HAAGSCHE COURANT DE ZWARTE ORCHIDEE B i STADSNIEUWS Dinsdag 16 April 1940. V PARAAT ÓÓK NAAR BINNEN JUBILEA BIJ DE P.T.T. VIJFDE BLAD. zij gister- van ELOQUENTIA HAAGSCH CRISIS COMITÉ dit FEUILLETON. (Nadruk verboden.) bereids leeggebloed. Arme X,Wordt vervolgd^ De heer Quant benoemd tot lid van verdienste HAAGSCHE VRIJWILLIGE BRI GADE TOT REDDING VAN DRENKELINGEN R. K. KINDEROPERETTE-ENSEMBLE ..SPROOKJESLAND”. HAAGSCH COMITÉ VOOR VOLKSFEESTEN alsof te MUSEUM VOOR HET ONDERWIJS. Morgenmiddag te half drie uur zal in het Müseum voor het Onderwijs een film worden vertoond over de bevol king van Centraal-Afrika, gevolgd door een rondgang door de afdeeling Afrika van het Museum .Deze afdeeling heeft in de laatste jaren aanzienlijke uit breiding ondergaan, dank zij schenkin gen van eenige landgenooten en enkele Belgische instellingen en Musea. ALGEMEENE VERGADERING NEDER- LANDSCH INSTITUUT VAN MIDDEL BARE TECHNICI Hedenochtend werd op het Malie veld! alhier voor het front der troepen aan sergeant-kok A. Declemey de gouden medaille voor 36-jarigen trouwen dienst uitgereikt. VOOR 36-JARIGEN TROUWEN DIENST de voorzitter om komst. wereld plotseling in een diepe duister nis gehuld werd. Zaterdag a.s. houdt ir. W. W. v. d. Poel voor den „Bond voor Inter nationale Vriendschap”, ’s avonds een lezing in het instituut Scheevers aan de Valeriusstraat, over Japan. werden den aangeboden No. 17545 Filmvoorstelling voor de collectanten in den Princesse-Schouwburg Uit dankbaarheid voor den arbeid var. de dames- en heeren-collectanten, die zoo energiek hebben medegewerkt aan het welslagen van de voorj aars collecte, heeft gisteravond het Haagsch Crisis Comité hun daartoe door de directie van den Princesse-Schouwburg welwillend in de gelegenheid gesteld een filmavond aangeboden. De secretaris van het Comité zeide in zijn welkomstwoord, den heer Hugo Helm hartelijk dank voor zijn mede werking, waardoor zulk een mooie, cul- tureele film als die van het leven van Louis Pasteur kon worden vertoond. Het vertrouwen uitsprekende, dat de dames en heeren niet alleen bij een volgende gelegenheid zelf weer aanwe zig zullen zijn, doch ook voor uitbrei ding van het aantal collectanten zullen zorgen, wenschte hij den aanwezigen ’n genotvollen avond toe. De filmvertooning met het aardige bijprogramma had in het geheel bezette huis een geweldig succes. Oud-wethouder F. N. V. Quant heeft wegens drukke werkzaamheden van an deren aard ontslag genomen uit het Haagsch Comité voor Volksfeesten, waarvan hij sinds 1918 lid en sedert 1922 onder-voorzitter is. In de gisteravond gehouden vergade ring van het comité is de heer Quant benoemd tot lid van verdienste, als hulde voor het vele, dat hij in den loop der jaren ten behoeve van comité heeft verricht. Gisteravond heeft de „Unie van Joodsche Vereenigingen te ’s-Graven- hage en omstreken” in het administra tiegebouw der Israëlietische Gemeente aan de Nieuwe Molstraat, onder presi dium van arts E. Polak, haar jaarlijk- sche algemeene vergadering gehouden. De voorzitter deelde mede, dat, hoewel het bestuur in geruimen tijd niets van zich had laten hooren, het werk der unie toch regelmatig werd voortgezet. Spreker bracht hulde aan de nagedach tenis van wijlen den heer S. Huisman, een der oprichters der unie, die ver scheidene jaren voorzitter is geweest en zijn beste krachten aan de unie heeft geschonken. Het jaarverslag van den secretaris werd goedgekeurd. Tot leden der finan- .cieele commissie werden benoemd de heeren A. Kanis en B. Danser en mej. B. Meerloo. De aftredende bestuurs leden, de heeren arts E. Polak, voor zitter, A. Eshenazie en Jac. Haagman, werden bij acclamatie herkozen. Een langdurige bespreking had plaats naar aanleiding van het feit, dat het officieele orgaan der unie „Ha’Amoed” 1 Mei a.s. zal ophouden te bestaan. Morgenavond wordt in de Doopsgezinde kerk een Oecumenische Jongeren-bijeenkomst gehouden, uit gaande van de Oecumenische Vereeni- ging in Nederland (Wereldbond der Kerken) afdeeling ’s-Gravenhage. Ds. H. M. Kooyman, alg. secretaris U. C. S. V. zal spreken over „Doel en nut van de Oecumenische Jeugdbeweging. Vertoond zal worden een film over het Wereld Jeugd-congres te Amsterdam. 