De demobilisatie in Nederland Duitsche in Duitschers NederL-Indië Nieuwpoort handen in I No. 17584. 1940. Duinkerken om Kuststrook verder ingedeukt Maandag 3 Juilf. de van De vrijlating gevangen Nederlandsche soldaten Luchtaanval op Marseille Engelsche transportvloot vernield Parijs hoort kanon gebulder Op betere behandeling aangedrongen PRIJS DER ADVERTENTIÊN: PRIJS DEZER COURANT: DE „NELSON” GEZONKEN? D.N.B. voor Voortzetting Men hechte geen geloof aan losse geruchten over verraad Engelsche vliegtuigaanvallen bü nacht Voor ’s-Gravenhage bij vooruitbet. per 3 mnd. met „Kikeriki”, „De Nieuwste Mode', „Koloniaal Bijblad” en „Letterkundig Bijblad” 3.Franco per post met Mode blad ƒ4.zonder Modeblad f3.75 Buitenland ƒ9.Landen waarop het verlaagd intern, drukwerk-posttarief van toepassing is 7.p. kw. Bij postkantoren tegen de geldende goedk. abonn.prijzen. Afz. nummers 5 et., fr. p. post 10 ct. DE COMMANDANT VAN DE DUITSCHE STAATSPOLITIETROEPEN Amerikaansche vliegtuigen de geallieerden Volgens inlichtingen uit luchtvaart kringen te New York, zijn er ongeveer 600 vliegtuigen van particulieren aan de geallieerden verkocht voor verken- ningsdoeleinden. De Amerikaansche bladen publicee- ren een bericht van het agentschap „Associated Press”, volgens hetwelk het Britsche slagschip „Nelson” met 700 man gezonken is, meldt het D.N.B. uit New York. De „Nelson”, die in 1925 van stape] geloopen is, had een waterverplaatsing van 33.950 ton. Het schip had normaal 1320 man aan boord. van hun vernietigings werk bij hem stelde hij hem op vluchten. Van 15 regels /150. Iedere regel meer tot 10 regels 40 ct., daarna iedere regel meer 50 ct. Reclames 90 ct per regel. Bewijsnummers 5 ct., fr. p. post 10 ct Incasso binnen de stad 5 ct., buiten de stad volgens posttarief. Bij vooruitbetaling: Kleine Advertenties 90 ct; Dienstaanbiedingen 70 ct Advertentiën waarin voorkomt „Brieven aan het bureau van dit blad” 10 ct meer. Nederlanders in Engelschen dienst opgeroepen Zoo beschikt Engeland ook vrijelijk over Nederlandsch menschenmateriaal voor de voortzetting van den oorlog alle tusschen 1904 en 1920 geboren Nederlanders, die zich op Engelsch ge bied bevinden, worden verplicht zich voor den dienst in het Britsche leger te melden. Zij moeten dus een soort vreemdelingenlegioen vormen. Zoo heb ben de Engelschen eveneens van Polen en Belgen gebruik gemaakt. En Frank rijk doet hetzelfde. tegen dit voornemen. Pierlot deelde den Koning mede, dat hij bereid was te blijven. Als voorwaarde echter, dat de Koning met het laatste oogenblik zou Daarop antwoordde Koning Leopold: „Mijn besluit is genomen, ik blijf”. Hierop verklaarden de minis ters, dat zij in dit geval zich openlijk van den Koning desolidariseeren moesten, dien zij daarop een uur later verlieten. Rector van Berlijnsche techni sche hoogeschool gesneuveld. De rector van de Berlijnsche tech nische hoogeschool, professor dr. Achim von Arnim, is op 24 Mei aan Eerbied voor elkanders militaire prestaties Deze courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen BUREAUXWAGENSTRAAT 35—37 Telefoon 116300 (zeven lijnen) Giro No. 12500 Een beschouwing van den Indischen gezichtshoek uit. Van het A.N.P. ontvingen wij nog de volgende beschouwing van een Indi schen gezichtshoek uit. Eerlijk gezegd, begrijpen wij het niet, dat men in Indië niet met wat meer respect en met wat beter begrip den Duitschers tegemoet treedt en men, indien interneering vereischt is, hen een tijdelijke levenswijze laat volgen, waarop zij krachtens ongeschreven wet ten, recht hebben. Wij bedoelen on derbrenging in een gezond berg-oord, in een behoorlijke behuizing met rede- lijk-goede-voorziening. Wij schreven hierboven, Duitschers „krachtens wetten recht hebben”, een nadere verklaring. Wij zouden willen vragen: Is men in Indië vergeten, hoe de Duitscher steeds ijverig arbeidde, tusschen de Nederlanders en op gelijken voet met hen Is men vergeten, dat de Duit scher steeds de eerste vreemdeling was, die onze taal sprak en goed sprak? Is men vergeten, hoe de Duitsche maatschappijen bij het aannemen van personeel geen onderscheid maakten tusschen Nederlanders en Duitschers Is men vergeten, hoe de gezellige Duit- dat de ongeschreven Dit vereischt Er kan dan ook niet genoeg op wor den aangedrongen, dat men in Neder- landsch-Indië en eventueel in West- Indië, alles in het werk stelt om Duit sche geïnterneerden op redelijke en passende wijze te behandelen, naar de hygiënische wetten, welke het tropisch klimaat stelt. Het is niet meer dan een daad van fatsoen. Het bovenstaande zou voldoende zijn, indien men deze teere kwestie al leen beschouwde ,van Nederlandsch standpunt. S.S. Brigade-Führer Rauter, die als Commandant der Eere-Compagnie dezer troepen op het Binnenhof bij de ambts aanvaarding van Rijkscommissaris Rijksminister Seyss-Inquart aanwezig was. Omtrent de laatste ontmoeting tus schen Koning Leopold en minister-pre sident Pierlot op het slagveld in Vlaanderen publiceert de Paris Soir een vraaggesprek met Pierlot. Deze bespreking is, naar blijkt, op 25 Mei gevoerd. Volgens de verklaringen van Pierlot werd hij tezamen met den mi nister van buitenlandsche zaken, Spaak, en den minister van landsver dediging, generaal Denis, om vier uur ’s ochtends op het kasteel Wijnandsel door den Koning ontvangen. Deze gaf, na zijn ministers te hebben aange hoord, den wil te kennen, wat ook mocht geschieden, temidden zijner troepen .te blijven. De Belgische mi nisters verzetten zich met alle kracht Het frontbericht van het meldde gisteren: De strijd om Duinkerken loopt ten einde. Ondanks den wanhopigen tegen stand van den vijand is het nog niet door de Duitsche troepen bezette ge bied aan de kust rondom en in Duin kerken sedert eergisteren aanzienlijk smaller geworden. De Engelschen schijnen langzamerhand in te zien, dat de pogingen om de nog overgebleven deelen van het verslagen expeditiele- ger over het Kanaal in veiligheid te brengen, zooveel scheepsruimte en menschenlevens kosten, dat het verlies ondraaglijk' is. Het eene schip na het andere is door het Duitsche luchtwa pen en de Duitsche marine aan de kust, in het Kanaal of in de Noord zee tot zinken gebracht. Het aantal daarbij verdronken Engelsche en Fransche soldaten komt vermoedelijk overeen met de sterke van verschei dene divisies. De op de reede van Duinkerken liggende zwaar verdedig de Engelsche transportvloot is met de verdedigingsmiddelen verstrooid of vernietigd. Als lord Gort, comman dant van ’t expeditieleger, van Londen uit den „geslaagden terugtocht” vol tooid acht, dan zijn de overblijfselen van het verslagen Engelsche expedi tiecorps aan hun lot overgelaten. Het is een feit, dat de EngelSche trans port- en oorlogsschepen voor Duinker ken verdwenen zijn. De val van Duin kerken is derhalve zeer binnenkort te verwachten. De Duitsche luchtmacht zal er toe bijdragen, dat de laatste tegenstand gebroken wordt. Nadat onlangs een reeks militaire vliegvelden aan de Oostkust van En geland gebombardeerd werden, zijn binnen de verstrekkende werkings sfeer der Duitsche luchtmacht thans ook militaire doelwitten in Zuid- Frankrijk door bombardementsvlieg tuigen aangevallen. Voor het eerst is de vooral voor den Franschen aan voer buitengewoon belangrijke haven van Marseille betrokken in de onder nemingen van de Duitsche lucht macht, welke thans van Noord-Noor- wegen tot de Middellandsche Zee rei ken. Ook de belangrijkste