raad en vraag eens inlichtingen over Spaarverzekering bij: stond naar de brug en zette de tele graaf op stop. De draadlooze installatie was reeds dadelijk onbruikbaar. Na de ontploffing ging alles heel rustig en kalm, maar de omstandige heden waren dan ook zeer gunstig. Het was n.l. daglicht, het was goed weer en de „Montferland” voer in de onmid dellijke nabijheid. Door eenige stooten op de stoomfluit werd de aandacht van de „Montferland” getrokken. Het merkwaardige is, dat dit schip denzelf- den koers voer en dicht voor de „Ame land” uit, terwijl het toch niet op mij nen gestuit is. De drie gewonden heeft men van de „Montferland” in een lichte sloep van de loodsboot gelegd, en toen is deze sloep door de loodsboot aan boord ge- heschen. ^N.V. VERZEKERINGSBANK KIUERSGR. 126-12* - AMSTERDAM TELEFOON W60 De Agoedas Jisroeil, afd. den Haag (bond van Wetsgetrouwe Joden) organiseert Zondagavond 7 April a.s. in café-restaurant „Bosch- lust”, een openbare vergadering, waar de heer J. Tal, opperrabbijn te Utrecht, zal spreken over „Dagen van smart en dagen van vreugde”. Verder zal de heer BuchsbaumKeiler, voorzanger te Rotterdam. Joodsche liederen ten gehoore brengen. kaanders krachtig vastgehouden, tegen de overweldigende macht van de taal van het Britsche Imperium. In het begin dezer eeuw, omstreeks 30 jaar geleden, is het Afrikaansch als spreektaal ook in een grammatica vast gelegd en de literatuur in het Afri kaansch, welke reeds in bescheiden vorm bestond, is sindsdien sterk uitge breid. De taal, waarvan zich de schrij vers en dichters in Zuid-Afrika bedie nen, is een kind van het Nederlandsch. Die gemeenschap vormt een wel zeer sterken cultureelen band. Spr. citeerde vervolgens een aantal gedichten en besloot met het lied op de Zuidafrikaansche vlag, Oranje, wit blauw, de vlag, welke Jan van Riebeek aan de Kaap plantte in 1652 en die nu weer waait over de landen der Unie. Onder het motto „Vastberaden Ne derland” organiseert de afdeel ing den Haag van het Nationaal Jongeren Ver bond op Vrijdag 26 April in het Ge bouw voor Kunsten en Wetenschappen een nationale bijeenkomst, om uitdruk king te geven aan den vasten wil van bet Nederlandsche volk en in het bijzonder ook van de jongeren om zijn vrijheid en zelfstandigheid onder alle omstandigheden te handhaven Juist nu de Regeering besloten heeft, een voorstel in te dienen tot aanschaf fing van een drietal slagkruisers, en de Volksvertegenwoordiging zich weldra hiervoor zal moeten uitspreken, is het naar de meening van het N.J.V. van allesoverheerschende beteekenis dat ons volk blijk geeft in tijden als deze, Wanneer het erom gaat, alle krachten in te spannen tot handhaving van het Rijk tegen elke mogelijke openlijke of bedekte, directe of indirecte drei ging, onvoorwaardelijk te staan achter «en Regeering, die in het belang van Natie en Rijk offers vraagt Zooals 250 jaar geleden het turfschip Van Breda gezien kan worden als een symbool van den zelfstandigheids- Wil en vrijheidsdrang van ons volk in die dagen, zoo moet het slagschip Van 1940 naast zijn practische, ook een symbolische beteekenis toegekend wor den, als exponent van de Rijkseen- heidsgedachten. Bovenstaande overwegingen leiden het N.J.V. ertoe, om op 26 April in het Gebouw voor K. en W. een groote bijeenkomst te beleggen, waar prof, jhr. mr. B C. de Savormn Lohman ook het slagkruiservraagstuk zal aanroeren in een rede getiteld: „Vastberaden Ne derland” waar voorts het historische spel: „Het turfschip van Breda” van Ben van Eijsselsteijn, zal worden op- ïevoerd, en waar de mariniers uit Rot terdam als blijk van verbondenheid Van