35) Kijk eens! Monroe wees naar links. De grond was daar vochtig en letterlijk bezaaid met voetafdrukken. Dadelijk daarop ontdekte Carson nog iets anders... vlak bij een plek, welke dicht beplant was met hooge biezen, was de aarde roodgekleurd. Bloed! mompelde hij. Er is hier iets gebeurd... kijk, daar is nog meer. Hij keek in den bergstroom, h:: daar een lichaam verwachtte zien. Maar Monroe vond het ergens anders. Het lag achter de biezen. Een Maleier lag daar met een gapende wond in de bruine borst... dood. Wah Su, fluisterde Carson. Hoe lang geleden, Monroe? Ik kan het niet precies zeggen... maar zeker niet meer dan twee uur. Zü gingen behoedzaam verder en stootten weldra op een anderen Malei er, eveneens dood, met een groote wond in de zijde. Toen zag Carson iets blauws tusschen het riet. S-sit! fluisterde hij. Wah Su... daarginds Monroe gluurde door het riet en zag een gedaante, gekleed in een hel-blau- Lezing mr. dr. L. E. Visser Zondagavond heeft mr. dr. L. E. Vis ser, president van den Hoogen Raad der Nederlanden voor leden en introducé’s der Joodsche vereeniging „Eloquentia” een lezing gehouden over „Het Kinder recht”. De waarnemende voorzitter, de heer R. Velleman, sprak in zijn ope ningswoord zijn voldoening uit over de zeer belangrijke opkomst en deelde te vens mede, dat dit de laatste bijeen komst van dien aard was in het win terseizoen en noemde den avond een waardig slot in de reeks lezingen die in dit seizoen door „Eloquentia” zijn gehouden. Mr. dr. Visser begon hierop zijn lezing met erop te wijzen dat het kinderrecht in twee beteekenissen kan worden opgevat, bevattende alle voor schriften omtrent het kind en een geheel aparte afdeeling van het recht. In het bijzonder heeft het be trekking op het verwaarloosde en mis dadige kind, hetwelk door spr. op zeer uitvoerige wijze werd toegelicht. Hij schetste voorts het ontstaan der Kin derwetten in 1901 en de invoering daarvan in 1905. De vreugde daarover in het land was zoo groot, dat men deze eeuw noemde de eeuw van het kind. In nauw verband stond daarmede het burgerlijk recht en het strafrecht. Spr. gaf een uitvoerig overzicht over het ontstaan van weeshuizen, gestich ten, jeugd-gevangenissen, tuchthuizen en noemde de namen dergenen, die zich in dat opzicht zeer verdienstelijk heb ben gemaakt als wijlen staatsraad Cort van der Linden, ds. Pierson, pater Hes- seveld, generaal v. d. Bosch, prof. mr. van Hamel e.a. Spr. wees voorts op het werk van de voogdijraden, het ont zetten uit en ontheffen van de ouder lijke macht; de civiele rechter en op de zeer belangrijke taak van den kin derrechter en van Pro Juventute. In Ik zou het bijna hopen. Maar ondanks alle haast gingen de uren voorbij, zonder dat zij ook maar de minste aanduiding van hun prooi te zien kregen en toch was het haast een onmogelijkheid, dat zij van dit pad zouden zijn afgeweken, want aan den eenen kant was een steile rots wand, terwijl aan de andere zijde de bergstroom vloeide. Waar is hij, voor den donder, ge bleven? sputterde Monroe. Hij zal ons nog een eind voor zijn. De Maleiers hebben wellicht een vervolging verwacht en zijn toen ach tergebleven om daarvan zekerheid te hebben. Nadat zij met Wah Su afge rekend hadden, hebben zij zich weer naar Armstrong gehaast, die zijn vlucht ondertusschen vervolgd heeft. Ja, die mogelijkheid bestaat. Hoeveel Maleiers waren er in het kamp? -Acht, geloof ik. Twee zijn er gedood, blijven er nog zes over... en Armstrong. We zul len het