spoorweg verbindingen tusschen Noord- en Zuid- Frankrijk zijn met succes aangeval len. het hoofd van zijn regiment gesneu veld. Von Arnim was ridder in de orde „Pour le mérite” en nam als luite- nant-kolonel en commandant van een infanterie-regiment aan de gevechten in het Westen deel. Hij was bijna 60 jaar oud en sedert 1935 rector van genoemde hoogeschool. De laatste ontmoeting tusschen Koning Leopold en Pierlot. Generaal Gort in Engeland terug De opperbevelhebber van het Brit sche expeditieleger generaal lord Gort, is Zaterdagochtend vroeg uit Frankrijk in Engeland aangekomen. Na zijn aankomst werd bekend ge maakt, dat hij vooreerst met verlof zal gaan. Uit het hoofdkwartier van den Führer maakte het opperbevel der weermacht gisteren bekend: In harden strijd is de door de En gelschen ook Zaterdag taai verde digde kuststrook ter weerszijden van Duinkerken uit het Oosten ver der ingedrukt. Nieuwpoort en de kust ten Noordwesten daarvan zijn in Duitsche handen. Adinkerke ten Westen van Furnes en Ghyvelde, 10 km. ten Oosten van Duinkerken, zijn genomen. Het aantal geyangenen en de buit zijn ook gister aanzienlijk geste gen. Alleen reeds bij één leger werden stukkeTi geschut van aller lei kaliber buit gemaakt. Aan het Zuidelijk front geen bijzondere ge beurtenissen. Het luchtwapen heeft Zaterdag, ge lijk reeds in een afzonderlijk bericht bekend gemaakt is, pogingen van res ten van het verslagen Britsche expe ditieleger om te ontkomen op de voor Duinkerken liggende schepen, bestre den. De successen der Stuka-, ge- vechts-, destroyer- en jachteskaders zijn, vergeleken met de reeds bekend gemaakte getallen, nog aanzienlijk ge stegen. In totaal zijn vier oorlogsschepen en elf transportschepen met een totale tonnage van 54.000 ton tot zinken ge bracht, veertien oorlogsschepen, n.l. twee kruisers, twee lichte kruisers, een luchtafweerkruiser, zes torpedo- böotjagers, twee torpedobooten, een snelle boot, benevens 38 koopvaardij schepen met een totale tonnage van 160.000 ton, werden dóór bomtreffers beschadigd. Talrijke booten, barkassen en sleepschepen werden tot kenteren gebracht en troepenconcentraties op ’t strand van Duinkerken met succes met bommen aangevallen. Bij een nieuwen aanval van# Duit sche Schnellboote op het nog in han den van den vijand zijnde deel der Belgisch-Fransche kust, gelukte het een dezer booten een zwaar beladen transportstoomschip van 4000 ton met een torpedo tot zinken te brengen. Voor de eerste maal hebben ge- vechtstroepen van het lüchtwapen de haven van Marseille aangeval len en daar twee groote koopvaar dijschepen met bomtreffers in brand gestoken. Het spoorwegtra- ject Lyon-Marseille werd op ver schillende plaatsen door bomtref- lers beschadigd. De totale verliezen van den tegen stander in de lucht bedroegen op 1 Juni 58 vliegtuigen. Daarvan werden er 42 in luchtgevechten en 8 door lucht afweergeschut neergeschoten, de rest werd op den grond vernield. Vijftien eigen toestellen worden vermist. Door onze uit Trondheim naar het Noorden opgerukte bergjagers werd Zaterdag Bodö genomen, waarbij, be halve ander oorlogstuig, een Engel sche batterij werd buit gemaakt. De behandeling van krijgs gevangenen. In het veldlazaret van Boisleux ten Zuidwesten van Atrecht heeft, naar het D.N.B. verneemt, de gewonde Ge treiter Krüger van de machinege- weercompagnie van een infanteriere- giment het volgende rapport in een ..protocol doen vastleggen: Bij de gevechten aan de Somme werden de onderofficier B. en twaalf van zijn schutters bij het aanbreken van den dag van 24 Mei door een overmacht van Fransche soldaten omsingeld en gevangen genomen. Ge durende den dag woedde de strijd over en weer en tegen den avond