HAAGSCHE COURANT
De oorlog
Europa
in
DE HEER R. J. J. HIEMSTRA GEWOND
TELEGRAMMEN
BINNENLAND
STADSNIEUWS
Zaterdag 6 April 1940.
ZESDE BLAD.
De Nieaw-Guinea expeditie 1939
Strikte neutraliteit naar alle zijden
De wereldomroep
VERSCHE
STADGENOOT ERNSTIG GEWOND
Bezoldiging der in militairen dienst
zijnde onderwijzers
VOORJAARSTENTOONSTELLING
HAAGSCHEN KUNSTKRING
KOHT OVER DE NOORSCHE
POLITIEK
ZESTIGJARIG JUBILEUM VAN
„DE VOLHARDING”
VERDACHT VAN DIEFSTAL VAN
GOUDEN BROCHE
BEELD IN ZUIDERPARK
Opkomst in werkelijken dienst
van buitengewone dienstplich
tigen der lichting 1940
DE AANVOER VAN
VISCH
KENNISGEVINGEN
Hinderwet.
Hedenmiddag onder groote belang
stelling geopend
Opcenten voor de gemeenten op de
Winstbelasting
Trap van een paard gekregen^
rijwielbelastingmer-
Voordracht C. C. F. M. Ie Roux
Wetsontwerp binnenkort te verwachten.
had
De in hippische sportkringen zeer be
kende directeur van de ’s-Gravenhaag-
sche Manege, de heer R. J. J. Hiemstra
is hedenmiddag door een noodlottig
ongeval zeer ernstig gewond.
No. 17537
Dezelfde regeling als voor
rüksambtenaren
Bij Kon. besluit is de voor ambte
naren en werklieden in dienst van het
Rijk geldende regeling ten aanzien van
hun bezoldiging gedurende den tijd,
waarin zij zich wegens buitengewone
omstandigheden in militairen dienst be
vinden, thans ook van toepassing ver-
sche, Kunst is levenswijsheid, de geob
jectiveerde ontroering, zooals Berlage
zeide, het is een belijdenis en alle be
lijdenissen bewerken de vrijheid, het
geen ons levensdoel is. De kunstenaar
vervult daarom een priesterrol.
31
van
en
dergelijke
onschul-
bijv. het
Noorsche
klaard voor de onderwijzers aan de
openbare scholen.
Aangehouden werd gisteren de 35-ja-
rige colporteur D., wonende te Voor
burg, wiens opsporing, aanhouding en
voorgeleide door den commissaris van
politie van den Justitieelen dienst B
alhier was verzocht
D. wordt verdacht van diefstal van
een gouden broche, hier ter stede ge
pleegd.
oorlog
kon
ver
een
zou
,Kota Inten”te Rotterdam aangekomen.
Vanochtend om 10.30 uur is het m.s
„Kota Inten” van den Rotterdamschen
Lloyd van Java te Rotterdam aan- Scheveningen een belangrijke verbete-
gekomen.
Het schip heeft ligplaats genomen in
de Schiehavên.
Tijdens een slipjacht in Duinrell bij
Wassenaar is de heer Hiemstra van zijn
paard gevallen. Het dier, dat waar
schijnlijk schichtig was geworden,
trapte den heer Hiemstra tot drie maal
toe en verwondde hem zoodanig, dat
men voor zijn leven vreest.
De verslagenheid bij deelnemers en
toeschouwers was uiteraard zeer groot.
Vrijdagmiddag 12 April zal de over
dracht aan het bestuur der Stichting
Haagsche Sport- en Speelterreinen
plaats hebben van een groot hardstee
nen beeld, voorstellende een dolfijn, en
een daarbij gemonteerde rustbank,
welke geplaatst zijn nabij den Plasvjj-
ver in het Zuiderpark.
