REPORTAGE VAN DE
OORLOGSZEE
NEDERLANDSCH-INDIE
FINANCIEEL
Op échte Jf
IJSFABRIEK
HAAGSCHE COURANT VAN WOENSDAG 10 APRIL 1940. DERDE BLAD, PAGINA 2.
HET JUBILEUM VAN DE M. W. O.
PROPAGANDA-FEESTAVOND VAN
DE V.A.R.A. IN HET GEBOUW
DE „INDRAPOERA” NAAR EUROPA
NATIONALE VEREENIGING VOOR
VROUWENARBEID
DE DEPARTEMENTEN VAN
ALGEMEEN BESTUUR
HET SLAGKRUISER-
ONTWERP IN DEN
VOLKSRAAD
INDISCHE RUBBER EN TIN NAAR
WLADIWOSTOK
GEEN’PRINCIPIEELE BEZWAREN
ROOMIJS VOOR
ALLE DOELEINDEN
STUDIECONFERENTIE „VREDES-
OPBOUW”
'S-GRAVENH AAGSCHE
RECLAMES.
Groote spoed betracht.
internationale toestan-
over: Het dnepunten-ideaal.
II.
(Van een bijzonderen medewerker.)
„Ik zie een glazie
Een visscher gewaarschuwd.
Invoer van geld
In het nationale bureau voor Vrou
wenarbeid, van Speykstraat 153, hier
ter *stede, heeft gisteravond de Natio-
nale Vereeniging voor Vrouwenarbeid
haar jaarlijksche algemeene ledenver
gadering gehouden. Mej. Marie Heinen
werd herbenoemd als directrice van het
nationaal bureau voor vrouwenarbeid.
VRAAG NAAR BOEKEN VOOR GE-
MOBILISEERDEN EN ZEELIEDEN.
vlek, een stip, het gonzende motoren
geluid verstomt. We zijn voor dezen
keer gered.
Midden in den nacht geven we el
kaar de hand en een matroos, die roer
ganger is, fluit wat later zachtjes op
d_ brug, met het rad stevig tusschen
zijn knuisten: „De Heer is mijn her
der...” Dat ontroert, middernacht, op
zoo’n heksenketel van een oorlogszee!
We varen middelerwijl al maar ver
der.
In den loop van den dag hopen we
de haven van bestemming te bereiken.
We stoomen Noord-in en de dagen len
gen reeds flink. Om zes uur in den
morgen is het al aardig dag. Aan sla
pen, denkt, geloof ik, niemand meer.
Telkens worden groote golven prui-
mensap over de reeling gespuwd en wie
dat niet doet, smookt onophoudelijk
zelfgedraaide piraatjes. Het lijkt wel
of ze daarmede hun angst en vrees pro-
beeren kapot te bijten of te verblazen.
Morgenavond wordt in de
groote zaal van den Dierentuin een bij
eenkomst gehouden van ae Haagsche
Derde Orde Federatie, waarin de wei
na 1870 groote omslag naar de radicale
democratie hebben tot gevolg, dat de
staatswerkzaamheid zich uitbreidt. Aan
de hand van verschillende, vooral na
1860 tot stand gekomen wetten toont
spreker aan, hoe, mede daardoor, de
departementale werkzaamheid toeneemt
en tot uitbreiding noopt.
land is
jaagd.
WIJZIGING LANDRENTE-ORDON-
NANTIE VOOR BORNEO.
BATAVIA, 9 April. (Aneta.) Bij den
Volksraad is ingediend een ontwerp-
ordonnantie tot wijziging en aanvulling
van de Borneo landrente-ordonnantie
1939
Blijkens de memorie van toelichting
is de bedoeling van het voorstel om de
Dajakstreken der afdeeling Oeloe Soen-
gei, met haar primitieve toestanden en
schaarsche bevolking, aan de werkings
sfeer van de landrenteregeling te ont
trekken.
de
ge-
half
Mej. E. J. P. C. Deelen over „Het werk
van de pensioencentrale”.
