Duitsche militairen van Het circus Wenger Begrafenis van Duitsche militairen - Weer veel paarden op den weg Luik in Duitsche handen - Informatiebureau op het station te Utrecht geopend W T? I A. 4 H - ’a! I MM L BI Ml iJ H Sa, f HAAGSCHE COURANT VAN DINSDAG 21 MEI 1940. TWEEDE BLAD. FEUILLETON. Rr/ in Een (Nadruk verboden.) van het een [Wordt vervolgd.)] DE BEZETTING VAN LUIK DOOR DE DUITSCHE TROEPEN. Een foto van een binnenplaats van de citadel. Op den voorgrond een onbruik baar gemaakte Belgische pantserwagen. EEN AARDIG HOEKJE IN DEN AMSTERDAMSCHEN DIERENTUIN ARTIS”. DE JEUGDIGE BEZOEKER IS DE BESTE MAATJES MET DE EZELTJES. OP DE AiLGE.MEENE BEGRAAFPLAATS TE DEN HAAG HAD DE PLECHTIGE BIJZETTING PLAATS VAN DUITSCHE MILITAIREN. IN HET MIDDEN: GENE RAAL VON SPONECK HOUDT DE GRAFREDE. ziet opvallende lage het Daar BENZINE- BESPARING. OP DE BER LAGEBRUG TE AMSTERDAM ZAG ONZE FOTOGRAAF DIT AARDIGE TAFEREEL TJE; EEN VRACHTAUTO, GETROKKEN DOOR TWEE PAARDEN. om den hoek verdwijnen. Hijgend treedt Higgens terug. Daar hebt u een voorbeeld van hetgeen gebeuren kan. Wat heeft hij gezegd? vraagt hij.- Hans Wenger trekt de wenkbrauwen op. Hij heeft ons gezegd, dat men ons in het circus noodig heeft. Heel wijs zijn wij uit zijn woorden niet ge worden maar het zal wel niet van in vloed op onze beslissing zijn, mr. Hig gens. U weigert? valt Higgens snel in.; Wij nemen het aan, zegt vader Wenger kalm. Juist op dit oogenblik komt rechter Detleven met miss Keele de kamer binnen. Gertrude heeft op hun schellen open gedaan en zij hebben juist nog de laatste woor den gehoord. Jullie nemen het aan? vraagt nu ook de rechter en hij ziet er uit alsof hij niet weet, of hij daar blij mee zal zijn, of dat hij er spijt van heeft. Higgens trekt zijn breede schouders op en hij zegt in het Engelsch tegen miss Keele: Ik heb hen gewaar schuwd. Hebt u Keljen niet ontmoet» Dorothy? Keljen? Er is merkbaar schrik in de stem van de mooie vrouw* Neen, was hjj hier? Dat is net iets voor Bill Bing. Hans mengde zich in het gesprek* U spreekt in raadsels voor ons, mr. Higgens. Wilt u ons niet uitleggen wat dit alles beteekent? Wie is deze Keljen? Waarom is hij een gevaar? Waarbij ik nog wil opmerken, dat wij, nog voordat u hier kwam, een drei gend telegram ontvingen, dat onder- teekend was met „Death”. IN DE HAL VAN HET CENTRAAL STATION TE UTRECHT werd het inlichtingenbureau van de Nederlandsche Spoorwegen geopend. De eerste reizigers komen inlichtingen inwinnen. huis met het roode dak. Het wordt Hans vreemd te moede bij zijn aan blik. Het lijkt alsof de man bij hen wil komen maar niet recht durft. Misschien komt hij als ik raam af ga, denkt Hans, en doet het. Je hebt mij nog altijd je mee ting niet gezegd, Hans. Dat wat wij hebben gehoord, is toch wel erg fan tastisch en twijfelachtig. Ik zal een circus leiden. Ik weet niet hoe het er daar uitziet en boek zullen ze ook wel niet houden en daarbij komt nog het rustelooze circusvolk, het ongere gelde leven, ik zou geen oogenblik twijfelen om het af te slaan als het ging. Ik heb, wat ik noodig heb, maar ik moet aan jou en Gertrude denken. Hans is naderbij gekomen en kijkt zijn vader hartelijk aan. Lieve vader, als dat uw eenige zorg is, weiger dan, ik heb mij tot nu toe zonder dollars ook