tamelijk volhandig krijgen. Zonder te stoppen om eenig voedsel te nuttigen, trokken zy verder. Hier en daar stuitten ze op een voetafdruk in de zachte aarde, maar geen levende ziel was te bekennen. Tenslotte, toen de schaduwen langer werden, bleef Monroe staan en veegde zich het zweet van zijn voorhoofd. Het gaat zoo niet langer, ik moet eerst iets te eten hebben. We hebben sinds vanmorgen nog niets genuttigd. Goed. Dan zal ik alleen wel door gaan. Neen, als je van plan bent te blijven doorloopen, dan zal ik wel over een paar uur sterven» De N e d e r 1 a n d s c h e Bond van Technici organiseert Vrijdagavond a.s. in de zaal „Unitas” aan de Prinse- straat een technischen voordrachts- avond met lichtbeelden. Tevens zal een geluidsfilm worden gedraaid over de petroleumindustrie en de techniek van motoren. Wij hebben destijds uiting gegeven aan veler misnoegen over de veel te lichte ^giraffen, welke werden opgelegd aan •*?geeringsambtenaren, die op schandelijke wijze hadden meegewerkt aan buitenlandsche spionnage, misbruik makende van hun ambtelijke positie, daarbij handelend tegen 's lands belang en zelfs hun geweten bezwarend met schuld aan den dood van Nederland- sche zeelieden. Wij hebben toen ook uiteengezet, dat helaas de wet, zooals dïè thans luidt, een zwaardere bestraf fing in dit geval niet mogelijk maakte. Wij hebben ons verheugd over de toe zegging van den minister van Justitie, dat hij spoedig een wetswijziging zou voorstellen om hierin verandering te brengen. Men zal dus begrijpen, dat wij ons thans nog meer verheugen over de in diening van het desbetreffend wetsont werp, omtrent welks strekking en in houd men elders in dit nummer wordt ingelicht. Wij vertrouwen, dat het met bekwamen spoed tot wet zal worden verhevenniet alleen omdat daardoor zal worden voldaan aan het gerecht vaardigde verlangen van alle rechtge aarde Nederlanders, die gruwen van zulk landverraderlijk bedrijf, maar ook omdat wij thans leven in een tijd van verbluffend snel tempo, waarin elke dag van beteekenis is en eventueel van beslissende beteekenis zal kunnen zijn. Men heeft de voorgestelde wetswijzi ging te zien als een schakel in de keten van maatregelen, welke noodig zijn om ons land te beschermen tegen van binnen-uit dreigende gevaren. De geschiedenis nu ook weer in Noorwegen leert ons, dat een land, hetwelk zijn onafhankelijkheid wenscht te hand haven en te verdedigen, niet slechts paraat moet zijn tegen de gevaren, welke van buiten-af kunnen opdoemen, maar evenzeer tegen die, welke binnen zijn grenzen sluimeren. Wij zijn overtuigd, dat onze Regee- ring hiervan volkomen is doordrongen- Staat onze weermacht dag en nacht paraat tegen elke verrassing, van welke vreemde mogendheid ook en onver schillig of zij van den land- of den zee kant komt, uitgebreide bewaking en militaire oefeningen in het binnenland getuigen, dat de overheid ook op dit punt waakzaam en paraat is. Dit brengt mee, dat men tegén landverraad en spionnage met groote gestrengheid moet kunnen optreden. Daarom, wij herhalen het, moge het ingediende ont werp zeer spoedig tot wet worden ver heven, opdat onbetrouwbare elementen zullen weten, waaraan zij zich bloot stellen als zij zich mochten vergrijpen aan 's lands belang. OPENBARE LEESZAAL EN BIBLIOTHEEK. De Openbare Leeszaal en Biblio theek is met de volgende nieuwe aan winsten verrijkt: Bein, A. Het Zionistische kolonisatie werk, 1940; Schuttel, L. Luftsperren; Sperrballone, Luftminen und Drachen, 1939; Kraus, E. H., and C. B. Slawson. Gems and gem materials; 3 d. ed. 1939; Veringa, H. Th., en L. W. Zweerman. Wij, jongens, maken onze cadeaux zelf! 1940, 4°; Norberg, I. Good food from Sweden; including the Smörgaasbord (cold cut buffet), 1939; Vöckers, O. Gias und Fenster; ihr Wesen, ihre Geschichte und ihre Bedeutung in der Gegenwart. 