Slachtoffer van moord te Delft
was
leerling-verpleegster
St. Joris-gasthuis
Haagsche Courant van Maandag 6 Mei 1940
^^3
fczr r
in
Overvallen
neergeslagen en eerst
en
sloot overleden
BINNENLAND
in
Dader
rijwiel
nam
en
handtaschje
mee
Politie staat
een
voor
raadsel
Nadere bijzonderheden
Aankoop van brandstoffen
De meening van minister de Geer
België, Luxemburg
Nederland
en
Bergen (Noorwegen)
Het radiogesprek met
ir. Mussert
DERDE BLAD, PAGINA 1.
Weerkundige Waarnemingen
Nederland kan Deenschen invoer in
België ovememen
Onderhoud met den
commissaris van politie
Het eeuwfeest van de
Haarlemmermeer
3
g
V
12
uur:
er
A
van
Koninklijke onderscheiding.
heer
Niet direct ongerust.
In ruil voor boter, vee en vleesch
worden staalproducten geleverd.
Herdenkingsbijeenkomst in het
polderhuis te Hoofddorp.
-
Niet met fietspomp neer
geslagen.
Het is een gewoon zwart handpompje,
waarmee de moord onmogelijk kan zijn
begaan. Daarvoor is het licht.
De schedel van het vermoorde meisje
is met zeer groote kracht ingeslagen.
Bevinden zich in goeden welstand.
Blijkens Zaterdag bij het departe
ment van Buitenlandsche Zaken inge
komen ambtsberichten bevinden zich de
binnen het consulaat Bergen (Noorwe
gen) woonachtige Nederlanders in goe
den welstand.
Barometerstand van hedenmiddag 12 uur
Het dunne pijltje geeft den stand aan
van gisteren.
Barometer
v.m.
Een aanwijzing?
Bij de politie komen uiteraard aller
lei mededeelingen binnen van men-
schen, die meenen, dat zij eenig licht
kunnen brengen in den mysterieuzen
moord
Verlichting langs Rijkswegen
gewenscht.
Zaterdagavond hebben wij nog eens
over den Rijksweg gereden en kunnen
constateeren, dat verlichting zoo-
als dit ook het geval is in het buiten
land alleszins gewenscht is. Zeer
zeker zou dit er toe kunnen bijdragen,
dat misdrijven als hierboven geschetst
niet kunnen plaats vinden. De ver-
keersbonden hebben reeds meermalen
gewezen op het euvel der onverlichte
groote wegen. Toegezegd is, dat tot
het plaatsen van lantaarns zou worden
overgegaan. Niet alleen om verkeers
technische redenen, doch ook om die
van de openbare veiligheid, is spoed
in de uitvoering der verlichting ge
wenscht.
zouden wijzen, dat zij naar beneden
is gesleurd. Wel was het gras op den
tweeden berm, welke naar den grooten
verkeersweg leidt, platgetrapt, maar
dit beteekent op zichzelf niet veel.
Wanneer de vermoorde vrouw, die vrij
forsch van gestalte was, door den dader
van den grooten weg af naar de sloot
is getransporteerd, dan moet hij haar
ook over de afrastering hebben getild
en het is vrijwel uitgesloten dat er
dan geen sporen op deze afrastering
zouden zijn achtergebleven.
Het gras op den tweeden berm kan
dus zeer goed op Hemelvaartsdag plat
getreden zijn, toen het ter plaatse bui
tengewoon druk is geweest.
Verwachting tot den avond van 7 Mei:
Wind, meest zwak, plaatselijk ochtend
mist, helder tot halfbewolkte lucht, droog
weer, weinig verandering in temperatuur.
u. 765 mm.,
mm.; thermometer resp.
In de sloot overleden.
De sectie zou, zoo wij wel zijn in
gelicht, hebben uitgewezen, dat
mej. M. in het water is overleden,
zoodat zij nog moet hebben geleefd
toen zij in de sloot werd gewor
pen.
Twee lezingen
Wat er zich na het vertrek uit Rot
terdam heeft afgespeeld, laat zich
vooralsnog gissen. Er waren aanvan
kelijk twee lezingen.
Uit het onderzoek, dat ook gisteren
den geheelen dag met onverminderde
kracht is voortgezet, zou gebleken zijn,
dat de eerste veronderstelling het
meest onwaarschijnlijk is.
