De demobilisatie in Nederland
Duitsche
in
Duitschers
NederL-Indië
Nieuwpoort
handen
in
I
No. 17584.
1940.
Duinkerken
om
Kuststrook
verder ingedeukt
Maandag 3 Juilf.
de
van
De vrijlating
gevangen Nederlandsche
soldaten
Luchtaanval op Marseille Engelsche transportvloot
vernield
Parijs hoort kanon
gebulder
Op betere behandeling
aangedrongen
PRIJS DER ADVERTENTIÊN:
PRIJS DEZER COURANT:
DE „NELSON” GEZONKEN?
D.N.B.
voor
Voortzetting
Men hechte geen geloof aan losse
geruchten over verraad
Engelsche vliegtuigaanvallen
bü nacht
Voor ’s-Gravenhage bij vooruitbet. per 3 mnd. met „Kikeriki”, „De Nieuwste Mode',
„Koloniaal Bijblad” en „Letterkundig Bijblad” 3.Franco per post met Mode
blad ƒ4.zonder Modeblad f3.75 Buitenland ƒ9.Landen waarop het
verlaagd intern, drukwerk-posttarief van toepassing is 7.p. kw. Bij postkantoren
tegen de geldende goedk. abonn.prijzen. Afz. nummers 5 et., fr. p. post 10 ct.
DE COMMANDANT VAN DE
DUITSCHE STAATSPOLITIETROEPEN
Amerikaansche vliegtuigen
de geallieerden
Volgens inlichtingen uit luchtvaart
kringen te New York, zijn er ongeveer
600 vliegtuigen van particulieren aan
de geallieerden verkocht voor verken-
ningsdoeleinden.
De Amerikaansche bladen publicee-
ren een bericht van het agentschap
„Associated Press”, volgens hetwelk het
Britsche slagschip „Nelson” met 700
man gezonken is, meldt het D.N.B. uit
New York.
De „Nelson”, die in 1925 van stape]
geloopen is, had een waterverplaatsing
van 33.950 ton. Het schip had normaal
1320 man aan boord.
van hun vernietigings
werk
bij hem
stelde hij
hem op
vluchten.
Van 15 regels /150. Iedere regel meer tot 10 regels 40 ct., daarna iedere regel
meer 50 ct. Reclames 90 ct per regel. Bewijsnummers 5 ct., fr. p. post
10 ct Incasso binnen de stad 5 ct., buiten de stad volgens posttarief. Bij
vooruitbetaling: Kleine Advertenties 90 ct; Dienstaanbiedingen 70 ct
Advertentiën waarin voorkomt „Brieven aan het bureau van dit blad” 10 ct meer.
Nederlanders in Engelschen
dienst opgeroepen
Zoo beschikt Engeland ook vrijelijk
over Nederlandsch menschenmateriaal
voor de voortzetting van den oorlog
alle tusschen 1904 en 1920 geboren
Nederlanders, die zich op Engelsch ge
bied bevinden, worden verplicht zich
voor den dienst in het Britsche leger
te melden. Zij moeten dus een soort
vreemdelingenlegioen vormen. Zoo heb
ben de Engelschen eveneens van Polen
en Belgen gebruik gemaakt. En Frank
rijk doet hetzelfde.
tegen dit voornemen. Pierlot deelde
den Koning mede, dat hij bereid was
te blijven. Als voorwaarde
echter, dat de Koning met
het laatste oogenblik zou
Daarop antwoordde Koning
Leopold: „Mijn besluit is genomen, ik
blijf”. Hierop verklaarden de minis
ters, dat zij in dit geval zich openlijk
van den Koning desolidariseeren
moesten, dien zij daarop een uur later
verlieten.
Rector van Berlijnsche techni
sche hoogeschool gesneuveld.
De rector van de Berlijnsche tech
nische hoogeschool, professor dr.
Achim von Arnim, is op 24 Mei aan
Eerbied voor elkanders
militaire prestaties
Deze courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen
BUREAUXWAGENSTRAAT 35—37
Telefoon 116300 (zeven lijnen) Giro No. 12500
Een beschouwing van den
Indischen gezichtshoek uit.
Van het A.N.P. ontvingen wij nog de
volgende beschouwing van een Indi
schen gezichtshoek uit.