1939, 4°; Handboek voor het waterleidingvak; 1939; Fritz, F. Leuchtfarben; Geschichte, Herstellung, Eigenschaften und Anwendung, 1940; Weber, J. Alles over uw hond. 1940; Leitl, A., und K. Eichhorn. Die wach- sende Wohnung; der Ausbau der An- fangswohnung zur Wohnung der Fa milie, 1939, 4’; Visscher, B. J. De Ma- leische taal; volledige taalcursus voor Nederlanders, 1939; Rawlings, M. K. Jody en het hertejong, 1940 1937 waren er 11.448 voogdijkinderen; 381 ouders werden uit de ouderlijke macht ontzet en 460 ervan ontheven. De Staat gaf 3 millioen voor de voog dijkinderen, terwijl door de ouders 90.000 gulden werd bijgedragen. Het kinderrecht is een der belangrijkste in stituten van den Staat. De groote zorg is het misdadige en misdeelde kind zoo danig op te voeden dat het een nuttig lid van de maatschappij zal worden. Veel tijd gaat ermee verloren. Vele opofferingen moet men zich getroosten, maar het is een zegenrijk werk voor de kinderen in de eerste plaats, voor den staat en voor de maatschappij. De rede, die een buitengewonen in druk maakte, verwierf aan het slot een krachtig en langdurig applaus. De voorzitter dankte mr. dr. Visser voor zijn interessante rede, waarbij zich aansloot mr. M. Zeldenrust, eerevoor- ritter van „Eloquentia”. JOODSCHE DAMES BRIDGECLUB. Tot sluiting van het speelseizoen be legt de Joodsche Dames Bridgeclub „W.M.L.B.” (Winst Met Liefdadige Bestemming) op Zaterdagavond 20 April in Huize Voorhout een bijzondere bridgedrive, waaraan door de leden en ook door niet-leden kan worden deel genomen. Door verschillende firma’s zijn reeds nu fraaie prijzen disponibel gesteld. Het geheele saldo komt weder ten goede aan de armen en misdeelden. De Donderdag-speelmiddagen zijn reeds opgeheven. Vandaag herdenken de heeren Groen man, referendaris. Dalhuysen, Navis en Koster, commiezen bij het Staatsbe drijf der P.T.T., werkzaam bij de af deeling Geldartikelen, het feit, dat zij veertig jqar in dienst van dit bedrijf zijn. Met uitzondering van den heer Koster, die door ziekte verhinderd was tegenwoordig te zijn, zijn middag gehuldigd. Namens het personeel jubilarissen geschenken door de dames en heeren der afdeeling Geldartikelen en andere afdeelingen. De heer W. J. Perryn, als oudste amb tenaar van het bureel Geldzaken, ver tolkte de gevoelens van hoogachting en sympathie. Hun goede gezondheid draagt de belofte in zich, dat zij nog eenige jaren het Staatsbedrijf zullen kunnen dienen. De jubilarissen hebben voor de ge brachte hulde dank gezegd, vervolgens zijn zij met de heeren A. M. Parmet, referendaris, J. H. v. d. Waal, referen daris 2e kl., de commiezen C. Wisseker- ke, H. de Vries, J. de Jong Scherpings en J. C. Derksen, die eveneens hun achtste lustrum bij de P.T.T. herdenken, door den directeur, den heer G. Wolters, in diens werkkamer in tegenwoordigheid van den adj .-directeur en de chefs der verschillende afdeelingen ontvangen, waarbij de heer Wolters allen heeren mede namens den directeur-generaal zijn gelukwenschen aanbood en den wensch uitsprak, dat zij nog vele jaren hun krachten aan dit bedrijf zouden schenken. Van den heer Pieragen. die op op zijn jubeldag tevens den dienst ver laat, zoomede van de heeren J. H. v. d. Waal en Navis, die zulks op 1 Mei a.s. zullen doen, nam spr. tevens afscheid, de hoop uitsprekende, dat zij nog lang van een welverdiende rust zouden mo gen genieten. Referendaris A. M. Par met maakte zich tot tolk der jubilaris sen om den directeur voor zijn zoo zeer gewaardeerde woorden dank te bren gen. Hierna werd de thee geserveerd en bleef men nog enkele oogenblikken ge zellig bijeen. Aan de woning van enkele jubilaris sen zijn vandaag bloemen en geschen ken bezorgd. De voetafdrukken werden verscher. Ik geloof, dat we op het rechte spoor zijn, maar als je liever... Neen, ik zal het wel volhouden. Voorwaarts maar! Doch tot hun