HAAGSCHE COURANT
en
Gemeentelijke Geneesk.
Gezondheidsdienst blijft
waakzaam
Strenge controle op de vluchtoorden
den
Eerste
van
Woensdag 12 Juni 1940.
inspectiereis
Rijkscommissaris
BINNENLAND
STADSNIEUWS
- DERDE BLAD.
werkt mede
Bezoek
Middelburg
aan
Het mooie weer
Dr. ir. Th.
Ons dagelüksch brood
De nieuwe Diergaarde te Rotterdam
Middenstandsoffer 1940
ZILVEREN AMBTSJUBILEUM
M. H. SMEETS
Daar verschillende kaden nog niet gebruikt kunnen worden, heeft het transportbedrijf voor stuk
goederen te Rotterdam zich in hoofdzaak samengetrokken op de Oosterkade, waar een enorme drukte heerscht.
Voor herovering van een zelfstandig
bestaan
Hulp aan Rotterdam
Plannen voor den
wederopbouw
Oorlogsschade
j
SS
van
M. H. Smeets.
Bode ter Gemeente-secretarie
afd. Kabinetszaken
sprak
zeide
een wel
de loyale
de
Het
No. 17592
Veevoeder-vervoer.
Het Rijksbureau voor de voedselvoor
ziening in oorlogstijd heeft nadere bepa
lingen vastgesteld inzake het vervoer van
veevoeder.
4
Wij ontvingen van de contactcentrale
der drie Nederlandsche Middenstands
bonden de eerste verantwoordingslijst
(tot en met 11 Juni 1940) van den oproep
„Middenstandsoffer 1940”: Arnhem, N.V.
V.D.B. 100; Enschede, afd. Kon. Ned.
Middenstandsb. 500; idem district V
500; ’s-Gravenhage, A. H. 10; H., F. B.
100; ’s-Hertogenbosch, Ned. Vereeniging
van Winkeliers in Juweelen, Goud, Zilver
en Uurwerken ƒ25; Vinkeveen, afd. Kon.
Ned. Middenstandsb. 100.
van der Waerden overleden
Behalve aan de strenge en afdoende
controle van de artsen heeft men dit
ook te danken aan het bijzonder fraaie
weer, dat natuurlijk allerlei ziekte
kiemen verhindert tot ontwikkeling te
komen.
Een van de voorbehoudende maat
regelen is de inenting tegen buiktyphus
aan den Centralen Post aan de Wal
deck Pyrmontkade 3. Ongeveer 50 per
sonen maken dagelijks van deze ge
legenheid gebruik. Natuurlijk was de
animo om zich te laten inenten in de
eerste dagen grooter dan thans. Men
wees er ons met nadruk op, dat de in
enting een zuiver voorbehoedende
maatregel is. Hoewel er op het oogen-
blik geen spoor van buiktyphus in
onze stad te bekennen is, kan men in
een tijd als deze natuurlijk nooit weten
wat de toekomst zal brengen. Alleen
al om deze reden is de inenting aan te
bevelen.
Voedzaamheid en malsehheid
veranderen niet
De directeur van het station voor maal
derij en bakkerij te Wageningen, dr. J.
van der Lee, schrijft ons het volgende:
In den laatsten tijd zijn in de pers
mededeelingen verschenen betreffende de
samenstelling en den aard van het brood,
dat in de naaste toekomst zal worden
verstrekt. Menigeen, vooral onder de
ouderen, zal hierbij het schrikbeeld heb
ben zien oprijzen, van het brood, zooals
dat in de laatste jaren van het tijdperk
1914—1918 werd gebakken. Voor derge
lijke voorgevoelens bestaat echter in het
geheel geen grond. Voor de naaste toe
komst is namelijk nog een voldoende
hoeveelheid grondstoffen aanwezig om
hieruit behoorlijk, dat wil zeggen, sma
kelijk en voedzaam, brood te bakken.
De aard van de grondstoffen brengt
echter mee, dat het uiterlijk van het wit
tebrood veranderen zal. Er wordt thans
namelijk van overheidswege voorgeschre
ven, dat van de voor de meelfabrieken te
vermalen tarwe (en rogge) voor de
broodbloem een grooter deel moet wor
den gebruikt dan vroeger het geval was.
