van
de
De Duitsche
over
De gevolgen van de
Belgische capitulatie
pers
Belgische capitulatie
Engeland
Engelsche plannen volkomen
verijdeld
door de gebeurtenissen
verrast
HAAGSCHE COURANT VAN WOENSDAG 29 MEI 1940. EERSTE BLAD, PAGINA 3.
van
op
Churchill
Belgi-
daad
Duitsche troepen niet
belangrijk opgehouden
ITALIË.
Koning Leopold toonde
zich in zijn houding
waardig
Duitsch commentaar
de rede
Handelwijze van
schen koning: een
van groot politiek en
menschelijk verstand
stelselmatig,
hebben
Heroïeke strijd.
de
Churchill verwacht
Churchill heeft
het
De toestand op
gevechtsterrein.
Het gevaar voor het Britsche
expeditieleger.
een radiotoesepraak heeft de mi-
van
gische leger niet in staat is den strijd
voort te zetten, dien het zoo dapper
gevoerd heeft, tot het op de overgroote
inspanning gestrand is. In tegenstelling
tót zijn Franschen collega verklaarde
Duff Cooper, dat het thans niet de
tijd voor critiek of blaam is. Het is
noodzakelijk, dat het uiterste gedaan
wordt om het Britsche leger uit de stel
lingen, die het thans bezet, te bren
gen.
Alle Parijsche avondbladen keeren
zich met ongehoorde felheid tegen Ko-
ning Leopold, dien zij bedelven onder
alle mogelijke beleedigingen en scheld
woorden. De bladen verklaren, dat de
afzetting van Koning Leopold door de
in Parijs zetelende, geëmigreerde Bel
gische regeering, nog slechts een kwes
tie van uren is. Zij eischen de vorming
van een voorloopige regeering. De „In-
transigeant” zet als opschrift boven zijn
commentaar op de gebeurtenissen: „De
verrader”,
Parijsche pers keert zich fel
tegen Koning Leopold.
Prinsestraat 86
Fa. TEERLINK
van
di
De Amerikaansche belangen
in België.
Op de vraag, of het Amerikaansch
departem. van buitenlandsche zaken
met de Duitsche regeering besprekin
gen zou voeren over het vertrek van
Amerikanen uit België, heeft minister
Huil geantwoord, dat er nog slechts
weinig Amerikanen in België zijn en
dat bovendien de Amerikaansche am
bassadeur te Brussel op zijn post ge
bleven is en derhalve de belangen
der Vereenigde Staten kan behartigen.
Een zeer krasse verdraaiing
der feiten
In
nister van propaganda, Duff Cooper,
volgens het D.N.B., de Engelsche bevol
king in het bijzonder gewezen op het
gevaar, waarin het Britsche leger in
Noordoost-Frankrijk verkeert. Thans,
aldus zeide hij, is dit gevaar dreigend
geworden. Als troost herhaalde hij zijn
verklaring van onlangs, dat „de oorlog
nog niet verloren is, wanneer de geal
lieerden dezen slag verliezen, hoe groot
het succes van den tegenstander ook
zijn moge”. Hij herinnerde er aan, hoe
veel nederlagen Engeland reeds over
leefd heeft.
Ten aanzien van de Belgische capi
tulatie zeide Duff Cooper, dat het Bel-
De Britsche premier
gisteren in het Lagerhuis de capitulatie
van het Belgische leger door koning
Leopold medegedeeld. Hij verklaarde
verder: De Britsche en Fransche regee-
ringen hebben daartegenover hun gene
raals onmiddellijk bevolen zich verre te
houden van dit optreden en de opera
ties voort te zetten. Het Duitsche opper
bevel heeft toegestemd in de Belgische
capitulatie. Het Belgische leger heeft se
dert Dinsdagochtend vier uur opgehou
den den Duitschers tegenstand te bie
den. De Belgische regeering heeft zich
niet solidair verklaard met deze han
deling van koning Leopold en heeft in
allen vorm bekend gemaakt, dat zij
vastbesloten is den oorlog voort te zet
ten aan den kant van de geallieerden.