groote teleurstelling, bleven verdere voetsporen uit, of schoon de grond vochtig was. Weer voor den gek gehouden! Zij moeten de rivier overgestoken zyn. Een eindje terug was een doorwaad bare plaats, zeide Monroe. Ja, dat heb ik gezien. We zullen moeten omkeeren. We hebben nog maar een half uur voordat de zon on dergaat. Monroe, die doodmoe was, stemde „nolens volens” met het voorstel in en zij keerden op hun voetstappen terug. Carson liep voorop, in een tempo, dat Monroe niet kon byhouden. De haast, om de rivier over te steken vóór de duisternis inviel, deed Carson wel haast het bestaan van Monroe verge ten. Hij kwam tenslotte bij de door waadbare plek en vond op den grond zwakke sporen, welke zijn vermoeden bevestigden. De rivierbedding lag vol rotsblokken en een overgang leek niet zoo heel moeilijk. Zonder een seconde te verliezen sprong Carson van den eenen steen op den anderen en klom toen tegen den stellen rivieroever op. Tot zijn vreugde zag hy hier diepe sporen in de aarde en was de planten groei vertrapt. Boven gekomen, be vond hij, dat hij een vrij goed uitzicht- eenvoudig den schijn, alsof de heele had over den omtrek en toch zag hij geen enkel wezen. Toen hij verder doorgeloopen was, bereikte het geluid van krakend hout zijn oor. Het bloed sloeg hem in golven naar het hoofd. Zondagmiddag heeft in het Gebouw voor K. en W. een opvoering plaats ge had van de operette „Droomelijntje” in vijf bedrijven, door het R. K. Kinder- operette-ensemble „Sprookjesland” on der leiding van Anny, Dora en Truus van Kuijk, de autrices van genoemd sprookje. Als steeds, was er aan de enscenee- ring van dit sprookje de noodige zorg besteed. Zoowel de hoofdpersoon Droo melijntje als de overige jeugdige execu tanten hebben het publiek in de geestes sfeer van de sprookjeswereld, waar de fantasie het van de werkelijkheid wint, weten te brengen. De verschillende balletten door wa ternimfen, schelpenkinderen, regen druppels, hommels, appelbloesems, duif jes, matrozen e.d. uitgevoerd, gaven ’n artistiek spel van kleur en lijn en be weging te zien en te genieten. Na het eerste gedeelte zijn de drie bovengenoemde dames ten tooneele geroepen en door pater Kimman S.J„ directeur van het St. Franciscusliefde- werk 2, hier ter stede, gehuldigd voor de wijze waarop zij hun artistieke gaven bij voortduring in dienst van dit zooeven genoemd sociaal werk weten te stellen. Spr. deed zijn dank woord vergezeld gaan van de aanbie ding van fraaie bloemvruchten en an dere geschenken, terwijl het geestdrif tig publiek door langdurig applaus met de gesproken woorden van hulde en dank instemde. JAARVERGADERING UNIE VAN JOODSCHE VEREENIGINGEN we blouse, voorover liggen op een rots. Het was Wah Su... zijn lange staart hing in het water. Monroe wendde zich tot Carson, doch deze had het reeds gezien en tezamen ren den zij langs de bocht naar de rots. De grond in de nabijheid was als het ware met bloed doordrenkt. Dé oogen van Wah Su waren gesloten. Monroe draaide hem om en in zijn rug stak een lang mes... zijn eigen mes. Dood? vroeg Carson. Monroe opende een van de oogleden en voelde den pols. Gedurende ver scheidene minuten was hij er niet ze ker van of de Chinees al dan niet dood was, totdat een kleine beweging van de lippen hem zekerheid ver schafte. Hij leeft. De brandewijn... heb je die? Carson haalde een klein fleschje, dat hij voor de gelegenheid bij zich gestoken had, te voorschijn. Monroe goot met moeite een kleine hoeveel heid daarvan tusschen de lippen van den doodelijk gewonden man. Einde lijk trilden de oogleden en openden zich daarna, maar het was duidelijk, dat Wah Su geen van beiden herkende. Kun je niets meer voor hem doen, Monroe? Neen, hij heeft nog hoogstens één uur te leven. Het is een wonder, dat die wond hem niet dadelijk het leven kostte. Afgescheiden daarvan zijn de