Eerlijk gezegd, begrijpen wij het
niet, dat men in Indië niet met wat
meer respect en met wat beter begrip
den Duitschers tegemoet treedt en men,
indien interneering vereischt is, hen
een tijdelijke levenswijze laat volgen,
waarop zij krachtens ongeschreven wet
ten, recht hebben. Wij bedoelen on
derbrenging in een gezond berg-oord,
in een behoorlijke behuizing met rede-
lijk-goede-voorziening.
Wij schreven hierboven,
Duitschers „krachtens
wetten recht hebben”,
een nadere verklaring.
Wij zouden willen vragen: Is men
in Indië vergeten, hoe de Duitscher
steeds ijverig arbeidde, tusschen de
Nederlanders en op gelijken voet met
hen Is men vergeten, dat de Duit
scher steeds de eerste vreemdeling
was, die onze taal sprak en goed sprak?
Is men vergeten, hoe de Duitsche
maatschappijen bij het aannemen van
personeel geen onderscheid maakten
tusschen Nederlanders en Duitschers
Is men vergeten, hoe de gezellige Duit-
dat de
ongeschreven
Dit vereischt
Er kan dan ook niet genoeg op wor
den aangedrongen, dat men in Neder-
landsch-Indië en eventueel in West-
Indië, alles in het werk stelt om Duit
sche geïnterneerden op redelijke en
passende wijze te behandelen, naar de
hygiënische wetten, welke het tropisch
klimaat stelt. Het is niet meer dan een
daad van fatsoen.
Het bovenstaande zou voldoende
zijn, indien men deze teere kwestie al
leen beschouwde ,van Nederlandsch
standpunt.
S.S. Brigade-Führer Rauter, die als
Commandant der Eere-Compagnie dezer
troepen op het Binnenhof bij de ambts
aanvaarding van Rijkscommissaris
Rijksminister Seyss-Inquart
aanwezig was.
Omtrent de laatste ontmoeting tus
schen Koning Leopold en minister-pre
sident Pierlot op het slagveld in
Vlaanderen publiceert de Paris Soir
een vraaggesprek met Pierlot. Deze
bespreking is, naar blijkt, op 25 Mei
gevoerd. Volgens de verklaringen van
Pierlot werd hij tezamen met den mi
nister van buitenlandsche zaken,
Spaak, en den minister van landsver
dediging, generaal Denis, om vier uur
’s ochtends op het kasteel Wijnandsel
door den Koning ontvangen. Deze gaf,
na zijn ministers te hebben aange
hoord, den wil te kennen, wat ook
mocht geschieden, temidden zijner
troepen .te blijven. De Belgische mi
nisters verzetten zich met alle kracht
Het frontbericht van het
meldde gisteren:
De strijd om Duinkerken loopt ten
einde. Ondanks den wanhopigen tegen
stand van den vijand is het nog niet
door de Duitsche troepen bezette ge
bied aan de kust rondom en in Duin
kerken sedert eergisteren aanzienlijk
smaller geworden. De Engelschen
schijnen langzamerhand in te zien, dat
de pogingen om de nog overgebleven
deelen van het verslagen expeditiele-
ger over het Kanaal in veiligheid te
brengen, zooveel scheepsruimte en
menschenlevens kosten, dat het verlies
ondraaglijk' is. Het eene schip na het
andere is door het Duitsche luchtwa
pen en de Duitsche marine aan de
kust, in het Kanaal of in de Noord
zee tot zinken gebracht. Het aantal
daarbij verdronken Engelsche en
Fransche soldaten komt vermoedelijk
overeen met de sterke van verschei
dene divisies. De op de reede van
Duinkerken liggende zwaar verdedig
de Engelsche transportvloot is met de
verdedigingsmiddelen verstrooid of
vernietigd. Als lord Gort, comman
dant van ’t expeditieleger, van Londen
uit den „geslaagden terugtocht” vol
tooid acht, dan zijn de overblijfselen
van het verslagen Engelsche expedi
tiecorps aan hun lot overgelaten. Het
is een feit, dat de EngelSche trans
port- en oorlogsschepen voor Duinker
ken verdwenen zijn. De val van Duin
kerken is derhalve zeer binnenkort te
verwachten. De Duitsche luchtmacht
zal er toe bijdragen, dat de laatste
tegenstand gebroken wordt.