De toestand der Britsche en Fransche
legers, die in een der heftigste veld
slagen gewikkeld zijn en van drie kan
ten, benevens uit de lucht ingesloten
zijn, is buitengewoon ernstig. De over
gave van het Belgische leger vergroot
het ernstige gevaar. Maar de Engelsche
troepen hebben een goede stemming en
vechten. Vloot en luchtvloot verleenen
dezen legers krachtige ondersteuning.
Churchill zal het Huis een verklaring
afleggen over den algemeenen toestand,
wanneer het resultaat van den ont
zaggelijken strijd, die thans geleverd
wordt, bekend is en overzien kan wor
den. Djt zal waarschijnlijk niet voor
het begin van de volgende week zijn.
Inmiddels zal het huis er goed aan doen
zich voor te bereiden op harde en zware
tijden, aldus Churchill.
om achttien dagen sedert het begin van
het Duitsche offensief heeft thans ook,
na de capitulatie van Holland, het
Belgische leger opgehouden te bestaan,
niettegenstaande het Fransche Noor
delijke leger en het geheele Britsche
expeditiecorps te hulp waren gesneld,
aldus de „Berliner Lokal Anzeiger”.
Achttien dagen na het begin van den
Duitschen opmarsch is de capitulatie
van het Belgische leger gevolgd, schrijft
de „Berliner Börsen Zeitung”.
Eenstemmig komt in de bladen tot
uiting, dat de Belgische koning zich
in zijn houding waardig heeft getoond
en dat hij zijn soldaten en daarmede
zijn volk de onvermijdelijke offers aan
bloed, welke bij den toestand der ge
allieerde legers een onontkoombaren
massamoord zouden hebben beteekend,
alsmede den val in den afgrond tegen
den wil zijner ministers te elfder ure
heeft willen besparen.
De verklaringen van den Britschen
minister-president Churchill, naar aan
leiding van de capitulatie van het Belgi
sche leger, worden in politieke kringen
te Berlijn niet alleen unfair en onrid
derlijk genoemd, maar vormen tevens,
zooals men hier met nadruk vaststelt,
een verdraaiing der feiten, zooals men
zich nauwelijks krasspr kan denken. Als
Churchill thans beweert, dat de verbon
den legers in Vlaanderen en Noord-
Frankrijk dicht bij de overwinning ge
staan hebben en dat deze overwinning
slechts verloren gegaan is, doordat de
Koning der Belgen hun „in den rug ge
vallen” is, dan is dit een bewuste on
waarheid
Immers de toestand der geallieerde le
gers in het genoemde gebied was, zooals
zelfs iedere leek op militair gebied kon
zien, sedert dagen volkomen kansloos, het Poolsche leger verslagen. In weder-
en het bevel aan deze troepen stand te
blijven houden tegenover den Duitschen
aanval, niets anders dan een georgani
seerde massamoord door degenen die
dit bevel gaven van een plaats uit die
voorloopig veilig is. Ook de positie van
het Britsche expeditiecorps was reeds in
tegenstelling met Churchill’s bewering
hopeloos, doordat een deel der Fransche
en Belgische Kanaalhavens door de
Duitsche troepen bezet en de havenwer
ken van andere havens door de Duit
sche luchtmacht vernield waren. Tot op
het oogenblik, dat het Engelsche expe
ditieleger de vlucht naar Engeland af
gesneden zag, waren de Belgische troe
pen voor de plutocraten te Londen goed
genoeg om den terugtocht der Britsche
troepen, die zich in ijlmarschen naar de
Kanaalhavens begaven, met hun licha
men te dekken.
