in
De Engelsch-Italiaansche
verhouding in het
huidige conflict
DE ZWARTE
ORCHIDEE
Haagsthe Courant van Woensdag 24 April 1940
De waarschuwing van Churchill
RECHTZAKEN
STADSNIEUWS
WERKVERSCHAFFING
heer
kosten
de
op
FEUILLETON.
(Nadruk verboden.)
van
Wordt vervolgd. I
om ons terug te
BENOEMING EN ONTSLAG
LEERKRACHTEN
SOLDAAT SPEELDE MET EEN RE
VOLVER EN DOODDE EEN MEISJE.
Telen van bruine boenen en late
aardappelen op braakliggende
gemeentelijke bouwterreinen.
GEMEENTELIJK ELECTRISCH
BEDRIJF
DE VACATURE VAN WIJLEN
DS. A. B. TE WINKEL.
Naar wij vernemen, heeft ds. G. van
Veldhuizen te Kralingen eveneens be
dankt voor het beroep in de vacature
bij de Ned. Herv. Gemeente hier ter
stede, ontstaan door het overlijden van
ds. A. B. te Winkel.
HOFMEESTER VERDACHT VAN
MOORD OP ZIJN VROUW
ten laste gelegd. Bovendien wordt K.
er van beschuldigd, dat hij het lijk op
24 Juni heeft verborgen en weggevoerd.
Raad voor de Scheepvaart
DE „AMOR” VERLOREN GEGAAN
ZESDE BLAD, PAGINA 1.
MORGEN BEHANDELING VOOR DE
RECHTBANK.
Hoe de dader werd ontdekt
Bramenzoekers in de buurt van Bar
neveld, bij Terschuur, ontdekten in het
begin van Augustus, dicht bij den groo-
ten weg, onder het struikgewas een
grooten koffer waarin zich de romp van
een vrouwenlijk bevond, dat reeds in
vergevorderden staat van ontbinding
was. Het waschgoednummer, dat op de
kleeren in den koffer voorkwam, 273,
werd door de radio verspreid en daar-
po-
Morgen!
Ja. Ik kan ónmogelijk langer
blijven. De van Huydens zijn de vrien
delijkheid in eigen persoon, maar ik
ben nu weer beter... en moet weer op
weg.
Hij vermoedde, dat het haar bedoe
ling was om nieuws over Armstrong
in te winnen, en zijn oude antipathie
werd weer opgewekt. Steeds was het
Armstrong... Armstrong, die haar
klaarblijkelijk verlaten had in het uur
van het gevaar. Haar groote, onder
zoekende oogen schenen de smart, wel
ke hij leed, te doorgronden.
Er is zooveel, dat je niet be
grijpt, sprak ze zacht.
Ik zou wel vijftig keer door die
hel van vuur willen loopen, indien ik
daardoor op een tiende gedeelte van
de vragen, welke mij door het hoofd
gaan, antwoord kon krijgen.
En ik zou er mijn leven voor
over hebben om ze te kunnen beant
woorden, sprak zij met een onderdruk
ten snik. Doch het heeft geen nut...
ik moet morgen weg om te weten, wat
er gebeurd is... met hem.
Misschien moest ik je maar de
waarheid zeggen, sprak hij met tegen
zin.
De waarheid! Wat bedoel je?
Over den brand. Het was geen
ongeluk... het is expres aangestoken-.,
door Murcheson.
Zij verbleekte bij het hooien
den naam van den inspecteur.
Zij keek hem aan met wijdgeopende
oogen.
Je bedoelt om
drijven?
op meldde zich een vrouw bij de
litie met de mededeeling, dat dit het
waschnummer was van haar zus, die
sedert eenigen tijd spoorloos was ver
dwenen. De vermiste vrouw woonde in
de Pijnackerstraat. Haar echtgenoot, de
hofmeester K., had de woning echter
ontruimd. De meubels had hij verkocht,
zelf was hij weer naar Indië vertrok
ken In de woning werden op vele
plaatsen bloedsporen gevonden. Een
buurman vertelde, dat hij K. omstreeks
23 Juni had geholpen met net naar be
neden dragen van een zwaren koffer.