Het beeld is een geschenk van den
inspecteur der Stichting, den heer C<
J. Driescher.
De Regeeringspersdienst meldt
De buitengewone dienstplichtigen van
de lichting 1940, die in
dienst moeten komen,
Gedurende de afgeloopen week is in
de aanvoeren van versche visch te
B. en W. maken bekend, dat zij aan de
’s-Gravenhaagsche Vereeniging tot bestrij
ding der Tuberculose vergunning hebben
verleend tot het oprichten van inrichtin
gen, mede met door electromotoren gedre
ven werktuigen, ten dienste van het Sana
torium „De Lighallen” in ’t perceel Door-
nikschestraat 30.
B. en W. maken bekend, dat zij aan J.
A. de Pater vergunning hebben verleend
tot het oprichten van een kachelsmederij
met door een electromotor gedreven werk
tuig in het perceel Schalkburgerstraat 52.
Gevonden voorwerpen
Aanwezig aan het hoofdbureau van po
litie, Alexanderplein 20 en aldaar te be
vragen op alle werkdagen, telefonisch al
leen tusschen 10.30 en 12 uur en monde
ling tusschen 12.30 en 2.30 uur:
een stervormige medaille van wandel-
marsch, een zwart heerenrijwiel, merk
„Leader" een grijze jongenswinterjas, een
benzinetankdop, een identiteitskaart van
een bloedtransfusiedienst ten name van
Gijsbertha Laanen de Roo, een transport-
driewieler lichtbr. laadbak, een bruine
portemonnaie met 15 cent, een jute tasch
inh. led. tasch en nog een jute tasch, een
motorslot met stalen band, een br. led.
damesportemonnaie met 13 cent, een
N.L.-bord van auto met lampje, een ro
zenkrans, een nikkelen horlogeketting, een
doos bruine schoensmeer, een R.K. kerk
boekje, een nummerbord H-83882, een
paar zwart linnen gymnastiekschoentjes,
een wieldop van Fiat-auto, diverse sleu
tels, handschoenen, rijwielbelastingmer-
ken en ceintuurs.
Gevonden in taxi’s: een paar bruine le
deren handschoenen, een zwart fluweelen
taschje inh. 39 cent, kam, poederdoos enz.,
een gele damesparapluie, een bruin ge
ruite damesparapluie.
Bij de navolgende ingezetenen:
een nappa h. handschoen, Zwennis, Noord-
straat 30; een ruige fox-terrier, Verhoe
ven, Korenbosch 103; een zwart beursje
met ritssi. en inh., Stout, Laan 15; een
zwart heerenrijwiel „Populair” met geruit
rokje achterop, Moonen, Smitstraat 30;
een duimstok, Al bias, G. Metsustraat 48;
een nummerbord H-55784, de Groot, v. d.
Hoopstraat 71; een bonte kanarie, Top-
soort, Aronskelkweg 77; een jong geel
hondje, v. Praag, Evertsenstraat
(Loosd.); een jong gevlekt hondje
achteren zwarte vlekken, aangereden
gewond, Nauwelaerts de Agé, Maasstraat
118; een zwart gelakt heerenrijwiel, Ger
ritsen, All Piersonlaan 140; een zwart ge
lakt heerenrijwiel, op bagagedrager een
tasch met waschgoed, v. Etten, Spaarne-
straat 9; een zwarte fietstasch inh. visch
plm. 2 k.g., Askamp, Potgieterstraat 29;
een zilveren damesarmband, v. Wellen,
Pasteurstraat 127; een zwarte damescalot,
v. Wijk, P. Gabriëlstraat 151; een bruin
glacé lederen riem, Segboer, Rozenstraat
12; een autoped, Schutte, den Helderstraat
65; een bruin led. portemonnaie met in
houd, Haring, Copernicuslaan 219; een
Yale-sleutel 22761, Reijersbach, Goudrei-
netstraat 93; een kleine bruine lederen
klepportemonnaie met inhoud, Govers, Co-
lumbusstraat 135; een zwarte reu, Bouvier,
met bruin led. halsband met koperen