aderen duivel! Wah Su’s einde kwam nog eerder dan Monroe verwachtte. Een paar minuten later ging er een krampach tige siddering door zijn lichaam en de lippen bewogen zich. Carson leunde over hem heen. Wah Su, kun je my hooren? De oogen openden zich en bleven op het gelaat van Carson rusten. In de laatste seconde voor zijn dood kwam de lijder tot bewustzijn. Hij deed een krachtige poging om te spreken en dit gelukte tot op zekere hoogte. Jufflouw... met... Maleiers doo- den Wah... zien jufflouw en plobee- len... zij heel veel bang... Wah ont dekken Almstlong... hij... Zijn hoofd helde naar één kant, maar hij herstelde zich oogenblikke- lijk en trachtte zijn zin af te maken. Carson bracht zijn oor by de bewe gende lippen, maar geen enkel woord was hoorbaar. Een seconde later was Wah Su over de grenslijn gestapt. Dood! mompelde Monroe. Hij had ons iets belangrijks te vertellen. Een uur vroeger en dan zouden we dit waarschijnlijk verhinderd kun nen hebben. We zijn niet fortuinlijk. Toch geloof ik, dat Tresa veilig is en ons niet meer zoover vooruit is. Mon roe, wat moeten we hiermede doen? We kunnen het lichaam hier niet zoo laten liggen. We moeten het be graven en ons het oponthoud getroos ten. Carson knikte by wijze van goed keuring en het stoffelijk overschot van Wah Su, die in een poging om zijn meesteres te bevrijden, het leven gelaten had, werd op den zandigen ri vieroever ter aarde besteld- Beide mannen waren diep onder den indruk. En nu Armstrong achterna! gromde Carson. Ik heb zoo’n idee, dat je dit geweer noodig zult hebben, Monroe. toen hij realiseerde, dat hij vlak bij de vluchtelingen moest zijn. Daar hij bang was om de voor hem liggende open ruimte over te steken, maakte hij een kleinen omweg tusschen de boomen. Het door hem geconstateer de geluid werd steeds sterker... iemand scheen brandhout te verzame len voor een vuur! Hij bracht zijn geweer in den aan slag en verhaastte zyn schreden, ter wijl hy alles vermeed, wat zyn nade ring zou kunnen verraden. Een paar minuten later zag hij iets wits tus schen de boomen. Van achter een boom glurend, bemerkte hij, dat het een tent was. Dichtbij die tent was iemand bezig een vuur aan te leggen. Er waren nog twee andere mannen zichtbaar, die de bagage schenen uit te zoeken, op ongeveer tien meter daar vandaan. Hij wachtte in de hoop, dat Armstrong zich zou vertoo- nen... maar bovenal keek hij naar Tresa uit. Hij aarzelde om zonder Monroe verder te gaan en draaide zich om om te zien of deze nog niet aankwam. Tot zijn schrik keek hij vlak in het gezicht van een stevig ge- bouwden Maleier, die een knuppel bo ven zyn hoofd zwaaide. Carson aar zelde geen seconde en deed een uitval in de richting van ’s mans kaak. Hij was evenwel een fractie van een se conde te laat. De knuppel bereikte eerder doel. Hij voelde evenwel niets en ondervond ook geen pijn. Het had Zaterdag j.l. hield het Nederlandsch Instituut van Middelbare Technici zijn algemeene vergadering in Pulchri Studio. In rijn openingswoord stond de voor zitter, de heer E. W. de Jong, stil bij de bijzondere tijdsomstandigheden en wees er op hoe, wanneer het land in nood mocht komen, het corps middel bare technici als één man achter de Regeering zal staan tot handhaving en verdediging van ons onafhankelijk volksbestaan. De heer A. C. Vreugdenhil hield een referaat overDe erkenning van het corps Middelbare Technici in het alge meen en die van de Middelbare Tech nici bij de particuliere bedrijven in het bijzonder. De heer J. H. C. v. d. Lip gaf een uitvoerige uiteenzetting omtrent den stand der werkzaamheden in verband met de samenstelling van het Poly technisch Handboek, hetwelk een standaardwerk op technisch gebied be looft te worden. De heer J. A. Sorel, secretaris, gaf een uiteenzetting van de bemoeiingen van het N.I.M.T. om te komen tot een algemeen