moesten de Franschen terugtrekken. De weihige nog niet gewonde Fran schen konden de gevangenen niet mee nemen. Daarom beval een Fransch onderofficier den 13 Duitschen sol daten in een rij te knielen. Vervolgens wees hij de soldaten aan, die met het Ijzeren Kruis waren onderscheiden en riep zijn mannen toe: de gedecoreer den moeten onmiddellijk neergescho ten worden. Zoo werden zes Duitsche soldaten, die de Duitsche dapper- heidsonderscheiding droegen, zonder omslag neergeschoten. HOOFDKWARTIER VAN DEN FÜH RER, 1 Juni. (D.N.B.) Aan een voor den opperbevelhebber van de Duitsche troepen in Nederland bestemde ver ordening van den Führer wordt het volgende ontleend Het Duitsche aanbod, Nederland in bescherming te nemen tegen het be wezen voornemen der Westelijke mo gendheden, Nederland tot opmarsch- basis tegen het Roergebied te maken, is bij de Nederlandsche Regeering in verband met haar geheime verstand houding met de Westelijke mogend heden op een welbewuste weigering gestuit Zij leverde daarmede volk en land over aan de verschrikking van een oorlog, bracht echter zichzelf bui tenslands in veiligheid. De Duitsche weermacht heeft in den hierdoor nood zakelijk geworden strijd met het Ne derlandsche leger al het mogelijke ge daan om de bevolking en het land ka sparen. Dit standpunt van Duitsche zijde kwam in hooge mate tegemoet aan de houding zoowel van den Neder- landschen militair alsook van de Ne derlandsche burgerbevolking. Het was in overeenstemming met den cultu- reelen en moreelen stand van het met het Duitsche stamverwante Nederland sche volk. De verantwoordelijke enke lingen, die Duitsche valschermjagers in gevangenissen geworpen, als misda digers behandeld en daarop aan de Engelschen uitgeleverd hebben, zullen ter verantwoording worden geroepen. De Nederlandsche soldaat heeft ech ter overal met open vizier en eerlijk gestreden en onze gewonden en gevan genen dienovereenkomstig goed behan deld. De burgerbevolking heeft niet aan den strijd deelgenomen en zich tegenover onze gewonden eveneens naar de wetten der menschelijkheid ge dragen. Ik heb derhalve ook voor Ne derland besloten, toestemming tot vrij lating der gevangen Nederlandsche soldaten te verleenen. De verordening geeft verder voor deze vrijlating nadere richtlijnen aan. In verband met het herhaalde bom- bardeeren door de Engelsche lucht macht van Nederlandsche stadjes en dorpen, die geen militair belang ver tegenwoordigen, hetgeen altijd 's nachts en van een zeer groote hoogte pleegt te geschieden tot dusverre gelukkig ten koste van weinig slachtoffers en geringe materieele schade werd ons alsnog medegedeeld, dat daarmede de Engelsche methode wordt gekarakteri seerd. De Engelschen hebben bij hun korte verblijf hier te lande vrijwel uit sluitend vernietigingswerk verricht en nu blijven ze trachten olietanks (b.v. te Rotterdam en te Vlaardingen) te vernielen, pogingen, welke door Duit sche troepen worden verijdeld. Thans staat vrijwel het geheele Nederland sche auto-verkeer stil, waardoor groote verkeersmoeilijkheden zijn ontstaan en dat, terwijl Nederland, naar ieder weet, beschikte over een gebruiksvoorraad aan benzine voor den tijd van twee jaren. De Parijsche correspondent van het Geneefsche blad „Suisse” bericht, dat men in Parijs reeds het bulderen der kanonnen hoort. Wanneer men in de vroege morgenuren op Montmartre staat, hoort men uit het Oosten bet geweld der ontploffingen en het vuren der luchtdoelartillerie in de verte. Bo vendien zijn van af vandaag in alle departementen in de oorlogszone de particuliere’ telefoonverbindingen ver- broken. Slechts uit enkele groote post kantoren. kan men in de oorlogszone met de departementen van de z.g. bin- nenlandsche