Bij die gelegenheid had hij tegen den
buurman gezegd: „Mn vrouw is er met
een ander vandoor. Ik heb nu m’n heele
hebben en houden maar verkocht”. Bo
vendien kwam nog uit, dat hij dien dag
een telegram had gestuurd naar familie
te Deventer, met de mededeeling, dat
hij een bezoek zou komen brengen. In
derdaad is hij naar Deventer gereden,
met den koffer in de auto, 's Nachts
parkeerde hijden wagen voor de woning
van zijn familie om den volgenden och
tend verder te rijden. Dien dag reed hij
langs Terschuur
punt zou staan, Zuid-Slavië aan te val
len (of in de moderne wijze van spre
ken „onder bescherming nemen”) en
van de Adriatische Zee een Italiaan-
sche binnenzee te maken, daarom be
hoeft men nog niet aan te nemen, dat
dit ook werkelijk zal gebeuren. Van of-
ficieele Londensche zijde geeft men
trouwens allerminst steun aan zulke
beweringen. Wat men hier als de hoofd
zaak beschouwt, is, Italië te behoeden
voor een vergissing in de machtsver
houdingen. Vandaar de waarschuwing
van Winston Churchill. Is zij in Italië
begrepen en ter harte genomen? Wij
weten het niet. Maar men heeft in
Londen steeds een hoogen dunk gehad
van de capaciteiten van Mussolini om
de werkelijke positie van het ©ogen
blik te beoordeelen en Italië’s kust is
even lang als kwetsbaar,
(Nadruk verbodenj
Tot zes maanden hechtenis
veroordeeld.
De Krijgsraad te Utrecht heeft
gistermiddag een 21-jarigen sergeant-
capitulant veroordeeld tot een hechte-
nisstraf van zes maanden, zooals des
morgens door den auditeur-militair
werd geëischt, daar de man eenlge
maanden geleden een meisje met een
revolverschot heeft gedood.
Tijdens de behandeling van deze
zaak door den Krijgsraad gistermorgen
kwam vast te staan, dat de soldaat met
een vriend en twee meisjes op een ka
mer had vertoefd. Voor de aardigheid
had hij zijn revolver getrokken.
Zijn vriend had hem gewaarschuwd,
doch even later richtte hij het wapen
opnieuw op het meisje. Plotseling ging
het schot af, waardoor het meisje zoo
danig werd gewond, dat het eenige d
gen later overleed.
De verdachte werd verdedigd doe
mr. J. W. Vieringa, die de uiterste cle
mentie had ingeroepen en bovendier
had gewezen op het blanco strafregister
van verdachte.
Persstrijd.
De persstrijd is nu dus in vollen
gang. Ik zeg met opzetpersstrijd,
omdat er tot dusverre niets is gebleken
van eenige démarche van den Brit-
schen zaakgelastigde te Rome om op
heldering omtrent de Italiaansche hou
ding te verkrijgen. De term „pers
strijd” moet verder ook niet worden
verstaan in dezen zin, dat de Engelsche
pers Italië vijandig gezind zou zijn. Zij
geeft alleen uitdrukking aan een ge
voel van teleurstelling en lichte erger
nis over de anti-Britsche campagne in
Italië. Voor het overige beperkt zij zich
tot speculatie’s omtrent de vermoede
lijke oorzaak van deze campagne.
Men kan in de laatste dagen wel
haast geen Engelsch blad meer open
slaan, of men vindt er artikelen in,
waarin de verhouding van Italië tot
den oorlog en de oorlogvoerenden
wordt besproken of waarin gegist
wordt naar hetgeen Mussolini thans
zal doen en wat de kansen van Italië
zouden zijn in een eventueel conflict.
Londen zelf heeft zich zeer actief be
zig gehouden met vraagstukken, waar
bij Italië ten nauwste betrokken is.
Hoewel wij er temidden van het strijd-
gerucht niet al te veel van hebben ge
hoord, hebben er veel vergaderingen
plaatsgevonden onder voorzitterschap
van lord Halifax met de gezanten uit
Athene, Belgrado, Boekarest, Boeda
pest en Sofia, bij welke besprekingen
ook de Britsche ambassadeurs te Rome
en Moskou tegenwoordig zijn geweest.