Nadat onlangs een reeks militaire
vliegvelden aan de Oostkust van En
geland gebombardeerd werden, zijn
binnen de verstrekkende werkings
sfeer der Duitsche luchtmacht thans
ook militaire doelwitten in Zuid-
Frankrijk door bombardementsvlieg
tuigen aangevallen. Voor het eerst is
de vooral voor den Franschen aan
voer buitengewoon belangrijke haven
van Marseille betrokken in de onder
nemingen van de Duitsche lucht
macht, welke thans van Noord-Noor-
wegen tot de Middellandsche Zee rei
ken. Ook de belangrijkste spoorweg
verbindingen tusschen Noord- en Zuid-
Frankrijk zijn met succes aangeval
len.
het hoofd van zijn regiment gesneu
veld.
Von Arnim was ridder in de orde
„Pour le mérite” en nam als luite-
nant-kolonel en commandant van een
infanterie-regiment aan de gevechten
in het Westen deel. Hij was bijna 60
jaar oud en sedert 1935 rector van
genoemde hoogeschool.
De laatste ontmoeting tusschen
Koning Leopold en Pierlot.
Generaal Gort in Engeland terug
De opperbevelhebber van het Brit
sche expeditieleger generaal lord
Gort, is Zaterdagochtend vroeg uit
Frankrijk in Engeland aangekomen.
Na zijn aankomst werd bekend ge
maakt, dat hij vooreerst met verlof
zal gaan.
Uit het hoofdkwartier van den
Führer maakte het opperbevel
der weermacht gisteren bekend:
In harden strijd is de door de En
gelschen ook Zaterdag taai verde
digde kuststrook ter weerszijden
van Duinkerken uit het Oosten ver
der ingedrukt. Nieuwpoort en de
kust ten Noordwesten daarvan zijn
in Duitsche handen. Adinkerke ten
Westen van Furnes en Ghyvelde,
10 km. ten Oosten van Duinkerken,
zijn genomen.
Het aantal geyangenen en de buit
zijn ook gister aanzienlijk geste
gen. Alleen reeds bij één leger
werden stukkeTi geschut van aller
lei kaliber buit gemaakt. Aan het
Zuidelijk front geen bijzondere ge
beurtenissen.
Het luchtwapen heeft Zaterdag, ge
lijk reeds in een afzonderlijk bericht
bekend gemaakt is, pogingen van res
ten van het verslagen Britsche expe
ditieleger om te ontkomen op de voor
Duinkerken liggende schepen, bestre
den. De successen der Stuka-, ge-
vechts-, destroyer- en jachteskaders
zijn, vergeleken met de reeds bekend
gemaakte getallen, nog aanzienlijk ge
stegen.
In totaal zijn vier oorlogsschepen en
elf transportschepen met een totale
tonnage van 54.000 ton tot zinken ge
bracht, veertien oorlogsschepen, n.l.
twee kruisers, twee lichte kruisers,
een luchtafweerkruiser, zes torpedo-
böotjagers, twee torpedobooten, een
snelle boot, benevens 38 koopvaardij
schepen met een totale tonnage van
160.000 ton, werden dóór bomtreffers
beschadigd. Talrijke booten, barkassen
en sleepschepen werden tot kenteren
gebracht en troepenconcentraties op ’t
strand van Duinkerken met succes
met bommen aangevallen.
Bij een nieuwen aanval van# Duit
sche Schnellboote op het nog in han
den van den vijand zijnde deel der
Belgisch-Fransche kust, gelukte het
een dezer booten een zwaar beladen
transportstoomschip van 4000 ton met
een torpedo tot zinken te brengen.
Voor de eerste maal hebben ge-
vechtstroepen van het lüchtwapen
de haven van Marseille aangeval
len en daar twee groote koopvaar
dijschepen met bomtreffers in
brand gestoken. Het spoorwegtra-
ject Lyon-Marseille werd op ver
schillende plaatsen door bomtref-
lers beschadigd.
De totale verliezen van den tegen
stander in de lucht bedroegen op 1
Juni 58 vliegtuigen. Daarvan werden
er 42 in luchtgevechten en 8 door lucht
afweergeschut neergeschoten, de rest
werd op den grond vernield. Vijftien
eigen toestellen worden vermist.
Door onze uit Trondheim naar het
Noorden opgerukte bergjagers werd
Zaterdag Bodö genomen, waarbij, be
halve ander oorlogstuig, een Engel
sche batterij werd buit gemaakt.
De behandeling van krijgs
gevangenen.
