WILLY’S n AJR scheveningen
OPENING 1 MEI
en
Het slagkruiserplan
Regeling voorbereidend hooger
algemeen vormend
middelbaar onderwijs
Haagsche Courant van Maandag 29 April 1940
DERDE BLAD, PAGINA 1.
1
O
T
De Volksraad adviseert tot
aanneming
Streven
van
Moties-Thamrin
ingetrokken
Antwoord van den
Regeeringsgemachtigde
naar beperking
de leerstof
De eerste
groep
Voorbereidend hooger onderwijs
Algemeen vormend middelbaar
onderwijs
Zaterdagavond is in St. Anthonius-
hove te Voorburg overleden de heer
W. J. H. J. M. Keyzer, burgemeester
van Leidschendam.
BURGEMEESTER W. J. H. J. KEIJZER
OVERLEDEN
Weerkundige Waarnemingen
klasse wordt brug-
of voorbereidende klasse
De nationalistische fractie en de
Indonesisch nationalistische
onthouden zich van
stemming
Minister Bolkestein stelt voor drie typen van
lycea voor voorbereidend hooger onderwijs, en de
algemeene middelbare school met vierjarigen cursus
en de middelbareschool voor meisjes met vijfjarigen
cursus voor het maatschappelijke leven
F W
r-
Hier eveneens een brugklasse.
j
762| mm.,
uur:
den naam „lyceum” te ge-
over elf wordt gepau-
met vierjarigen cursus en de middel
bare school voor meisjes met vijfjari
gen cursus.
Het algemeen vormend middelbaar
dagonderwijs wenscht de minister dus
tot slechts twee schooltypen te beper
ken de algemeene middelbare school
Eén ongesplitste school met
klassieke opleiding.
Bij het gebruikelijke toelatings-onder
zoek, dat zich oorspronkelijk in hoofd
zaak op de parate kennis richtte, tracht
men in den laatsten tijd terecht ook
aandacht te geven aan de algemeene in
telligentie der candiduten
Echter zijn beide criteria niet vol
doende ter bepaling van de geschiktheid
der candidaten; daarbij behoort te ko
men een onderzoek naar de capaciteit
van geheugen, werktempo «n concentra
tievermogen. Maar voor de vaststelling
daarvan is een langere tijd noodig dan
bij het tegenwoordige toelatingsonder
zoek beschikbaar is. Daartoe óók zal de
voorbereidingsklasse moeten dienen
Het aantal lesuren kan zich voor deze
klasse tot 28 per week bepalen.
Uiteraard zal bij de vereeniging van
twee of drie der ontworpen lycea tot
eén schoolgeheel de eerste klasse de
zelfde kunnen zijn; immers het onder
wijs in elk dier eerste klassen is gelijk
Als lycea vereenigd worden.
Bij vereeniging van de in dit ontwerp
voorgestelde lycea moet in hun leerplan
vrijheid gegeven worden de eenheid van
het lyceum zooveel mogelijk te benade
ren, al zullen de eindexamens niet van
die der enkelvoudige lycea kunnen ver
schillen.
lyceum-A of gymnasium,
alzijdig klassiek onderwijs,
Het lyceum-B
Bij het lyceum-B (dat de tegenwoor
dige H.B.S.-B vervangt) is de mecha
nica gedacht als onderdeel van de.na
tuurkunde; de staatsinrichting als on
derdeel van de vaderlandsche geschie
denis, zijn staathuishoudkunde en boek
houden weggelaten en wordt de letter
kunde niet als afzonderlijk vak, van het
taalonderwijs gescheiden, gedacht
De waarde van het onderwijs aan dit
lyceum moet gevonden worden in het
op den voorgrond komen van het wis
kundige- en natuurwetenschappelijke
onderwijs.
Lyceum-C.
Bij het lyceum-C. geldt voor het on
derwijs in de natuur- en scheikunde
wat bij het lyceum-A. is opgemerkt.
Middelbare school voor
meisjes.