De positie van Zuid-Oost Europa en in
het algemeen van het Middellandsche
Zee-gebied is in deze conferenties
uiteraard een belangrijk onderwerp van
gesprek geweest, en in deze aangele
genheden stelt Italië minstens even
veel belang als Engeland. Indien men
echter in Rome nog eenigen twijfel
mocht hebben gehad omtrent de Brit
sche bedoelingen in dit deel van de
wereld, dan zou deze weggenomen moe
ten zijn door minister Chamberlain’s
verklaring, waarin hij zeide, dat de
Britsche regeering er alleen op uit
was, den vrede in den Balkan en in de
Donaulanden te bewaren en de veilig
heid in dat gebied te verzekeren. Geen
dier landen behoefde te vreezen, dat de
geallieerden ooit hun onafhankelijk
heid of integriteit zouden bedreigen.
góden, wat is die deken een prachtig
schild geweest!
Ja, voor mij.
Voor mjj ook.
Zij schudde haar hoofd, toen haar
oogen op de mouwen van de kamerja
pon vielen. Zij wist, dat hy daaronder
de gezwachtelde armen verborg, op
dat zij de waarheid niet zou raden.
Oh, maar ik weet het, zeide zij.
Je hebt vreeselyk geleden... en dat
alles om mij. Indien ik die rekening
maar eens kon vereffenend
Wat praat je toch voor onzin! Ik
ben net zoo goed door het vuur over
vallen als jij. Toevallig, dat... dat ik
jou daar tegen het lijf liep. Hoe staat
het met Monroe... wij raakten ge
scheiden. Ik hoop, dat hij er goed van
afgekomen is.
Dat hoop ik ook.
Maar vertel mij eens, hoe kwam
jtf daar zoo alleen? Was je van de
anderen afgescheiden?
Ja, door den rook. Ik... ik veron
derstel, dat je niets van... Armstrong
gezien hebt? Hij was mij vooruit, ge
loof ik.
Hij schudde zijn hoofd en trachtte
van onderwerp te veranderen, want
hjj vond het niet aanbevelenswaardig
haar de ware reden van den brand
mede te deelen en het doel daarvan.
Indien Armstrong niet door het vuur
gegrepen was, dan was hy toch door
Murcheson en zijn mannen gevangen.
Ben je van plan hier te blyven?
vroeg hy.
Neen. Dat is de reden, waarom
ik je kwam opzoeken, Morgen ga ik
naar Batavia.
42)
Carson keek naar zijn gezwachtelde
armen en ondervond een lichten schok.
Hy vond het niet prettig, dat zij hem
in een dusdanigen toestand zou zien en
toch kon hij den wensch om haar te
zien niet terugdringen.
Ik wil haar graag zien, antwoord
de j^ij. Maar niet in bed. Wilt u
mij even helpen met mijn kamerjas?
Dan zal ik in den armstoel gaan zit
ten
Zijn vriendelijke gastheer deed, wat
hem gevraagd werd en ging een paar
minuten later heen om Tresa te gaan
halen. Zij kwam eenigszins zenuwach
tig binnen, want het was de eerste
keer, dat zij hem terugzag na dien
verschrikkelyken tocht door den vuur
haard.
Ga zitten, verzocht hij haar,
Ik heb, sinds we hier aangekomen
zyn, erg naar je verlangd.
En ik naar jou, sprak zy fluis
terend. Oh, Ned, ik kan je niet zeg
gen, wat ik voel. Wat jy...
Praat daar niet over. Het voor
naamste is, dat jy geen litteekens
hebt overgehouden. Hy bekeek haar
hoofd. Geen enkel litteeken. Groote
Toekomst nog duister.
Aan speculatie’s over hetgeen er in
de toekomst zou gebeuren, moet men in
het algemeen niet veel waarde hechten.