knoppen, Jansen, Ahornstraat 38; een
lange grijze stofjas, Driesen, Noordpolder-
kade 249; een kettinkje met 2 Lipssleutels
en plaatje, waarop: N.V. Meysen, assuran
tiekantoor, de Jong, beheerder Postkan
toor Nassauplein; een verm. zilv. das
speld (paardekop met zweepje), Glerum,
Pr. Mauritsplein 7; een étui, inh. twee
vulpennen, een vulpotlood, passer enz.,
Kruyts, Kranenburgweg 80; een vulpen
„Kingston”, Alblas, Jurr. Kokstraat 107;
een ongemerkt heerenrijwiel, de Visser,
Badhuisstraat 102; een donkerbruine hee-
renportemonnaie met 32 cent, v. d. Harst,
Koppelstokstraat 228; een zwart heeren-
badpak met witten handdoek, v. d. Eem,
Rijswijkscheweg 636; een hond (zwart
met geel) Dudoc v. Heel, v. Voorschoten
laan 24; een zwarte poes met witte voet
jes en witte borst, Mazer, Soestdijksche-
tade 760; en bril met hoornen montuur,
Arnhemschestraat 6; een doos inh eenige
tennisballen, v. Klaveren, P. Gabriëlstraat
41; een vulpen, Booden, Hazelaarstraat 20;
een zwarte poes, Badhuisweg 91; een ge
wonde kat en een cadaver kat, Asyl,
Nieuwe Haven 73.
Opgevangen honden: Voor inlichtingen,
Asyl, Nieuwe Haven 73.
De nieuwe boulevard te Vlissingen in
gebruik genomen.
Vlissingen beschikt reeds eeuwen
lang over kilometerlange breede boule
vards.
Tot voor kort werden deze boule
vards ter hoogte van de bomvrije ka
zerne onderbroken door een smalle
twee meter breede houten brug, welke
rond den gevangentoren, Vlissingen’s
oudste gebouw was gelegd, terwijl voor
bij de zeevaartschool de breede boule
vard plotseling overging in een 150 me
ter langen rechthoekig omgelegden zee
dijk eveneens twee meter breed.
Thans is hier een breede verkeers-
baan aangelegd. De gevangentoren
kwam hierbij geheel vrij. Het Rijk
nam daarbij de restauratie van dezen
toren voor zijn rekening.
Vandaag is de vernieuwde boulevard
officieel in gebruik genomen.
De Finsch-Russische oorlog.
Toen de Finsch-Russische
was afgeloopen, en ik vrijer
spreken, was ik in staat te
klaren, dat Duitschland liet als
vijandelijke handeling beschouwd
hebben, indien Noorwegen óf aan de
Britsche en Fransche troepen vergun
ning verleend zou hebben via Noorsch
grondgebied naar Finland te trekken óf
indien Noorwegen zelf Finland met ge
wapende strijdkrachten zou geholpen
hebben.
Dit beteekent, dat een Noorsche in
menging in Finland van geen nut
voor Finland geweest zou zijn doch
alleen gevaarlijk zou geweest zijn
voor ons zelf. De Zweedsche regee-
ring huldigde hetzelfde standpunt
en uiteraard moesten Noorwegen en
Zweden in dit vraagstuk eenzelfde
politiek volgen, zoowel om geogra
fische als om politieke redenen.
Nooit heeft Finland ons om mili
tairen bijstand verzocht.
ring gekomen. De loggers vingen zeer
veel tongen, zoodat mooie besommin
gen werden gemaakt. Verschillende
loggers brachten 12 tot 13 honderd ki
lo tongen aan en er was zelfs een log
ger met ruim 1800 Kg. 'tong.
Aan de markt kwamen 5 motorlog
gers, die tezamen 10.000 besomden
of 2000 per reis en per logger.
Een logger, welke op de kust
gevischt en 4 motorkotters besomden
tezamen ruim ƒ1400, terwijl 21 schok
kers tezamen 2700 besomden. Vol
gens deze cijfers is in de afgeloopen
week voor een bedrag van 14.000
aan den afslag te Scheveningen ver
kocht aan uit zee aangevoerde visch.