Voor den minister staat het vast, dat
de middelbare school voor meisjes dé
school behoort te zijn voor alle meisjes,
die naar een verdere ontwikkeling stre
ven, maar die niet zeer bepaald later
hooger onderwijs wenschen te volgen.
Ongetwijfeld behoort daartoe, nog meer
dan nu geschiedt, in deze school bij het
onderwijs in elk vak rekening gehouden
te worden met den vrouwelijken aanleg
en het vrouwelijk intellect.
Combinatie van deze school met an
dere schooltypen wanneer zij niet
door den nood geboden wordt is on-
gewenscht.
Ook hier heeft de eerste klasse het
karakter van brug-, voorbereidings- en
waarnemingsklasse, van waaruit over-
gang naar andere schoolsoorten moge
lijk is, doordat de omvang van het on
derwijs gelijksoortig is aan dien in de
eerste klasse der lycea.
handhaaft echter de meening,
aan de Inheemsche bevolking
ruimer plaats op de vloot
Weermacht en staatkundige ont
wikkeling.
Uitstel van behandeling
ongewenscht.
Barometerstand van hedenmiddag 12 uur
Barometer
v.m.
1Ü1
B;
Beperking van de leerstof
Wat de vakken van onderwijs der drie
ontworpen lycea betreft, bepaalt de mi
nister zich tot enkele losse opmerkin
gen. Bedoeling bij het vaststellen der
vakken was. hun aantal zooveel moge
lijk te beperken; in die beperking nog
verder te gaan, dan nu wordt voorge
steld, lijkt hem voorshands bezwaarlijk.
Meer nog dan in beperking van het aan
tal vakken lijkt hem de vruchtbaarheid
van het onderwijs gelegen in de beper
king van de leerstof van elk der vak
ken; beperking om tot verdieping te ge
raken.
Bij het lyceum-A wordt het onder
wijs in natuur- en scheikunde in één
vak genoemd
Basis voor „avondlyceum’
voor volwassenen.
De minister meent in het ontwerp al
thans een basis te moeten leggen voor
het z.g. „avondlyceum”. Hij verstaat
daaronder een inrichting van voorberei
dend hooger onderwijs, bestemd voor
hen, die op den gewonen schoolleeftijd
niet in de gelegenheid waren voorberei
dend hooger onderwijs te ontvangen,
maar die op tateren leeftijd daarvoor
lust en aanleg toonen. Deze onderwijs
instelling kan een groote scociale be-
teekenis hebben. Zulk een avondlyceum
zal een afzonderlijk leerplan vragen.
Als naam dier school acht hij daar
om niet handelsdagschool, maar
algemeene middelbare school met
vierjarigen cursus te verkiezen
haar karakter wordt daardoor het
meest benaderd. Vooral ook voor
deze school is naar beperking van
vakken gestreefd.
Verwachting tot den avond van 30 Apr.:
Wind: zwak tot matig, in het Noord
oosten tijdelijk krachtig, Zuidelijk tot
Oostelijk; betrokken tot zwaarbewolkte
lucht, met plaatselijke mist later tijdelijk
brekende bewolking, geen neerslag van
beteekenis.
De eerste klasse brug- of
voorbereidende klasse.
Veel nadruk wenscht de minister te
leggen op het voorstel, aan de eer
ste klasse van de genoemde school
typen en aan die van de hierbe
neden te behandelen scholen van
algemeen vormend middelbaar on
derwijs het karakter te geven
van brug- of voorbereidende klasse,
die daardoor kan aansluiten aan de
zesde klasse eener school van ge
woon lager onderwijs.
In deze voorbereidingsklasse zal bij
het geven van onderwijs de volle
aandacht moeten gegeven worden
aan de vraag, of de leerling geschikt
kan geacht worden voor het onder
wijs aan eenig type van lyceum of
van middelbaar onderwijs, dan wel
of dit moet afgeraden worden.
Tot het algemeen vormend middel
baar onderwijs behooren heden oan.
de hoogere burgerschool met driejarigen
cursus, de handelsdagscholen met drie-,
vier- en vijfjarigen cursus en de mid
delbare school voor meisjes.