Mej. E. L. P. C. Deelen uit Amster
dam hield daarna een korte inleiding
over„Het werk van de pensioen
centrale”. De Pensioencentrale, aldus
spr., is een koninklijk goedgekeurde
vereeniging, doel is het tot stand bren
gen van pensioenverzekeringen voor
sociale werkers. Leden kunnen slechts
vereenigingen zijn. De pensioencentrale
is voortgekomen uit Pro Senectute. De
gedachte was, dat voor den ouden dag
van jonge sociale werkers wat gedaan
moest worden. Men wilde aanvankelijk
een pensioenfonds vormen, bijeen ge
bracht door werknemers en werkgevers.
Dit plan bleek in de practijk onmoge
lijk. Men zocht toen contact met de
groote maatschappijen, waarbij verze
keringen werden gesloten om de latere
pensioenen te verzekeren.
Nu zijn bij de pensioencentrale vele
kleine vereenigingen aangesloten, die
veel meer zouden moeten betalen. Doch
de groote collectiviteit maakte het mo
gelijk geen onderscheid te maken tus
schen groote en kleine instellingen. In
1926 werd de pensioencentrale opge
richt. De pensioenrechten kunnen voor
aangeslotenen bij de pensioencentrale
worden meegenomen.
Na deze korte inleiding volgde een
gedachtewisseling en werd thee geser
veerd.
ONTSTAAN, BETEEKENIS EN
ONTWIKKELING.
Onze bootsman heeft de beste, aller-
wege geroemde, oogen aan boord. Hij
zegt tegen den stuurman
Volg mijn vinger eens, daar, zie
ik een glazie
Dan kijken we allemaal en de meesten
begrijpen reeds wat hij bedoelt met een
„glazie”. Er steekt op een zestig, zeven
tig meter van bakboord van ons een
periscoop boven water uit. We worden
beloerd en bedreigd, over enkele minu
ten kunnen we, als hij kwaad wil, er
reeds zijn geweest. Misschien worden
we bijkans met de kust in het zicht ge
torpedeerd. Ik beef en met permissie
voeg ik er aan toe als het spreek
woordelijke rietje. Diep in mijn hart
verwensch ik thans het overmoedige
ja, dat ik gaf op de vraag durf je
En wat verwacht wordt, gebeurt. Er
valt een schot voor den boeg. De peris
coop wordt grooter, de commandotoren
rijst boven het water uit, even daarna
drijft de sigaarvormige boot aan de
oppervlakte.
Met vlaggenseinen wordt ons ver
boden de radio te gebruiken. Eén S.O.S.
en we worden onverbiddelijk den grond
ingeboord. De commandant eischt in
zage der papieren. Dat is de taak van
den eersten stuurman en een paar ma
trozen roeien hem er heen. Het zou on
zinnig zijn, overwegen we, om dit mooie
bijna leege schip te vernietigen. Maar
och, wat heeft een duikbootkapitein
daarmede te maken. Diens eer zit juist
in het grootste aantal tot zinken ge
brachte registertonnen oorlog, wat on
zinnig zijt ge toch
De stuurman heeft de duikboot gena
derd. We zien hem de papieren over
reiken en hooren vaag nog iets van de
woorden, die hij spreektvan het pleit,
dat hij voert, als een advocaat, voor het
hij zijn hut in en grijpt een pistool. Hij
richt en schiet, pang... Het geluid
klinkt tot ver in den om trek. We hou
den even onzen adem in en dan ineens
zien we allen het scheepje zijn koers
Wijzigen. Men zwaait er terug. Alles
werd begrepen. Gered!
En weer varen we verder.
Dit bestaan maakt den mensch geslo
ten. Men keert hier aan boord in tot
zichzelf. Stil zijn de mannen en stil zijn
wij. Wat wacht ons nog meer? Die
vraag laat niemand los.
Terug in de hut is onze koffie koud
geworden. De kapitein zucht een beetje
en zegt„Als het maar niet driemaal
scheepsrecht wordtwe kunnen van
de reis nog meer hebben
De stuurman knikt veelbeteekenend.