Hoewel de prijzen van versche
visch niet hoog waren, werden over
het algemeen toch goede besommm-
naar I gen gemaakt als gevolg van de groote
I aanvoeren van visch.
Wij kunnen niet aanvaarden, dat
de Duitschers het recht hebben
zich aldus te gedragen, zelfs in
dien dit Noorsche schip onder Brit
sche bescherming voer.
Wij kunnen niet begrijpen, dat de
Duitsche soldaten zulk een optreden in
overeenstemming achten met hun ge
voel van eer of met hun gevoelens van
menschelijkheid. Een dergelijk optre
den verwekt in Noorwegen een veront
waardiging, welke in het belang van
geen enkele oorlogvoerende mogend
heid kan zijn.
De Britsche bladen meenen dat
Noorwegen niet op dezelfde wijze dient
te protesteeren tegen dergelijke schen
dingen als tegen, wat zij noemen, tech
nische schendingen.
Maar wat de Engelschen noemen
„technische schendingen”, betreft niet
alleen een formeele kwestie van wet
tig karakter, zij hebben ook een gewel
dige politieke werkelijkheid, want nie
mand kan blind zijn voor het feit, dat
dergelijke schendingen kunnen leiden
tot verwikkelingen, welke de Noor
sche territoriale wateren en mis
schien zelfs het Noorsche land kunnen
maken tot een slagveld voor de oorlog
voerenden, in welk geval Noorwegen
bij den grooten oorlog betrokken zou
worden. Dientengevolge verdedigt
Noorwegen niet alleen een recht, maar
verdedigt het tevens zichzelf tegen de
mogelijkheid in den oorlog te worden
meegesleurd. Het vraagstuk van de
zoogenaamde onschuldige neutral iteits-
schendingen, betreft dus den werke-
lijken grondslag der Noorsche politiek
en is inderdaad van vitaal belang voor
ons volk.
Hedenmiddag werd onder groote be
langstelling de voorjaarstentoonstelling
van den Haagschen Kunstkring ge
opend.
De voorzitter, de heer A. H. Wegerif
sprak een kort welkomstwoord. Hij
verwelkomde in het bijzonder de ver
tegenwoordigers van Pulchri Studio en
van de Nederlandsche Federatie van
Beeldende Kunstenaarsvereenigingen,
de heeren H. v. d. Stok en J. Haver
Droeze, den gemeente-secretaris mr.
dr. J. J. Boasson, dr. G. Knuttel, hoofd
conservator van het Gemeentemuseum
en een aantal nieuwe leden.
Drs. F. P. Huygens opende daarna
de tentoonstelling.
Het is de plicht der verantwoorde
lijkheid geworden om in dezen tijd
een tentoonstelling te openen. Op ver
schillend gebied moeten thans de gees
telijke arbeiders elkaar versterken.
Wij moeten erkennen, dat de weten
schap het onverdeelde geluk aan ons
niet heeft bezorgd.
Door de Kunst is echter de mensch in
staat zich te verheffen boven het aard-
Het volgend jaar wordt het percentage
opnieuw bezien
Aan de memorie van antwoord aan
de Tweede Kamer inzake de heffing
van opceriten ten behoeve van de ge
meenten op de winstbelasting is het
volgende ontleend
Hoewel het ontwerp inderdaad, zoo
als verscheidene leden naar voren
brachten, aan de gemeenten uit hoofde
van de nieuwe opcenten dezelfde op
brengst wil verzekeren als zij tot dus
ver ontvingen als opbrengst van de
opcenten op de dividend- en tantième-
belasting, is toch niet geheel juist de
daaraan verbonden conclusie, dat de
gemeenten niet mede zouden profitee-
ren van de voordeelen, welke de ver
vanging van de bestaande uitdeelings-
belasting door een winstbelasting in
fiscaal opzicht heeft. Immers zijn de
hoogere inkomsten, welke het Rijk door
de bedoelde vervanging zal verkrijgen,
mede bestemd om een deel van de dek
king te vormen voor de ruim
26.000.000, welke op de begrooting
van het departement van Binnen-
landsche Zaken worden uitgetrokken
ten behoeve van de gemeenten.
