van de De Duitsche over De gevolgen van de Belgische capitulatie pers Belgische capitulatie Engeland Engelsche plannen volkomen verijdeld door de gebeurtenissen verrast HAAGSCHE COURANT VAN WOENSDAG 29 MEI 1940. EERSTE BLAD, PAGINA 3. van op Churchill Belgi- daad Duitsche troepen niet belangrijk opgehouden ITALIË. Koning Leopold toonde zich in zijn houding waardig Duitsch commentaar de rede Handelwijze van schen koning: een van groot politiek en menschelijk verstand stelselmatig, hebben Heroïeke strijd. de Churchill verwacht Churchill heeft het De toestand op gevechtsterrein. Het gevaar voor het Britsche expeditieleger. een radiotoesepraak heeft de mi- van gische leger niet in staat is den strijd voort te zetten, dien het zoo dapper gevoerd heeft, tot het op de overgroote inspanning gestrand is. In tegenstelling tót zijn Franschen collega verklaarde Duff Cooper, dat het thans niet de tijd voor critiek of blaam is. Het is noodzakelijk, dat het uiterste gedaan wordt om het Britsche leger uit de stel lingen, die het thans bezet, te bren gen. Alle Parijsche avondbladen keeren zich met ongehoorde felheid tegen Ko- ning Leopold, dien zij bedelven onder alle mogelijke beleedigingen en scheld woorden. De bladen verklaren, dat de afzetting van Koning Leopold door de in Parijs zetelende, geëmigreerde Bel gische regeering, nog slechts een kwes tie van uren is. Zij eischen de vorming van een voorloopige regeering. De „In- transigeant” zet als opschrift boven zijn commentaar op de gebeurtenissen: „De verrader”, Parijsche pers keert zich fel tegen Koning Leopold. Prinsestraat 86 Fa. TEERLINK van di De Amerikaansche belangen in België. Op de vraag, of het Amerikaansch departem. van buitenlandsche zaken met de Duitsche regeering besprekin gen zou voeren over het vertrek van Amerikanen uit België, heeft minister Huil geantwoord, dat er nog slechts weinig Amerikanen in België zijn en dat bovendien de Amerikaansche am bassadeur te Brussel op zijn post ge bleven is en derhalve de belangen der Vereenigde Staten kan behartigen. Een zeer krasse verdraaiing der feiten In nister van propaganda, Duff Cooper, volgens het D.N.B., de Engelsche bevol king in het bijzonder gewezen op het gevaar, waarin het Britsche leger in Noordoost-Frankrijk verkeert. Thans, aldus zeide hij, is dit gevaar dreigend geworden. Als troost herhaalde hij zijn verklaring van onlangs, dat „de oorlog nog niet verloren is, wanneer de geal lieerden dezen slag verliezen, hoe groot het succes van den tegenstander ook zijn moge”. Hij herinnerde er aan, hoe veel nederlagen Engeland reeds over leefd heeft. Ten aanzien van de Belgische capi tulatie zeide Duff Cooper, dat het Bel- De Britsche premier gisteren in het Lagerhuis de capitulatie van het Belgische leger door koning Leopold medegedeeld. Hij verklaarde verder: De Britsche en Fransche regee- ringen hebben daartegenover hun gene raals onmiddellijk bevolen zich verre te houden van dit optreden en de opera ties voort te zetten. Het Duitsche opper bevel heeft toegestemd in de Belgische capitulatie. Het Belgische leger heeft se dert Dinsdagochtend vier uur opgehou den den Duitschers tegenstand te bie den. De Belgische regeering heeft zich niet solidair verklaard met deze han deling van koning Leopold en heeft in allen vorm bekend gemaakt, dat zij vastbesloten is den oorlog voort te zet ten aan den kant van de geallieerden. De toestand der Britsche en Fransche legers, die in een der heftigste veld slagen gewikkeld zijn en van drie kan ten, benevens uit de lucht ingesloten zijn, is buitengewoon ernstig. De over gave van het Belgische leger vergroot het ernstige gevaar. Maar de Engelsche troepen hebben een goede stemming en vechten. Vloot en luchtvloot verleenen dezen legers krachtige ondersteuning. Churchill zal het Huis een verklaring afleggen over den algemeenen toestand, wanneer het resultaat van den ont zaggelijken strijd, die thans geleverd wordt, bekend is en overzien kan wor den. Djt zal waarschijnlijk