De hoogere burgerschool met drie
jarigen cursus komt nog slechts in
kleine getale voor; andere schooltypen
kunnen het onderwijs dezer school ge
makkelijk opvangen.
Zij, voor wie deze school als voorbe
reiding dient voor verder onderwijs,
bijv, de middelbaar technische school,
zullen hun plaats vinden in de eerste
drie klassen van het lyceum-B., te eer
daar het onderwijs op dit lyceum voor
een aantal vakken in twee ronden ge
dacht wordt. Een groot percentage ech
ter van de leerlingen dezer hoogere
burgerschool treedt na den schooltijd
onmiddellijk in het maatschappelijk
leven; voor hen zal een betere plaats
ingeruimd worden op het hierna te be
spreken schooltype.
Weinig kosten voor het Rijk.
Kosten voor ’s Rijks schatkist zijn aan
de voorgestelde wijzigingen niet ver
bonden, behalve in den tijd van over-
gang.
Het Rijk zal echter aan zijn in lycea
om te zetten hoogere burgerscholen een
jaar meer schoolgeld innen.
De vier bijzondere handelsscholen
met driejarigen cursus, die thans nog
bestaan (openbare scholen van dat type
zijn er niet), zullen in algemeene mid
delbare scholen met vierjarigen cursus
niet kunnen worden omgezet.
Er is op gerekend, dat het wetsont
werp tijdig vóór 1 September 1941 tot
wet zal zijn verheven. Alsdan kan van
dien datum af het leerplan voor de
eerste klasse in overeenstemming daar
mede worden ingericht.
Voor de hoogere klassen zal overeen
komstig het oude leerplan onderwijs
kunnen worden gegeven. Op 1 Septem
ber 1942 zal het nieuwe leerplan in de
laagste twee klassen kunnen worden
toegepast en het oude voor de hoogere
van kracht blijven. Zoo geleidelijk voort
gaande zal op 1 September 1944 dè
nieuwe vierde klasse der handelsscholen
met driejarigen cursus, die in alge
meene middelbare scholen met vier
jarigen cursus worden omgezet, kunnen
worden gevormd en zal men op 1 Sept.
1946 de zesde klasse der lycea-B. en C.
kunnen vormen.
Op dezen datum zal ook de nieuwe
regeling der aan het bezit der getuig
schriften verbonden examenrechten in
werking kunnen treden.
Inwerkingtreding 1 Sept.
1941 voor de eerste klassen
Geen wantrouwen in de In
heemsche bevolking.
Spr. bestrijdt de conclusie van den
heer Moh. Yamin. dat er wantrouwen
zou bestaan tegen de Inheemsche bevol
king. Hij wijst er met voorbeelden op,
dat zeer belangrijke posten door In
heemsche onderofficieren worden bezet.
Van het ongeschikt verklaren van In
heemsche gegadigden, voor de marine
a priori is evenmin sprake.
Spr. wijst er op, dat de Regeering
slechts kan zeggen, dat, binnen de fi-
nancieele grenz<?n, in dezen tijd aan de
weermacht zal worden gedaan wat kan.
De Regeering is bereid de aandacht
van het opperbestuur te vestigen op de
wenschen van de Indo-Arabieren en de
Indo-Chineezen.
Er wordt dan een vergadering ge
houden van het College van Gedele
geerden, waarna om één uur de ver-
Overigens acht spr. het toch ook
voor de staatkundige ontwikkeling
♦an belang, wanneer de verdediging
in goeden staat wordt gebracht. Een
goede weermachtspolitiek zal meer
dan een zwakke ten goede komen aan
de staatkundige ontwikkeling van Ne-
derlandsch-Indië.
Aan de financieele zijde van het ont
werp wijdt de Regeering alle aandacht,
hoewel niet kan worden toegezegd, dat
over twee maanden alle positieve gege
vens kunnen worden overgelegd.