Nog meer te laken dan de houding
van de Britsche regeering ten aanzien
van de Belgische capitulatie acht men
hier intusschen het optreden van de
leden der Belgische regeering, die reeds
lang de vlucht genomen heeft en nu van
Londen uit in hun blinde hoorigheid aan
Engeland uiting geeft aan haar ontstem
ming over het feit, dat de Koning der
Belgen de resten van het Belgische leger
voor doodbloeden op Vlaamschen grond
bewaard heeft, dat deze zoogenaamde
Belgische regeering in het geheel niet
meer het recht heeft zich vertegenwoor
digster van haar volk te noemen, zou,
aldus zegt men hier, aanstonds blijken,
wanneer zij het zou wagen thans weer
op Belgischen bodem terug te keeren.
Zij zou dan namelijk haar leven moeten
redden voor de verbittering van het
volk in België.
tegen Duitschland, door de Engelsche
en Fransche regeering alleen verkregen
werd door groote beloften met betrek
king tot de door de Westelijke mogend
heden te verleenen hulp- Nu België
door de Duitsche wapenen gedwongen
werd den kansloozen strijd op te geven,
is het evenzeer niet ter zake dienende
als unfair, het Belgische leger schuldig
te verklaren aan deze ineenstorting van
den geallieerden tegenstand. Want dat
het Belgische leger in een toestand
kwam, welke Koning Leopold tot zijn
besluit dwong, is alléén en uitsluitend
veroorzaakt door het feit, dat het Fran
sche leger en het Britsche expeditie
corps niet in staat waren België voor
de oorlogsramp te bewaren. Wanneer
Koning Leopold thans van de zijde der
Westelijke mogendheden voor zijn
zeker niet gemakkelijk besluit, voor de
redding van zijn volk en land onvoor
waardelijk te capituleeren, wordt be-
leedigd, dan oogst hij daarmede van
Londen en Parijs denzelfden dank als
de Noren en de Hollanders ontvingen
voor hun gewapende hulp.
In het kader van het instituut voor
de fascistische cultuur te Turijn zijn
door de in de provincie Turijn levende
Italianen uit Savoie, Nice en Corsica
actie- en propagandagroeperp gevormd.
Aan de oprichtingsvergadering namen
talrijke Italianen deel, welker families
stammen uit Savoie en Nice. Deze
groepen hebben zich tot taak gesteld,
de kennis van de historische banden te
verspreiden, die tusschen Italië en
deze gebieden bestaan.
Aibaansche betuiging van trouw aan
Italië
Engelschen een methode, die in de ge
schiedenis zonder voorbeeld is. Als bar
baren hebben zij huisgehouden. Goud,
zilver en kunstvoorwerpen hebben zi;
gestolen, particulier bezit geplunderd,
de bibliotheek van Leuven in brand
gestoken, de Belgische hoofdstad in het
grootste gevaar gebracht, en bruggen
opgeblazen zonder de bewoners te
waarschuwen. Zij waren alleen bedacht
op de veiligheid van hun eigen aftocht.
Uit woede over het hopelooze van de
vlucht, die hun door den opmarsch der
Duitschers aan het Kanaal wordt afge
sneden, schimpen zij thans op den
Koning der Belgen en beschuldigen zij
hem en zijn soldaten, die dapper ge
streden hebben, van verraad aan de
zaak van Engeland.
Engelsche
schuiven.
Ook in
„Berliner
Engelschen eerst politiek
Noren als
uit gedreven. De
het
Indrukken in Italië
De capitulatie van België staat in
de Italiaansche bladert in het middel
punt der belangstelling. De „Giornale
d’Italia” noemt de handelwijze van den
koning der Belgen een „daad van groot
politiek en menschelijk verstand”. Drie
motieven hebben den koning aanleiding
gegeven tot zijn besluit, zoo meent het
blad n.l. de wil om zijn volk in een
doelloozen strijd een verder bloedver
gieten en verdere offers te besparen,
de groote reeds geleden verliezen der
Belgische, natie en het inzicht, dat de
geallieerden niet zoo zeer streefden
naar de verdediging der onafhanke
lijkheid en het lot van België als naar
het behoud en de verdediging van hun
eigen gebieden en hun eigen groote
imperia.
De koning heeft, in tegenstelling met
de gevluchte ministers op het slagveld
den roep van zijn volk gehoord en er
gevolg aan gegeven.