niet voor het begin van de volgende week zijn. Inmiddels zal het huis er goed aan doen zich voor te bereiden op harde en zware tijden, aldus Churchill. om achttien dagen sedert het begin van het Duitsche offensief heeft thans ook, na de capitulatie van Holland, het Belgische leger opgehouden te bestaan, niettegenstaande het Fransche Noor delijke leger en het geheele Britsche expeditiecorps te hulp waren gesneld, aldus de „Berliner Lokal Anzeiger”. Achttien dagen na het begin van den Duitschen opmarsch is de capitulatie van het Belgische leger gevolgd, schrijft de „Berliner Börsen Zeitung”. Eenstemmig komt in de bladen tot uiting, dat de Belgische koning zich in zijn houding waardig heeft getoond en dat hij zijn soldaten en daarmede zijn volk de onvermijdelijke offers aan bloed, welke bij den toestand der ge allieerde legers een onontkoombaren massamoord zouden hebben beteekend, alsmede den val in den afgrond tegen den wil zijner ministers te elfder ure heeft willen besparen. De verklaringen van den Britschen minister-president Churchill, naar aan leiding van de capitulatie van het Belgi sche leger, worden in politieke kringen te Berlijn niet alleen unfair en onrid derlijk genoemd, maar vormen tevens, zooals men hier met nadruk vaststelt, een verdraaiing der feiten, zooals men zich nauwelijks krasspr kan denken. Als Churchill thans beweert, dat de verbon den legers in Vlaanderen en Noord- Frankrijk dicht bij de overwinning ge staan hebben en dat deze overwinning slechts verloren gegaan is, doordat de Koning der Belgen hun „in den rug ge vallen” is, dan is dit een bewuste on waarheid Immers de toestand der geallieerde le gers in het genoemde gebied was, zooals zelfs iedere leek op militair gebied kon zien, sedert dagen volkomen kansloos, het Poolsche leger verslagen. In weder- en het bevel aan deze troepen stand te blijven houden tegenover den Duitschen aanval, niets anders dan een georgani seerde massamoord door degenen die dit bevel gaven van een plaats uit die voorloopig veilig is. Ook de positie van het Britsche expeditiecorps was reeds in tegenstelling met Churchill’s bewering hopeloos, doordat een deel der Fransche en Belgische Kanaalhavens door de Duitsche troepen bezet en de havenwer ken van andere havens door de Duit sche luchtmacht vernield waren. Tot op het oogenblik, dat het Engelsche expe ditieleger de vlucht naar Engeland af gesneden zag, waren de Belgische troe pen voor de plutocraten te Londen goed genoeg om den terugtocht der Britsche troepen, die zich in ijlmarschen naar de Kanaalhavens begaven, met hun licha men te dekken. Nog meer te laken dan de houding van de Britsche regeering ten aanzien van de Belgische capitulatie acht men hier intusschen het optreden van de leden der Belgische regeering, die reeds lang de vlucht genomen heeft en nu van Londen uit in hun blinde hoorigheid aan Engeland uiting geeft aan haar ontstem ming over het feit, dat de Koning der Belgen de resten van het Belgische leger voor doodbloeden op Vlaamschen grond bewaard heeft, dat deze zoogenaamde Belgische regeering in het geheel niet meer het recht heeft zich vertegenwoor digster van haar volk te noemen, zou, aldus zegt men hier, aanstonds blijken, wanneer zij het zou wagen thans weer op Belgischen bodem terug te keeren. Zij zou dan namelijk haar leven moeten redden voor de verbittering van het volk in België. tegen Duitschland, door de Engelsche en Fransche regeering alleen verkregen werd door groote beloften met betrek king tot de door de Westelijke mogend heden te verleenen hulp- Nu België door de Duitsche wapenen gedwongen werd den kansloozen strijd op te geven, is het evenzeer niet ter zake dienende als unfair, het Belgische leger schuldig te verklaren aan deze ineenstorting van den geallieerden tegenstand. Want dat het Belgische leger in een toestand kwam, welke Koning Leopold tot zijn besluit dwong, is alléén en uitsluitend veroorzaakt door het feit, dat het Fran sche leger en het Britsche