De opmerking van den heer Vas Dias
omtrent een vlootbouwfonds zijn gericht
tot het opperbestuur, zoodat de Regee
ring deze stilzwijgend voorbijgaat.
Spr. zet uiteen, dat de waterstand in
het Westervaarwater getoetst zijn aan
de gegevens voor zeer goede, eerste
klasse vlootbases, in het buitenland.
Spr deelt mede, dat een verschuiving
van de behandeling van het geheele
vlootplan naar de hoofdzitting, niet
raadzaam is, daar ook de Staten-Gene»
raal zich moet uitspreken, en bij uitstel
de moeilijkheden van aanschaffing en
de kosten van levering zouden worden
vergroot.
in de
doet een
het hui-
De aansluiting met het L.O.
Verder ontbreekt nog altijd de po
ging om door de organisatie van het
onderwijs de moeilijke kwestie van de
aansluiting tusschen het lager en het
voorbereidend hooger en algemeen
vormend middelbaar onderwijs nader
tot een oplossing te brengen, in bei
derlei opzicht wordt door de voorge
stelde wijzigingen een poging tot ver
betering gedaan.
De eerstgenoemde bezwaren vloeien
voort uit de bestaande organisatie der
schooltypen.
Ingediend is een nota van wijzigin
gen op het wetsontwerp tot regeling
van het voorbereidend hooger en het
algemeen vormend middelbaar onder
wijs.
Aan de memorie van toelichting is
het volgende ontleend:
Het door den toenmaligen minister
van Onderwijs, Kunsten en Weten
schappen ingediende ontwerp laat de
bestaande organisatie der schooltypen
van het desbetreffende deel van het
onderwijs in hoofdzaak onveranderd,
èn wat hun aard, èn wat hun aantal
aangaat. Echter bestaan hiertegen de
bezwaren, welke hieronder worden
besproken.
Aneta” meldt d.d. heden uit
Batavia; In de vergadering van den
Volksraad van hedenmorgen, maakte
het college een aanvang met de be
handeling in tweeden termijn van de
voorstellen tot versterking der mari
tieme defensie (het z.g. slagkruiser
plan).
De voorzitter vestigt er de aandacht
op, dat het nog niet vaststaat of de
door den heer Thamrin ingediende
motie reeds nu, dan wel in de a.s.
hoofdzitting van den Volksraad zal
worden behandeld.
De heer Kerstens (I.K.P.) is niet
geheel bevredigd door het antwoord
der Regeering. Hij heeft echter geen
bezwaar tegen uitstel van de behan
deling der financieele en economische
voorzieningen tot de hoofdzitting.
De heer Vas Dias (econ. Groep)
is door het antwoord der Regeering
geheel overtuigd. Spr. handhaaft ech
ter zijn standpunt, dat de
van een vlootbouwfonds
veiligheid zal geven. Ten
van de bevaarbaarheid
Westervaarwater is spreker
Wijziging B-afdeeling gymnasium en
H.B.S.-B.
De minister stelt in plaats van de
B-afdeeling van het gymnasium en de
H.B.S.-B. een ander schooltype voor:
een met de wiskundige en natuurwe
tenschappelijke vakken als onderwijs-
kern, maar mét latijn als één der an
dere voorname vakken.
Toegang tot alle faculteiten
en hoogescholen.
De minister wenscht aan het eind
diploma van deze school het recht van
toegang te verleenen tot de examens
van alle universitaire faculteiten en
alle hoogescholen. Deze school zal
toen echter daartoe niet mogen be
schouwen als bepaalde opleidings
school voor aanstaande medici, wis
en natuurkundigen, ingenieurs.
De minister wenscht ook de H.B.S.-
A., het derde school-type, in het ka
der van het voorbereidend hooger on
derwijs te handhaven.
De personeelsvoorziening.
Hij verzekert, dat voor een tekort aan
personeel niet behoeft te worden ge
vreesd, en geeft een opsomming van he*
aantal adelborsten, dat in de laatste ja-
ren naar Willemsoord is gegaan.