Met onberaden woorden, zoo schrijft
het blad verder, heeft de Fransche mi
nister-president Reynaud willen spre
ken van „verraad” De koning heeft
niemand verraden, want België heeft
De Britsche verdedigings
werken in België
Lang voordat België tot oorlogstoo-
neel werd, hebben de Engelschen aan
de overzijde van de Schelde op Bel
gisch gebied, alle beweerde neutraliteit
van het land ten spijt, verdedigings
werken en artilleriestellingen aange
legd. Een door het D.N.B. ontvangen
frontbericht beschrijft deze stellingen,
die tijdens de gevechten in Duitsche
handen gevallen zijn. Het buitengewoon
goed gerichte artillerievuur van de
Engelschen bij den overgang van de
Schelde tijdens den strijd van de vorige
week, en vele andere factoren wezen
er op, dat de vijand zijn voorbereidin
gen tot den strijd bijzonder zorgvul
dig getroffen had. Ook uit deze stel
lingen zijn de Engelschen gevlucht en
zij hebben o.a. waardevol kaartenma-
teriaal achtergelaten. Zij waren, dat
staat met absolute zekerheid vast,
reeds voor den lOen Mei voorbereid.
De toebereidselen moeten reeds zes of
acht weken tevoren getroffen zijn, in
een tijd dus, toen België nog z.g. neu
traal was. Engelsche genie-officierèn
hadden daar reeds nauwkeurige voor
bereidingen gemaakt voor den stel-
lingsoorlog, terwijl men zich in de Bel
gische pers nog uitputte in betuigingen
van neutraliteit.
Koopt gOtldcn sieraden
geven voldoening en hebben altijd waarde!
Bij ’t RIN GENHU IS slaagt U voordeelig!
Specialiteit Zegel
en Trouwringen.
Nieuwe stap op den weg
van het noodlot.
De capitulatie van het Belgische
leger beteekent een nieuwen stap op
den weg van het noodlot, welken de
Westelijke mogendheden gekozen heb
ben, toen zij Duitschland den oorlog,
verklaarden, schrijft de Deutsche
Diplomatisch-Politische Korrespondenz.
Steeds grooter wordt het aantal landen,
zoo vervolgt het blad, welke door Enge
land en Frankrijk zoozeer waren ge
compromitteerd of verleid, dat zij zich
ten slotte ook militair aan de zijde van
de Westelijke mogendheden bevonden,
en die daarna voor de Duitsche wape
nen moesten bukken. Niets was door
de geallieerden nagelaten, om de hulp
van de geallieerden voor hen bijzonder
mooi te doen uitkomen. Als „verloren
troep”, welke zich tot den laatsten man
voor de Westelijke mogendheden moest
opofferen, waren de Belgen goed ge
noeg. Koning Leopold heeft zijn land
en volk voor verdere zinnelooze offers
en voor den zekeren ondergang be
waard.
Evenals voorheen probeeren ook
thans weer de Westelijke oorlogs-
ophitsers uit de eigen tegenslagen munt
te slaan voor zichzelf. In den grond is
dit de uitwerking van het slechte ge
weten en van de vrees, door hun volk
ter verantwoording te zullen worden
geroepen, dat zij elke mogelijkheid tot
vrede en verzoening met Duitschland
in hun verblinden haat hebben doen
mislukken.
Onrust te Parijs
Het bericht van de capitulatie van
het Belgische leger heeft in politieke
en journalistieke kringen te Parijs de
grootste onrust en terneergeslagenheid
gewekt Men verheelt zich niet, aldus
het D.N.B.dat Frankrijk en en En
geland na het neerleggen der wapenen
door het Belgische leger in een veel
ernstiger toestand bevinden als ooit
tevoren. Zelfs Weygand zou, naar men
te Parijs vertelt, den toestand van
Frankrijk als „in den hoogsten graad
in gevaar gebracht” hebben aangeduid.