Het aantal opcenten.
Het feit, dat, zoo het aantal opcenten
op 15 bepaald blijft en de raming der
Regeering van de opbrengst der winst
belasting, welke aan den veiligen kant
genomen is, niet overschreden wordt,
sommige gemeenten eenig verlies kun
nen lijden, is juist, maar daarom is
dan ook het aantal opcenten thans
slechts voor één jaar vastgesteld. De
bedoeling is, tegen het volgend jaar
het resultaat der nieuwe belasting uit
dit gezichtspunt na te gaan.
Een nota van wijziging is aan de
memorie van antwoord toegevoegd.
Buitengewone dienstplichtigen van
deze lichting kunnen, eventueel met
wijziging van daaromtrent reeds bij de
keuring geuite wenschen, aan den
commandant van het indeelingsdistrict
nader kenbaar maken bij welk der ge
noemde korpsen zij gaarne zouden wor
den ingedeeld. Het verzoek moet de
dienstplichtige vóór 15 April a.s. rich
ten aan den indeelingsdistricts-com-
mandant, die woont in de hoofdplaats
van de provincie, waarin hij voor den
dienstplicht is ingeschreven. Hiervan
zijn uitgezonderd de dienstplichtigen
uit Drente, Amsterdam en Rotterdam
Deze zenden hun aanvraag onderschei
denlijk aan den indeel ings-districts-
commandant te Groningen, Amsterdam
en Rotterdam.
In de opgaaf vermeld de dienstplich
tige a .zijn geslachtsnaam en voor
naam b. de gemeente, waar hij woon
plaats heeftc. de gemeente, waar hij
voor den dienstplicht is ingeschreven
d. de wenschen omtrent zijn indeeling
e. de reden, waarom op deze indeeling
wordt prijs gesteldf. zijn beroep, be
trekking en genoten onderwijs g. of
hij met paarden kan omgaanh. of hij
in het bezit is van een rijbewijs a of b,
dan wel kan chauffeeren of motor
rijden.
De datums van opkomst van de ge
woon dienstplichtigen van de lichting
1940, die reeds bij de zeemacht of bij
een korps van de landmacht zijn inge
deeld, doch wegens verleende vrijstel
ling van den dienstplicht in de positie
verkeeren van buitengewoon dienst
plichtigen en als zoodanig werkelijken
dienst moeten vervullen, worden nog
nader vastgesteld.
Bij auto-ongeluk te Leidschendam
Hedennacht is om 1 uur op den
Rijksstraatweg te Leidschendam een
auto, bestuurd door den 25-jarigen
A- E. uit Leiden, die een andere auto
wilde passeeren, over den kop ge
slagen. De bestuurder kwam met den
schrik vrij. De passagier, de 43-jarige
P. D. uit de residentie, werd zwaar ge
wond. Per ziekenauto is hij
St. Anthoniushove vervoerd.
Vervolgens sprak Koht over de aan
Finland geboden materieele en mensch.-
lievende hulp. De sympathie met Fin
land is tot uiting gekomen in den wil
tot opoffering. Deze bereidwilligheid ia
in ons land nooit zoo sterk gevoeld als
tijdens den oorlog met Rusland.
Koht memoreerde den dapperen Fin-
schen tegenstand en de bewondering,
welke men gevoelde voor het Finsche
volk. Tevens vermeldde hij de voor-
genome militaire hulp der geallieeiw
den, welke te laat zou gekomen zijn.
Het Noordsche defensieve
verbond.
Over de kwestie van een defensief
verbond tusschen de Noordsche landen,
zeide de minister, dat het denkbeeld
waarschijnlijk daaruif voortspruit, dat
de vrede Finland uit militair oogpunt
zwakker heeft gemaakt. De regeering
heeft den Noorschen militairen autori
teiten verzocht ’t vraagstuk uit militair
oogpunt te bestudeeren. Dit is van be
lang, maar van nog meer belang zijn
wellicht de politieke overwegingen.