Omtrent den bouw van materieel en
van het dok in Indië kan de Regeering
geen positiever uitspraak geven dan in
eersten termijn.
Vervolgens wijst spr. er op, dat de
basis van de vlootversterking geenszins
is verlaten, zooals de heer Soetardjo
meende. Niet wij rekenen er op, dat een
eventueele agressor door een derde zal
worden aangevallen, doch de agressor
moet hiermede rekening houden.
De Regeering is bereid om door he*
geven van meer bekendheid, de dienst
neming van Inheemsche jongelieden
voor de officiersplaatsen te bevorderen,
De temperatuur moet rond de Bothni-
sche Golf nog zeer laag zijn, bij Oostelijke
luchtbeweging wordt namelijk koude
lucht uit Centraal-Rusland aangevoerd'
Deze koude lucht dringt ook naar onze
omgeving door over het Noordoosten van
ons land heerschte hedenmorgen een
krachtige Oostenwind Op het scheidings-
frcnt tusschen de Oostelijke en Zuidelijke
wind had Den Helder hedennacht 14 m.m.
neerslag.
Er schijnt thans over het Zuiden weer
eenige depressie-activiteit te bestaan.
Zonsopgang: 30 April 4.31 u.
Zonsondergang: 30 April 7.24 u.
Lantarens aan: 30 April tot 4.03
u v.m., 30 April 7.52 u. nam.
Hoogwater te Scheveningen.
30 April ’s m. 9 u.; nam. 9.30 u.
Morgen geen schietoefeningen op het
strand.
Tegen overlading van het
onderwijs.
Daar komt nog het volgende bij.
Vrij algemeen is het verzet tegen de
overlading op intellectueel gebied,
welke bij het voorbereidend hooger en
middelbaar onderwijs gevonden wordt,
onder meer zich openbarend in het
groote aantal vakken, dat op de scho
len onderwezen wordt, waardoor an
dere deelen van een harmonische vor
ming der leerlingen, de physieke, de
aesthetische, de religieuze in het ge
drang komen en het schoolleven bo
vendien te sterk het geheele leven der
leerlingen overheerscht.
Algemeene middelbare school
met 4-jarigen cursus.
Van drieërlei cursusduur zijn de nu
voorkomende handelsdagscholen met
drie-, vier- of vijfjarigen cursus. De
minister acht vooreerst den naam
handels dagschool verwarrend. Deze
school leidt allerminst uitsluitend op in
hoofdzaak voor den handel; zij leidt op
voor de menigvuldige eenvoudige be
trekkingen van het maatschappelijke
leven.
Wat den cursus-duur betreft, is het
wenschelijk een keuze te doeneen
vierjarige cursus is het juiste midden.
De bestaande handelsdagscholen met
vierjargien cursus hebben haar voor
treffelijke beteekenis bewezen.
De minister denkt zich deze gaarne
in grooten getale over het land ver
spreid, ook ten bate van die leerlingen
der tegenwoordige H.B.S. met 5-jarigen
cursus, voor wie het te sterk theoretisch
onderwijs dezer school te zwaar blijkt.
Deze vierjarige school kan een vaste
basis geven aan de voorbereiding voor
d? practijk van het leven, maar ook aan
die levenspractijk nog een deel van de
vorming der leerlingen overlaten.
Het evenwicht in de poli
tieke verhoudingen.
De heer Soetardjo (P.P.B.B.) is
niet ten volle voldaan. Hij releveert,
dat geen van de Inheemsche leden, die
bij de behandeling in eersten termijn
het woord hebben gevoerd, zonder
voorbehoud met het vlootplan zijn
meegegaan. Spr. vraagt zich af,
gadering van den Volksraad wordt
heropend en de Regeeringsgemachtig
de, de commandant der zeemacht vi-
ce-admiraal Helfrich, het woord
krijgt om te antwoorden op de opmer
kingen, gemaakt bij de behandeling in
tweeden termijn.