Dan verwarmen we ons een oogenblik
aan de zoo juist ingeschonken gloeiend
heete koffie. Uren varen we nu door,
waarin niets bijzonders geschiedt.
Maar na het middagmaal, zoo tegen
half twee, gebeurt het ergste wat een
zeeman thans wel verwachten kan.
Atjeh op de Bandoengsche feesten.
MEDAN, 10 April. (Aneta.) De fees
ten, welke te Bandoeng zullen worden
gehouden ter gelegenheid van het 125-
jarig bestaan van de Militaire Willems
orde, zullen worden bij gewoond door
den territoriaal commandant van Atjeh
en de Oostkust van Sumatra, kolonel
Gosenson. en den commandant van het
Korps marechaussee, majoor Doup.
Voorts zal de vaandelwacht van het
Korps marechausse met het vaandel
van het korps en een aantal ridders
M.W.O. uit Atjeh naar Bandoeng over
komen.
spreker aan de hand
toehoorders verstrekt
tabellarisch overzicht een uiteenzetting
van de ontwikkeling van de Departe
mentale indeeling tot het begin van
deze eeuw. Aangetoond werd, dat se
dert 1848 de na dien voorgekomen
splitsingen plaats hebben door een
steeds verdere inkrimping van het de
partement van Binnenlandsche Zaken.
Heeft de leer van de staatsonthou
ding, welke tot de zestigerjaren met
kracht wordt verdedigd, de bestuurs
taak eenigermate beperkt, de economi-
omroep. Tot nu toe is
omroepvereenigingen
weest uit de bijdragen
millioen de onkosten
Vooraanstaande passagiers.
BATAVIA, 10 April. (Aneta.) De
„Indrapoera” van den Rotterdamschen
Lloyd is vanmiddag om 12 uur van
Tandjong-Priok naar Europa vertrok
ken.
Aan boord bevindt zich de apostoli
sche vicaris van Batavia, mgr. P. J.
Willekens voor wiens vertrek naar Ro
me zeer groote belangstelling bestond.
Onder de afscheidnemers waren o.a.
de vice-president van den Raad van
Ned.-Indië. de gouverneur van West-
Java, de resident, de regent van Bata
via, terwijl de commandant der zee
macht zich liet vertegenwoordigen
door zijn adjudant.
Voorts vertrokken nog met de „In
drapoera’ de Nederlandsche gezant in
Siam, de heer C. S. Lechner, die met
verlof naar Europa gaat, en de afge
treden directeur van het officieele tou-
ristenbureau de heer P J. van Baar-
da. wien. na eenige maanden rust, in
November a.s. een nieuwe functie
wacht bij het Koloniaal Instituut te
Amsterdam.
Voor de afdeeling ’s-Gra-
venhage en Omstreken van de vereeni
ging van Chr Onderwijzers en onder
wijzeressen in Nederland en de Over-
zeesche gewesten zal a.s. Zaterdag
avond in de dr. H. Piersonschool alhier
als srpeker optreden de heer J. K. v.
Drunij. hoofd eener Chr. school hier
ter stede, met het onderwerp: „Herin
neringen aan een tweede Amerikaan-
sche reis”.
merkt, een regeering met zedelijke
kracht en waardigheid toegerust, alléén
kan bestaan als voldoende waarborgen
aanwezig zijn voor eenheid van regee-
ringsbeleid. De strijd om het bestaan
van het instituut van den ministerraad
levert daarvoor een bewijs.
Voorts merkt spreker op, dat de be-
teekenis en de ontwikkeling van de
Departement en van Algemeen Bestuur
ten nauwste samenhangt en onverbre
kelijk verbonden is met de cultureele
en staatkundige positie en ontwikkeling
en deze weer wordt beïnvloed door de
politieke en economische structuur.
Daarnaast worden de nationale verhou
dingen in mindere of meerdere mate be
ïnvloed door de
den.
Tenslotte gaf
van een den
Tot tien uur in den morgen gaat
alles goed.