„Ik ben van meening,” zei Koht. dat
wij beter kunnen wachten met enig
besluit te nemen inzakt ruik een ven.
van
tegen
zooals
van de
mailboot „Mira”. op weg van En
geland naar Noorwegen, met meer
dan honderd menschen aan boord.
Drukke bijeenkomst in den Dierentuin.
Hedenmiddag is in de groote zaal
van den Dierentuin, onder enorme be
langstelling, het feit herdacht, dat op
den 8sten 1880, dus zestig jaren geleden,
in het ambachtsgebouw alhier de ’s-Gra
venhaagsche Coöperatie Verbruiks-,
Voortbrengings- en Voorzorgsvereeni-
ging „de Volharding” in haar eersten
vorm werd opgericht
Hoewel de tijdsomstandigheden vol
gens het oordeel van het bestuur der
„Volharding” niet van dien aard zijn
om groote feestelijkheden te organisee-
ren, heeft men toch besloten om heden
middag een eenvoudige receptie te hou
den in de groote zaal van den Dieren
tuin.
Men mag het wel zeggen, dat deze
„eenvoudige” receptie toch een groote
feestelijkheid is geworden. Naar schat
ting was een 30-tal bloemstukken,
waaronder enorme manden, een aantal
dat in den middag zeker tot’een kleine
honderd aangroeide, binnengebracht
van alle mogelijke zijden, wat aan de
zaal een buitengewoon feestelijk karak
ter gaf; ,een fleurigheid, die nog ver
hoogd werd door een geweldig aantal
bonte en kleurige vlaggen, die de ge-
heele zaal in het rond versierden.
Vroolijke muziek, het „Cow”-Rain-
bow-ensemble” luisterde de bijeenkomst
op, die door honderden aanwezigen
werd bijgewoond. Wij merkten o.a. op
wethouder Buurman, namens het Ge
meentebestuur, wethouder Vrijenhoek,
het oud-Tweede-Kamerlid Vliegen en
de gemeenteraadsleden van Langen en
L. de Visser.
Het bestuur had aan een lange met
bloemen versierde tafel op een verhoo-
ging plaats genomen. Tezamen met den
raad van commissarissen en de bedrijfs
leiders der „Volharding”. Van de gele
genheid om deze heeren te complimen-
teeren werd druk gebruik gemaakt.
Zeer vele vakvereenigingsbesturen
verschenen voor de groene tafel.
De heer W. M Metman, voorzitter,
heette de aanwezigen van harte wel
kom, in het bijzonder de autoriteiten
en vereenigingsbesturen. Onder luid
applaus heette spr. den heer G. J. D. C.
Goedhart welkom, die één der stichters
van de coöperatieve beweging in Ne
derland is geweest, een pionier, die op
eminente wijze de coöperatie-idee in
ons land heeft uitgedragen. Hierna
deed de secretaris, de heer Chr. A. van
Doorn, mededeeling van een enorm
aantal telegrammen, welke van de
meest verrassende zijden het bestuur
hadden bereikt.
De „Radiogids” van de V.A.R.A.
meldt, dat een voorstel van wet inzake
den wereldomroep den Ministerraad
heeft gepasseerd en den Raad van
State heeft bereikt. Verwacht wordt,
dat het wetsontwerp binnen enkele
dagen bij de Tweede Kamer zal worden
ingediend.
werkelijken
worden inge
deeld bij de hierna vermelde korpsen.