Terwijl vroeger bijna uitsluitend het bin
nenste van de graankorrel (het meel-
hchaam) tot bloem vermalen werd, wordt
thans ook een deel van den buitenkant
der korrel mee vermalen. Men spreekt
dan ook van een hoogere uitmaling. Het
gevolg hiervan is in de eerste plaats, dat
de kleur van de bloem en ook het bin
nenste van het brood, minder wit worden.
Verder zal het publiek er aan moeten
wennen, dat het brood ontvangt, dat
vaster in elkaar zit, dus bij eenzelfde
gewicht als vroeger kleiner van stuk is.
De voedzaamheid en de malsehheid van
het brood staan evenwel geenszins achter
bij die van het blanke wittebrood. In
tegendeel. allerlei waardevolle bestand-
deelen, bijv, vitaminen uit de buitenste
lagen van de graankorrel, zijn in het
brood aanwezig.
Het sprgekt vanzelf, dat van de bak
kers thans een snelle aanpassing van den
nieuwen toestand geëischt wordt. De
nieuwe broodbloem stelt vooral doordat
ze baktechnisch moeilijk te hanteeren is.
bijzondere eischen voor de behandeling
van het deeg en het bakken van het
brood. Aan voorlichting op dit gebied
ontbreekt het den bakker niet. In de
proefbakkerij van het station voor maal
derij en bakkerij te Wageningen worden
voortdurende bakproeven met de nieuwe
melanges genomen, teneinde met de re
sultaten hiervan de bakkers en dus ook
onze bevolking zooveel mogelijk van
dienst te zijn.
Hiernaast geven meel- en gistfabrieken
en de bakkersvakpers hun voorlichting
aan de bakkerij. Een gelukkige omstan
digheid is hierbij, dat dank zij de toe
passing van de Vestigingswet op het bak
kersbedrijf vele gevestigde of toekomsti
ge bakkers in de laatste jaren hun prac-
tische en theoretische kennis vermeerderd
hebben. Juist hierdoor zal een aanpassing
door de bakkers aan den nieuwen toe
stand gemakkelijker zijn.
Aan den anderen kant wordt een drin
gend beroep gedaan op het publiek, be
grip te toonen voor den nieuwen toe
stand.
In de vluchtoorden.
In de tehuizen, waar de Rotterdam-
sche geëvacueerden een onderdak heb
ben gevonden, houdt de vroegere
hygiënist van de Gemeente dr. Noord^
hoek Hegt geregeld zitting. Hij dringt
er bij de menschen sterk op aan zich
te laten inenten, aan welken aandrang
bijna allen gevolg hebben gegeven. Ook
heeft men direct een onderzoek inge
steld of zich onder de geëvacueerden
bekende bacillendragers bevonden.
Voorts houdt in de groote vluchtoorden
een arts op geregelde tijden zitting, ter
wijl zij, die in de kleinere vluchtoorden
of in gezinsverband wonen, evenals de
gemeentepatiënten zich door de wijkart-
Ik zou nu voor willen stellen, dat
een centrale in het leven wordt geroe
pen voor den wederopbouw, welke in
het bijzonder wordt belast met de
verzorging van de monumenten der
bouwkunst. De taak van deze centra
le zou dan moeten zijn de geleden
schade zoo snel mogelijk vast te stel
len en goede plannen te ontwerpen, op
dat behouden blijft, wat de moeite
waard is om behouden te worden. Ik
wil een verbindingsman aanstellen,
die ervoor zal zorgen, dat alles wordt
gedaan, wat gij noodig acht, in sa
menwerking met alle burgerlijke en
militaire autoriteiten van Duitsch-
land.
Wanneer u uit onze houding wilt op
maken, dat wij u een genoegen willen
doen, dan is dit in zooverre juist, dat
wij u welwillendheid willen toonen,
niet in den zin van een beschermheer
schap, doch in den zin van een bereid
staan tot samenwerking. De voor
naamste reden is evenwel de eerbied,
welke wij hebben voor wat in het volk
leeft en de achting, welke wij koeste
ren voor de werkelijke uitdrukking
van zijn innerlijke kracht. Door dezen
geest bezield, staan wij tegenover het
Nederlandsche volk.