De verpleegster is of door den dader
achterop gefietst en door eenige sla
gen tegen den grond gewerkt, of hij
heeft mej. M. staan opwachten en haar
van de fiets getrokken. Misschien
heeft het individu om gillen van zijn
slachtoffer te voorkomen toen het
meisjes op den grond lag, het bewuste-
^>os geslagen.
Mej. M. had Vrijdagavond om 12
uur binnen moeten zijn. Toen dit
echter niet het geval was, heeft men
zich in het St. Joris Gasthuis nog niet
direct ongerust gemaakt. Het komt
Over het bezoek, dat de Belgische
ministers van Landbouw en Economi
sche Zaken aan hun collega in Den
Haag brengen,verluidde te Brussel
naar het Hdbld. meldt, dat vooral de
situatie, die in België is ontstaan door
de bezetting van Denemarken, onder
oogen zal worden gezien.
België voerde uit Denemarken boter,
vee en vleesch in. Men hoopt, dat
Nederland die zal kunnen leveren. De
beduchtheid der Belgische land- en
tuinbouwers, dat Nederland België dan
overstroomen zal, hoopt men door een
vaststelling van minimumprijzen te
voorkomen. De minimumprijzen zou
den vooral voor bepaalde soorten
groenten moeten vastgesteld worden.
Aan Nederland zouden in ruil voor
vleesch en boter, producten der ijzer
en staalnijverheid geleverd kunnen
worden.
Men hoopt, dat het mogelijk zal zijn
de contingenteeringen in het belang
van beide landen soepeler te maken.
Onzekerheid, waar mej. M.
is vermoord.
De aanwijzingen waarover de politie
beschikt zijn uiterst sober, hetgeen
niet alleen de opsporing van den da
der bemoeilijkt, doch ook een recon
structie, hoe en waar het misdrijf zich
heeft afgespeeld, uiterst lastig maakt.
De verpleegster, mej. M., die in het
St. Joris-gasthuis (gesticht voor gees
teszieken) intern was, heeft zich Vrij
dag, op haar vrijen dag, naar familie
in Rotterdam, waar zij woont, begeven.
Tegen half elf ’s avonds is mej. M.
over het fietspad, dat langs den Rijks
weg loopt, teruggefietst.
van erkentelijkheid
eeniging een marmeren
aanbood ter plaatsing in
huis.
Het woord was daarna aan den mi
nister van Waterstaat, ir. Albarda, die
de Haarlemmermeer een monument
van de wilskracht en het scheppings
vermogen van ons volk noemde. Zij is
een door het volk zelf geschapen bron
van welvaart. Moge zij voor rampen
gespaard blijven en ook in de toekomst
de zetel zijn van een vrij en welvarend
volksdeel.
Zoo is gebleken, dat Vrijdagavond om
10 minuten over half 12 een heer en
dame in een auto, komende uit de rich
ting Rotterdam en op weg naar Delft,
bij de plek waar het lichaam is gevon
den, een forsch gebouwden militair zon
der kepi langs den grooten verkeersweg
hebben zien staan. Een fiets stond tegen
de afrastering aan. Zij hebben niet
kunnen zien of het een damesrijwiel
was.
De zeevisscherij.
Zaterdag waren twee stoomtrawlers
te IJmuiden binnen, waarvan er een
maar 1280 besomde. Dat is een zoo
bedroevende uitkomst in dezen tijd
met hooge molestpremles en dubbele
gages, dat er veel geld bij moet. Als
het niet beter wordt met de vissche-
rij, zullen er zeker stoomtrawlers op
gelegd worden. Nu al zijn er eenige
binnen gebleven.
Er vertrokken Zaterdag twee
stoomtrawlers en één logger ter vis»
scherjj.
Uit een gesprek dat wij hedenmorgen
met commissaris U. van der Zee had
den zijn ons nog de volgende bijzonder
heden ter oore gekomen:
Zaterdag had men eenige hoop spoe
dig tot de arrestatie van den dader te
kunnen overgaan, toen men hoorde dat
het slachtoffer vroeger verloofd was ge
weest en deze relatie verbroken had.
Di. bleek niet het geval te zijn en in
dit opzicht was ’..-•t leven van mej. M.
zelfs geheel en al een onbeschreven
blad. In deze richting kon dan ook
niet de minste aanwijzing worden ge
vonden, op grond waarvan het onder
zoek in een bepaalde richting verder
had kunnen bewegen.