De datums van opkomst zijn hierbij
aangegeven
Regimenten Motorartillerie 17 Juni
a.s.; korps rijdende Artillerie 17 Juni
a.s.; Artilleriemeetafdeeling, le ploeg
17 Juni a.s.; regimenten Luchtdoel-
artillerie, le ploeg 17 Juni a.s.; regi
menten Infanterie (inbegrepen de regi
menten Grenadiers en Jagers) 8 Juli
a.s.; korps Motordienst 8 Juli a.s.; 3de
regiment Genietroepen, le ploeg 6 Aug.
a.s.; bataljon Geneeskundige troepen,
le ploeg 2 Sept, a.s.; bataljon Genefe-
kundige troepen, 2e ploeg 1 Oct. a.s.;
compagnie Intendancetroepen 1 Oct.
a.s.; 2de regiment Genietroepen 1 Oct.
a.s.; Artilleriemeetafdeeling, 2e ploeg
1 Oct. a.s.; 3de regiment Genietroepen,
2e ploeg 4 Oct. a.s.; regimenten Lucht-
doelartillerie, 2e ploeg 16 Dec. a.s.;
1ste regiment Genietroepen 3 Febr.
1941; regimenten Veldartillerie (be-
redenen m onberedenen) 16 Juni 1941.
Buitengewone dienstplichtigen van
deze lichting kunnen alleen voor de
opleiding tot reserve-officier of tot
onderofficier-administrateur worden be
stemd, indien zij een verbintenis slui
ten om te dienen op den voet van een
gewoon dienstplichtige. De aanvraag
daartoe moet worden gericht aan den
Minister van Defensie. Er mag echter
bij voorbaat niet op worden gerekend,
dat dergelijke aanvragen steeds worden
ingewilligd. Zulks houdt verband met
d® beschikbare plaatsen voor de offi-
'■•ri’sopleiding en de opleiding tot on-
cr°fficier-administrateur.
Prins Bernhard onder het gehoor.
In de groote aula van het Koloniaal
Instituut te Amsterdam, heeft de
heer C. C. F. M. le Roux vanmorgen
voor leden van het Koninklijk Ned.
aardrijkskundig genootschap een voor
dracht gehouden over de „Nieuw-Gui-
nea expeditie 1939”, aan welke hij
heeft deelgenomen.
Onder de vele belangstellenden wa
ren aanwezig: Z.K.H. Prins Bern-
hard, jhr. mr. C. Dedel, secretaris
van Z.K.H. Prins Bernhard; de mi
nister van onderwijs G. Bolkestein;
de chef van den marinestaf, vice-ad-
miraal J. T. Fürstner; de chef van
de afdeeling materieel zeemacht van
het departement van Defensie, schout
bij nacht L. A. C. M. Doorman; de
oud-commandant der zeemacht in
Ned.-Indië, gep. vice-admiraal H.
Ferwerda; de oud-chef van den staf
der zeemacht in Ned.-Indië, gep.
schout bij nacht E. A. Vreede; de
oud-commandant van het leger in
Ned.-Indië, gep. luitenant-generaal
K.N.I.L. M. Boerstra, de commissa
ris van de Koningin in Noord-Hol-
land, mr. dr. A. baron Roell; de com
mandant van de maritieme middelen
in Amsterdam, N. A. Rost van Ton-
ningen, en een groot aantal vroegere
expeditieleden.
Minister Welter was wegens ziekte
verhinderd. Luitenant-kolonel W. A.
Boswijk was eveneens verhinderd.
In het eerste gedeelte van zijn
voordracht herinnerde spr. aan de
vorige expedities, welke hebben gear
beid in de onbekende gebieden van
Nieuw-Guinea. Het welslagen van de
laatste expeditie is voor een groot
deel te danken aan de hulp van den
marine-vliegdienst. Een gebied van
ongeveer 200 k.m. hemelsbreed in de
richting Oost-West en gemiddeld 60
k.m. Noord-Zuid is stelselmatig ver
kend en opgemeten door vier pa
trouilles.
De heer le Roux gaf voorts een uit
voerige beschrijving van de bereikte
resultaten. Een geologische verken
ning werd gehouden. De anthropoloog
onderzocht 1500 papoea’s. Zeer veel
zoölogisch materiaal werd verzameld,
terwijl de botanische vondsten zeer
rijk zijn. De studie van taal, land en
volk kon diepgaand worden voortge
zet en op het gebied van de geeste
lijke cultuur van de bergpapoea’s
konden belangrijke vorderingen wor
den gemaakt.