Dingen, waarover het meest wordt ge
sproken, hebben soms de geringste
kans om te worden verwerkelijkt en
zeker is dit waar ten aanzien van de
politiek van de dictatoriale landen,
die steeds op een groote verrassing is
gericht. Al schrijft men dus in sommige
Engelsche kranten, dat Mussolini op het
B. en W. bieden den Gemeenteraad
de volgende voordrachten aan ter be
noeming van
een onderwijzer aan de openbare
school voor buitengewoon lager onder
wijs Hooftskade 194a1. P. Hendrikse,
onderwijzer bij het openbaar lager on
derwijs in deze gemeente2. W. H.
van Kampen, idem3. M. A. Koeman,
onderwijzer bij het openbaar lager on
derwijs te Dordrecht
een onderwijzeres aan de openbare
school voor buitengewoon lager onder-
De lezing van verdachte.
De hofmeester werd bij aankomst te
Batavia, aan boord van de „Johan de
Witt” gearresteerd en weer naar Neder
land teruggebracht. Hij verklaarde, dat
hij onschuldig was. Hij gaf toe, dat het
huwelijk verre van gelukkig was. Toen
hij na zyn laatste reis in Juni
uit Indië terugkwam, had hy ruzie met
zijn vrouw gekregen. Zij was tegen den
kachel gevallen, en verd. had den in
druk gekregen, dat zij dood was. In zijn
opwinding had hij haar eenige malen
met een keukenmes gestoken. In doods
angst had hij toen besloten het lijk in
gedeelten in twee koffers te bergen en
ergens op een afgelegen plek te verber
gen Deze tweede koffer is nooit
teruggevonden. Het is nog gebleken,
dat K. relaties had aangeknoopt met
een vrouw in Indië. Ook op de boot
had hij met een meisje een liefdesver
houding. Aan de vrouw in Indië had
hy gevraagd hem te willen schrijven
naar een hotel op het Damrak, waar hij
begin Juli „wanneer hij van zijn vrouw
af was”, zijn intrek zou nemen.
In het psychiatrisch rapport van dr.
S. P. Tammenoms Bakker en dr. F.
Grewel, wordt verd. toerekeningsvat
baar geacht, al wordt hij in vele op
zichten een infantiele persoonlijkheid
genoemd.
J. Clason, onderwijzeres bij het open
baar lager onderwijs, alhier2. mej.
G. E. Bloemendal, onderwijzeres bij
het openbaar buitengewoon lager on
derwijs te Zutphen3. mej. B. T. J.
van Looy, tijdelijk onderwijzeres bij
het openbaar lager onderwijs te
Kuinre.
Zij stellen den Raad tevens voor,
dat deze benoemingen op een nader
door hen te bepalen dag zullen ingaan.
De volgende leerkrachten zullen den
6O-jarigen leeftijd bereiken en overeen
komstig de bepalingen van de wet van
22 Februari 1936 in aanmerking komen
voor voorloopig pensioen. B. en
stellen daarom den Raad voor, met in
gang van 1 September 1940 eervol ont
slag te verleenen aan
1. mej. H. M. van Rijswijk,.als on
derwijzeres aan de openbare lagere
school de-Vliegerstraat 28 (school A)
2. A. van Dijke, als onderwijzer aan
de openbare lagere school Stortenbe-
kerstraat 10 3. mej. M. A. Dijkerman,
als onderwyzeres aan de openbare la
gere school Alexanderplein 144. R.
Baars, als onderwijzer aan de open
bare lagere school Galvanlstraat 43
5. H. Schaap, als onderwijzer aan de
openbare lagere school Deventersche-
straat 21.
Laatstgenoemde onderwijzer heeft
verzocht om ontslag als leeraar by het
avondnijverheidsonderwijs voor meis
jes, met ingang van 26 Augustus 1940,
terwijl mevrouw A. W. Winterdijk-
Bettink, thans wonende te Drachten,
ontslag heeft verzocht als onderwijze
res aan de openbare lagere school Ju-
lianastraat 42 (L.), met ingang van 1
September 1939.
B. en W. stellen den Raad voor, aan
beide leerkrachten eervol ontslag te
verleenen met ingang van de gevraag
de dagen.
'richten heeft Kort hierop is de be
kende rede van Ronald Cross, den En-
gelschen minister voor de economische
oorlogvoering, gevolgd, waarin hij kort
en goed zeide, dat Italië, indien het
als neutraal wenscht te worden be
schouwd, zich ook neutraal dient te
gedragen. Maar hier ligt nu juist een
van de moeilijkheden. De Italianen be
schouwen zichzelf niet als neutraal,
maar enkel als ,,niet oorlogvoerend”
een subtiele onderscheiding, welke
men hier wel begrijpt, maar uiteraard
allerminst waardeert.
