van
Het circus Wenger
Een stoombootdienst Monnikendam-Marken geopend - Verkoop
legerpaarden op Houtrust in den Haag - De eerste kersenpluk in de Betuwe
o
tv’"
rt
és»
TWEEDE BLAD
HAAGSCHE COURANT VAN WOENSDAG 12 JUNI 1940
FEUILLETON.
HOOIOOGST OP MARKEN.
(Nadruk verboden.)
Nieman, wat
O miss Juanita, u weet iets van
(Wordt oenxMcdJi
Zij komt lachend naderbij. Ja
DE MAASTUNNELBOUW TE ROTTERDAM. Dit enorme bouwwerk, dat Zater
dag het vierde bouwjaar ingaat, heeft gelukkig tijdens de recente gebeurtenissen
niet geleden. Op ’t ventilatiegebouw op den rechter-Maasoever worden de koperen
schoepen aangebracht, waar doorheen de versche lucht zal worden aangezogen.
WEQEROM WERDEN IN HET ALGEMEEN PAARDEN DEPOT
op Houtrust in den Haag een aantal voor het leger ongeschikte paarden verkocht.
De belangstelling voor deze verkooping was groot.
VAN IJSCLUBTERREIN TOT MOESTUIN. De gemeente Diemen heeft grond
beschikbaar gesteld voor de inwoners om te tuinieren. Zoo is het ijsclubterrein
in een moestuin herschapen.
ALS EEN GEVOLG DER BEPERKENDE BEPALINGEN
INZAKE HET VERBRUIK VAN MOTORBRANDSTOF
werd de dienst MonnikendamMarken door een
zeilbotter onderhouden. Thans zal een stoomboot den
dienst gaan waarnemen. De levende proviand voor
Marken gaat aan boord.
motorfietsen.
zeker verkoopen.
Hans’ oogen stralen. Motorfietsen,
dat is goed! Motorrijden was eens
zijn lievelingsbezigheid. Hoeveel heer
lijke tochten had hij niet gemaakt voor
hij in militairen dienst moest. En toen
zelfs veel van. Dat is niet zoo moei
lijk als een glazen bol van het hoofd
te laten schieten. Zaakkundig bekijkt
zij de kleine motorfiets, en zonder dat
zij het merken, zijn zij midden in een
vakkundig gesprek.
Zij nemen gemakkelijk een berg,
zegt Juanita.
Hebt u al eens een berglandschap
bereden? vraagt Hans.
Ze kijkt hem aan en begrijpt nu pas
zijn vraag. Ach, zegt zij, dat
was, toen ik nog bij een anderen troep
was.
Hij zwijgt en haar gezicht wordt na
denkend. Lieve help! roept zij op
eens uit. Ik ben hier toch niet om
over motoren te praten. Quito heeft
mij uitgestuurd om u te zoeken, direc
teur. Hij heeft u iets belangrijks te
zeggen. Verbroken is de draad van ’n
kleine saamhoorigheid, al ging het dan
maar over een motor. Juanita bloost
en lacht. U moet mij verontschul
digen, mijnheer Wenger, ik moet naar
de manege, wij repeteeren. En reeds
is zij verdwenen. Het is als een vlucht.
Hans kijkt haar peinzend na xnef en
raadselachtig is dit meisje Juanita.
Hij keert zich om en wil gaan. Wat
zou Quito te zeggen hebben?
Achter hem klinkt de verwijtende
stem van Nieman. Zullen wij het
zoodje verkoopen mr. Wenger, ook
de motoren?
Voorloopig nog niet, beste Nie
man, zegt Hans, ik moet er nog
even over denken. Hij vindt Quito in
zyn wagen, waar hij voor den spiegel
A
plotseling op de plaats van het gebeu
ren en van den ingang van het circus
naderen haastig enkele menschen.
Wat is hier te doen? vraagt Hans
aan zijn vader, die op het geluid van
de schoten is komen toeloopen. Is
er iets met u gebeurd?