We zitten gemoedelijk in de kapi
teinshui koffie te drinken en maken
een praatje. Dan wordt er weer geroe
pen. De stuurman komt in de hut en
zegt; „Kapitein, daar zie ik een vreem
de snoeshaan, mogelijk een visschers-
man, erg Zuid-in gaan, m.i. naar het
mijnenveld...
Hè, de kapitein staat op en gaat
naar dek. Wij volgen. Met zijn vinger
wijst de stuurman hem aan. Daar... We
kijken. „Ja zoowaar”, zegt de kapitein.
Meteen grijpt hij het sirenetouw en
even later schreeuwt onze fluit moord
en brand. Terwijl sturen we ook een
beetje Zuid-in. De marconist seint mid
delerwijl aan den vlsscherman, dat hij
zich in een zeer gevaarlijke zöne gaat
begeven. Maar op die waarschuwing
volgt geen antwoord. Radio heeft
die kotter dus niet aan boord. Wij loo-
pen harder dan hij en halen in. Meer
Zuid-in durft de kapitein echter niet
varen. Hier zitten ook dik twintig man
nen aan boord. Weer blazen we en
alleman aan dek zwaait met de armen
om te beduiden, dat het scheepje kee-
ren moet, wil het geen wissen dood te
gemoet gaan.
loe..., ioe..., stentort de fluit. Onze
armen worden moe van het zwaaien.
De marconist blijft maar seinen. De
kapitein vreest en wij vreezen alle
maal, dat dit bootje straks zijn graf
in de golven vinden zal. Dan loopt
BATAVIA. 10 April. (Aneta.) Aneta
verneemt, dat de secretarie van den
Volksraad den grootsten spoed be
tracht met de afwerking van het af-
deelingsverslag van den Volksraad over
het ontwern tot versterking der mari
tieme defensie. Wellicht zal dit verslag
reeds heden in een voorloopigen vorm
aan de regeering worden aangeboden,
ofschoon de publicatie daarvan uiter
aard zal moeten wachten totdat dit
definitief is vastgesteld, hetgeen mis
schien op 13 dezer zal zijn.
Aneta verneemt verder in de wan
delgangen van den Volksraad, dat de
voorstellen in het college nergens op
principieelen tegenstand zijn gestuit,
hoewel de meningen op ondergeschikte
punten of bijkomende omstandigheden
in enkele gevallen uiteenloopen.
Een bewoonster van de
Eendenlaan deed bij de politie aangifte,
dat in een winkel aan de Veenestraat
haar portemonnaie is gerold, welke een
bedrag van ongeveer 10 bevatte.
Gistermiddag is in een
perceel aan het Frederik Hendrikplein
de 61-jarige N. W. uit de Stortenbeker-
straat van een trapje gevallen en heeft
den linkerarm gebroken, terwijl hij het
te geneeskundige
naar het zieken-
Mahlers Bank N.V.
In de algemeene vergadering vaTn.,Ba“ó
deelhouder- van Mahlers Bank N.V-
18 Mei a.s., zal worden voorgesteld ovw
1939 een dividend van 7 pCt. (als V.JJ
te keeren.
HOTELS - CAFÉ’S
- RESTAURANTS
BANKETBAKKERS
THEATERS
BIJEENKOMSTEN
FAMILIE - FEESTJES
NATIONALE VAKBOND VAN MU-
ZIEK-INSTRUMENTMAKERS
EN STEMMERS.
Alhier werd dezer dagen de 25e
bondsjaarvergadering van den Nat.
Vakbond van muziekinstrumentmakers
en -stemmers gehouden. Afgevaardig
den van alle afdeelingen waren aanwe
zig. Besloten werd zoo spoedig mogelijk
over te gaan tot het instellen van vak-
diploma’s voor vakgenooten werkzaam
in de muziekinstrumentbedrijven. Ook
werd besloten een concept-collectieve
arbeidsovereenkomst aan te bieden aan
het hoofdbestuur van den Ned. bond
van piano- en orgelhandelaren. Op
voorstel van het hoofdbestuur heeft
de organisatie zich met ingang van 1
Januari 1941 aangesloten bij de Ned.
Vakcentrale.