het Nederlandsche volk en zijn hiarine, een colonne-geweer zullen uit roeren. Naar aanleiding van ontvangen ver zoeken om inlichtingen aangaande het conflict tusschen den minister van Bin- nenlandsche Zaken en het bestuur der Ned. Ver. v. Luchtbescherming, deelt het bestuur der afd. ’s-Gravenhage van de Ned. Ver. v. Luchtbescherming mede, dat de afdeeling als zoodanig ge heel buiten het genoemde conflict staat. Voor zoover noodig, wordt de aan dacht nogmaals gevestigd op de groote zelfbeschermingsoefening. welke mor genmiddag gehouden zal worden. In vele wijken zal aan het einde der oefe ningen een samenkomst van alle deel nemers worden gehouden, zoodat de burgerij zich een denkbeeld kan vor men van hetgeen reeds is bereikt op het gebied der zelfbescherming en daar in een aansporing kan vinden om zelfs aan dezen hoogst noodzakelijken dienst deel te nemen. De oefening op 30 Maart j.l. met een damësploeg en een heerenploeg der blokbrandweer in Sector V (Bezuiden- hout), waarbij eenige in brand gesto ken hofjeshuizen werden gebluscht. is tot groote tevredenheid van den chef der politie-brandweer, den heer S. de Graad, verloopen. Een instructieavond, voor blok- en straathoofden, onder leiding van het wijkhoofd, den heer Meerts, waarbij de heer Kuylaars en de heer Leeuwenkuil als sprekers optraden, had zeer veel be langstelling. Het Consultatie-bureau voor sector Vla (Westend), in de Huishoudschool L. v. Meerdervoort, is voortaan geopend eiken Woensdagavond van 7.30 tot 9 uur. Den 3en dezer is op het van St. Alde- gondeplein met veel succes een zelfbe schermingsoefening gehouden, waaraan zeer veel straatploegen hebben deelge nomen, die allen uitgerust waren met een straatkist, waarin de allernoodza kelijkste brandbluschmiddelen voor huisbrandjes. Zeer terecht werden na afloop door den voorzitter van het sectorbestuur, den heer Wesseling en een lid van het afd. bestuur het wijkhoofd de heer E. van Ebbenhorst Tengbergen en de beide blokhoofden, de heeren M. J. N. Jol en P. J. Hazeloop beide laatstgenoemden hebben zich bij deze oefening buiten gewoon onderscheiden en alle mede werkers, die aan den oproep gevolg hebben gegeven, met het verkregen re sultaat gelukgewenscht. ONTSPANNING. Door het „Comité tot Cultureel Gees telijke Ontspanning” was gisteravond een tooneelvoorstelling georganiseerd voor militairen. De belangstelling was bevredigend, maar toch niet zoo als men zou mogen verwachten voor een derge- lijken avond, waarvoor de toegangsprij zen zoo laag gesteld zijn, dat ze binnen ieders bereik vallen. Dit geldt in hoofd zaak ook voor de burgers, welke het mooie werk van het comité lang niet die belangstelling betoenen, welke het verdient. In zijn openingswoord zeide de voor zitter, de heer A. B. Benfer, dan ook een grooten toeloop verwacht te heb ben, waarna hij den wensch uitsprak, dat men zich mocht amuseeren. De N.V. „Het Tooneel” heeft daarna een verdienstelijke opvoering gebracht van het bekende tooneelstuk „De Spooktrein”. Er is heerlijk gegriezeld om de geheimzinnigheden, welke zich afspeelden in het lugubere wacht kamertje van de stationshalte en ge boeid werd het verloop van het drama tische gebeuren medegeleefd. Hiermede was dus bereikt wat beoogd was: een avond van ontspanning. De medewerkenden werden na elk bedrijf beloond met langdurig applaus. Een groot aandeel hiervan kwam toe aan Hélène Plato, wier spel het meest geroutineerd en overtuigend was. Ook dienen vermeld Henri Cheval voor zijn creatie als Richard Whintrop, Henk Dillewaard, die een werkelijk amusante Teddie Deakin voor het voetlicht bracht en Gerard Arbous als