De oude Wenger schudt het hoofd.
Zal ik mijn boy’s halen? roept
Bing’s stem. Als wij het circus om
singelen vinden wij hem misschien nog
Maar de oude Wenger wil dat niet.
Wij zullen daardoor alleen datgene
bereiken, wat wij vermijden willen, ’t
Zal opzien baren en het schandaal is
begonnen. Daar heeft mr. Higgens ge
lijk in.
Dan wenkt hij Hans en Quito naar
den wagen. Hier hooren zij wat er ge
beurd is. Ook Hans is van meenmg,
dat men een nieuw schandaal moet
vermijden.
Laten wij den kerel laten loopen
vader; hij zal zijn lot niet ontloopen,
gelooft u mij.
Enkele dagen later krijgt Hans Wen
ger het bewijs, dat er ook andere men
schen in 't circus zijn dan Brouwers.
Op een ochtend-rondgang komt hij
voorbij den lichtwagen. Vlak er achter
zijn twee groote schuren opgeslagen.
Hans kijkt in een van deze. Hij ziet
een aantal planken en kisten, machines
en apparaten en allerlei technisch ma
teriaal. Daar zijn rollen draad, zeke
ringen, draaibanken, kisten met spij
kers, tangen, hamers, boren, isoleer-
band, autobanden, enfin alles wat tot
een circus behoort. De heer en mees
ter, Nieman, zit in een blauwe overal
zijn leeren vest aantrekt. Hij is blijk
baar gereed voor de repetitie. De hel
dere zonneschijn valt in den wagen,
door het geopende venster en door de
deur weerklinkt het geloop en gepraat
van de werkende menschen van, het
circus. Op het bleeke gezicht van Qui
to is een lachje. Ik zou u iets wil
len laten zien mr. Wenger, omdat het
mogelijk is, dat ik uw circus spoedig
ga verlaten. Hij haalt een telegram
onder een glazen schaaltje tevoor
schijn. Zoo juist gekomen. Het is jam
mer dat de besteller het geheele cir
cus doerrende en mijn naam afriep.
Ik houd niet van zooiets. Maar enfin,
het is nu eenmaal gebeurd.
Hans neemt het telegram. Quito,
circus Excelsior. De roode papaver
zal weldra bloeien. De klok staat op
vijf minuten voor middernacht. Als ’t
slaat, fladdert het papier. Alvarez
gaat door jullie nacht. Voorzichtig.;
Patricia.
Ik behoef u zeker niet uit te leg
gen wat deze beeldspraak beteekent,
mr. Wenger. Men gelooft in Floreales,
dat de zaak weldra een omzwaai ten
gunste van de patriotten zal nemen.
De machthebbers hebben afgedaan.
Ons uur slaat. Dan zal ik hen, door
middel van de documenten, den dood
steek toe kunnen brengen. Een helder
licht is in de oogen van Quito. De
vreugde van een man, die de vrijheid
van zijn geknecht volk ziet.
En wie is Alvarez?
ertusschen en drinkt uit een kan met
een rieten hengsel, een kop koffie.
Als hij Hans ziet, staat hij op en
tikt tegen zijn muts.
Morgen Nieman, zegt Hans vrien
delijk, laat je niet storen. Alles in or
de bij u? Jawel directeur, dat wel...
mompelt de oude onzeker, maar
als ik vragen mag...
Kom maar op,
scheelt er aan?
De man aarzelt nog steeds, hij weet
blijkbaar niet waar hij zal beginnen.
Ik meende maar, het gaat ons niet
zoo goed met de zaken, zouden we niet
dien ouden rommel in schuur 2 verkoo
pen kunnen, het staat mij in den weg.
Er is zooveel rommel bij, dat nog
heelemaal nieuw is en niet gebruikt
wordt.
Hans is opmerkzaam geworden.
Wat voor rommel Nieman, mis
schien kunnen wij even gaan kijken?