gelukkig gevoeld en denk ook zonder dekking van een half millioen iets in het leven te be reiken. Gertrude denkt als ik, maar weet u niet, dat het hier ook om nog iets anders gaat? Iets anders, Hans? Ja vader, het gaat om het werk van een Wenger, dat hij moeizaam in tientallen jaren heeft opgebouwd. Moet dat ondergaan omdat wij bang zijn voor moeilijkheden, welke oom Rolf overwonnen heeft? U hebt ge hoord, dat het circus uit elkaar zal gaan als wij het niet overnemen. U kunt u indenken, dan anderen er geen belang bij hebben oud personeel te houden, dat meer weet dan de nieuwe heeren. De menschen, die tot nu toe in het circus hebben gewerkt, zal men op straat zetten. Menschen, die misschien jarenlang met en voor een Wenger hebben gewerkt, die op hem 5) Zij keert zich om en gaat stijf op gericht naar het huis toe, haar tra nen behoeft hij niet te zien en ook mr. Higgens niet die haar verschrikt nakijkt. Wel, wel, de jonge man schijnt het meisje geërgerd te hebben. Hig gens slentert naar de heg, waarachter Koert hulpeloos Wantrouwend vreemde, maar met dergelijke Menschenkennis eigenschappen van den ervaren Higgens. Is er iets verkeerd, jonge man? vraagt hij vriendelijk. Koert Wolter houdt zich op afstand. Ik zou niet weten waarom u dit zou interesseeren, mijnheer, zegt hij vormelijk. En ik weet ook niet wie u bent. Higgens is niet van plan zich met de etiquette bezig te houden. Dat is voor het oogenblik onbelangrijk. Ik zou u alleen een raad willen ge ven, voor het geval u een goede vriend van miss Wenger en van de familie Wenger bent, moet u alles doen om miss Wenger het waanzinnig idee van het circus en hun Ameri- kaansche reis uit het hoofd te praten. Misschien jongeman en zoo komt het mij voor, is het in uw eigen belang als u dit doet. Koert kijkt den vreemde verward staat. bekijkt deze den deze weet hoe men menschen omgaat. is een der sterke mr. die Hans daar straks heeft gezien. Op zijn bleek gezicht is angst te lezen. Zijn magere hand, die in een zwarten handschoen steekt, wenkt gejaagd. Vlug, vlug, komt u luisteren, zegt hij fluisteren in het Engelsch. In een wip is Hans Wenger bij het raam. Wat wilt u, wie bent u? De kleine man weert af. Niet veel vragen, slechts luisteren. Geen tijd voor veel praten. Circus Excelsior roept. Komt u, laat het zeggen, niet bang zjjn voor gevaar, want u hebt geheime vrienden. U begrijpt, veel gevaar, bandieten, bedriegers, gang sters, ik kan niet alles in uw taal vertellen. U moet komen om het cir cus te redden. Rolf Wenger was een groot man en een goed directeur, u begrijpt? Het gelukt Hans eindelijk het hee- sche gefluister Van den man te on derbreken. Wie is uw opdrachtge ver, wie roept ons, wie zijn onze vrienden? De kleine man schudt het hoofd. Ik mag daar niet over praten, dat zou te gevaarlijk voor iedereen zijn, antwoordt hij en legt ten teeken van zwijgen den vinger op den mond. Het is alsof hij iets wil zeggen, maar van af de deur vaart er een tocht door de kamer. Op den drempel staat mr. Higgens. Seconden lang kijkt hij ver bluft naar de groep, maar dan ver trekt zijn gezicht in een glimlach. Weg daar van het raam! roept hij en snelt naar het raam. De kleine man wordt nog bleeker, een kreet in een vreemde taal ontwringt zich aan zijn mond. Hij keert zich