Ja. We kwamen hem bij de ri
vier tegen. Hij was de kust langs ge
weest en had Armstrong’s boot ge
vonden en er beslag op gelegd. Hij
wist, dat jullie je ergens tusschen de
rivier en de kust moesten bevinden.
Hy had er genoeg van naar jelui te
zoeken en daarom kwam hy op dit
prachtige idee.
Hoe infaam! Onschuldige man
nen zouden daarby hebben kunnen om
komen.
Ik geloof, dat hy alle inlanders
uit de omringende kampongs gewaar
schuwd heeft en hy bezwoer, dat het
vuur hen niet zou bereiken, aangezien
om de dorpen een groote cirkel werd
uitgehakt. Hy berekende, dat de wind
het vuur vooruit zou jagen naar de
rivier en dat Armstrong het door
waadbare gedeelte zou moeten over
steken om te kunnen ontsnappen. En
daar posteerde hy zich.
Dus je gelooft, dat hij ontsnapt
is?
Ik weet het niet. Zoo gauw we
hoorden, wat hy gedaan had, zyn
we... we.,.
Jy herinnerde je myner en
kwam my te hulp. Ned, Ned, ik zal
dat nooit vergeten. Maar nu kan ik
nog niets doen... niets doen...
Zy zonk met haar hoofd in haar
handen en haar schouders schokten.
Hy boog zich over haar heen en raak
te haar zachtjes met zyn gezwachtel-
den arm aan. Zij hief het hoofd om
hoog en zag het, en tot zyn verwonde
ring drukte zy op dien arm een kus.
Tresa! riep hy verbaasd uit.
Ik?... ik?... Oh, moet ik die ver-
Monroe den invalide graag zou willen
zien. Carson slaakte een zucht van
verlichting, want hy had gevreesd,
dat Monroe iets was overkomen.
Laat u hem maar binnen, zeide
hy. Is hy gewond?
Daar ziet hy niet naar uit. Hij
kwam met den boodschapper terug,
dien ik naar het kamp gezonden had.
Toen Monroe binnentrad, zag Car-
son dadeiyk, dat hem niets mankeer
de. Hy liep op Carson toe en was op
het punt zijn hand te grijpen, toen hij
de zwachtels opmerkte. Hij ging zit
ten en keek verbaasd naar het bijna
kale hoofd van zyn vriend.
Ik ben bly, dat je het er
levend afgebracht hebt. Wat is er
gebeurd, nadat we van elkaar ge
scheiden raakten? Ik raakte er mid
den in en moest mij haastig terugtrek
ken, maar kon de doorwaadbare plek
niet meer bereiken en ben toen door
het water heengezwommen. Ik ben er
in leder geval heelhuids van af geko
men, maar jy...?
Ik ben er ook doorheen gekomen.
En Tresa... je hebt haar gevon
den, hoor ik?
Ja. Heb Je haar gezien?
Nog niet. Is zy nog hier?
Tot morgen. Ik had het geluk
haar te ontmoeten. Zij is erin ge
slaagd er zonder verwondingen vanaf
te komen. Maar, wat is er met Mur
cheson gebeurd? Heeft hij Armstrong
nog te pakken gekregen?
MUN IN DE NABIJHEID ONTPLOFT
De Raad voor de Scheepvaart on
derzocht gistermiddag de oorzaak van
het verloren gaan van het stoomschip
„Amor” van de K.N.S.M. Het 2325 ton
groote schip was met een bemanning
van 33 personen op weg van Colon via
Antwerpen naar Rotterdam. Op 11
Maart trof een ontploffing het schip
op 5 myi van Fairy Bank. Kapitein
Beuker verklaarde, dat hij op de brug
was, toen de ontploffing geschiedde.