De oude monteur neemt den zwaren
sleutel van een haak en gaat hem voor.
Kijk mr. Wenger hier zijn bijvoor
beeld allerlei latten en stalen stangen,
IN DE NABIJHEID VAN BUSSUM bevond zich een enorme zandvlakte. Lang
zamerhand is hier door afgravingen een groote plas ontstaan, welke „Klein
Valkeveen” is gedoopt. Een kijkje op dit „Boschbad”.
MET DEN PLUK VAN DE EERSTE Z.G. DUITSCHE KERSEN
is men in de omgeving van Tiel en Geldermalsen druk bezig. Met een ratel
loopt men door den boomgaard om de spreeuwen te verjagen.
Waar is dit alles voor gebruikt, waarom niet directeur. Ik weet er
Nieman?
De monteur trekt de wenkbrauwen
op. Ik weet het niet directeur. Uw
oom heeft het allemaal kort voor zijn
dood in Frisco gekocht. Ook de mo
torfietsen. Alles is nog ongebruikt. Di
recteur Rolf was het niet gewoon om
over zijn plannen te spreken. Hij gaf
orders en daarmee uit. U neemt het
mij niet kwalijk mijnheer, maar hij
was soms een beetje zonderling. Hij
kon soms plotseling van idee veran
deren. Onder het praten halen Hans
en de monteur de motoren tevoor
schijn. Hans ziet, dat het hier om
twee uitstekende merken gaat, het eene
is iets kleiner en eleganter dan het
andere. Ze zijn heelemaal in orde,
geolied en alles! roept hij verheugd
uit, alleen de benzine ontbreekt.
De oude monteur lacht trotsch, ik
heb ze steeds onderhouden, dat heeft
uw oom bevolen. Hij heeft gezegd:
Nieman, houdt de motoren in orde,
zoodat wij ze ieder oogenblik kunnen
gebruiken. Nu, en dat heb ik gedaan.
Het ontroert Hans, dat de oude man
de heele schuur vol. Dan die twee zooveel aanhankelijkheid voor den doo-
Die kan men toch de toont. Hij is nog steeds bezig met
den motor, het liefste zou hij er op
willen wegvliegen. Een schaduw valt
door de deur en een vrouwenstem zegt:
O, wat een fijne machine! Hans
keert zich om. Daar staat Juanita en
haar oogen, die meestal zeer melan-
had hij zijn motor verkocht. Maar t choliek zijn, stralen nu.
oude liefde roest niet. In de schuur
liggen stalen platen en latten, alles motoren? roept Hans blij,
gloednieuw. Hans bekijkt het.
24)
Bill kijkt den chef trouwhartig aan.
Hoe zou ik chef, u hebt het ver
boden.
Zij gaan; Brouwers loopt met ge
bogen hoofd en achter hem gaat Hig
gens.
De circusstad ligt half verlicht. Er
gens klinken stemmen, onduidelijk dui
ken hier en daar gestalten op en loopen
tusschen de tent en de wagens.
Ze zijn nog geen drie stappen van
den woonwagen verwijderd; daar
springt plotseling Brouwers vooruit, ’n
krachtige stoot treft Higgens en met
lange sprongen verdwijnt Brouwers in
bet donker. Op hetzelfde oogenblik
heeft Bill Bing zijn revolver afgescho
ten. Twee schoten klinken door den
nacht. Maar de stoot heeft Higgens
tegen Bing aangegooid en de schoten
verspreiden zich. Brouwers is verdwe
nen in circusstad, die hij kent als nie
mand anders.
Wel, wat drommel, zegt Bing,
ik had den kerel graag getatoueerd.
Waarom moest je ook op mij vallen,
Higgens?
De Amerikaan bromt iets onver
staanbaars. Maar er is geen tijd tot
debatteeren. Want de schoten hebben
alarm gemaakt. Hans en Quito zyn
I
II
I
SR
r
MMS
-V-X - .V -agi
1 i
F
wBuB
i