de oude,* brom merige halte-chef Hodgkin. Lies Fon- teijn was een vlotte Peggy en Juliette Roos een vermakelijke oude juffrouw Bourne. Verdere medespelenden waren Jacques Rijt, Ans v. Naaten, Alex Hoek, Willy v. Driest en Jo Post, wier spel eveneens op een behoorlijk niveau kwam. MUSEUM VOOR HET ONDERWIJS. Morgenmiddag om half 3 wordt in het Museum voor het Onderwijs een rondgang onder geleide door de afdee- lingen mineralen gehouden inleiding met lichtbeelden over het onderwerp „Steenkolen, ontstaan en ontginning”. Zondag 7 April, te half 3 is er een rondgang onder geleide door de afdee ling Volkenkunde inleiding met licht beelden over „De Dajaks”. Woensdag 10 April, te half 3 wordt een rondgang onder geleide gehouden door de afdeeling Natuurkunde met een inleiding over „Gloeilampen” daarna vertooning van een film over gloei- lampenfabricage. C_ 0a.a.ru., hvn W 9<tv uaèw Op de tegemoetkomende regeling wordt terug komen. Ten aanzien van het voeren van roode achterlichten door wielrijders is den minister de wenschelijkheid geble ken terug te komen op de tot dusver toegelaten tegemoetkomende regeling, daar de practijk heeft uitgewezen, dat hoewel deze regeling ten aanzien van te goeder trouw zijnde overtreders zeer voldeed, deze regeling ten gevolge had, dat een deel der wielrijders hiervan misbruik maakte, met gevolg, dat het aantal wielrijders, in het bijzonder in de groote steden, dat zich na zonson dergang bij den weg bevindt zonder voorzien te zijn van een rood licht uitstralend achterlicht, nog vrij aan zienlijk is, hetgeen gelet op de ver keersveiligheid als een ongewenschte toestand moet worden beschouwd. Mede wordt als een bezwaar tegen bedoelde regeling aangevoerd, dat dit tegemoetkomende optreden op den duur het politiegezag niet ten goede zou komen. In verband hiermede heeft de mi nister thans bepaald, dat in den vervolge dan ook verbaliseerend moet worden opgetreden, indien de in overtreding zijnde wielrijder ter plaatse van aanhouding en bin nen korten tijd er niet in slaagt het achterlicht in behoorlijk branden den toestand te brengen. De voorzitterDenkt u aan een an dere oorzaak dan aan een mijn 2 Kapitein KokkeIk heb niets gezien dat verdacht was. Maar een veranker de mijn of een drijvende mijn is uitge sloten, want die zouden door de para vanes onschadelijk zijn gemaakt. Het zou dan nog een magnetische mijn ge weest kunnen zijn, of toch een tor pedo. Toen de kapitein een uur na de ont ploffing aan boord terugkwam, hing daar een sterke carbidlucht, zoodat hij niet te lang aan boord durfde blijven. Verscheidene leden stelden vragen over het sluiten van de waterdichte tunneldeur en over de plaats, waar het schip door de ontploffing werd ge troffen. De kapitein deelde nog mede, dat de drie ernstig gewonden het op het oogenblik goed maken. De inspecteur-generaal van de Scheepvaart, de heer P. S. van 1 Haaff, stelde de vraag, of een uitkijk op de brug een kleine periscoop ter hoogte van het achterschip zoukunnen zien. De kapitein antwoordde hierop be vestigend. Als tweede getuige werd gehoord de derde machinist F. Kragt, die op het oogenblik van de ontploffing wacht had, hoewel de eerste-machinist .chef van de wacht was. De waterdich te tusschendeur was altijd open en was den dag van het vertrek nog ge probeerd. Dat gebeurde overigens iederen Zaterdag. Prof. TaverneHebt u voor eigen veiligheid nooit aan het sluiten van die deur gedacht De machinistDat kon altijd nog wel. Op het oogenblik van de ontploffing bevond deze getuige zich in de ma chinekamer bij het aanzetwerk. Hij zag een lichtblauwe damp uit de tunnel komen. Er