Het was geen geweldige ontploffing,
maar een waterzuil viel over het schip,
waardoor het onmogelijk was de ge
volgen te ©verzien. De reddingbooten
waren buitenboord gedraaid. Aan
stuurboord was de groote sloep on
klaar, zoodat de geheele bemanning in
de boot aan bakboord plaats nam. Ook
deze sloep was volledig uitgerust met
extra-rantsoenen levensmiddelen, kom
pas en zeiltuig. De bemanning is spoe
dig aan boord genomen door het ler-
sche stoomschip „City of Bremen”, dat
in de nabijheid voer. Dit schip was op
weg naar Antwerpen, in Vlissingen zijn
de schipbreukelingen aan land gezet.
Op een vraag van den voorzitter van
den Raad, verklaarde de kapitein, dat
het waterdichte schot tusschen tunnel
en machinekamer zooveel mogelijk ge
sloten werd gehouden. Ook de machi
nist, de heer de Bas, gaf als zyn mee
ning te kennen, dat dit het werk niet
kan hinderen. Het controleeren van de
lagers vereischt slechts weinig tijd.
Gedurende die oogenblikken werd een
wacht bij dje deur geplaatst.
Ook de derde-stuurman, de
Kooyman, werd nog gehoord. Hy had
wacht op het oogenblik van de ont
ploffing. De heer Kooyman verkeerde
wijs de-Réaumurstraat 43 mej. E. G. in de meening, dat er twee ontploffin
gen hebben plaats gehad. Hij heeft ten
minste door de schokken twee salto’s
gemaakt, doch hy werd niet gewond.
Het uitzetten van de reddingboot was
niet gemakkelijk. Het schip maakte
slagzij aan stuurboord en daar waren
de booten vernield, zoodat de bak-
boordsloep moest worden gebruikt.
Naar omstandigheden is alles vlot ge
gaan.
De inspecteur-generaal voor de
Scheepvaart, de heer P. S. van ’t Haaff.
meende, dat bij dit ongeluk niet van
een drijvende mijn sprake kan zijn ge
weest. De ontploffing is dan heviger.
W. Men krijgt den indruk uit de verkla
ringen, dat de mijn het schip niet ge
raakt heeft, doch in de buurt ont
ploft is.
De Raad zal later uitspraak doen.
Heeft Italië haar
ter harte genomen
[(Van onzen correspondent.)
Londen, April.
Tusschen Engeland en Italië bestaat
nog steeds het vriendschapsverdrag
van 1938, maar vriendschap, zooals
zoovele andere dingen, moet van twee
kanten komen en men heeft in Londen
den laatsten tyd sterk het gevoel, dat
de Italiaansche regeering en de pers,
welke onder haar controle staat, nu
niet bepaald overvloeien van hartelijke
gevoelens. Vooral in de laatste dagen
is er sterk de nadruk gelegd op
deze Italiaansche verkoeling, welke,
naar men denkt, stamt uit den tijd
waarop Mussolini en Hitler hun be
kende ontmoeting op de Brennerpas
hadden. Het is voor buitenstaanders
niet gemakkelijk om te gissen, waarom
juist nu deze aangelegenheid zoo op
den voorgrond is getreden, maar het
is in ieder geval een feit dat de ge
beurtenissen in en rond Noorwegen
welhaast op den achtergrond geschoven
zijn in verhouding tot de publiciteit,
welke aan deze Italiaansche kwestie is
gegeven.
De houding van Engeland is duidelijk
genoeg. Dit land heeft geen belang bij
een conflict met Italië en in het eerste
halfjaar van den oorlog heeft men
zelfs alle moeite gedaan om aan de
Italiaansche regeering en pers geen
aanstoot te geven. Men zag in de hoofd
artikelen der kranten 1 zelden andere
dan uiterst vriéndelijke of in ieder
geval voorzichtige opmerkingen aan
het adres van Italië en de nieuwe
Italiaansche gezant, Bastianini, werd
hier met de allergrootste voorkomend
heid ontvangen. Zelfs in het sindsdien
gerezen conflict over de transporten
van Duitsche kolen naar Italië be
trachtte Engeland groote terughoudend
heid, al achtte men het hier noodzake
lijk voor de toekomst vast te houden
aan de volledige toepassing van de
Engelsche oorlogvoerende rechten ter
zee ook ten aanzien van deze trans
porten.