In het veldlazaret van Boisleux ten
Zuidwesten van Atrecht heeft, naar
het D.N.B. verneemt, de gewonde Ge
treiter Krüger van de machinege-
weercompagnie van een infanteriere-
giment het volgende rapport in een
..protocol doen vastleggen:
Bij de gevechten aan de Somme
werden de onderofficier B. en twaalf
van zijn schutters bij het aanbreken
van den dag van 24 Mei door een
overmacht van Fransche soldaten
omsingeld en gevangen genomen. Ge
durende den dag woedde de strijd
over en weer en tegen den avond
moesten de Franschen terugtrekken.
De weihige nog niet gewonde Fran
schen konden de gevangenen niet mee
nemen. Daarom beval een Fransch
onderofficier den 13 Duitschen sol
daten in een rij te knielen. Vervolgens
wees hij de soldaten aan, die met het
Ijzeren Kruis waren onderscheiden en
riep zijn mannen toe: de gedecoreer
den moeten onmiddellijk neergescho
ten worden. Zoo werden zes Duitsche
soldaten, die de Duitsche dapper-
heidsonderscheiding droegen, zonder
omslag neergeschoten.
HOOFDKWARTIER VAN DEN FÜH
RER, 1 Juni. (D.N.B.) Aan een voor
den opperbevelhebber van de Duitsche
troepen in Nederland bestemde ver
ordening van den Führer wordt het
volgende ontleend
Het Duitsche aanbod, Nederland in
bescherming te nemen tegen het be
wezen voornemen der Westelijke mo
gendheden, Nederland tot opmarsch-
basis tegen het Roergebied te maken,
is bij de Nederlandsche Regeering in
verband met haar geheime verstand
houding met de Westelijke mogend
heden op een welbewuste weigering
gestuit Zij leverde daarmede volk en
land over aan de verschrikking van
een oorlog, bracht echter zichzelf bui
tenslands in veiligheid. De Duitsche
weermacht heeft in den hierdoor nood
zakelijk geworden strijd met het Ne
derlandsche leger al het mogelijke ge
daan om de bevolking en het land ka
sparen. Dit standpunt van Duitsche
zijde kwam in hooge mate tegemoet
aan de houding zoowel van den Neder-
landschen militair alsook van de Ne
derlandsche burgerbevolking. Het was
in overeenstemming met den cultu-
reelen en moreelen stand van het met
het Duitsche stamverwante Nederland
sche volk. De verantwoordelijke enke
lingen, die Duitsche valschermjagers
in gevangenissen geworpen, als misda
digers behandeld en daarop aan de
Engelschen uitgeleverd hebben, zullen
ter verantwoording worden geroepen.
De Nederlandsche soldaat heeft ech
ter overal met open vizier en eerlijk
gestreden en onze gewonden en gevan
genen dienovereenkomstig goed behan
deld. De burgerbevolking heeft niet
aan den strijd deelgenomen en zich
tegenover onze gewonden eveneens
naar de wetten der menschelijkheid ge
dragen. Ik heb derhalve ook voor Ne
derland besloten, toestemming tot vrij
lating der gevangen Nederlandsche
soldaten te verleenen.
De verordening geeft verder voor
deze vrijlating nadere richtlijnen aan.
In verband met het herhaalde bom-
bardeeren door de Engelsche lucht
macht van Nederlandsche stadjes en
dorpen, die geen militair belang ver
tegenwoordigen, hetgeen altijd 's nachts
en van een zeer groote hoogte pleegt
te geschieden tot dusverre gelukkig
ten koste van weinig slachtoffers en
geringe materieele schade werd ons
alsnog medegedeeld, dat daarmede de
Engelsche methode wordt gekarakteri
seerd. De Engelschen hebben bij hun
korte verblijf hier te lande vrijwel uit
sluitend vernietigingswerk verricht en
nu blijven ze trachten olietanks (b.v.
te Rotterdam en te Vlaardingen) te
vernielen, pogingen, welke door Duit
sche troepen worden verijdeld. Thans
staat vrijwel het geheele Nederland
sche auto-verkeer stil, waardoor groote
verkeersmoeilijkheden zijn ontstaan en
dat, terwijl Nederland, naar ieder weet,
beschikte over een gebruiksvoorraad
aan benzine voor den tijd van twee
jaren.
De Parijsche correspondent van het
Geneefsche blad „Suisse” bericht, dat
men in Parijs reeds het bulderen der
kanonnen hoort. Wanneer men in de
vroege morgenuren op Montmartre
staat, hoort men uit het Oosten bet
geweld der ontploffingen en het vuren
der luchtdoelartillerie in de verte. Bo
vendien zijn van af vandaag in alle
departementen in de oorlogszone de
particuliere’ telefoonverbindingen ver-
broken. Slechts uit enkele groote post
kantoren. kan men in de oorlogszone
met de departementen van de z.g. bin-
nenlandsche zóne telefoneeren.