Spr. verwijst ten aanzien van het
verband tusschen het ontwerp en de
vraagstukken van staatkundigen aard
naar de memorie van antwoord
waarin de Regeering, uitsluitend om
dat zij het van zulk een urgent belang
acht, een beroep dóet op den Volks
raad om het ontwerp zoo spoedig
mogelijk af te doen.
Bovendien is een tijdperk van twe"
maanden toch niet zoo groot, dat men
er bezwaar in moet zien tegen uitstel
van discussie over de bedoelde
vraagstukken. Hetzelfde geldt ten
aanzien van de kostenverdeeling.
De minister heeft bij zijn voorstel
len betreffende een nieuwe organisatie
van het voorbereidend hooger en mid
delbaar onderwijs mede voor het oog
gestaan een bijdrage te leveren tot het
versterken van het echt klassieke on
derwijs. Daartoe denkt hij zich één
ongesplitste school: splitsing in twee
afdeelingen aan het einde werkt al
tijd in nadeeligen zin terug op een in
tegraal karakter der geheele school.
Het Lyceum-A.
Dit echt-klassieke onderwijs zal zich
niet mogen bepalen tot taal en lite
ratuur, kunst, wijsbegeerte, weten
schap en godsdienst der oudheid be
hooren daarin betrokken te worden.
Voor zoover leeftijd en ontwikkeling
der leerlingen dit mogelijk maken.
Zulk een humanistische vorming is
Vooral in de gematerialiseerde en ge
mechaniseerde maatschappij van he
den van onschatbare waarde.
Drie schooltypen voor voor
bereidend hooger onderwijs,
lycea.
De minister stelt voor voor elk der
drie typen van voorbereidend hooger
onderwijs
bruiken:
A. Het
met een
toegang gevend tot de examens van
alle hooger onderwijs (gemiddeld aan
tal lesuren per klasse 32 per week).
B. Het lyceum-B met Latijn, toe
gang gevende tot de examens in de
B-faculteiten, de economische en de
vereenigde faculteiten der universitei-
ten, en tot die der hoogescholen.
C. Het lyceum-C., toegang gevend
tot de examens in de economische, de
vereenigde faculteiten der universi-
teiten (echter niet in de physische
aardrijkskunde) en tot die der econo
mische hoogescholen.
Deze lycea kunnen een één-of meer
jarigen onderbouw gelijk hebben en
dragen dan den naam van „vereenigd
lyceum” (AB, AC, BC, ABC).
Het is de bedoeling, dat het gemid
deld aantal lesuren per klasse per
week bij de lycea B en C 30 zal be
dragen.
alhier v.m. 8 u. 7“'
12 u. 762$ mm.; thermometer resp.’
gr. en 11 gr. Celsius.
iarometer na hedenmiddag 12
stationnair.
waarom de Regeering geen andere
vertegenwoordigers heeft aangewezen,
ter beantwoording van sprekers op
merking met betrekking tot het be
leid van de Regeering ten aanzien van
de autochthone bevolking, waarop de
regeeringsgemachtigde uiteraard niet
kon ingaan.
Spr. heeft uit het antwoord van de
Regeering den indruk gekregen, dat
de basis van de vlootuitbreiding is
losgelaten, daar de Regeering blijkens
dit antwoord wel degelijk op hulp van
derden rekent. De indruk wordt ge
wekt, dat de Nederlandsche Regeering
vasthouden aan de zelfstandigheids-
politiek niet aandurft (Hierop komt
tegenspraak van de heeren Kerstens
en Smit).
Spr. betwijfelt of deze eenzijdige
maatregel” niet zal leiden tot ver
storing van het evenwicht
politieke verhoudingen, en
beroep op de Regeering om
dige beleid prijs te geven en te ver
vangen door een „vertrouwensbeleid”.
De heer Soangkoepon (I.G.N.) be
toogt, dat een werkelijke versterking
van de verdediging eerst kan worden
bereikt, wanneer aan de wenschen
van de autochthone bevolking is vol
daan. Spreker bepleit een onverwijlde
behandeling van de motie-Thamrin,
en verklaart, dat de daarin tot uit
drukking gebrachte wenschen z.i. on
verbrekelijk verband houden met de
landsverdediging.