expeditie corps niet in staat waren België voor de oorlogsramp te bewaren. Wanneer Koning Leopold thans van de zijde der Westelijke mogendheden voor zijn zeker niet gemakkelijk besluit, voor de redding van zijn volk en land onvoor waardelijk te capituleeren, wordt be- leedigd, dan oogst hij daarmede van Londen en Parijs denzelfden dank als de Noren en de Hollanders ontvingen voor hun gewapende hulp. In het kader van het instituut voor de fascistische cultuur te Turijn zijn door de in de provincie Turijn levende Italianen uit Savoie, Nice en Corsica actie- en propagandagroeperp gevormd. Aan de oprichtingsvergadering namen talrijke Italianen deel, welker families stammen uit Savoie en Nice. Deze groepen hebben zich tot taak gesteld, de kennis van de historische banden te verspreiden, die tusschen Italië en deze gebieden bestaan. Aibaansche betuiging van trouw aan Italië Engelschen een methode, die in de ge schiedenis zonder voorbeeld is. Als bar baren hebben zij huisgehouden. Goud, zilver en kunstvoorwerpen hebben zi; gestolen, particulier bezit geplunderd, de bibliotheek van Leuven in brand gestoken, de Belgische hoofdstad in het grootste gevaar gebracht, en bruggen opgeblazen zonder de bewoners te waarschuwen. Zij waren alleen bedacht op de veiligheid van hun eigen aftocht. Uit woede over het hopelooze van de vlucht, die hun door den opmarsch der Duitschers aan het Kanaal wordt afge sneden, schimpen zij thans op den Koning der Belgen en beschuldigen zij hem en zijn soldaten, die dapper ge streden hebben, van verraad aan de zaak van Engeland. Engelsche schuiven. Ook in „Berliner Engelschen eerst politiek Noren als uit gedreven. De het Indrukken in Italië De capitulatie van België staat in de Italiaansche bladert in het middel punt der belangstelling. De „Giornale d’Italia” noemt de handelwijze van den koning der Belgen een „daad van groot politiek en menschelijk verstand”. Drie motieven hebben den koning aanleiding gegeven tot zijn besluit, zoo meent het blad n.l. de wil om zijn volk in een doelloozen strijd een verder bloedver gieten en verdere offers te besparen, de groote reeds geleden verliezen der Belgische, natie en het inzicht, dat de geallieerden niet zoo zeer streefden naar de verdediging der onafhanke lijkheid en het lot van België als naar het behoud en de verdediging van hun eigen gebieden en hun eigen groote imperia. De koning heeft, in tegenstelling met de gevluchte ministers op het slagveld den roep van zijn volk gehoord en er gevolg aan gegeven. Met onberaden woorden, zoo schrijft het blad verder, heeft de Fransche mi nister-president Reynaud willen spre ken van „verraad” De koning heeft niemand verraden, want België heeft De Britsche verdedigings werken in België Lang voordat België tot oorlogstoo- neel werd, hebben de Engelschen aan de overzijde van de Schelde op Bel gisch gebied, alle beweerde neutraliteit van het land ten spijt, verdedigings werken en artilleriestellingen aange legd. Een door het D.N.B. ontvangen frontbericht beschrijft deze stellingen, die tijdens de gevechten in Duitsche handen gevallen zijn. Het buitengewoon goed gerichte artillerievuur van de Engelschen bij den overgang van de Schelde tijdens den strijd van de vorige week, en vele andere factoren wezen er op, dat de vijand zijn voorbereidin gen tot den strijd bijzonder zorgvul dig getroffen had. Ook uit deze stel lingen zijn de Engelschen gevlucht en zij hebben o.a. waardevol kaartenma- teriaal achtergelaten. Zij waren, dat staat met absolute zekerheid vast, reeds voor den lOen Mei voorbereid. De toebereidselen moeten reeds zes of acht weken tevoren getroffen zijn, in een tijd dus, toen België nog z.g. neu traal was. Engelsche genie-officierèn hadden daar reeds nauwkeurige voor bereidingen gemaakt voor den stel- lingsoorlog, terwijl men zich in de Bel gische pers nog uitputte in betuigingen van neutraliteit. Koopt gOtldcn sieraden geven voldoening en hebben altijd waarde! Bij ’t RIN GENHU IS slaagt