van De hoefsmeden hebben druk werk - Veiling van druiven te Zwaag Geëvacueerde koeien zonder baas - Een vreedzaam tooneeltje te Maastricht o Het circus Wenger K 11 w TTAAGSCHE COURANT VAN DONDERDAG 30 MEI 1940’. TWEEDE BLAD. FEUILLETON. cx IN DEN OMTREK VAN BERKHOUT is nog een groot aantal geëvacueerde BENZINEBESPARING. DE „SNELVERKEERSWEG AMSTERDAM—HAARLEM. (Wordt vervolgd.). koeien, waarvan de eigenaren niet bekend zijn. Teneinde ieder in de gelegen heid te stellen zijn eigen vee terug te krijgen, werden de beesten op het sport terrein bijeengebracht, waar men zijn eigendommen kon uitzoeken. (Nadruk verboden.) DRUKTE IN DE HOEFSMEDERIJEN. Daar vanwege de benzinebesparing bijna al het vervoer met paard en wagen moet geschieden, is er voor de hoefsmeden een drukke tijd aangebroken. Zeer vele paarden moeten opnieuw beslagen worden. DUITSCHE SOLDATEN BEZIG MET HET VOE DEREN DER DUIVEN OP HET VRIJT HOF TE MAASTRICHT. DE KORTEKADE TE ROTTERDAM LANGS DE KRALINGSCHE PLAS, het begin van den weg RotterdamGouda, wordt thans met puin verstevigd en verbreed. De zeilers en roeiers zullen voor dit goede doel een stukje plas moeten missen. sprek heeft weer na de voorstelling, in den werkwagen plaats. Alles is besproken. Hans Wenger zal, zooals iederen avond, hier nog een tijd aan de schrijftafel zitten. In- tusschen zal Higgens, mogelijk zeer opvallend, in zijn auto naar Denver rijden en naar het hotel gaan, waar hij gewoonlijk verblijf houdt. Later zal hij heimelijk Hans Wenger ont moeten buiten het circus, daar waar de lichtwagens staan. Vandaar uit zul len zij de geheele plek, waar de Wen ger woonwagen, de werkwagen en de wagens van Quito.en Juanita staan, in oogenschouw nemen. Dus tot straks mr. Wenger. Krachtig drukt Higgens Hans’ hand. Het is te hopen, dat wij de knapen te pakken krijgen. Ik ben meer be zorgd dan u wel denkt. Eigenlijk moest uw vader er ook van weten. Hans schudt het hoofd. Ach, waarom zouden wij den ouden heer on- noodigen angst bezorgen. Hij heeft al genoeg aan. zijn hoofd met al die nieu we dingen. Als wij den kerel hebben, dan zal hij het morgen vroeg wel hoo- ren. Dan is Hans Wenger alleen. Weer houdt hijzich bezig met’de oude pa pieren,’ welke een bijna magische kracht voor hem bezitten. Vooral de map met de „constructies” heeft zijn belangstelling. Als reeds zoo dikwijls bekijkt hij de. papieren met de onbe grijpelijke lijnen en probeert uit-de aangegeven maten en getallen zich een beeld te vormen van wat dit te be- teekenen heeft. Dikwijls lijkt het hem alsof hij er iets uit begrijpt. Enkele seconden staat een zonderlingtoren achtig gevaarte voor zijn oogen, welks doel hem onbegrijpelijk is. Veel in de ze aanteekeningen schijnt volkomen doelloos. Het geluid van haar sporen verdwijnt in den stal. Higgens keert zich weer tot Gertrude. Nu miss Wenger, hoe staat het met mijn voorstel? Een tochtje naar de Rocky Mountains, Maar Gertrude is onzeker geworden. Zij weet zelf niet waarom. Ik zou er even over willen denken, zegt zij. En Higgens antwoordt hartelijk: Maar natuurlijk miss Wenger, ik deed het voorstel toch alleen ter wille van u. Hans Wenger heeft nog eens met Higgens over de nachtelijke gebeurte nissen gesproken en ook over Brou wers. De Amerikaan heeft hem in zijn oordeel over Brouwers gelijk gegeven. Brouwers is een trouwe ziel mr. Wenger, maar moed is niet zijn ster ke zijde. Daarom heeft hij ook de waarheid over zijn zoogenaamd onge luk verzwegen. Hij vreest de wraak van den onbekenden dader. Een blauw oog zal wel genoeg voor hem zijn. Hij moet door een toeval daartoe zijn ge komen. De kerel voelde zich bedreigd en sloeg hem neer. Het is daarom be ter, dat wij beiden de zaak onderzoe- 13) Bill Bing schijnt echter geen lust meer te hebben tot een verderen rondgang door zijn stal. Hij keert zich zonder een woord om en begeeft zich naar den kant van den stal, waar een deur met een gordijn er voor, toegang tot een kleedkamer geeft. Er staan twee veldbedden, een tafel, twee banken, een plank langs den muur en twee lampjes zonder kap hangen aan de zoldering. Dit geheel is Bill Bing’s huis en tehuis. Daar is Mulder heen gevlucht, nu staat hij bij de houten tafel en veegt broodkruimels weg. Bill Bing staat --en bekijkt den wijdbeens in de deur man. In orde boy, wij blijven bij elkaar, al ben je een blauwen Maandag in het circus. Houdt je maar aan den ouden Bill, daar doe je het beste aan. Overigens, waar heb je tot nu toe gemaft? Mulder trekt een schuldig gezicht. Box zes, baas, bij „Bombay”, de anderen hebben mij altijd wegge drukt. Bill grijnst. Prachtig bed voor zoo’n jongen