Reeds vóór het bekend maken van de
capitulatie van België door Reynaud
gaven de militaire critici van de bla
den toe, dat de toestand der Fransch-
Engelsche legers in het Noorden wan
hopig is. Zij schreven, dat de groote
slag in Vlaanderen op zijn hoogtepunt
is gekomen en dat de troepen der
Westelijke mogendheden aanvallen van
de grootste felheid het hoofd moesten
bieden. Het opperbevel, zoo schreven
de „Jour” en de „Petit Parisien”,
heeft zich gedwongen gezien bevel te
geven voor een nieuw terugtrekken der
troepen. De, „Matin” en de „Figaro”
leggen» er den nadruk op, dat de Duit
sche aanvallen uiterst heftig zijn en
dat Duitschland zijn strijdkrachten aan
de „tegenover Engeland liggende kust”
wil opstellen.
Het frontbericht van het Duitsche
i Nieuwsbureau van gisteren luidt als
volgt:
De capitulatie, door den Koning der
Belgen aangeboden, waarin de geëischte
onvoorwaardelijke overgave werd aan
genomen, trekt de slotstreep onder den
Engelschen oorlog op Belgischen bo
dem. De Engelschen hadden gehoopt de
beslissing op het Belgisch-Nederland-
sche voorterrein tot stand te brengen,
nadat hun voornemen om van daar een
aanval op het Duitsche Roergebied te
I ondernemen door den bliksemsnellen
DuiUchen slag terug verijdeld was. Een
beslissing is gevallen, maar zij brengt
het tegendeel van datgene, wat de Brit
ten hoopten. Zelfs met hulp van de
bondgenooten is het hun niet gelukt de
Duitsche troepen belangrijk op te hou
den. Veeleer werden de Engelschen vol-
i komen verslagen.
De Britsche troepen die over het
Kanaal naar Engeland teruggebracht
konden worden, zijn voor het grootste
deel hals over kop en met achterlating
van hun wapens en hun tros inge
scheept. Tijdens de Noorsche onderne-
1 rning hebben de Engelschen het begrip
I der „succesvolle wederinscheping” een
stempel gegeven. Voor de houding der
Engelsche troepen bestaat echter alleen
het woord „vlucht”. Op het vasteland
laten zij, evenals in Noorwegen, behalve
duizenden gevangenen, wapens en ge
reedschap, alleen gemengde gevoelens
achter bij de troepen, die zij aan zij
met hen moesten strijden, en bij de be
volking, die getuige moest zijn van de
machtelooze vernielingswoede der naar
de inschepingshavens stroomende Brit
sche colonnes.
zware tijden
De geheele Duitsche pers staat, zoo
als te begrijpen valt, geheel in het
teeken van de capitulatie van België.
De opschriften in bijzonder groote
letters duiden op het noodlotzwangere
gebeuren, dat onwilkeurig alle blikken
tot zich trekt. Ook publiceeren de
Berlijnsche avondbladen het Duitsche
leger bericht van gisteren op bijzondere
wijze. Alle bladen wijzen op den
merkwaardigen samenloop van om
standigheden, dat het noodlottige getal
van achttien moeilijke dagen van strijd
wederom voldoende was de capitu
latie van een land af te dwingen.
In achttien dagen, zoo schrijft de
„Deutsche Allgemeine Zeitung”, werd
De strijd tot den laatsten Belg heeft
den Engelschen geenerlei nut gebracht.
Het was de hoogste tijd, dat de Belgen
er van af zagen zich volledig op te
offeren voor de Westelijke mogendhe
den. De Belgische troepen hebben dap
per gestreden, in ht< algemeen gezien
zelfs het dapperste van de ingesloten
legers. De overwinning heeft van Duit
sche zijde volledige krachtsinspanning
gekost. Steeds weer heeft de Duitsche
infanterie aangevallen, tot de sterkste
stellingen doorbroken waren en de ver
twijfelde afweer bedwongen was. De
korte constateering van het legerbe-
richt van vandaag, dat Duitsche infan
teristen acht vijandelijke batterijen
hebben bestormd en in een strijd van
nabij genomen hebben, werpt een in
drukwekkend licht op den heroieken
strijd, dien de Duitsche infanteristen
met doodsverachting tot aan de over
winning hebben doorstaan.