bevond zich op het oogenblik niemand in de tunnelruimte. Om het half uur ging een olieman daarin, om de as te smeren. Dat duurde ongeveer 5 minuten. Getuige had de machine stopgezet en was den eerste-machinist gaan roepen. Toen was hij naar boven geloopen, waar één dek hooger het tandwiel zit om de waterdichte deur tc sluiten. Hij had de deur dichtgedraaid, maar gevoeld, dat zij niet heelemaal meer sloot. Een andere wijze om de deur te sluiten dan met behulp van dit handwiel, was er niet. Er was op dat oogenblik niemand meer in de machinekamer en getuige was toen ook verder naar boven geloo pen, omdat de hoofdmachinist inmid dels de uitlaatcirculatieleiding had ge sloten. De machinist geloofde niet, dat de deur niet meer wilde sluiten door het binnenkomende water, maar door dat de zaak tengevolge van de ont ploffing ontwricht was. Prof. TaverneKwam er ook wa ter door de machinkamer binnen Machinist Kragt: Ja, ter hoogte van de dynamo aan stuurboordzijde. Dit water kon niet van leidingen afkomstig zijn,, want die lagen htier niet, maar het spoot door de platen naar binnen. De inspecteur-generaal voor de Scheepvaart, de heer P. S. v. ’t Haaff, acht het uitgesloten, dat de ramp is veroorzaakt door een ontploffing van binnen uit. Als de oorzaak een drijvende mijn zou zijn geweest, zou de uitwerking van de ontploffing geheel anders zijn geweest. Tegen verankerde mijnen was da „Ameland” gewapend met paravanes, welke na afloop van de ramp nog ii> tact waren. Ook dit acht spr. uitgeslo ten. Blijft dus over, dat de ramp is veroorzaakt door een torpedo of een magnetische mijn. Gezien wat inmid dels over dit laatste strijdmiddel is bekend geworden, is het zeer wel mo gelijke dat hierin de oorzaak moet worden gezocht, vooral omdat het niet noodig is, dat het schip een dergelijke mijn raakt om de mijn tot ontploffing te brengen. Ook de mogelijkheid van een torpedo is niet uitgesloten, maar niemand heeft iets waargenomen, dat op de aanwezigheid van een duikboot wees, hoewel het weer daarvoor zeer gunstig was. Omtrent het houden van sloepenrol en het gesloten jiouden van waterdich te deuren, is inmiddels een K.B. ver schenen» dat het schepenbesluit in dien zin heeft aangevuld. De Raad zal later uitspraak doen. 3* ilziy» fa ■zi'Axtt perwx». HET OFFICIEELE ONDERZOEK. De Raad voor de Scheepvaart heeft hedenmiddag een onderzoek ingesteld naar de oorzaak van het vergaan van het s.s. „Ameland”, dat op 18 Februari j.l. door een ontploffing werd getroffen en is gezonken, kort nadat het schip den Nieuwen Waterweg had verlaten op weg naar Ned.-Indië. De „Ameland”, metende 4537 bruto registerton en gebouwd in 1930, was eigendom van de N.V. Stoomvaart maatschappij „Rotterdam”, maar voer in charter voor den Rotterdamschen Lloyd om als vrachtschip op de gewone route tusschen Nederland en Indië dienst te doen, zonder passagiers aan boord. Om negen uur in den ochtend, toen het schip zich ongeveer 15 mijl N.W.W. van Schouwen, ter hoogte van de plaats, waar vóór den oorlog het licht schip Schouwenbank lag, bevond, werd het plotseling getroffen door een ont ploffing aan stuurboordzijde, ter hoogte van ruim vijf, dat geheel in de lucht vloog, zoodat het achterschip direct begon te zinken. De weggeslingerde deelen kwamen gedeeltelijk op het dek neer, waardoor drie personen min of meer ernstig gewond werden en vier lichte verwondingen opliepen. Een half uur na de ontploffing kon den de meeste mannen van de „Ame land” aan boord van de „Montferland” van den Kon. Holl. Lloyd worden opge nomen. Toen de Belgische loodsboot no. 15 in de buurt kwam, werd besloten, dat de