kerel vlak naast den ezelhengst „Bombay”. Die oude stinkt als een hegerdorp, in het vervolg kun je hier slapen, ik heb nog een kooi vrij se- verdenken, dat hij in al die duistere aangelegenheden, die hier gebeuren, de hand heeft. Nu hebben zij het andere einde van de stallen bereikt. De stal eindigt in een groote om muurde plaats. Aan den overkant is de ingang van de toeschouwers- ruimte. Deze ommuurde plek, die bij slecht weer ook overdekt kan wor den, dient als ruimte bij de voorbe reiding van de nummers, die optreden, ook voor het zadelen der paarden en het opstellen der dieren, die allen achter elkaar, in het circus worden vertoond. Dit alles legt Higgens het meisje uit als zij op deze zoogenaamde zadelplaats staan. Het meisje kijkt rond en heft dan ook de blauwe oogen naar den hemel op waar een heerlijke zon straalt. Higgens lacht. Ik geloof zoo waar, miss Wenger, dat u op het oogenblik een beetje natuur, ruimte, een bosch, een tuin liever is dan het heele circus. Dat zou geen wonder zijn na de reis en de avonturen, die u hier al reeds hebt beleefd. De tegenstelling met uw stil tuindorp is u misschien te sterk. Gertrude kijkt hem vriendelijk aan. O ja, tot op zekere hoogte hebt u gelyk, mr. Higgens. Maar niet, dat ik naar ons tuindorp terugverlang, maar ziet u, er is hier zooveel nieuw en anders. En zoo eenvoudig is het ook niet wat vader en Hans zich hebben voorgenomen. Het maakt mij een beetje angstig. Higgens kijkt haar medelijdend aan. Arme miss Wenger. Hij legt voorzichtig zijn hand op haar arm. DE EERSTE STOOKDRUIVEN zijn te Zwaag aan de veiling „Bangert en Omstreken” geveild. Deze eerste druiven zijn de bekende nieuwe soort „West-Frisia”. Zij hebbenmngeveer de grootte van kleine pruimen. DE BENZINE-BESPARING. VOORHEEN HUURDE MEN EEN AUTO MET OF ZONDER CHAUFFEUR. THANS ZIET MEN PAARD EN WAGENS TE HUUR STAAN. Weet u wat? Ik doe u een voor stel. U verzuimt op het oogenblik toch hier niets en ik kan mij ook vrij maken. Tenslotte ben ik niet met het circus getrouwd. Wij nemen mijn auto en gaan een paar dagen naar het Nationalpark in de Rocky Moun tains. Daar zijn prachtige, onberoerde landen en wegen, boomen, bloemen en dieren in vrijheid. Daar zult u spoedig beter worden. Wilt u miss Wenger? Hij heeft zich in vuur gepraat, de goede Higgens, een vuur, dat aanste kelijk is. Gertrude voelt, dat zij hem in zulke oogenblikken graag mag lijden. Goeden morgen, miss Wenger, al zoo vroeg bij het circus? Goeden morgen, mr. Higgens.... Is hij niet een goede leider en leeraar miss Wenger? Keurig gekapt, mooi en frisch, stapt Dorothy Keele op hen toe. Zij is in amazonekleeding. De sporen aan haar laarzen rinkelen. Gertrude Wenger is een oogenblik lang buiten zichzelf, het was haar als werd er een sluier voor haar oogen weggetrokken en een gele vlam van ken en zien wat hier gebeurt. Dit ge haat springt op. Of had zij zich vergist? Higgens schijnt er zich in ieder geval niets van aan te trekken. Men doet wat men kan, miss Keele. Het is alleen in het belang van de familie Wenger en van het circus „Excelsior”. Natuurlijk, lacht de mooie vrouw vriendelijk en is reeds doorgeloopen. dert, hm, sedert Keljen er niet meer is. Zonder den dank van den ander af te wachten draait hij zich om, maar dan zegt hij over zijn schouder: Overigens boy, moet je een be hoorlijken naam hebben. Er is hier niet uit al de Johnson’s, Miller’s en Smith wijs te worden. Ik zal je in de toekomst „Watermiller” noemen, klinkt uitstekend, geweldig! Lachend gaat de stalmeester op zijn kromme beenen weg. Zijn sporen rinkelen. Watermiller, Watermiller werkelijk niet slecht. Dan echter ver trekt zijn gezicht tot een duister lachje. Hij denkt aan den brief, dien hij in zijn zak heeft. Het is een brief in de Engelsche taal en er staat o.m. in: Als er iemand komt, die zich Mulder noemt en bij Mulligans in de 45ste straat in New-York borden heeft gewasschen, die is het! Laat hem alleen niet merken, wat er aan de hand is! Ik zal je op je vingers kijken, boy, denkt Bill Bing. Je zult nog plezier van mij beleven. Intusschen is Gertrude met Higgens verder door de stallen gegaan. Tel kens opnieuw moet zij bij zichzelf vaststellen, dat deze man alles bezit wat zij meent, dat een gentleman moet bezitten. Hij heeft zich met een paar woorden bij Gertrude veront schuldigd en zelfs den ruwen stal meester, die haar erg onsympathiek is, in bescherming genomen. Een zeer bruikbaar mensch, als men hem er toch maar niet van behoefde te ’T ‘AT 1 K tex KL ’X "X I i - - .- - 5 - A r’ I

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1940 | | pagina 5