OSLO, 6 April. (Noorsch tel. ag.).
De minister van buitenlandsche zaken
Koht heeft in het Storting ten aanzien
van de buitenlandsche politiek van
Noorwegen verklaard Wij kunnen ons
geen oorlog indenken, waarin Noorwe
gen verwikkeld zou kunnen worden
dan een, waartoe wij gedwongen wor
den voor de verdediging van onze on
afhankelijkheid en vrijheid. Wij kun
nen ons alleen buiten den oorlog hou
den door het voeren van een politiek
van strikte neutraliteit naar alle zij
den. Wij hebben dit gedaan in onze
handelspolitiek, waar alle kwesties ge
regeld zijn door accoorden met de oor
logvoerenden, gebaseerd op het begin
sel, dat wij den normalen handel zoo
veel mogelijk trachten te handhaven.
Ik geloof, dat wij getoond hebben,
dat wij onze territoriale wateren zul
len verdedigen tegen ieder, die op on
wettige wijze deze wateren binnen
komt.
De uitvoer van Zweedsch erts naar
Duitschland via Narvik wordt onge
twijfeld door velen overdreven. De hoe
veelheid is tijdens den oorlog tot een
vierde teruggeloopen en thans gaat
veel meer Zweedsch erts via Narvik
naar Engeland dan naar Duitschland.
Van het recht op vrijen doortocht voor
koopvaardijschepen in de Noorsche wa
teren profiteeren de geallieerden
minstens evenzeer als Duitschland. Ook
is zoowel onze als de Zweedsche han
del door accoorden met de oorlogvoe
renden gereglementeerd.
Als de geallieerden zouden wen
schen, dat wij het vrije handelsverkeer
afbreken, dan zou dit, of hunzelf groote
schade berokkenen, of, zoo deze afbre
king slechts ten nadeele van een der
partijen zou blijken te werken, in fla-
granten strijd zijn met de neutraliteit,
tot handhaving waarvan wij ons ver
plicht hebben, en dan zou ons land ter
stond in oorlog zijn.
Koht herinnerde aan de 21 protesten,
welke tot de oorlogvoerenden gericht
zijn, tegen schendingen der neutraliteit
door vreemde vliegtuigen, n.l. 5 tot
Duitschland. 10 tot Engeland en 6 tot
sovjet-Rusland. Wij stellen te Londen
en te Berlijn een onderzoek in en ho
pen, dat de oorlogvoerenden met deze
wijze van optreden, welke in militair
opzicht geen enkel nut kan hebben,
zullen ophouden. Wij kunnen niet door
blijven gaan met protesteeren. Wij zul
len zulke vliegtuigen neerhalen.
De minister behandelde daarna het
geval van de „Altmark”. Na de jongste
redevoeringen van Chamberlain en
Churchill, aldus spreker, vertrouw ik,
dat Engeland niet het plan heeft, het
internationale recht en onze neutrali
teit te schenden. Hij vervolgde: Door
den zee-oorlog hebben wij 54 schepen
verloren, met een totaal van meer dan
120.000 b.r.t. en 392 man zijn gedood.
Ongeveer 50 pCt. der schepen is door
de mijnen verloren gegaan. De Noor
sche regeering heeft aan de legaties in
de betrokken landen op 1 April op
dracht gegeven, te protesteeren tegen
een oorlogvoering ter zee, die gevoerd
wordt in strijd met de Haagsche con
ventie van 18 October 1907 en aan de
regeeringen te verzoeken, er op toe te
zien, dat deze regels worden nageleefd.
Sterke bezwaren uitte Koht tegen
het vuren op Noorsche vaartuigen
door Duitsche vliegtuigen of duik-
booten. Men kan zich moeilijk
kalm houden aldus Koht, wanneer
men verneemt
schietpartijen
di~e zeelieden,
bombardeeren