Weest overtuigd, dat alles zal ge
schieden, dat door ons kan worden ge
daan”.
Vergadering Provinciale Staten
Zuid-Holland.
De commissaris der Koningin in de
provincie Zuid-Holland heeft de Pro
vinciale Staten van onze provincie
bijeengeroepen voor de eerste gewone
zitting van dit jaar op Dinsdag 2 Juli
a.s., des voormiddags om 11 uur. De
plaats van bijeenkomst zal nader
worden medegedeeld.
Verlenging van rijbewijzen.
Nu vele motorrijtuigen zijn opgelegd of
afgeschaft, schrijft de K.N.A.C., rijst bij
velen de vraag, wat zij moeten doen ten
aanzien van hun rijbewijs, indien de gel
digheidstermijn daarvan in dezen tijd ver
strijkt. De K.N.A.C. wijst er derhalve op,
dat „verlenging” van een rijbewijs kan ge
schieden met ingang van den datum, die
men verkiest en dat deze datum dus niet
behoeft aan te sluiten op den geldigheids
termijn van het laatste rijbewijs. Zij, die
voorloopig geen motorrijtuigen denken te
besturen, kunnen dus met de verlenging
van hun rijbewijs desgewenscht wachten,
totdat zij hun voertuig weer van stal kun
nen halen.
collectieve arbeidsovereenkomsten”
Arbeidsbesparing en werkloosheid”
„De gemeenschap en het bankwezen”.
Rondrit,
's Middags maakte het gezelschap
een rondrit over het eiland Walcheren
en bezocht o.a. Vere. Wanneer men
door dit heerlijke land rijdt, trekt
langzaam de indruk der verwoesting
weg en men ziet dan hoe ontzaglijk
veel gelukkig behouden bleef. De hee-
le reis door Westelijk Brabant en Zee
land versterkt dezen indruk. Slechts
hier en daar heeft het oorlogsgeweld
sporen achtergelaten. Rustige, onge
schonden dorpen staan tusschen de
weelderige velden. Hier en daar is een
stuk onvruchtbaar geworden door de
inundeering met zout water, daar zijn
de boomen verdord en het land is Smeets van Buggenum”
grijs. Maar onafzienbaar zijn de groe
ne velden met den rijpenden oogst.
Overal leeft een vreedzame bevolking,
aan wie de oorlog voorbijgegaan
schijnt zonder sporen achter te laten.
Hier bouwt men rustig verder.
En daar, waar de bommen en gra
naten hun grijze en zwarte sporen heb
ben achtergelaten is een nijvere bevol
king onder actieve leiders reeds hard
aan het werk om op te ruimen en te
bouwen aan den nieuwen tyd.
Hoewel men aan de vluchtoorden tal
van voorzieningen heeft getroffen, blij
ven ze natuurlijk primitief ingericht.
Daarom moet men voortdurend een
strenge medische controle blijven uit
oefenen. Het beste zou natuurlijk zijn
wanneer men gezinsbarakken bouwde.
B. en W. van Rotterdam vestigen er
met erkentelijkheid voor de vele gif
ten, welke zij reeds mochten ontvan
gen voor de zwaar getroffen bevolking
van Rotterdam, de aandacht op, dat de
gelden, welke men voor de hulpver-
leening wenscht beschikbaar te stellen
kunnen woren gestort door over- of
bijschrijving op postrekening no. 7552
ten name van den ontvanger der Ge
meente Rotterdam met de aanduiding:
„Hulpverleening aan Rotterdam”.
De geheele voltooiing in zicht.
Aangezien de autoriteiten in Den Haag
nog geen beslissing hebben genomen
wat betreft de totale voltooiing van het
nieuwe Diergaarde-complex te Rotterdam,
is het niet zeker, wanneer het terrein, of
althans een gedeelte daarvan, voor het pu
bliek zal worden opengesteld. Dezer dagen
is in het directiekantoor op het terrein
van de Nieuwe Diergaarde een vergade
ring gehouden, waaraan o.a. werd deel
genomen door den directeur van de Dier
gaarde, dr. Kuiper, en den directeur van
het bouwbureau ir. Offerhaus.