De heer L Koetsier alhier is afge
treden als bondsvoorzitter. In diens
plaats werd gekozen de heer J R Grou-
stra, alhier. Als hoofdbestuurder werd
verkozen de heer H. J. van Dijk, even
eens alhier. De gevolgde gedragslijn van
het hoofdbestuur inzake het verkrijgen
van een duurtetoeslag werd met alge
meene stemmen goedgekeurd. Besloten
werd deze actie met kracht voort te
zetten.
en geldswaarden
in Zweden
Naar de Zweedsche postadministratie
mededeelt, is invoer in Zweden van
Zweedsche bankbiljetten en munten
slechts geoorloofd met toestemming van
de Zweedsche nationale bank. Alle ander»
Zweedsche waardepapieren en die van
andere landen kunnen slechts worden In
gevoerd door tusschenkomst van de na
tionale bank of van sommige, speciaal
daartoe gemachtigde, handelsbanken
Verrekenbedragen en quitantiën voor
Zweden kunnen daar alleen worden Inge
vorderd, indien de bedragen werkelijk
dienen tot betaling van eerder of met de
zelfde zending ingevoerd, goederen en/ot
van de kosten van invoer (vracht, assu'
rantiepremies, douanerechten, rechten vaa
verzending of commissie, enz.)
TENTOONSTELLING IN HET
VREDESHUIS.
Naar aanleiding van de studieconfe
rentie „Beginselen van Internationale
Samenwerking, gericht op een blijven-
den Vrede”, wordt in het Vredeshuis,
Laan van Meerdervoort 19, een kleine
tentoonstelling gehouden over het pro
bleem der internationale samenwer
king.
Een uiteenzetting in het Britsche
Lagerhuis.
LONDEN, 9 April. (U.P.). In het La-
gerhuis heeft minister Cross erop ge
zinspeeld. dat de geallieerden de route
Nederlandsch-lndié naar Wladiwostok
zullen blokkeeren. In antwoord op een
vraag betreffende den export langs die
route zeide hij te kunnen verzekeren,
dat maatregelen in die aangelegenheid
werden genomen Vóór den oorlog
werd, wat betreft den uitvoer uit Ned.-
Indië van rubber en tin, geen melding
gemaakt van den uitvoer dezer artike
len naar Oost-Azië in de statistieken
van den Ned -Indischen handel, zoodat
deze verschepingen zeer gering geweest
moeten zijn In de vier eerste maan
den van den oorlog werden van Ned.-
Indië naar Aziatisch Rusland 3387 ton
rubber, tewaa-de van 1.746.000 gulden,
en 516 ton tin ter waarde van 903.000
gulden, verscheept
Ik moet hierbij opmerken, aldus de
minister dat gedurende deze periode
geen rubber van Ned.-Indië naar Rus
sische havens in Europa verscheept
werd, terwijl deze verschepingen in
1938 4800 ton bedroegen. De versche
pingen naar Aziatisch Rusland gedu
rende de vier eerste oorlogsmaanden
zijn dus vermoedelijk voor een deel te
beschouwen als zendingen, die onder
normale omstandigheden voor Europee-
sche havens bestemd geweest zouden
zijn.
linkerbeen kneusde. I
dienst vervoerde hem
huis aan den Zuidwal.
In den loop van gisteren
zijn door de politie-brandweer schoor
steenbranden gebluscht in de perceelen
Sinjeur Semeynsweg 263. Tullinghstraat
le en Linnaeusstraat 35.
Wegens het in staat van
dronkenschap besturen van een vracht
auto is gisteravond te omstreeks 8 uur
door de technische verkeerspolitie in
de Wilhelminastraat aangehouden de
53-jarige P. C. H.. van beroep chauf
feur. Hij werd ter ontnuchtering mede
genomen naar het bureau Louise Hen-
riëttestraat.
In Hotel des Indes heeft
zijn intrek genomen de korvetten kapi
tein baron Guichard, Fransch marine
attaché hier ter stede.