Het succes van de politie zal zeker
niet in de laatste plaats afhangen van
de mededeelingen, die haar van het
publiek bereiken.
Op de plaats van de misdaad zijn
voorts reeds eerder gemeld, weinig spo
ren aangetroffen. Het slachtoffer heeft
waarschijnlijk, terwijl het in het water
lag, veel bloed verloren, maar aan
den slootkant was maar een klein plek
je waar te nemen.
Het gras was over een breedte van
nog geen halven meter platgetreden en
dit ka*n er op wijzen, dat er een wor
steling heeft plaats gevonden, maar er
moet rekening mee gehouden worden,
dat er op de plaats waar het lichaam
gevonden werd, al verschillende men-
schen hadden gestaan, voordat de po
litie arriveerde. Het gras van den
berm, welke naar het rijwielpad leidt
waar mej. M. waarschijnlijk overval
len is, was niet platgetrapt en vertoon
de ook verder geen sporen, welke erop
De mogelijkheid bestaat natuurlijk,
dat de dader de fiets van zijn slacht
offer ergens in de buurt weggeworpen
heeft.
De politie heeft de heele omgeving
afgezocht, maar geen damesrijwiel kun
nen vinden. Wanneer de man inderdaad
met twee fietsen is weggereden, dan
zou het toch wel toevallig zijn, indien
dit de aandacht van geen der andere
fietsers getrokken zou hebben. Daarom
hoopt de politie, dat haar in dezen zin
mededeelingen zullen bereiken, die al
thans omtrent de richting, waarin de
man verdwenen is, aanwijzing geven.
Donderdagmiddag en Vrijdag
vrij geweest.
Het vermoorde meisje, dat ongeveer
anderhalf jaar in het St. Joris Gasthuis
werkzaam is geweest, heeft Donderdag
middag en Vrijdag vrij gehad. In Rot
terdam heeft zij verschillende visites
afgelegd en uit de gesprekken, die zij
daar voerde, is niets bijzonders geble
ken. Zij was volkomen normaal en zich
van niets bewust. Bij de pas gekochte
fiets, waarop zij naar Delft terugreed,
was nog geen pomp. De bij de sloot
gevonden pomp kan dus niet van haar
rijwiel afkomstig zijn en heeft vermoe
delijk behoord tot de fiets, die de moor
denaar bij zich had.
Laat in den middag heeft de Delftsche
politie, zooals reeds gemeld, Zaterdag de
identiteit kunnen vaststellen van het
stoffelijk overschot van de jonge vrouw
dat in den vroegen morgen van denzelf-
den dag in een sloot, welke loopt langs
den afrit van den Rijksweg Den Haag
Rotterdam, in Delft door de arbeiders
Boekee en Dollekens is gevonden.
Het slachtoffer is de 26-jarige leer-
Hng-verpleegster G. Melaard, werkzaam
in het St Joris-gasthuis te Delft, die
door krachtige slagen op het achter
hoofd, vermoedelijk met een ijzeren
staaf, op gruwelijke wijze om het leven is
gebracht.
Ondanks de ijverige nasporigen, welke
zich uitstrekten over verschillende
gemeenten, is men er helaas nog niet
in kunnen slagen, den dader van dit
laffe misdrijf te arresteeren.
Verbruikers moeten ontvangstbewijs
teekenen
Op grond van de desbetreffende voor
schriften van den directeur van het
Rijkskolenbureau, mogen gedurende
het tijdvak van 1 Mei tot en met 30
September 1940 door handelaren aan
hun afnemers niet meer vaste brand
stoffen worden verkocht of geleverd
dan de helft van de door deze afne
mers in de maanden April 1939 tot en
met Maart 1940 van den betreffenden
handelaar ontvangen hoeveelheid.
Met vaste brandstoffen worden hier
bedoeld steenkolen, steenkoolbriketten,
cokes, bruinkolen, bruinkoolbriketten
en petroleum cokes.
Ter naleving van deze bepaling is de
verbruiker verplicht een ontvangstbe
wijs te teekenen, waarop de naam en
het adres van den verbruiker, alsmede
de leveringsdatum, en de hoeveelheid
en soort der geleverde brandstoffen zijn
vermeld.
Het publiek wordt verzocht aan de
uitvoering van deze voorschriften ten
volle zijn medewerking te verleenen.
Een resolutie waarin op samenwerking
wordt aangedrongen.