als een ge jaagd dier om. Ellendeling, zegt Higgens bij het raam en de Wengers gaan langzaam achteruit. De Amerikaan buigt zich uit het raam en ziet den kleinen man HET PAARD IN EERE HERSTELD, ouderwetse!) „aapje” voor het station Utrecht. hoopten en vertrouwden en die hem trouw waren. Kunnen wij dat verant woorden, vader? Moeten wij tenminste niet probeeren het circus in stand te houden? De oude Wenger kijkt op naar zijn zoon, hij ziet diens geestdrift op het jonge, bruin verbrande gezicht, den moed in de heldere oogen en denkt. Met zulk een jongen naast zich en een meisje als Gertrude, daar zal het een ouden Wenger nog gelukken. De jongen heeft gelijk, wat er ook met zijn broer Rolf gebeurd mag zijn, hij heeft het tot iets gebracht en men moet probeeren zijn werk te redden Hij steekt Hans een hand toe. Je hebt weer scherpe oogen getoond, je bent flinker dan je oude vader. Wij nemen het bedrijf over, het is beslist, alleen Gertrude? Een schuchter kloppen op de deur en Gertrude’s blond hoofd kijkt om den hoek. Mag ik binnenkomen? Kom binnen Gertrude, als je een chèque wilt hebben, Vader en ik hebben besloten het circus over te nemen. Maar als jij hier wilt blijven... Gertrude staat midden in de kamer. Ik zal jullie toch niet in den steek laten. Wie zou er voor jullie koken, jullie kousen stoppen? Neen, ik wil mee, ik moet mee! Nu, nu, je bent erg opgewonden mijn kind, zegt vader Wenger ver wonderd. Gertrude antwoordt niet, zij buigt het hoofd zij heeft het gevoel, dat men haar gedachten aan Koert op haar gezicht kan lezen. Psst, psst... Een haastig gefluister bij raam doet alle drie omzien, staat de kleine man in de gele jas, aan. Het is dus waar wat Gertrude zei? Zoo waar als dat de zon op het oogenblik schijnt jongeman, zeide Hig gens grimmig en ijskoud voegde hij er aan toe. Als de Wenger’s het circus „Excelsior” overnemen dan zullen zij in de Vereenigde Staten dingen beleven, zoo gevaarvol en avontuurlijk als zij zich niet kunnen voorstellen. Dan zullen zij hun land vermoedelijk niet terugzien. U bedoelt, dat de Wenger’s dan daar zullen blijven? Neen, dat doen Hans en Gertrude nooit. Zoo? In Amerika blijven? Neen, dat misschien niet, maar wel onder den grond, dat wellicht wel. De dood komt vaak snel bij circusmenschen. Dan keert mr. Higgens zich haastig om en gaat zonder omzien naar het witte huis met het roode dak. Het liefste zou ik het heele zaakje van de hand wijzen. Vader Wenger zegt het met een diepen zucht. Hij werpt een onzekeren blik op zijn zoon die met de handen in de zakken voor het geopende raam staat en niet goed luistert. Reeds geruimen tijd hebben zij het voor en het tegen over wogen zonder tot een beslissing te kunnen komen. Op het oogenblik ech ter heeft een bijzondere omstandigheid de aandacht van den jongeren Wenger getrokken. Er loopt namelijk iemand aan den overkant langs den stoffigen straatweg en die iemand ziet er vreemd uit, hij draagt een gele regenjas, spitse, bruine, schoenen en grijze slobkousen. Het is een kleine man met onzekere bewe gingen, een spitsen neus en een ziekelijk gezicht onder een geruite regppet. Heen en weer loopt de man. Nu en dan bekijkt hij tersluiks het witte A Ik 1 - 1 1 i

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1940 | | pagina 5