middelbaar-technisch diplo ma en de samenwerking te dien aan zien met andere instanties, die zich met de technische vakopleiding bezig houden. De heer J. J. Reynart besprak de samenwerking van het N.I.M.T. met in stellingen als het Bureau International de l’Enseignement Technique en de Nederlandsche Centrale voor de Vak opleiding. De voorzitter hield tenslotte een be schouwing over de plaats en het pers pectief van de middelbaar gevormde technici t.o.v. de academisch gevormde technici. Uit. het jaarverslag van den secre taris bleek, dat het ledental de 6000 snel nadert OUDERAVOND SCHOOL BOYLE- STRAAT 20. Een dezer dagen hield de school Boylestraat 20 in de gymnastiek zaal van de school Meidoom- straat, waar zij tijdelijk gehuis vest is, een ouderavond. Na het ope ningswoord van den voorzitter, het hoofd der school den heer van der Burgh, en het voorlezen van de notu len door den secretaris, speelde een ensemble op verdienstelijke wijze eeni ge populaire muzieknummers. Daarna las de secretaris zijn jaarverslag voor en gafde penningmeester een over zicht van het gevoerde financieel be heer over het afgeloopen jaar. Nadat de voorzitter nog eenige medeelingen betreffende de school had gedaan, werd overgegaan tot de verkiezing van twee leden van de oudercommissie, wegens de periodieke aftreding volgens rooster van mevrouw Deurloo, die zich niet herkiesbaar stelde, en den heer G. ’t Hart. Bij enkele candidaatstelling wer den bij acclamatie gekozen mevr, van Buren en de heer G. 't Hart Na de pauze volgden nog eenige nummers muziek, waarna de heer Francoys, onderwijzer dezer school, den avond met het vertoonen eenige komische films besloot Met een dankwoord aan allen voor het welslagen van dezen avond, sloot 11 uur de bijeen- Lezing over „de gevaren der zee” Ir. H. K. Meyer, heeft in de tuinzaal van „Ons Huis”, Prinsegracht gister avond voor de Haagsche Vrijwillige Bri gade tot redding van drenkelingen ge sproken over: „De gevaren der zee”. Men spreekt, leest en hoort zoo vaak over de gevaren der zee, dat menigeen ter door afgeschrikt wordt zee in te gaan. Wie echter een goed zeezwemmer en op de hoogte met de verschillende stroomen is, heeft weinig gevaar te duchten. Een goed zeezwemmer is iemand, die door de branding heen kan komen en minstens ’n half uur kan blij ven rondplassen. Van de eb- en vloed- stroomen moet men vooral weten wan neer de een in den ander overgaat. Dat is het gevaarlijke moment Een merkwaardig verschijnsel is de z.g. interverentie. De Golfstroom splitst zich bij Enge land in 2 takken. Deze twee takken ont moeten elkaar in de Noordzee. Dit sa mengaan noemen we interverentie en is het best waarneembaar tusschen Scheveningen en Kijkduin. Een gewel dig sterke stroom kan er het gevolg van zijn. Vervolgens sprak de heer Meyer nog over verschillende van deze stroo men, over banken en muren, waarbij hij tevens gelégenheid had eenige onjuist heden en verkeerde denkbeelden over het wezen van deze zaken naar het rijk der fantasie te verwijzen. Aan het slot van zijn interessant be toog wees spr. er op, dat de zee geen enorme massa water is, maar een wa termassa met een ziel, welke begrepen wordt door hen, die heel hun leven met de zee te maken hebben. Vlettermannen voorspellen b.v. met vrij groote zeker heid het weer uit de zee. Konden zij dat niet, dan zouden er veel meer van hun wrakke scheepjes vergaan. Hoe meer men de zee bestudeert, hoe meer men er van gaat houden, men kan er niet meer vandaan komen. Daarom staan zoovele menschen soms urenlang de zee in te staren. Zij zien er zooveel, dat voor een ander verborgen blijft. Na afloop der lezing was er gelegen heid tot het stellen van vragen en ver volgens werden nog eenige films ver toond. „Ons Strandleven” en S.O.S. Ypenburg”. H

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1940 | | pagina 17