De heer P. H. Spaak, Belgisch minis
ter van buitenlandsche zaken en van
buitenlandschen handel heeft Zater
dagochtend in audiëntie ontvangen de
heeren L. Graux, Bald. Steverlynck, P.
Ectors, G. Dailly, J. B. Vink, resp.
voorzitter van het centraal nijver-
heidscomité van België, het Vlaamsch
Economisch verbond, de kamer van
koophandel van Brussel., de kamer van
koophandel van Antwerpen, de Neder-
landsche kamer van koophandel voor
België en Luxemburg, te Brussel.
De delegatie, geleid door den
Ph. van Isacker, oud-minister en voor
zitter van de Belgisch-Luxemburgsche
delegatie van het permanent econo
misch comité, heeft den minister het
besluit overhandigd, hetwelk werd aan.
genomen op de Hollandsch-Belgische
samenkomst, welke georganiseerd was
ter gelegenheid van de jaarlijksche al-
gemeene vergadering van de Neder-
landsche kamer van koophandel voor
België en Luxemburg, op 30 Maart j.L
In dit besluit wordt de wensch uit
gesproken, dat de regeeringen der be
langhebbende landen gemeenschappe
lijk handelend opdracht geven ieder
voor zijn respectievelijk land aan
een of meer personaliteiten, waaron
der hoogere ambtenaren: te bestudee-
ren, in nauwe samenwerking met de
bestaande organisaties, o.a. met de
permanente economische Nederlandsch-
Belgisch-Luxemburgsche commissie de
meest practische wijze waarop dit pro
gramma verwezenlijkt kan worden, en
binnen den korst mogelijken tijd, rap
port uit te brengen aan hun respectieve
regeering.
De delegatie heeft zich vervolgens
begeven naar baron Ph. van Harinxma
thoe Slooten, buitengewoon gezant en
gevolmachtigd minister van H.M. de
Koningin, evenals naar graaf G, de
Marchant et d’Ansembourg, zaakgelas
tigde van het groothertogdom Luxem
burg te Brussel, om genoemd besluit
te overhandigen.
Het gebied van hoogen luchtdruk over
Portugal verplaatste zich naar Frankrijk,
en reikt thans reeds over het Zuiden van
ons land Als gevolg van het feit, dat de
lucht gisteravond in ons land opklaarde,
kwam vannacht veel stralingsmist voor
en werd de temperatuur in het Oosten
van het land laag. De depressie over
Midden-Europa, Italië en den Balkan
vult zich thans op. Bij de Azoren ligt een
vrij diepe depressie; het weer is i
buiïg, de temperatuur vrij laag.
Zonsopgang: 7 Mei 4.18 u.
Zonsondergang: 7 Mei 7.36 u.
Lantarens aan: 7 Mei tot 3.49 u.
v.m.; 7 Mei 8.05 u. nam.
Hoogwater te Sche veningem
7 Mei ’s morgens 2.40 u.; nam. 3 u.
Morgen geen schietoefeningen op het
strand.
Volgens de eerste hypothese zou
de verpleegster onderweg opge
wacht en tegen den grond gesla
gen zijn, waarna de dader mej. M
zou hebben meegenomen in een
auto en haar in de sloot langs den
afrit hebben gedeponeerd; volgens
de tweede is het slachtoffer bij de
plek zelf, waar het stoffelijke over
schot is gevonden overvallen. In
dit laatste geval houdt men vast
aan de mogelijkheid, dat de dader
per rijwiel is geweest, of na zijn
wandaad er op de fiets van mej.
M. van door is gegaan met mede
neming van een handtaschje waar
in zich eenig geld bevond en dat
toebehoorde aan een van haar zus
jes. Noch het rijwiel, noch het
handtaschje is teruggevonden.
De politie acht het thans het waar
schijnlijkst. dat mej. M. is opgewacht
en overvallen door een onguur indivi
du, dat eenvoudig op den loer lag om
de eerste de beste voorbijganster, die
binnen zijn bereik kwam aan te ran
den, al wordt de mogelijkheid, dat zij
in Rotterdam iemands aandacht ge
trokken heeft en vandaar af is gevolgd,
niet geheel verworpen.
Voor de eerste veronderstelling
pleit het feit, dat eenige weken ge
leden op denzelfden weg, dicht bij
Rotterdam, eveneens een meisje
tegen het vallen van de duisternis
onverhoeds door een man aange
vallen en met een hard voorwerp
op het hoofd geslagen is. Zij begon
hard te gillen en trok zoodoende
de aandacht van eenige tuinders,
die haar te hulp snelden. De aan
rander heeft toen ijlings het hazen
pad gekozen.