In de Noord-Fransch-Belgische ruimte
neemt de ontwikkeling van den mili
tairen toestand thans een snel tempo
aan. De gebeurtenissen volgen elkander
snel op, de Duitsche troepen dringen op
een breed front den tegenstander
bijeen, het laatste bedrijf van deze
worsteling zal wel spoedig ten einde
zijn.
Zonder effect blijven de pogingen der
Franschen om door aanvallen op het
Zuidelijke front hun ingesloten lands
lieden verlichting te brengen. Deze aan
vallen, waaruit geen groot opgezet plan
blijkt, werden volkomen afgeslagen. Met
de vernietiging van 30 vijandelijke
pantserwagens door weinig stuks af
weergeschut is het vonnis geveld over
de vijandelijke pantserwagens.
De rede van Reynaud.
De rede van den Franschen minister
president met haar hatelijke aanvallen
op Koning Leopold ontmoet in de Duit
sche pers slechts verachting. Men ziet
in deze verklaringen van Reynaud
slechts het zoeken van een zondebok
in deze voor de Westelijke mogend
heden wanhopige uren, waarop de
plutocratische oorlogsdrijvers den ge-
heelen last der verantwoording voor
hun militaire fouten zouden kunnen af
wentelen.
Zij hebben waarachtig niet het recht,
zoo schrijft het „Hamburger Fremden-
blatt”, in opstand te komen tegen het
besluit van een monarch, die tot het
laatste oogenblik bij zijn troepen is ge
bleven en wiens eenige fout berust op
het feit, dat hij niet de kracht bezat
zijn betere politieke inzichten te doen
gelden tegenover de tot oorlog drij
vende politiek van de door hem be
roepen regeering. Die mannen, die zich
thans hebben aangesloten bij de steeds
toenemende emigranten-vereeniging in
Londen, hebben niet het recht zich te
beroepen op het Belgische volk, dat
alleen wordt vertegenwoordigd door het
Belgische leger, dat tot het laatst zijn
plicht heeft gedaan aan het front in
Vlaanderen.
Het Duitsche Nieuwsbureau her
innert er aan, dat de bereidwilligheid
van België om in den oorlog te gaan
Slachtoffers onder
burgerbevolking.
Gisteren is in de nabijheid van
Bruchsal een burger, die geheel alleen
op een hoogte stond en geen vijande
lijke handelingen verrichtte, door een
Franschen vlieger met machinege-
weervuur beschoten. Hij kon zich in
veilighéid stellen In het district
Lörrach zijn door ’t Fransche artille
rievuur zes burgers gedood en vier
gewond.
De mislukking van het
Britsche expeditiekorps
De Duitsche pers richt zich scherp
tegen de poging van Churchill in zijn
Lagerhuisrede van gisteren, de schuld
aan de komende mislukking van het
expeditiekorps op België te
blijkelijk heel
aangericht.
Naar verder bekend wordt, zou de
plotselinge reis van generaal Weygand
naar het Belgische strijdgebied uitslui
tend de kwestie van de Belgische
capitulatie gegolden hebben. Het heeft
er dus allen schijn van, dat in tegen
stelling tot hetgeen Parijs en Londen
beweren, desbetreffende onderhande-
lingen tusschen koning Leopold en de
cfficieele kringen in Londen en Parijs
Zondag jJ. reeds gaande waren. Ook
het onderhoud, dat lord Halifax Zon
dagmiddag met Pierlot gehad heeft,
alsmede met Spaak, zou uitsluitend
gedraaid hebben om het besluit van
den Belgischen koningDen zinneloo-
zen strijd tegen de Duitsche troepen op
te geven.
meld, o.a.
„Giornale
Horna’
Dezelfde methode werd ook in ons
land door Engelsche en Fransche troe
pen toegepast, waardoor o.a. de stad
Middelburg ernstig werd vernield.