Nar wij vernemen is tot
voorzitter van de afdeeling van de Ned
Middernachtzendingvereeniging hier ter
stede als opvolger van dr. E. J. W
Posthumes Meyes benoemd ds. G. Bos.
predikant bij de Ned Herv. gemeente
alhier. Dr. Posthumes Meyes heeft deze
functie meer dan 30 jaar bekleed.
in veroand met de groote behoefte
aan leesstof, welke tegenwoordig noo-
'dig is, zoowel voor het eigen arbeids
veld, als voor de gemobiliseerden en
zeelieden, (ook in andere landen) doet
de afdeeling boekverspreiding van het
A.N.V nog eens een beroep op het pu
bliek om toezending van boeken, tijd
schriften enz. op elk gebied. Het adres
van het boekenhuis is Surinamestraat
28, telefoon 112508, postrekening
149431.
Ook voor den tweeden V.A.R.A.-
propaganda-feestavond, welke gisteren
in het Gebouw voor K. en W. plaats
vond, was de. belangstelling buitenge
woon groot. Als op den eersten avond
was ook nu weer de groote zaal tot
den nok gevuld met vrienden van den
Arbeiders Radio Omroep.
In een welkomstwoord sprak de
heer S. P. de Wolf, voorzitter van de
Haagsche federatie, daar zijn blijd
schap over uit.
Vervolgens zijn de aanwezigen aan
genaam bezig gehouden met een pro-
gramma, rijk aan verstrooiing en amu
sement.
Medewerkende waren de voortreffe
lijke V.A.R.A.-band „The Ramblers”,
onder leiding van Theo Uden Masman,
Albert de Booy, populair als immer en
zijn niet minder geziene collegia Peter
Pech.
Jack Gerlach, de bekende accordeo
nist, had een groote succes als plaats
vervanger van den refreinzanger Mar
cel Tielemans.
Met warm en herhaald applaus heeft
het auditorium dank gebracht voor het
uitstekende programma.
Voor de pauze werd het woord ge
voerd door het hoofdbestuurslid A. de
Vries, die zich hoofdzakelijk bezig hield
met het ingediende wetsontwerp inzake
een radiobelasting. Spr. zeide, dat
hiervoor dikwijls gewaarschuwd is.
doch dat vele luisteraars doof bleven
Het “aantal luisteraars in Nederland
wordt geschat op 1.200.000. Slechts
500.000 van hen steunen financieel een
het voor
mogelijk
van die
te bestrijden,
doch nu de omroepen voor nieuwe ta
ken en gewijzigde omstandigheden ko
men te staan, moeten de onwillige
700.000 mee gaan betalen. Als gewij
zigde omstandigheden haalde spr. o.m.
de auteursrechten aan. Werd voorheen
-per jaar 1200 aan de Buma betaald,
deze som bedraagt thans voor de vier
■omroepvereenigingen gezamenlijk per
jaar 125.000. De omroepzenders zijn
slecht en worden vernieuwd. De huur
van de nieuwe zenders zal aanmerke
lijk hooger zijn dan de ƒ75.000, welke
thans elke omroep jaarlijks betaalt.
Een nieuwe taak is opgelegd door de
Verzorging van den a.s. wereldomroep,
welke eveneens groote financieele offers
zal medebrengen. Op genoemde gron
den juichte spr. de indiening van het
wetsontwerp toe.
De studieconferentie „Beginselen van
Internationale Samenwerking, gericht
op een blijvenden Vrede” (Vredesop-
bouw) mag zich in een stijgende be
langstelling verheugen. De burgemees
ter. mr. S. J. R. de Monchy, heeft zich
bereid verklaard, bij de openingszit-
ting aanwezig te zijn.
Zooals bekend, wordt deze conferen
tie op Vrijdag 12. Zaterdag 13 en Zon
dag 14 April gehouden in Hotel Witte-
brug alhier. Inleidingen over verschil
lende aspecten der internationale sa
menwerking zullen gehouden worden
door prof. dr. N. B. Tenhaeff, mevr.