Het blijkt, dat er klachten zijn over
de behandeling van de in Nederlandsch-
Indië geïnterneerde Duitschers.
Men zal zich herinneren, dat deze
Duitsche onderdanen aanvankelijk op
het eiland Onrust, in de baai van Ba
tavia, waren geïnterneerd. Niemand,
die dit eiland kent, zal dit een ideaal
oord vinden voor het onderbrengen
van personen, die niets misdeden en
wien niets ten laste kan worden ge
legd. Het eiland Onrust was reeds vroe
ger de plaats waar personen werden
„opgeborgen”, doch dan betrof het lie
den wier verwijdering uit de samenle
ving om bepaalde redenen (en redenen
van weinig-onschuldigen aard) drin
gend gewenscht was.
Het feit dus, dat Onrust den Duit
schers als verblijfplaats werd aange
wezen, kan reeds als weinig tactisch
worden beschouwd. Destijds heeft het
ministerie van Koloniën ook telegra
fisch aangedrongen op een behoorlijke
behandeling der Duitsche geïnterneer
den.
Wij vernemen thans, dat zij van het.
eiland zijn weggevoerd, doch dat de
behandeling nog in vele opzichten te
kort schiet en niet gelijk is aan die,
welke hun Nederlandsche lotgenooten
in Duitschland is te beurt gevallen.
Hierover gaan weliswaar fantastische
verhalen, doch thans is vastgesteld, dat
de behandeling van Nederlandsche ge
ïnterneerden in Duitschland tijdens
de oorlogsdagen niets te wenschen
overliet. Zoo waren de Nederlandsche
journalisten te Berlijn in die dagen
zeer comfortabel in het luxe-hotel het
„Kaiserhoff” gehuisvest.
Aan het Zuidelijke front heeft het
legerbericht geen bijzondere gebeur
tenissen te melden. Dit kenmerkt de
passieve houding der Fransche ver
dediging. Zij zag en ziet werkeloos
toe, hoe het eerste, het zevende en
het negende Fransche leger naast de
strijdkrachten der bondgenooten tot
een sterkte van ver over het millioen
door de Duitsche weermacht met
haar superieure leiding en haar on-
vergelijkelijken aanvalsgeest vernie
tigd of gevangen genomen werden. De
omvang van dit groote succes van
het Westelijke Duitsche leger zal ver
moedelijk binnen enkele dagen ook tot
uiting komen in groote cijfers aan ge
vangenen en buit. Op het oogenblik
stroomen nog eindelooze colonnes ge
vangenen naar de verzamelkampen,
terwijl het onderzoek van het oorlogs
materiaal, dat den vijand op het ge
vechtsterrein ontnomen is, voort
duurt.
Terstond na de capitulatie van de
Nederlandsche Weermacht hebben de
Duitsche autoriteiten blijk gegeven van
eerbied voor de militaire prestaties van
den Nederlandschen soldaat Bij ver
schillende gelegenheden, zooals krans-
leggingen op de graven van gevallenen,
is daarvan blijk gegeven. Van Neder
landsche zijde, vooral door onze Weer
macht zijn deze eerbewijzen aan den
tegenstander op prijs gesteld. Toch zijn
er nog velen, die in hun houding met
voldoende tot uiting laten komen, dat
ook de Nederlanders van hun kant alle
eer willen geven aan hetgeen het Duit
sche leger te velde heeft verricht. Het
slagwoord „verraad” heeft een derge
lijke verspreiding gevonden, dat in
sommige kringen de indruk is ont
staan, alsof het Duitsche leger zijn
succes slechts aan eerlooze haridelin-
gen van verraders» niet aan militair
overwicht, zou hebben te danken. De
genen, die in dezen tendentieuzen zin
over verraad spreken, beschuldigen
daarbij bedekt of meer openlijk een
geheele groep.