Deze tegemoetkomendheid is, althans
in de Italiaansche pers, niet beloond.
De berichten over Engeland en de En
gelsche oorlogvoering hebben meer en
meer het karakter van vijandigheid
jegens Engeland aangenomen. De ge
beurtenissen in Noorwegen zyn in de
Italiaansche pers welhaast zonder uit
zondering door den Duitschen bril be
zien. Dit alles is hier natuurlijk niet
onopgemerkt gebleven en hoewel er
hier nog steeds niet het geringste ver
langen bestaat om met Italië te twis
ten, gevoelt men blijkbaar, dat men
toch ook om het eens populair uit
te drukken niet over zich kan laten
loopen.
In dit licht moet men de waarschu
wingen bezien, welke twee Engelsche
ministers dezer dagen aan Italië heb
ben gegeven. Winston Churchill vond
het noodig te zeggen en het was,
gezien de berichtgeving in de Italiaan
sche pers over het verloop van den
strijd rond Noorwegen, zeker niet over
bodig dat de Britsche vloot nog
altijd sterk genoeg is om een oog te
houden op de Middellandsche Zee,
zelfs indien zij ook elders werk te ver-
Voor de Amsterdamsche rechtbank
zal zich morgen te verantwoorden heb
ben de 36-jarige hofmeester P. L. K.,
vroeger in dienst van de stoomvaart
maatschappij „Nederland”, wegens
moord op zijn vrouw Maria Johanna T.,
gepleegd op 22 Juni van het vorige
jaar in de echtelijke woning in de
Pynackerstraat aldaar.
Hij wordt er van beschuldigd op 22
Juni, na vooraf het plan beraamd en
het besluit te hebben genomen, zijn
echtgenoote opzettelyk van het leven
te hebben beroofd, door haar met een
mes zoodanige steken toe te brengen,
dat zij is overleden. Subsidiair is dood
slag en meer subsidiair zware mishan
deling den dood ten gevolge hebbende
Aan de vermeerdering van de natio
nale bodemproductie kan ook deze ge
meente medewerken, door tijdeiyk op
verschillende aan den buitenkant der
stad braakliggende gemeentelijke
bouwterreinen bruine boonen. en late
aardappelen te doen telen.
De totale oppervlakte van den te
betelen grond bedraagt ongeveer 20
h.a. Hiervan kunnen pl.nri. 15 h.a. met
bruine boonen en pl.m. 5 h.a. met late
aardappelen worden beplant.
Hierdoor wordt het mogelijk om een
aantal personen bij wijze van werk
verschaffing te werk te stellen. B. en
W. zouden dezen vorm van werkver
schaffing willen bestemmen voor door
krachtens de Armenwet ondersteun
den, die dan voor hun ondersteuning
moeten arbeiden, met toekenning van
een bijslag van 10 pCt. op hun steun
bedrag. Het aantal per week te werken
uren wordt voor ieder bepaald door
het steunbedrag in centen, vermeer
derd met den bijslag, te deelen door
45 45 cent is het uurloon, dat in de
werkverschaffing gebruikelijk is.
De duur van het werk wordt ge
raamd op pl.m. 23.000 man-dagen en
82,800, t.w. rond
75.300 voor ondersteuning en rond
7500 voor bijslag.
B. en W. vertrouwen, dat het be
stuur van den Gemeentelijken Dienst
voor Maatschappelijk Hulpbetoon zich
met een en ander kan vereenigen en
dat het bereid is de steunbedragen,
welke die dienst ook bij niet-tewerk-
stelling in deze werkverschaffing zou
moeten uitkeeren, voor zijn rekening
te nemen. B. en W. hebben bereids
het verzoek daartoe gedaan.
De kosten van den bijslag op den
steun zouden zij ten laste van de Ge
meente willen brengen.
Voor materialen als palen, draad,
kunstmest, poot- en zaaigoed, enz.,
wordt voor het eerste teeltseizoen
ƒ9800 noodig geacht. Voorts zijn noo
dig 2 loodsen voor schaft- en berg
plaatsen, alsmede eenige banken en
tafels, waarvan de kosten worden be
groot op 1000 zij kunnen worden ge
maakt door de Gemeentelijke Vakcur
sussen voor Werkloozen. B. en W.
hebben zich tot den minister van So
ciale Zaken gewend met het verzoek,
om in het bedrag van 1000 een Rijks-
bijdrage te verstrekken.