C. A. Kluijver, en de heeren G. M.
Nederhorst, Ed. van Cleeff, N. Stuf-
kens, dr. A. M. Meerloo en G. van
Veen. Als voorzitters der conferentie
zullen optreden mr. J. C. Baak en
prof. dr. J. Tinbergen.
Er steekt een hand in den kooimond,
een hand van een zeeman, dik vereelt
en gebruind. Die hand port mij wak
ker en een stem zegt gedempt:
Komt u er uit, 't lijkt niet heele-
maal pluis...
Hé... geen geeuw, geen rek, geen be-
l.agelijke omwenteling op de strooien
matras.
Niet pluis, en dan midden op een
oorlogszee. Ineens ben ik klaar-wakker
en naast de kooi.
„Schrik niet”, wordt nog gerustge
steld, maar die waarschuwing komt te
laat. Ik wil naar buiten, frissche lucht
inademen, zien wat er gebeuren gaat.
Hooren doe ik het niet. Vliegtuigen
zoemen over °n langs. Het geluid der
motoren overschreeuwt verre alle an
dere herrie aan boord.
En buiten op de brug is het bar
koud. De lucht lijkt wel bezaaid met
sterren. Helder branden de deklampen
op vlag en middenschip; die roepen ais
het ware den aanvaller toe: zie je het
nou nóg niet, wij zijn doodonschuldige
neutralen en willen alleen gebruik ma
ken van de „vrije” zee; die woorden
klinken nu als vloeken in deze omge
ving.
Bommenwerpers cirkelden over en
langs en de koude wind waait door
merg en been. De booten hangen reeds
buitenboord in de davits; één lus be
hoeft er maar iosgemaakt te worden
en ze zakken omlaag en het redding-
vlot ligt ook gereed om in te stappen.
Maar wat vermogen we hier tegen mi
trailleurkogels, of, nog veel erger, tegen
bommen?
„Indien geschoten wordt, allen plat
op de buik gaan liggen”, commandeert
de kapitein. Niemand spreekt tegen.,.
En we wachten op de dingen die
komen gaan. Nog altijd vliegt de hom
mer werper in onze omgeving. We vol
gen hem angstvallig 'n zijn vluchten.
Dan, een gil, een kreet, recht boven
ons wordt het toestel geopend, er valt
wat uit. We wenden het roer een beet
je, zoodat het te water móét vallen.
We zien vuur en vlammen. Een licht
bom valt naar omlaag, welke met haar
magnesiumvuur den geheelen omtrek
illumineert. In de klaarheid daarvan
overtuigt de piloot zich nogmaals of
we wel een Nederlandsch schip zijn.
Dan twee-, driemaal wordt laag-
overlangs gevlogen, stijgt het gevaarte
op, al hooger en hooger, het wordt een
behoud van de „Petrus Cornells”. We
weten wel ongeveer wat hij zeggen zal
we zijn een neutraal schip en varen van
een neutrale naar een neutrale haven.
Maar het gaat er nu vooral niet om,
wat men zegt, maar hóe men het zegt.
De kapitein knikt en wij knikken. Ieder
een gelooft, dat de „eerste” voor zulk
werk een geknipte kerel is. Het gesprek
neemt nogal even in beslag. De com
mandant duikt een oogenblik omlaag
en terwijl loeren de „Jantjes” schuw
rond, of mogelijk ook voor hen gevaar
mocht dreigen.
En dan, wonder boven wonder, de
commandant komt even later boven en
geeft de papieren terug. We mogen on
gestoord verder varen.
Nog voor de eerste stuurman een voet
aan boord gezet heeft, laat de kapitein
met een kist sigaren rondgaan en even
daarna smoken de lippen, die aan zelf
gedraaide piraatjes zijn verslaafd, een
havana zandblad van zegge en schrij
ven 10 cent per stuk. En een matroos
zegt stillekens aan dek tegen me
Ik was zoo bang, m’n vrouw verwacht
de eerste en ik moest aldoor aan haar
denken, ’t Valt nou niet mee voor
haarAlsof het voor de zeelui wél
meevalt
Wat verbergen die ruige ronde Hol-
landsche zeelui toch stuk voor stuk een
teerheid van hart achter hun vaak
schijnbare onbewogenheid.