Het meisje was zóó overstuur, dat
zij geen enkel signalement kon opge-
ven en evenmin bij benadering kon
zeggen, met wat voor voorwerp zij ge
slagen was. Ook later schijnt zich op
den weg nog een overval te hebben af
gespeeld, doch hiervan is blijkbaar
geen aangifte bij de politie gedaan.
Het blijkt intusschen wel, dat de
route den laatsten tijd door het een of
andere ongure individu onveilig werd
gemaakt.
Zooals gezegd, de politie staat voor
een moeilijke taak. Zelfs de volgorde
van de verschillende geweldshandelin-
gen, die op mej. M. zijn gepleegd, kan M
niet met zekerheid worden vastgesteld. De Nederlanders in net consulaat
Het feit, dat eenige kleedingstukken
naast het lichaam van het vermoorde
meisje in de sloot werden aangetrof
fen, versterkt zeer het vermoeden, dat
althans één phase van het afschuwe
lijke misdrijf zich heeft afgespeeld bij
de plek, waar het lichaam gevonden
werd.
Het stoffelijke overschot is door de
justitie vrijgegeven.
Spr. deed den dijkgraaf mededeeling
van zijn benoeming door H. M. de
Koningin tot officier in de orde van
Oranje-Nassau en bood het teeken van
die onderscheiding aan.
Vervolgens onthulde spr. het door de
„Vereeniging tot bevordering van de
belangen van den Haarlemmermeer-
polder” aangeboden gedenkteeken.
De marmeren gedenksteen bevat de
woorden „Ter herinnering aan het feit,
dat op 5 Mei 1849 de eerste spade voor
de droogmaking in den grond is ge
stoken”. Daaronder zijn de namen van
het bestuur en van de heemraden van
den polder gegrifd.
Tenslotte werd nog gesproken door
den commissaris der Koningin in
Noord-Holland, mr. dr. A baron Röell
en door den dijkgraaf van Rijnland,
mr. P. A. Pijnacker Hordijk.
De genoodigden maakten een rond
rit door de Haarlemmermeer. Tijdens
den tocht werd afgestapt bij Lijnden,
welk gemaal werd bezichtigd. Onge
veer een uur waren de gasten bij het
polderhuis terug, waar zij aanzaten
aan een gemeenschappelijken koffie
maaltijd.
De bemodderde fietssporen.
Op het tegelpad zijn naar men weet
bemodderde fietssporen gevonden,
die wezen in de richting Rotter
dam. De veronderstelling is geop
perd, dat die even goed afkomstig
kunnen zijn geweest van de rijwie
len der beide mannen, die het
lichaam van de vermoorde vrouw
's morgens vroeg in den sloot aan
troffen. Dit wordt door de politie
echter niet aannemelijk geacht. Om
6 uur ’s morgens, was het zeer mod
derige spoor nog half nat.
Geen aanleiding tot maatregelen.
Het Tweede-Kamerlid van der Goes
van Naters had in verband met een
radiogesprek, gehouden tusschen een
Amerikaansche correspondente en ir.
Mussert de volgende schriftelijke
vragen aan den voorzitter van den Mi
nisterraad gesteld:
Is het der Regeering bekend, dat
een Amerikaansche correspondente via
het Columbia Broadcasting System een
vraaggesprek met ir. A. Mussert, ver
antwoordelijk leider van de Nationaal
Socialistische Beweging, blijkbaar met
diens toestemming, heeft wereldkundig
gemaakt?
Is het der Regeering bekend, dat
in dat gesprek ir. Mussert op de vraag
of de Nederlandsche nationaal-socialis-
ten ingeval van een buitenlandschen
inval al of niet voor hun Koningin zou
den vechten, heeft doen weten, dat zij
in dat geval absoluut niets zouden
doen, alleen de armen over de borst
kruisen?
Heeft de overweging van een en
ander de Regeering tot de conclusie ge
leid, dat door dit antwoord, waarbij de
in militairen dienst zijnde leden van de
Nationaal Socialistische Beweging niet
werden uitgesloten, en waarvan de ge
ïnterviewde wist, dat het in het buiten
land zou worden verspreid, de neutra
liteit van den Staat in gevaar wordt
gebracht, en dat voorts gezien het in
deze Beweging gehuldigde leidersbe
ginsel hierin moét worden gezien een
opruiing tot dienstweigering en deser
tie?