De heer Moelia (C.S.P.) sluit zich
ten aanzien van de officiersopleiding
aan bij den heer Iskandar di Nata.
De heer Soeria Kartalegawa
(P.P.B.B.) zal niet nader ingaan op
de kwestie inzake de staatkundige
wenschen van de Inheemsche «bevol
king. Spr. komt terug op de kwestie
van een Inheemsche militie en be
toogt, dat het niet aangenaam is
voor de Inheemsche bevolking om te
worden behandeld naar de leuze „Bij
u over u, zonder u”.
Motie-Thamrin inzake de kos
tenverdeeling.
De heer Thamrin (I.N.G.) vraagt
zich af, of het nog nut heeft met de
Regeering van gedachten te wisselen
over de landsverdediging. Hij acht
het juist thans het goede moment om
over de kostenverdeeling te praten, en
dient een speciaal hierop betrekking
hebbende motie in. In deze motie
wordt het oordeel uitgesproken, dat,
behalve de aanbouwkosten, ook de ex-
ploitatie-uitgaven op de Rijksbegroo-
ting dienen te worden gebracht.
De heer Iskandar di Nata (Pasoen-
dan) betreurt het, dat aan de motie-
Soeroso van 1936 om de vermindering
van de Inheemsche personeelsbezet
ting ongedaan te maken, en aan de
motie-Soeroso van 1937 om de dienst
neming van Inheemsche jongelieden
te bevorderen, geen gevolg, is gegeven.
De heer Mochtar (N.F.-Parindra)
herhaalt, dat de Inheemsche bevol
king onverschillig staat tegenover het
vlootplan. Spr. is niet gerustgesteld
ten aanzien van de gelegenheid tot
dienstneming van Inheemsche jonge
lieden by de technische diensten.
De behandeling in tweeden termyn
van het vlootplan is in een zeer snel
tempo afgehandeld. De heeren Pra-
woto (P.P.B.B.) en Tadjoedin Noor
(I.N.G.) betoogden beiden nog, dat,
naast de militaire-, ook de economi
sche weerbaarmaking moet worden
aangevat.
Om kwart
zeerd.
instelling
grootere
aanzien
van het
minder
optimistisch dan de Regeering.
De heer Moh. Yamin (I.N.G.) is
door het antwoord van de Regeering
eerder teleurgesteld dan voldaan. Spr.
betoogt, dat de in den Volksraad aan
geroerde politieke kwestie ten nauwste
samenhangt met de vlootplannen zelf,
en zou in dit verband geen bezwaar
hebben om het geheele debat twee
maanden uit te stellen.
De heer Soekawati (P.E.B.) kan
zich in het algemeen met het stand
punt der Regeering vereenigen. Hij
dat
een
behoort
te worden ingeruimd. Ten aanzien van
de kostenverdeeling verklaart spr.,
dat het niet zijn bedoeling is geweest
om te betoogen, dat Indië zelf een
deel yan de bouwkosten zou moeten
dragen. Hij is in principe wel die
meening toegedaan, doch niet ten
aanzien van de thans voorgenomen
uitbreiding van de vloot.
De heer Mussert (B.B.) komt in
het kort terug op de personeelsvoor
ziening, alsmede op de Vraag of drie
slagkruisers wel voldoende zijn.
De heer Aldjoeffry (partijloos) is
wel voldaan over de verklaring van
de Regeering, dat zij niet afwijzend
staat tegenover het denkbeeld van
dienstneming van Indo-Arabieren,
welke voldaanheid echter wordt ge
temperd door de toevoeging, dat de
Inheemschen moeten voorgaan.
De heer J. A. van Helsdingen (I.
E. V.) vreest, dat het 40.000-tons dok
in Nederland zal worden gebouwd,
terwijl een vast dok veel goedkooper
is. Spr. wijst opnieuw op de waarde
van klein materieel, waarbij hij de
Duitsche militaire actie in Noorwegen
in herinnering brengt.
oc I
o F