U voordeelig! Specialiteit Zegel en Trouwringen. Nieuwe stap op den weg van het noodlot. De capitulatie van het Belgische leger beteekent een nieuwen stap op den weg van het noodlot, welken de Westelijke mogendheden gekozen heb ben, toen zij Duitschland den oorlog, verklaarden, schrijft de Deutsche Diplomatisch-Politische Korrespondenz. Steeds grooter wordt het aantal landen, zoo vervolgt het blad, welke door Enge land en Frankrijk zoozeer waren ge compromitteerd of verleid, dat zij zich ten slotte ook militair aan de zijde van de Westelijke mogendheden bevonden, en die daarna voor de Duitsche wape nen moesten bukken. Niets was door de geallieerden nagelaten, om de hulp van de geallieerden voor hen bijzonder mooi te doen uitkomen. Als „verloren troep”, welke zich tot den laatsten man voor de Westelijke mogendheden moest opofferen, waren de Belgen goed ge noeg. Koning Leopold heeft zijn land en volk voor verdere zinnelooze offers en voor den zekeren ondergang be waard. Evenals voorheen probeeren ook thans weer de Westelijke oorlogs- ophitsers uit de eigen tegenslagen munt te slaan voor zichzelf. In den grond is dit de uitwerking van het slechte ge weten en van de vrees, door hun volk ter verantwoording te zullen worden geroepen, dat zij elke mogelijkheid tot vrede en verzoening met Duitschland in hun verblinden haat hebben doen mislukken. Onrust te Parijs Het bericht van de capitulatie van het Belgische leger heeft in politieke en journalistieke kringen te Parijs de grootste onrust en terneergeslagenheid gewekt Men verheelt zich niet, aldus het D.N.B.dat Frankrijk en en En geland na het neerleggen der wapenen door het Belgische leger in een veel ernstiger toestand bevinden als ooit tevoren. Zelfs Weygand zou, naar men te Parijs vertelt, den toestand van Frankrijk als „in den hoogsten graad in gevaar gebracht” hebben aangeduid. Reeds vóór het bekend maken van de capitulatie van België door Reynaud gaven de militaire critici van de bla den toe, dat de toestand der Fransch- Engelsche legers in het Noorden wan hopig is. Zij schreven, dat de groote slag in Vlaanderen op zijn hoogtepunt is gekomen en dat de troepen der Westelijke mogendheden aanvallen van de grootste felheid het hoofd moesten bieden. Het opperbevel, zoo schreven de „Jour” en de „Petit Parisien”, heeft zich gedwongen gezien bevel te geven voor een nieuw terugtrekken der troepen. De, „Matin” en de „Figaro” leggen» er den nadruk op, dat de Duit sche aanvallen uiterst heftig zijn en dat Duitschland zijn strijdkrachten aan de „tegenover Engeland liggende kust” wil opstellen. Het frontbericht van het Duitsche i Nieuwsbureau van gisteren luidt als volgt: De capitulatie, door den Koning der Belgen aangeboden, waarin de geëischte onvoorwaardelijke overgave werd aan genomen, trekt de slotstreep onder den Engelschen oorlog op Belgischen bo dem. De Engelschen hadden gehoopt de beslissing op het Belgisch-Nederland- sche voorterrein tot stand te brengen, nadat hun voornemen om van daar een aanval op het Duitsche Roergebied te I ondernemen door den bliksemsnellen DuiUchen slag terug verijdeld was. Een beslissing is gevallen, maar zij brengt het tegendeel van datgene, wat de Brit ten hoopten. Zelfs met hulp van de bondgenooten is het hun niet gelukt de Duitsche troepen belangrijk op te hou den. Veeleer werden de Engelschen vol- i komen verslagen. De Britsche troepen die over het Kanaal naar Engeland teruggebracht konden worden, zijn voor het grootste deel hals over kop en met achterlating van hun wapens en hun tros inge scheept. Tijdens de Noorsche onderne- 1 rning hebben de Engelschen het begrip I der „succesvolle wederinscheping” een stempel gegeven. Voor de houding der Engelsche troepen bestaat echter alleen het woord „vlucht”. Op het vasteland laten zij, evenals in Noorwegen, behalve duizenden gevangenen, wapens en ge reedschap, alleen gemengde gevoelens achter bij de troepen, die zij aan zij met hen moesten strijden, en bij de be volking, die