Volgens de oorspronkelijke plannen zou
op 15 Juli de geheele Diergaarde gereed
moeten zijn, maar tengevolge van de
laatste gebeurtenissen heeft men enkele
weken den bouw moeten stilzetten. Aan
de Rivièrehal wordt thans nog druk ge
werkt en de hoofdgebouwen verkeeren
nog in een begin-stadium. Het giraffen
huis is vrijwel gereed. Ook aan de ijs-
berenrots wordt de laatste hand gelegd.
In de verschillende weiden zijn reeds en
kele rundersoorten, een groepje herten en
eenige ponnies ondergebracht, terwijl ook
enkele vogels in hun nieuw verblijf hui
zen. Het overbrengen van de overige die
ren zal geleidelijk geschieden naarmate
de hokken gereedkomen. Momenteel staan
de struisvogels reeds in een drietal kisten
klaar om verzonden te worden.
Het fraaiste gedeelte van het nieuwe
•omplex is thans ongetwijfeld de rotstuin,
die geheel in bloei staat.
Zooals de heer Offerhaus ons mededeel
de, behoeft men zich over het materiaal
voor den afbouw niet bezorgd te maken.
Ruim 85 procent van het benoodigde ma
teriaal ligt op het terrein gereed.
Verleden week werd toestemming ver
leend om voorloopig voort te gaan met de
afwerking van de reeds begonnen werken
en thans is het wachten op de laatste ver
gunning voor volledige voltooiing.
In het bijzonder is dif het geval
met Middelburg, aangezien hier een
aantal historische gebouwen staan.
Wij kunnen ons uw gevoelens inden
ken, waarmede gij thans door
puinhoopen van uw stad gaat,
was alleen de harde en ijzeren nood
zaak, welke ons dwong van Middel
burg het tooneel van den strijd te
maken, niet tegen de Nederlanders,
doch tegen de Franschen. Middelburg
is een stad van historische gebouwen
en wij zullen er naar streven alles
te herstellen, wat slechts eenigermate
kan worden hersteld. Historische ge
bouwen zijn de getuigen van den wil
van een volk zijn gedachten vorm
te geven. Middelburg treden wij met
bijzondere hoogachting tegemoet, om
dat zijn bouwwerken herinneren aan
een tijdperk in de geschiedenis, waar
in wij allen bewogen werden door
dezelfde geestelijke krachten. Zij zijn
getuigen van gemeenschappelijke ge
schiedkundige gebeurtenissen.
De wederopbouw van Nederland is
een zaak, welke voor alles de uwe
is. Wij matigen ons niet aan, u hierbij
bevelen te willen geven. Wij willen
u hierbij helpen en raadgeven.
sen kunnen laten behandelen. Bij de
kinderen van Rotterdamsche geëva
cueerden hebben zich eenige gevallen
van dyphteritis voorgedaan. Men heeft
toen ook onmiddellijk ingegrepen.
Thans zijn bijna alle kinderen ingeënt
tegen deze ziekte.
Men begrijpt, dat de vluchtoorden
scholen, leegstaande villa’s en hoeren
huizen, in het geheel niet berekend
waren op de huisvesting van een groot
aantal personen. Vooral omdat zich hier
onder geheele gezinnen bevinden.
De gebrekkige inrichting vergrootte
natuurlijk het gevaar van het uitbreken
van besmettelijke ziekten. Onder leiding
van dr. Boelens heeft men daarom tal
van sanitaire maatregelen genomen. In
overleg met de afdeeling Kinderbescher
ming werkt men momenteel een rege
ling uit om, nu de toestand in de vlucht
oorden stationnair is geworden, Rotter
damsche vrouwen, die zuigelingen heb
ben, in de gelegenheid te stellen naar de
consultatiebureaux van de gemeente te
gaan. Wanneer de kinderen van de ge-
evacueerden weer naar school willen
gaan, wordt eerst het geheele gezin on
derzocht, gebaad en doorgelicht.