Een paar uur later ontdekken we een
licht. En tegen den avond maken we,
ergens in Europa, in een veilige haven,
vast. Aan één ruk slapen we dien
nacht door. Maar in diezelfde haven
wachten de „Petrus Cornelis” nieuwe
orders van het kantoor. De „Petrus Cor
nelis” is een wildevrachtvaarder en
kent geen vaste route. De reederij
draagt haar nu op, ver weg, dwars
door de Noordzee, een vrachtje te gaan
halen. Wat denkt u vraagt de
kapitein. En we erkennen’t Is een
angstige reis geweest en dit bestaan, zoo
permanent geladen van de spanning, Is
moeilijk te dragen. Hij lacht even fijn
tjes en begrijpend. Dan besluiten we
maar over land naar huis terug te
keeren en we nemen een dag later twee
en twintig brieven mee voor moeders,
vrouwen en meisjes Want die Hol-
landsche zeelui, zitten met hun hoofd
en hart van den vroegen morgen tot
den laten avond, thuis en denken aan
wat hun lief is. Aan hun vrouw en hun
kind, hun moeder en hun meisje, aan
het veilige goede neutrale vaderland,
dat zij om den broode moesten verlaten
en daardoor duizenden anderen brood
en werk verschaffen.
Ja, nogmaals, het is een zeer, zéér
bar ding, varen in dit getij, door zeeën
vol mijnen en loerende dulkbooten. Ons
manvolk trotseert vandaag aan den dag
heel wat. Want, hun tot eer en ons allen
tot vreugdede neutrale vlag van Hol-
nog niet van de wateren ver-
Gisteravond hield de heer C. D. van
’t Hoff, leeraar M.O., in de bovenzaal
van het gebouw „Unitas” voor het
Plaatselijk Comité den Haag e.o. van
de Centr. van Vereen, van Personeel in
’s Rijks dienst, zijn tweede voordracht
over bovengenoemd onderwerp. Spre
ker behandelde de ontwikkeling gedu
rende het tijdperk 1830 tot 1900.
Een te Brussel opgetreden voorloopig
bewind, aldus ving spreker zijn voor
dracht aan, verklaarde den 4en April
1830 België onafhankelijk. Bij procla
matie van den volgenden dag maakte
de koning bekend, dat hij voortaan al
leen bedacht zou zijn op het welzijn
der Noordelijke Provinciën. In verband
hiermede deelde de koning in een bood
schap van 20 October 1830 aan de Sta-
ten-Generaal mede, dat de verminde
ring van het aantal belastingplichtigen
vereenvoudiging en bezuiniging op den
Staatsdienst noodzakelijk maakte.
Daartoe werd 23 October daaropvol
gende een Staatscommissie ingesteld.
Deze commissie wilde o.m. het aantal sche ontwikkeling en de voornamelijk
departementen tot 4 terugbrengen. Het
resultaat was echter gering. Slechts één
der voorstellen werd overgenomen.
Het tijdperk van 18151842 werd ge
typeerd door het persoonlijk bestuur
van den koning De ministers waren des
konings ambtenaren. De koning hand
haaft een persoonlijk regiem. De mi
nisters komen alleen met de Staten-
Generaal in aanraking voorzoover het
de indiening bij de Kamers en de ver
dediging betreft van de wetsontwerpen
Op het gebied van het bestuur hebben
de Kamers geen invloed. Het is het
tijdvak van de ministerieele onverant
woordelijkheid.
De Grondwetsherziening van 1840
brengt eenige wijziging. Wij krijgen de
beperkte ministerieele verantwoorde
lijkheid.
Daarna staat spreker stil bij de ont
wikkeling van het instituut van den
ministerraad en gaat achtereenvolgens
na de Kon Besluiten van 1823, 1842,
1850, 1862, 1875 en 1901. Ook hier
blijkt, dat, wat reeds bij den aanvang eerw. heer Henri de Greve zal spreken
van de vorige voordracht werd opge-