Noorwegen, zoo schrijft de
Börsenzeitung”, hebben de
en daarna
militair de Noren als kogelvangers
voor zich uit gedreven. De Noren
mochten de kastanjes uit het vuur
halen, terwijl de Engelschen, na kennis
te hebben gemaakt met de superiori
teit der Duitsche soldaten, naar hun
reddende transportschepen terugkeer
den en de Noren in den steek lieten.
Zoo hebben zij thans ook met België
gedaan. Ook de Belgen moesten voor
de Engelschen als kogelvanger optrek
ken. Toen de Führer en zijn weer
macht dit plan verijdelden, kozen de
De minister-president van Albanië,
Verlaci, heeft gisteren in een telegram
aan den Italiaanschen minister van
buitenlandsche zaken, graaf Ciano, ver
klaard, dat „het Aibaansche volk be
reid is om op zijn bevel en voor den
hoogeren roem van den Koning en Kei
zer en van het fascistische imperium
als één man op te staan”. Verlaci
verzocht graaf Ciano deze houding van
het Aibaansche volk ter kennis van
Mussolini te brengen.
tegen de ingesleten Engelschen en Fran
schen voortgaat en zal voortgaan tot zij
volledig onderworpen zijn.
De snelle terugtocht der
Franschen
De Fransche troepen trekken zoo
snel terug, dat zij nauwelijks tijd heb
ben zeer belangrijk en daarmede zeer
waardevol oorlogsmateriaal mede te
nemen, aldus luidt een aan het D.N.B.
toegestuurd bericht van het front.
De buit, welken de oprukkende Duit
sche soldaten de laatste dagen ge
maakt hebben is daarom ook dienover
eenkomstig groot. Zoo is hun o.a. ook
een groot deel van de Franklin-stich-
ting in handen gevallen, welke uit me
dische inrichtingen bestaat. Reusach
tige uitstekend ingerichte veldlazaret
ten hebben de Franschen laten staan,
waarm thans verwonde Duitsche sol
daten door Duitsch personeel ver
pleegd worden.
Een arts verhaalde aan den bericht
gever, dat Fransche vliegers op dit
lazaret bommen wilden werpen, doch
door het luchtdoel-geschut verdreven
werden. De chauffeurs van de zieken
auto’s waren Poolsche en Tsjechische
emigranten. In dezelfde plaats bevond
zich ook een achtergebleven lazaret
met Fransche gewonden. Het sprak
/anzelf, dat de Duitsche militaire au
toriteiten den Franschen artsen toe
stonden hun gewonde landgenooten te
blijven verplegen.
Vernielingen te Leuven
Naar aanleiding van de vernielingen
in de bekende Belgische universiteits
stad Leuven werd op de gisteravond
hier gehouden persconferentie meege
deeld, dat deze niet hebben plaats ge
had tijdens de gevechten, maar door
de terugtrekkende Engelsche troepen,
die de stad in brand staken, o.a. de
beroemde bibliotheek, die verloren is
gegaan.
Buitenlandsche dagbladcorresponden
ten, die met de bevolking hebben ge
sproken, hebben het bovenstaande ver-
de correspondenten
d’Italia” en „Popolo
niet den plicht zichzelf te vernielen
voor de redding van Frankrijk en
Engeland.
Met de scherpste bewoordingen gee-
selt ook de „Tribuna” de poging van
Reynaud om de gevluchte Belgische
regeering uit te spelen tegen het legi
tieme staatshoofd, dat den wil van de
geheele Belgische natie belichaamt.
Men vraagt zich onwillekeurig af, al
dus dit blad, aan welke nog overge
bleven deelen van het Belgische leger
de heeren Pierlot, Spaak en Denis en
hun heer en meester Paul Reynaud
denken, want er bestaat geen ander
Belgisch leger, dan dat, waaraan ko
ning Leopold het bevel heeft gegeven
de wapens neer te leggen. Van een
dergelijke „bende”, als de gevluchte
Belgische ministers zijn, kan men alles
verwachten. Zeker is echter, dat hun
wanhopige pogingen vergeefsch zullen
zijn. Deze heerschappen zullen alleen
de schaar van die Tsjechische, Pool
sche, Noorsche en Nederlandsche ver
raders vermeerderen, die op Fransch
of Engelsch gebied de vruchten van
het bloed en de ruïne van hun volk
kunnen genieten tot aan den dag, waar
op zij voor hun „infame schanddaden”
eens ter verantwoording zullen worden
geroepen. Deze dag nadert met reuzen
schreden.