zóne telefoneeren. Het blijkt, dat er klachten zijn over de behandeling van de in Nederlandsch- Indië geïnterneerde Duitschers. Men zal zich herinneren, dat deze Duitsche onderdanen aanvankelijk op het eiland Onrust, in de baai van Ba tavia, waren geïnterneerd. Niemand, die dit eiland kent, zal dit een ideaal oord vinden voor het onderbrengen van personen, die niets misdeden en wien niets ten laste kan worden ge legd. Het eiland Onrust was reeds vroe ger de plaats waar personen werden „opgeborgen”, doch dan betrof het lie den wier verwijdering uit de samenle ving om bepaalde redenen (en redenen van weinig-onschuldigen aard) drin gend gewenscht was. Het feit dus, dat Onrust den Duit schers als verblijfplaats werd aange wezen, kan reeds als weinig tactisch worden beschouwd. Destijds heeft het ministerie van Koloniën ook telegra fisch aangedrongen op een behoorlijke behandeling der Duitsche geïnterneer den. Wij vernemen thans, dat zij van het. eiland zijn weggevoerd, doch dat de behandeling nog in vele opzichten te kort schiet en niet gelijk is aan die, welke hun Nederlandsche lotgenooten in Duitschland is te beurt gevallen. Hierover gaan weliswaar fantastische verhalen, doch thans is vastgesteld, dat de behandeling van Nederlandsche ge ïnterneerden in Duitschland tijdens de oorlogsdagen niets te wenschen overliet. Zoo waren de Nederlandsche journalisten te Berlijn in die dagen zeer comfortabel in het luxe-hotel het „Kaiserhoff” gehuisvest. Aan het Zuidelijke front heeft het legerbericht geen bijzondere gebeur tenissen te melden. Dit kenmerkt de passieve houding der Fransche ver dediging. Zij zag en ziet werkeloos toe, hoe het eerste, het zevende en het negende Fransche leger naast de strijdkrachten der bondgenooten tot een sterkte van ver over het millioen door de Duitsche weermacht met haar superieure leiding en haar on- vergelijkelijken aanvalsgeest vernie tigd of gevangen genomen werden. De omvang van dit groote succes van het Westelijke Duitsche leger zal ver moedelijk binnen enkele dagen ook tot uiting komen in groote cijfers aan ge vangenen en buit. Op het oogenblik stroomen nog eindelooze colonnes ge vangenen naar de verzamelkampen, terwijl het onderzoek van het oorlogs materiaal, dat den vijand op het ge vechtsterrein ontnomen is, voort duurt. Terstond na de capitulatie van de Nederlandsche Weermacht hebben de Duitsche autoriteiten blijk gegeven van eerbied voor de militaire prestaties van den Nederlandschen soldaat Bij ver schillende gelegenheden, zooals krans- leggingen op de graven van gevallenen, is daarvan blijk gegeven. Van Neder landsche zijde, vooral door onze Weer macht zijn deze eerbewijzen aan den tegenstander op prijs gesteld. Toch zijn er nog velen, die in hun houding met voldoende tot uiting laten komen, dat ook de Nederlanders van hun kant alle eer willen geven aan hetgeen het Duit sche leger te velde heeft verricht. Het slagwoord „verraad” heeft een derge lijke verspreiding gevonden, dat in sommige kringen de indruk is ont staan, alsof het Duitsche leger zijn succes slechts aan eerlooze haridelin- gen van verraders» niet aan militair overwicht, zou hebben te danken. De genen, die in dezen tendentieuzen zin over verraad spreken, beschuldigen daarbij bedekt of meer openlijk een geheele groep. Van Nederlandsch standpunt uit is het goed, dat tegen die fluistercam pagne gewaarschuwd wordt. Zij berust op matelooze overdrijving. De voor stelling, dat nu alles, waarin onze Ne derlandsche soldaten tegenslag hebben gehad, aan verraad in eigen kring te wijten zou zijn, is kwalijk in overeen stemming met den ridderlijken eerbied voor de militaire prestaties van den tegenstander en moet aan Duitsche zij de