getuige moest zijn van de machtelooze vernielingswoede der naar de inschepingshavens stroomende Brit sche colonnes. zware tijden De geheele Duitsche pers staat, zoo als te begrijpen valt, geheel in het teeken van de capitulatie van België. De opschriften in bijzonder groote letters duiden op het noodlotzwangere gebeuren, dat onwilkeurig alle blikken tot zich trekt. Ook publiceeren de Berlijnsche avondbladen het Duitsche leger bericht van gisteren op bijzondere wijze. Alle bladen wijzen op den merkwaardigen samenloop van om standigheden, dat het noodlottige getal van achttien moeilijke dagen van strijd wederom voldoende was de capitu latie van een land af te dwingen. In achttien dagen, zoo schrijft de „Deutsche Allgemeine Zeitung”, werd De strijd tot den laatsten Belg heeft den Engelschen geenerlei nut gebracht. Het was de hoogste tijd, dat de Belgen er van af zagen zich volledig op te offeren voor de Westelijke mogendhe den. De Belgische troepen hebben dap per gestreden, in ht< algemeen gezien zelfs het dapperste van de ingesloten legers. De overwinning heeft van Duit sche zijde volledige krachtsinspanning gekost. Steeds weer heeft de Duitsche infanterie aangevallen, tot de sterkste stellingen doorbroken waren en de ver twijfelde afweer bedwongen was. De korte constateering van het legerbe- richt van vandaag, dat Duitsche infan teristen acht vijandelijke batterijen hebben bestormd en in een strijd van nabij genomen hebben, werpt een in drukwekkend licht op den heroieken strijd, dien de Duitsche infanteristen met doodsverachting tot aan de over winning hebben doorstaan. In de Noord-Fransch-Belgische ruimte neemt de ontwikkeling van den mili tairen toestand thans een snel tempo aan. De gebeurtenissen volgen elkander snel op, de Duitsche troepen dringen op een breed front den tegenstander bijeen, het laatste bedrijf van deze worsteling zal wel spoedig ten einde zijn. Zonder effect blijven de pogingen der Franschen om door aanvallen op het Zuidelijke front hun ingesloten lands lieden verlichting te brengen. Deze aan vallen, waaruit geen groot opgezet plan blijkt, werden volkomen afgeslagen. Met de vernietiging van 30 vijandelijke pantserwagens door weinig stuks af weergeschut is het vonnis geveld over de vijandelijke pantserwagens. De rede van Reynaud. De rede van den Franschen minister president met haar hatelijke aanvallen op Koning Leopold ontmoet in de Duit sche pers slechts verachting. Men ziet in deze verklaringen van Reynaud slechts het zoeken van een zondebok in deze voor de Westelijke mogend heden wanhopige uren, waarop de plutocratische oorlogsdrijvers den ge- heelen last der verantwoording voor hun militaire fouten zouden kunnen af wentelen. Zij hebben waarachtig niet het recht, zoo schrijft het „Hamburger Fremden- blatt”, in opstand te komen tegen het besluit van een monarch, die tot het laatste oogenblik bij zijn troepen is ge bleven en wiens eenige fout berust op het feit, dat hij niet de kracht bezat zijn betere politieke inzichten te doen gelden tegenover de tot oorlog drij vende politiek van de door hem be roepen regeering. Die mannen, die zich thans hebben aangesloten bij de steeds toenemende emigranten-vereeniging in Londen, hebben niet het recht zich te beroepen op het Belgische volk, dat alleen wordt vertegenwoordigd door het Belgische leger, dat tot het laatst zijn plicht heeft gedaan aan het front in Vlaanderen. Het Duitsche Nieuwsbureau her innert er aan, dat de bereidwilligheid van België om in den oorlog te gaan Slachtoffers onder burgerbevolking. Gisteren is in de nabijheid van Bruchsal een burger, die geheel alleen op een hoogte stond en geen vijande lijke handelingen verrichtte, door een Franschen vlieger met machinege- weervuur beschoten. Hij kon zich in veilighéid stellen In het district Lörrach zijn door ’t Fransche artille rievuur zes burgers gedood en vier gewond. De mislukking van het Britsche expeditiekorps De Duitsche pers richt zich scherp tegen de poging van