Van bevoegde militaire zijde wordt
te Berlijn over den toestand aan het
front na de capitulatie van het Belgi
sche leger o.m. het volgende gezegd:
De capitulatie van het Belgische le
ger beteekent een zwaren slag voor de
ingesloten Engelsche en Fransche troe
pen en een ongemeen voelbare verlich
ting voor de Duitsche eenheden. De
laatste acte van het dramatische too-
neel van den grooten slag van Mei 1940
is begonnen.
Opmerkelijk is het feit, dat de Duit
sche troepen ten Noorden van Valen
ciennes op een zeer breed front door
de sterke Fransche grensfortificaties
heengebroken zijn en ten Westen van
Valenciennes over het Scheldekanaal
zijn getrokken.
Het front nadert thans van het Zui
den de groote industriestad Ryssel. Ook
uit het Westen werd de vijand aan het
geheele front teruggeworpen. Orchies
*n La Bassée liggen ongeveer 20 k.m.
ten Zuidwesten van Ryssel. Merville
ligt 30 k.m. ten Westen van die stad.
Aangezien in het Oosten van Ryssel
reeds voor eenige dagen het front tot op
1(> k.m. bij de stad was gebracht en
aangezien in het Noorden de capitulatie
Belgische troepen waarschijnlijk
oinhoudbaren toestand in het leven
roePt, is de totale situatie voor den te
enstander in dezen sector hopeloos
borden.
Toch constateert het legerbericht van
bieren uitdrukkelijk, dat de strijd
Een volkomen verrassing
De capitulatie van het Belgische
leger heeft de openbare meening in
Engeland volkomen verrast. De stem
ming is onbeschrijfelijk. Overal in het
geheele land heerscht de grootste neer
slachtigheid, meldt het Duitsche
Nieuwsbureau uit Londen.
In officieele Londensche kringen is
men volkomen radeloos. Groote vrees
komt tot uiting over het lot van de
Britsche troepen, die tezamen met de
Fransche, en tot dusver ook met de
Belgische strijdkrachten in België stre
den. In militaire Engelsche kringen
heeft het bericht van de capitulatie
van het Belgische leger niet alleen de
diepste neerslachtigheid doch tevens
ook onbeschrijfelijke woede ontketend.
Men had er zich geheel op verlaten,
dat de Belgen tot den laatsten man
voor Engeland zouden strijden. Men
wist wel, dat België verloren was en
men rekende er zelfs op, flat ook
Frankrijk op den duur niet meer tegen
over den Duitschen druk kon stand
houden. Maar de plotselinge capitulatie
van het Belgische leger past niet in
de Britsche berekeningen van tijd-
winnen.
De angst, dat de vijand thans tot
den aanval tegen Engeland zelf kan
overgaan, heeft zijn hoogtepunt in En
geland bereikt.
In Londen beweert men, dat men
aan de zijde der geallieerden niets van
het besluit tot capitulatie van den Bel
gischen koning geweten heeft, dat men
volkomen verrast is geworden en dat
de koning over het hoofd van zijn
eigen ministers heen die zich bij
tijds reeds het jongste weekeinde te
Londen in veiligheid hadden gebracht
bevel tot de capitulatie gegeven
heeft. i
Uit betrouwbare bron verluidt echter
dat van beslissenden invloed op het
besluit van den koning der Belgen ge
weest zijn, de vreeselijke vernielingen,
welke de Engelschen in België, klaar-
v
E ITALIAANSCHE BANDEN MET
SAVOIE, NICE EN CORSICA.
i