ongenoegen wekken. Bovendien zou er, zoo men alle wansucces zonder meer op rekening van ’t verraad zou willen schrijven, zooveel in het Neder landsche leger corrupt zijn geweest en zouden er, als alle gefluisterde verha len juist waren, zooveel onbetrouwbare landgenooten in ons midden hebben ge leefd, dat wij nauwelijks meer van een Nederlandsche natie zouden kunnen spreken. Daarom zou het in overeen stemming zijn met den eerbied voor degenen, tegen wie ons leger in een strijd van eerlijke soldaten tegen eer lijke soldaten heeft gevochten en zou het tevens in overeenstemming zijn met ons zelfrespect als natie, indien allen nuchter wilden blijven en onze landgenooten niet zwart wilden maken, zonder dat wij uit de eerste hand bewijzen daarvoor hebben. Met praatjes van hooren zeggen, wordt de waarheid meestal niet gediend. Men mag verwachten, dat de Duit sche militaire autoriteiten, het op prijs stellende, dat de eer der Duitsche wa penen onbezoedeld blijft, er mede zul len instemmen, dat de Nederlandsche instanties, daartoe aangewezen, de aanwijzingen van verraad, welke te ha ter kennis zijn gebracht, grondig en onbelemmerd zullen kunnen onderzoe ken. Naar ons is medegedeeld, heeft dit onderzoek reeds plaats, zoodat te zijner tijd eventueele bewezen gevallen vanzelf aan het licht zullen komen. Tot zoolang doet zij goed, aan losse geruchten slechts die waarde te hech ten, die losse geruchten, ontstaan on der een zenuwachtige bevolking, ver dienen en zeker niet een groote volks groep aansprakelijk te stellen voor het geen slechts enkelingen, gesteld het geval, gedaan zouden kunnen hebben. sche clubs steeds voor Nederlanders openstonden Men zou, om den Duitscher alle recht te laten wedervaren, verder moeten gaan. Men zou moeten wijzen hoe hij, met den Nederlander tezamen, heeft gear beid voor de grootheid van Indië. Hoe hij, onder harde ontbering en als pio nier arbeidde en koffie-, tabaks- en rubbercultuur hielp vestigen. Men ga de geschiedenis der Indische groote cultures slechts na en men zal de na men van Duitschers tusschen die van Nederlanders vinden onder de voor trekkers. Zij kwamen niet in de eerste plaats om groote concerns te vestigen en winsten te behalen. Zij kwamen, toen de cultuur-arbeid nog een worste ling beteekende met de natuur, toen er met de handen gewerkt moest wor den om Indië groot te maken. Men zou ook de aandacht moeten vragen voor de vele Duitschers. die als geleerde in Indië zegenrijken arbeid hebben verricht Laat men de geschiedenis van Indië er maar eens op naslaan en men zal tientallen namen vinden van Duit schers, die hun levensarbeid, zctxier eenige terughouding, aan Indië gaven, die als Junghuhn den grondslag legden voor grootsch wetenschappelijk onderzoek, of als dr. Schüffner, met ongekende energie en groot succes een ernstige volksziekte als de malaria be streden. Zou men dit alles in Indië vergeten zijn Wij kunnen het niet gelooven. En zoo men al overijld gehandeld heeft, is het thans nog tijd om ge maakte fouten te herstellen en te zor gen, dat de geïnterneerde Duitschers behandeld worden, zooals men te in ternee ren respectabele lieden in een tropisch land, volgens de regelen van eerbaarheid en fatsoen, dient te behan delen. 4- i HAAGSCHE COURANT wij Bijkantoren: Schevenlngen, Keizerstr. 319, Tel. 550310; Rijswijk, Kantoor- boekh. Leeuwendaal, Oranjelaan 3, Tel. 119461. Voorburg, Boekhandel H. E. C. Ruijs, Heerenstr. «4, Tel. 778038; Filialen: N.V. Kantoorboekh. Th. J. de Koning, Goudsbloemlaan 3, Tel. 330263; Boekh. J. B. v. Seters jr., There- siastr. 108a, Tel. 772444; Boekh. E. D. Couvée, van Hoytemastr. 66, Tel. 721187

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1940 | | pagina 1