Churchill in zijn Lagerhuisrede van gisteren, de schuld aan de komende mislukking van het expeditiekorps op België te blijkelijk heel aangericht. Naar verder bekend wordt, zou de plotselinge reis van generaal Weygand naar het Belgische strijdgebied uitslui tend de kwestie van de Belgische capitulatie gegolden hebben. Het heeft er dus allen schijn van, dat in tegen stelling tot hetgeen Parijs en Londen beweren, desbetreffende onderhande- lingen tusschen koning Leopold en de cfficieele kringen in Londen en Parijs Zondag jJ. reeds gaande waren. Ook het onderhoud, dat lord Halifax Zon dagmiddag met Pierlot gehad heeft, alsmede met Spaak, zou uitsluitend gedraaid hebben om het besluit van den Belgischen koningDen zinneloo- zen strijd tegen de Duitsche troepen op te geven. meld, o.a. „Giornale Horna’ Dezelfde methode werd ook in ons land door Engelsche en Fransche troe pen toegepast, waardoor o.a. de stad Middelburg ernstig werd vernield. Noorwegen, zoo schrijft de Börsenzeitung”, hebben de en daarna militair de Noren als kogelvangers voor zich uit gedreven. De Noren mochten de kastanjes uit het vuur halen, terwijl de Engelschen, na kennis te hebben gemaakt met de superiori teit der Duitsche soldaten, naar hun reddende transportschepen terugkeer den en de Noren in den steek lieten. Zoo hebben zij thans ook met België gedaan. Ook de Belgen moesten voor de Engelschen als kogelvanger optrek ken. Toen de Führer en zijn weer macht dit plan verijdelden, kozen de De minister-president van Albanië, Verlaci, heeft gisteren in een telegram aan den Italiaanschen minister van buitenlandsche zaken, graaf Ciano, ver klaard, dat „het Aibaansche volk be reid is om op zijn bevel en voor den hoogeren roem van den Koning en Kei zer en van het fascistische imperium als één man op te staan”. Verlaci verzocht graaf Ciano deze houding van het Aibaansche volk ter kennis van Mussolini te brengen. tegen de ingesleten Engelschen en Fran schen voortgaat en zal voortgaan tot zij volledig onderworpen zijn. De snelle terugtocht der Franschen De Fransche troepen trekken zoo snel terug, dat zij nauwelijks tijd heb ben zeer belangrijk en daarmede zeer waardevol oorlogsmateriaal mede te nemen, aldus luidt een aan het D.N.B. toegestuurd bericht van het front. De buit, welken de oprukkende Duit sche soldaten de laatste dagen ge maakt hebben is daarom ook dienover eenkomstig groot. Zoo is hun o.a. ook een groot deel van de Franklin-stich- ting in handen gevallen, welke uit me dische inrichtingen bestaat. Reusach tige uitstekend ingerichte veldlazaret ten hebben de Franschen laten staan, waarm thans verwonde Duitsche sol daten door Duitsch personeel ver pleegd worden. Een arts verhaalde aan den bericht gever, dat Fransche vliegers op dit lazaret bommen wilden werpen, doch door het luchtdoel-geschut verdreven werden. De chauffeurs van de zieken auto’s waren Poolsche en Tsjechische emigranten. In dezelfde plaats bevond zich ook een achtergebleven lazaret met Fransche gewonden. Het sprak /anzelf, dat de Duitsche militaire au toriteiten den Franschen artsen toe stonden hun gewonde landgenooten te blijven verplegen. Vernielingen te Leuven Naar aanleiding van de vernielingen in de bekende Belgische universiteits stad Leuven werd op de gisteravond hier gehouden persconferentie meege deeld, dat deze niet hebben plaats ge had tijdens de gevechten, maar door de terugtrekkende Engelsche troepen, die de stad in brand staken, o.a. de beroemde bibliotheek, die verloren is gegaan. Buitenlandsche dagbladcorresponden ten, die met de bevolking hebben ge sproken, hebben het bovenstaande ver- de correspondenten d’Italia” en „Popolo niet den plicht zichzelf te vernielen voor de redding van Frankrijk en Engeland. Met de scherpste bewoordingen gee- selt ook de „Tribuna” de poging van Reynaud om de gevluchte Belgische regeering uit te spelen tegen het legi tieme staatshoofd, dat den wil van de geheele Belgische natie belichaamt. Men vraagt zich onwillekeurig