geredden daar op zouden overgaan, opdat de „Montferland” zijn reis naar Zuid-Amerika zou kunnen voortzetten. De loodsboot bleef in de buurt van het zinkende schip totdat omstreeks één uur de sleepboot „Zwarte Zee” van L. Smit en Co’s internationalen sleep dienst arriveerde. De drie gewonden, die geen van allen in gevaar verkeer den, werden door de Belgische loods boot naar Vlissingen gebracht. De ove rige 45 opvarenden gingen over aan boord van de „Zwarte Zee”, welke naar Maassluis terugkeerde. Toen men zich van de plaats van de ramp ver wijderde, was de „Ameland” nagenoeg geheel in de golven verdwenen. De Raad voor de Scheepvaart was als volgt samengesteld voorzitter prof. mr. B. M. Taverne, secretaris mr. H. B. Tjeenk Willink, leden de hee ren A. L. Boeser, J. N. Egmond en C. L. Julsing. DE GEESTELIJKE EN CULTUREELE BERTREKKINGEN. Voor het Gezelschap voor Philoso- en Parapsychologie heeft gisteravond in de bovenzaal van „Riche”, de gezant van Zuid-Afrika, dr. H. D. van Broek huizen, een causerie gehouden over de geestelijke en cultureele banden tus schen Zuid-Afrika en Nederland. Zuid-Afrika, zoo ving spr. aan, heeft zijn ontstaan te danken aan een Neder lander, Jan van Riebeek, die nu inge schakeld is bij de helden van Zuid- Afrika. Wie het dagboek van Jan van Riebeek leest, bespeurt daarin een sterk geestelijk leven en zijn eerste daad na de landing bij de Kaap was een gebed. Daar heeft Zuid-Afrika zijn gedenkteeken opgericht. De eerste inspiratie van van Riebeek was zijn geestelijk leven, zijn geloof; de tweede inspiratie was zijn kloeke, godvruchtige vrouw. Morgen, 5 April, is het Jan van Riebeeks(dag), dan wordt hij herdacht, die den eersten hoeksteen legde voor de Zuidafrikaansche natie en daar legde hij den eersten band met Neder land. Wij hebben hier te doen met een man, die ’n visionnairen blik bezat van de toekomst van Zuid-Afrika. Hij bleef er, ondanks de wreedheid van het land en de desavoueering van zijn lastheb bers, de beheerders der Oost-Indische Compagnie. De herinnering aan dezen grooten man is sinds de laatste 40 jaar weer verlevendigd, mét de ontwikkeling van het cultureele leven na de oorlogen. Het is een schoone gedachte, dat het de oude Nederlanders waren, die de grondvesten werden van Zuid-Afrika en de eerste hunner was van Riebeek en hij nam den Staten-Bijbel met zich. Hij organiseerde, koloniseerde en evangeliseerde en ontzag zich bij dit laatste niet om de Boschjesmannen en Hottentotten met een kroes bier naar de kerk te lokken. Dat lijkt vreemd, maar de mentaliteit was toen een an dere. Waar in later jaren en eeuwen de Afrikaners trokken, bouwden zij hun kerken en tot 1830 had elke predikant, die een kansel in Zuid-Afrika beklom, in Utrecht gestudeerd Dat heeft steeds een krachtigen band gegeven, versterkt nog door een Staten-Bijbel, welke ginds en hier wordt gelezen, mét de psalmen en gezangen. Die bijbel bewaarde den kolonist door de jaren heen voor verwildering en degeneratie. Die bijbel was en bleef het fundament van zijn geestelijk le ven, vooral, toen het trekken begon, voor allen culmineerend in de Groote Trek, na de annexatie door Engeland. In die dagen van beproeving bleek hun geestelijke veerkracht. Nadat dr. van Broekhuizen nog gewe zen had op de verhouding tusschen de blanken en negers een belangrijk deel van het geestelijk leven be sprak hij de cultureele banden, waartoe de taal een der krachtigste stimulan- ten is. Het Nederlandsch en het Zuid- afrikaansch zijn elkaar dicht verwant en aan hun taal hebben de Zuid-Afri- -1 X

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1940 | | pagina 17