Op het terrein van den Gemeentelij
ken Ontsmettingsdienst worden dage
lijks gemiddeld 200 geëvacueerden ge
baad. Er zijn daar vijf driedeelige cel
len, voor hen, die gereinigd moeten wor
den. In enkele dagen tijds zijn nog
twaalf nieuwe badcellen in een der ge
bouwtjes aangebracht. Voorts heeft men
nog twee droogkamers voor hen, die lui
zen bij zich dragen. De kamers worden
verwarmd tot een temperatuur van 65
graden Celsius.
Tenslotte deelde men ons mede, dat
de Gezondheidsdienst sedert eenigen
tijd toezicht houdt op de bereiding van
het eten voor de 1800 geëvacueerden en
op de samenstelling van de menu’s,
zoodat de hoogste voedingswaarde ver
kregen wordt en er steeds de noodige
afwisseling is.
bij het historische deel? Neen, zegt
de bouwmeester de Ranitz, het oude
karakter der stad moet behouden blij
ven, de oude structuur, ontstaan door
geleidelijke ringvormige uitbreiding
moet bewaard blijven. Zoo mogelijk
moet de schoonheid nog verhoogd wor
den door enkele wijzigingen in den stra
tenloop, zoodat het perspectief verbe
terd wordt.
De rijkscommissaris toonde vol be
grip voor dit plan, maar hij infor
meerde met groote belangstelling, of
voldoende rekening zou worden gehou
den met de eischen van het moderne
verkeer. Waarop de bouwmeester
wees op dat deel van .zijn plannen,
dat op modern snelverkeer berekend
was.
Herstel van het oude, erkenning
van de eischen van den nieuwen tijd,
dat is het probleem van den weder
opbouw, niet alleen van de stad Mid
delburg, niet alleen in Middelburg,
doch in geheel het land. Voor de
schetskaart in het museum in Zeeland
werd het even aangeroerd.
Samenwerking
In de zaal waren tal van autoritei
ten aanwezig. Met den rijkscommis
saris waren meegekomen de commis-
saris-generaal voor bijzondere geval
len, dr. Schmidt, de gezant Bene, de
persreferent van den rijkscommissa
ris, de heer Hushahn, dr. Kalf, voor
zitter van de rijkscommissie voor
monumentenzorg, mr. dr. Frederiks,
waarnemend hoofd van het departe
ment van binnenlandsche zaken.
Aan de grens der provincie Zeeland
had de commissaris der Koningin, jhr.
mr. J. W. Quarles van Ufford zich bij
het gezelschap gevoegd. Middel
burg was de burgemeester, mr. dr.
J. van Walré de Bordes, de gastheer.
Alle deskundigen waren bijeen om
een vruchtbare discussie mogelijk te
maken, die in intiemen kring werd
voortgezet.
De burgemeester
moderne stad bouwen aansluitend komstwoord. Hij
De ve r v o e r s-o p b r e n g s t van
de Noord-Zuid-Hollandsche Tramweg
Maatschappij N.V. in de maand Mei
bedroeg 300.047, tegen 275.052 in
Mei 1939.
Vrijdag over een week, 21 Juni a.s.
zal de heer M.H. Smeets, wonende
aan de Goudsbloemlaan 142 hier ter
stede, den dag herdenken, waarop hij
25 jaar geleden in dienst trad bij de
Gemeente, n.l. op de Gemeente-secre
tarie, afdeeling Kabinetszaken.
In het jaar 1915 werd de heer
Smeets te werk gesteld bij de Ge
meente, na bode te zijn geweest bij
de Eerste Kamer der Staten-Generaal.
Toen de heer Smeets pas in den Haag
kwam, diende hij een der oude adel
lijke families. Smeets heeft als bode
ter Gemeente-secretarie vele hoogtij
dagen beleefd, zoo o.a. het bezoek van
Koning Leopold van België, het hu
welijk van Prinses Juliana met Prins
Bernhard, de geboorte-afkondiging
van Prinses Beatrix, het 40-jarig re-
geerings-jubileum van de Koningin,
enz. De heer Smeets is Limburger van
afkomst, en geboren te Buggenum,
vandaar dat hij door zijn collega’s
genoemd
wordt. Gedurende 14 jaar is de heer
Smeets waarnemend kamerbewaar
der onder verscheidene burgemeesters
geweest, o.a. bij burgemeester M. Pa-
tijn, Jhr. mr. dr. Bosch, Ridder van
Rosenthal, en thans nog onder den
huidigen burgemeester, mr. de Mon-
chy.