In totaal zal dus 18.300 beschik
baar moeten worden gesteld.
Naar de meening van B. en W. kan
de opbrengst van de teelt ter beschik
king worden gesteld van den Gemeen
telijken Dienst voor Maatschappelijk
Hulpbetoon ten behoeve van de verzor
gingshuizen. De uitvoering van het
plan zouden zy willen opdragen aan
den directeur van de Gemeentelijke
School- en Kindertuinen, in overleg
met den directeur der Gemeenteplant-
soenen.
Op grond van het vorenstaande ge
ven B. en W. den Raad in overweging,
aldus te besluiten.
Oprichting „N.V. tot Exploitatie van
Transportwagen»”
Voor het vervoer van zeer groote en
zware lasten, machine-onderdeelen e.d.,
bestaat hier te lande geen daartoe ge
schikte spoorwagen. De N.V. Trans-
formatorenfabriek W. Smit en Co. te
Nymegen bezit een wagen met een
draagvermogen van 50 ton, doch bo
vendien is er een noodig, welke lasten
tot 150 ton kan vervoeren. Eenige Ne-
derlandsche electriciteitsbedryven zijn
nu, behoudens hoogere goedkeuring,
in beginsel overeengekomen hierin ge
zamenlijk te voorzien door oprichting
van een „N.V. tot Exploitatie van Tran
sportwagens”, waaraan ook de Trans-
formatorenfabriek te Nymegen zal
deelnemen, terwijl zij voorts haar wa
gen van 50 ton draagvermogen daarin
zal inbrengen. Het maatschappelijk ka
pitaal zal ƒ300.000 bedragen, verdeeld
in 600 aandeelen van 500, waarvan
by oprichting 128 aandeelen worden
geplaatst en volgestort. De bedoeling
is, dat de gemeente ’s-Gravenhage
daarvan 12 aandeelen neemt, dus voor
ƒ6000 deelneemt.
B. en W. stellen den Raad mitsdien
voormede te werken aan de oprich
ting van de N.V. tot Exploitatie van
Transportwagens” en daartoe 12 aan
deelen van ƒ500 in de N.V. te nemen,
en hen te machtigen een vertegenwoor
diger der Gemeente bij de oprichting
van de bedoelde N.V. aan te wyzen.
schrikkeiyke rol maar steeds door
blijven spelen. Ik kan my voorstellen,
wat er door je hoofd moet gaan, wan
neer jy dat beziet met jouw oogen...
jy, die nooit zult kunnen begrijpen in
welk een mist ik moet blyven leven...
totdat...
Neen, neen... dat is een verschrik
keiyke gedachte. Je moet vergeten,
wat ik gezegd heb. Ik... ik wou alleen
maar komen kyken of je al aan de
beterende hand was, voordat ik je
verliet en om je te laten weten, dat
ondankbaarheid niet één van mijn ve
le fouten is.
En, ga je nu morgen?
Ik moet. Ik zal naar je komen
kyken, voordat ik vertrek... als ik ten
minste mag.
Spoedig daarop vertrok zy en van
Huyden kwam binnen om zich te over
tuigen, dat zijn invalide wel dadelijk
weer naar bed ging. Hy keek Carson
scherp aan, want hy begreep nog
steeds niet, welke verhouding er be
stond tusschen hem en Tresa. Maar
zyn vrouw begreep al spoedig, dat er
iets niet in orde was.
Juffrouw Dixon gaat ons morgen
verlaten, zeide hy. Wy zouden haar
graag een poosje langer hebben willen
houden, maar zy schynt erg benieuwd
te zyn, hoe het met haar vrienden
staat. Ik heb begrepen, dat die ook
door het vuur zyn overvallen.
Maar hy kreeg van Carson niets te
hooren en ging hoofdschuddend heen,
terwyi hy nog niets wyzer geworden
was. Later op den dag verscheen een
onverwacht bezoeker. Van Huyden
kwam mededeelen, dat een zekere dr,.