Welke maatregelen heeft de Re
geering bij geheel of ten deele beves
tigende beantwoording van de derde j
vraag genomen of beraamd?
Antwoord van minister de
Geer.
Minister de Geer heeft de eerste en
de tweede vraag bevestigend beant
woord.
Zijn antwoord op de andere vraag
luidt:
De conclusies, in deze vraag ge
trokken, zijn niet geheel in overeen
stemming met de beteekenis, door den
geïnterviewde zelf aan zijn woorden ge
geven. In een telegram aan zijn partij-
genooten in Indië, gedateerd 1 Mei j.L.
heeft ir. Mussert doen kennen, dat de
„gekruiste armen” slaan op het feit,
dat de officieren ,,uit het leger ge
gooid” zijn en dus niet kunnen strij
den. De censuur heeft „gegooid” veran
derd in „gezet” en verder verschillen
de passages, o.a. over „Britsch-Jood-
sche propaganda”, geschrapt. Maar zoo
wel in het aangeboden als in het door
gezonden telegram staan deze woorden:
„Soldaten in het leger doen natuur
lijk hun plicht; dit valt buiten iedere
bespreking, is geen vraagstuk voor be
hoorlijke menschen”.
De minister antwoordt op de vierde
vraag?
Met de laatstgeciteerde woorden
is het interview allerminst gerechtvaar
digd. Een goed vaderlander zal, zelfs
indien hij onbillijk behandeld meent
te zijn in de ure des gevaars niet zijn
armen kruisen, maar desnoods in de
nederigste functie zijn plicht doen. Tot
het nemen van bijzondere maatregelen
tegen ir. Mussert geeft echter het in
terview, zooals het nader werd toege
licht, de Regeering op dit oogenblik
geen aanleiding.
O 1
wel eens meer voor, dat verpleegsters
die bewegingsvrijheid genieten, zich
verlaten.
Toen mej. M. ook gisterochtend
nog niet thuis was, is er gedacht aan
een eventueele ziekte van de verpleeg
ster.
De politie had in het ondergoed een
waschnummer gevonden. Hieraan had
men eenig houvast ten aanzien van
de identiteit van het slachtoffer en na
nauwgezet speuren leidde het spoor
naar het Sint Joris gasthuis. Hier
moest men bevestigen, dat het num
mer bekend was. De vreeselijke be
vestiging vond men in het feit, dat
de verpleegster C. M. noch in het
gasthuis, noch verblijf hield bij haar
familie in Rotterdam.
Geen der bewoners van de huizen
langs den Delfgauwschenweg, gelegen
op enkele honderden meters van de
plaats, waar men het stoffelijk over
schot vond, heeft iets verdachts ge
hoord en gezien. Zonder twijfel moeten
er tusschen 11 en 12 uur langs den
afrit, welke naar Delft en Pijnacker
leidt, menschen zijn gepasseerd.
Gloednieuwe fiets.
Men kon over een zoo volledig
mogelijk signalement van het rijwiel
beschikken, omdat mej. M. de fiets
Vrijdagmiddag in Rotterdam had ge
kocht. Per trein is zij dan ook des
morgens van Delft naar Rotterdam
gegaan.
alhier v.m. 8
12 u. 766
13 gr. en 16 gr. Celsius.
Barometer na hedenmiddag
stijgende.
Vandaag zijn in de Haarlemmer
meer de vlaggen uit, want hoewel de
tijdsomstandigheden ertoe geleid heb
ben van een feestelijke viering af
te zien, geheel ongemerkt wil men
het feit niet laten voorbijgaan, dat
honderd jaar geleden een aanvang is
gemaakt met de drooglegging en in
poldering van de Haarlemmermeer.
Men heeft zich beperkt tot een
officieele herdenkingsbijeenkomst in
het polderhuis te Hoofddorp, op welke
bijeenkomst H.M. de Koningin zich
officieel heeft doen vertegenwoordigen
en welke voorts o.a. werd bij gewoond
door den minister van Waterstaat, ir.