af, al dus dit blad, aan welke nog overge bleven deelen van het Belgische leger de heeren Pierlot, Spaak en Denis en hun heer en meester Paul Reynaud denken, want er bestaat geen ander Belgisch leger, dan dat, waaraan ko ning Leopold het bevel heeft gegeven de wapens neer te leggen. Van een dergelijke „bende”, als de gevluchte Belgische ministers zijn, kan men alles verwachten. Zeker is echter, dat hun wanhopige pogingen vergeefsch zullen zijn. Deze heerschappen zullen alleen de schaar van die Tsjechische, Pool sche, Noorsche en Nederlandsche ver raders vermeerderen, die op Fransch of Engelsch gebied de vruchten van het bloed en de ruïne van hun volk kunnen genieten tot aan den dag, waar op zij voor hun „infame schanddaden” eens ter verantwoording zullen worden geroepen. Deze dag nadert met reuzen schreden. Van bevoegde militaire zijde wordt te Berlijn over den toestand aan het front na de capitulatie van het Belgi sche leger o.m. het volgende gezegd: De capitulatie van het Belgische le ger beteekent een zwaren slag voor de ingesloten Engelsche en Fransche troe pen en een ongemeen voelbare verlich ting voor de Duitsche eenheden. De laatste acte van het dramatische too- neel van den grooten slag van Mei 1940 is begonnen. Opmerkelijk is het feit, dat de Duit sche troepen ten Noorden van Valen ciennes op een zeer breed front door de sterke Fransche grensfortificaties heengebroken zijn en ten Westen van Valenciennes over het Scheldekanaal zijn getrokken. Het front nadert thans van het Zui den de groote industriestad Ryssel. Ook uit het Westen werd de vijand aan het geheele front teruggeworpen. Orchies *n La Bassée liggen ongeveer 20 k.m. ten Zuidwesten van Ryssel. Merville ligt 30 k.m. ten Westen van die stad. Aangezien in het Oosten van Ryssel reeds voor eenige dagen het front tot op 1(> k.m. bij de stad was gebracht en aangezien in het Noorden de capitulatie Belgische troepen waarschijnlijk oinhoudbaren toestand in het leven roePt, is de totale situatie voor den te enstander in dezen sector hopeloos borden. Toch constateert het legerbericht van bieren uitdrukkelijk, dat de strijd Een volkomen verrassing De capitulatie van het Belgische leger heeft de openbare meening in Engeland volkomen verrast. De stem ming is onbeschrijfelijk. Overal in het geheele land heerscht de grootste neer slachtigheid, meldt het Duitsche Nieuwsbureau uit Londen. In officieele Londensche kringen is men volkomen radeloos. Groote vrees komt tot uiting over het lot van de Britsche troepen, die tezamen met de Fransche, en tot dusver ook met de Belgische strijdkrachten in België stre den. In militaire Engelsche kringen heeft het bericht van de capitulatie van het Belgische leger niet alleen de diepste neerslachtigheid doch tevens ook onbeschrijfelijke woede ontketend. Men had er zich geheel op verlaten, dat de Belgen tot den laatsten man voor Engeland zouden strijden. Men wist wel, dat België verloren was en men rekende er zelfs op, flat ook Frankrijk op den duur niet meer tegen over den Duitschen druk kon stand houden. Maar de plotselinge capitulatie van het Belgische leger past niet in de Britsche berekeningen van tijd- winnen. De angst, dat de vijand thans tot den aanval tegen Engeland zelf kan overgaan, heeft zijn hoogtepunt in En geland bereikt. In Londen beweert men, dat men aan de zijde der geallieerden niets van het besluit tot capitulatie van den Bel gischen koning geweten heeft, dat men volkomen verrast is geworden en dat de koning over het hoofd van zijn eigen ministers heen die zich bij tijds reeds het jongste weekeinde te Londen in veiligheid hadden gebracht bevel tot de capitulatie gegeven heeft. i Uit betrouwbare bron verluidt echter dat van beslissenden invloed op het besluit van den koning der Belgen ge weest zijn, de vreeselijke vernielingen, welke de Engelschen in België, klaar- v E ITALIAANSCHE BANDEN MET SAVOIE, NICE EN CORSICA. i

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1940 | | pagina 3