Van Nederlandsch standpunt uit is
het goed, dat tegen die fluistercam
pagne gewaarschuwd wordt. Zij berust
op matelooze overdrijving. De voor
stelling, dat nu alles, waarin onze Ne
derlandsche soldaten tegenslag hebben
gehad, aan verraad in eigen kring te
wijten zou zijn, is kwalijk in overeen
stemming met den ridderlijken eerbied
voor de militaire prestaties van den
tegenstander en moet aan Duitsche zij
de ongenoegen wekken. Bovendien zou
er, zoo men alle wansucces zonder
meer op rekening van ’t verraad zou
willen schrijven, zooveel in het Neder
landsche leger corrupt zijn geweest en
zouden er, als alle gefluisterde verha
len juist waren, zooveel onbetrouwbare
landgenooten in ons midden hebben ge
leefd, dat wij nauwelijks meer van een
Nederlandsche natie zouden kunnen
spreken. Daarom zou het in overeen
stemming zijn met den eerbied voor
degenen, tegen wie ons leger in een
strijd van eerlijke soldaten tegen eer
lijke soldaten heeft gevochten en zou
het tevens in overeenstemming zijn
met ons zelfrespect als natie, indien
allen nuchter wilden blijven en
onze landgenooten niet zwart wilden
maken, zonder dat wij uit de eerste
hand bewijzen daarvoor hebben. Met
praatjes van hooren zeggen, wordt de
waarheid meestal niet gediend.
Men mag verwachten, dat de Duit
sche militaire autoriteiten, het op prijs
stellende, dat de eer der Duitsche wa
penen onbezoedeld blijft, er mede zul
len instemmen, dat de Nederlandsche
instanties, daartoe aangewezen, de
aanwijzingen van verraad, welke te ha
ter kennis zijn gebracht, grondig en
onbelemmerd zullen kunnen onderzoe
ken. Naar ons is medegedeeld, heeft
dit onderzoek reeds plaats, zoodat te
zijner tijd eventueele bewezen gevallen
vanzelf aan het licht zullen komen.
Tot zoolang doet zij goed, aan losse
geruchten slechts die waarde te hech
ten, die losse geruchten, ontstaan on
der een zenuwachtige bevolking, ver
dienen en zeker niet een groote volks
groep aansprakelijk te stellen voor het
geen slechts enkelingen, gesteld het
geval, gedaan zouden kunnen hebben.
sche clubs steeds voor Nederlanders
openstonden
Men zou, om den Duitscher alle recht
te laten wedervaren, verder moeten
gaan.
Men zou moeten wijzen hoe hij, met
den Nederlander tezamen, heeft gear
beid voor de grootheid van Indië. Hoe
hij, onder harde ontbering en als pio
nier arbeidde en koffie-, tabaks- en
rubbercultuur hielp vestigen. Men ga
de geschiedenis der Indische groote
cultures slechts na en men zal de na
men van Duitschers tusschen die van
Nederlanders vinden onder de voor
trekkers. Zij kwamen niet in de eerste
plaats om groote concerns te vestigen
en winsten te behalen. Zij kwamen,
toen de cultuur-arbeid nog een worste
ling beteekende met de natuur, toen
er met de handen gewerkt moest wor
den om Indië groot te maken.
Men zou ook de aandacht moeten
vragen voor de vele Duitschers. die
als geleerde in Indië zegenrijken arbeid
hebben verricht
Laat men de geschiedenis van Indië
er maar eens op naslaan en men zal
tientallen namen vinden van Duit
schers, die hun levensarbeid, zctxier
eenige terughouding, aan Indië gaven,
die als Junghuhn den grondslag
legden voor grootsch wetenschappelijk
onderzoek, of als dr. Schüffner, met
ongekende energie en groot succes een
ernstige volksziekte als de malaria be
streden.
Zou men dit alles in Indië vergeten
zijn
Wij kunnen het niet gelooven.
En zoo men al overijld gehandeld
heeft, is het thans nog tijd om ge
maakte fouten te herstellen en te zor
gen, dat de geïnterneerde Duitschers
behandeld worden, zooals men te in
ternee ren respectabele lieden in een
tropisch land, volgens de regelen van
eerbaarheid en fatsoen, dient te behan
delen.
4-
i
HAAGSCHE
COURANT
wij
Bijkantoren: Schevenlngen, Keizerstr. 319, Tel. 550310; Rijswijk, Kantoor-
boekh. Leeuwendaal, Oranjelaan 3, Tel. 119461. Voorburg, Boekhandel H. E.
C. Ruijs, Heerenstr. «4, Tel. 778038; Filialen: N.V. Kantoorboekh. Th. J.
de Koning, Goudsbloemlaan 3, Tel. 330263; Boekh. J. B. v. Seters jr., There-
siastr. 108a, Tel. 772444; Boekh. E. D. Couvée, van Hoytemastr. 66, Tel. 721187