J. W. Albarda, als vertegenwoordiger
van den minister van Economische
Zaken ir. A. L. H. Roebroek, directeur-
generaal van den Landbouw, en als
vertegenwoordiger van den minister
van Sociale Zaken de heer M. de Vries,
regeeringscommissaris bij den Rijks-
dienst voor de werkverruiming, den
commissaris der Koningin in de pro
vincie Noord-Holland, mr. dr. A. baron
Röell en oud-minister-president dr.
Colijn, vergezeld van mevr. Colijn.
De dijkgraaf van den Haarlem-
mermeerpolder, de heer J. C. Rein-
ders Folmer, heette in het bijzonder
den vertegenwoordiger van de Konin
gin, den kamerheer in b.d. jhr. F.
J. E. van Lennep, welkom en begroet
te vervolgens de genoodigden. In dr.
Colijn begroette hij den zoon van
een der pioniers van de Haarlemmer
meer, in den vertegenwoordiger van
het Amsterdamsche gemeentebestuur
den vertegenwoordiger van de groot
ste grondeigenares in den polder,
sedert de gemeente Amsterdam met
den aanleg van Schiphol de Haar
lemmermeer het beste en mooiste
vliegveld van Europa heeft geschon
ken.
Vervolgens hield de heer Reinders
Folmer de herdenkingsrede, aan het
eind waarvan spr. den vertegenwoordi
ger van H. M. de Koningin een gedenk
penning van de drooglegging aanbood,
waarop de afbeelding voorkomt van
Koning Willem I en van de Koningen
Willem II en Willem III als Prinsen,
terwijl een tweede exemplaar van
dezen penning door hem werd aange
boden aan den commissaris der Konin
gin mr. dr. A. baron Röell.
Hierna was het woord aan den voor
zitter van de vereeniging tot beharti
ging van de algemeene belangen
den Haarlemmermeerpolder, den heer
Ch. M. Reinders Folmer, die als blijk
namens de ver-
gedenkplaat
het polder-
Taschje van een harer zusjes
megenotnen.
Mej. M. is s avonds om kwart voor
11 van haar ouderlijk huis in de Wa-
terloostraat te Rotterdam naar Delft
vertrokken. De afstand bedraagt onge
veer 20 k.m. en de moord zal tusschen
half 12 en 12 uur zijn gepleegd. Mej.
M. was gewoon een actentasch met
boeken mee te nemen, omdat zij voor
een examen zat. In die actentasch had
zij dan nog een klein taschje met wat
geld. Zij heeft deze beide tasschen
Vrijdagavond echter niet meegenomen,
maar wel een taschje van een van haar
zusjes. Dit taschje is niet teruggevon
den en wat erin gezeten heeft is niet
precies bekend.
Meer overvallen plaats gevonden.
Gunstig bekend.
Mej. M., die afkomstig was uit
een gezin van acht kinderen, stond
zeer gunstig bekend. Mannelijke ken
nissen had zij weinig en aangenomen
kan worden, dat zij den dader niet
gekend heeft.
De tragische wijze, Waarop de ver
pleegster om het leven is gebracht
heeft in het gasthuis groote versla
genheid gewekt. Zij genoot de sym
pathie van een ieder.
Zooals hierboven reeds werd opge
merkt, is het rijwiel van mej. M.
verdwenen, waarop waarschijnlijk de
dader zich uit de voeten heeft ge
maakt.
Niet onwaarschijnlijk is ook, dat de
dader een eigen heerenrijwiel bij zich
heeft gehad. Behalve de damesfiets
is mede verdwenen een dameshand-
taschje van bruin geribd leer van
ongeveer 30 bij 20 c.m., ritssluiting, 2
metalen ringen aan een leeren hand
vat en vier nikkelen knoppen aan de
onderzijde.
Signalement van de fiets.
Het signalement van de fiets is:
Burgers E.N.R. no. 71010, model
Standaard, zwart gelakt, groen gebiesd
zwart celluloid stuur, zwarte hand
vatten, zwarte wasdoeken kettingkast,
zwarte jasbeschermer, bagagedrager
zonder standaard, ringslot merk H.A.,
electrische lantaarn voorzien van een
controlelampje voor achterlicht, merk
L.V.A. en oude electrische dynamo
merk Philips, terryzadel, alle banden
merk Burgers.
Degenen, die op dien datum en
genoemd uur een manspersoon hetzij
met een heeren- en damesrijwiel, het
zij alleen met een damesrijwiel heb
ben waargenomen, wordt verzocht
ten spoedigste hun bevindingen mede
te deelen aan de politie van hun woon
plaats.
a I S J