Ongetwijfeld zal deze feestdag voor
den jubilaris die door zijn wijze van
optreden veler sympathie heeft ver
worven, niet onopgemerkt voorbijgaan.
Het A.N.P. meldt uit Middelburg:
Herstellen, weer opbouwen in onder
linge samenwerking. Dat is het parool
van den rijkscommissaris Rijksminis-
ter Seyss Inquart. Dat is het parool,
waarmee hij het hart van het Neder
landsche volk getroffen heeft. Men be
grijpt elkaar, men slaat de handen in
een. Er wordt gewerkt in een prach
tig tempo.
De rijkscommissaris is gisteren zijn
eerste inspectie- en studiereis begon
nen met een bezoek aan een onzer
steden, die het zwaarst getroffen is,
Middelburg. Prachtige gebouwen zijn
daar getroffen door het oorlogsgeweld,
het stadhuis en de abdij zijn uitge
brand, gedeeltelijk verwoest, maar
als vermaning en aanmoediging tot
wederopbouw zijn ze niet onherstel
baar vernield. De gevold staan er nog,
althans de belangrijke» gedeelten, de
structuur is behouden, te midden van
de puinhoopen der winkelstraten rijzen
de geraamten omhoog met hun nog
steeds edele lynen.
De Middelburgers hebben gezegd:
dat moet hersteld worden. De rijks
commissaris had hetzelfde gezegd.
Gisteren was er de bezichtiging en de
eerste conferentie, waarin Middel
burg zijn plannen ontvouwde en de
Duitsche burgerlijke gezaghebber zijn
raad en steun, zijn medewerking en
aanmoediging schonk. Het was een
treffend oogenblik, toen in het Middel-
burgsch museurrf, na een inleiding
van den rijksarchivaris, mr. A. Meer
kamp van Embden en den stadsbouw
meester, ir. de Ranitz, de rijkscom
missaris zich voor de groote kaart
opstelde, waarop de ramp stond aan-
geteekend met de nieuwe plannen, die
reeds ontworpen waren. En daar rees
een der problemen, waarvoor een stad
als Middelburg komt te staan.
De binnenstad is ten deele verwoest.
Zal men de puinhoopen opruimen en
een
Distributiestamkaarten voor marine
personeel met verlof
De Opperbevelhebber van Land- en
Zeemacht maakt in overeenstemming met
den Duitschen Bevelhebber in Neder
land het volgende bekend:
..Personeel van de Koninklijke Marine,
dat met groot-verlof is vertrokken en on
miadellijk voordien niet in het bezit was
van hun distributie-stamkaart. aangezien
zij voeding van Rijkswege genoten, moet
zich tot het terugkrijgen van de doorhem
ingeleverde distributiestamkaart per
briefkaart persoonlijk wenden tot den in
tendant der zeemacht te den Helder.
Aanvragen aan andere autoriteiten zul
len niet worden behandeld.
Met groot-verlof vertrokken militairen
der zeemacht, die vóór dat vertrek in
eigen voeding voorzagen en daartoe wel
in het bezit van hun distributie-stam
kaart waren, doch deze door de krijgs
verrichtingen "hebben verloren, moeten
zich ter verkrijging van distributiebe
scheiden onder overlegging van het be
wijs, dat zij met groot-verlof uit den mi
litairen dienst zijn gegaan, wenden tot
den distributiedienst in de gemeente hun
ner inwoning.”
Lid van de Tweede Kamer.
Op 63-jarigen leeftijd is heden te
zijnen huize in Laren (N.H.) overle
den het sociaal-democratische lid van
de Tweede Kamer dr. ir. Th. van der
Waerden.
De heer van der Waerden werd 21
Augustus 1876 in Eindhoven geboren.
Na H.B.S.-onderwijs te hebben geno
ten in Helmond en Tilburg, studeerde
hij in Delft voor civiel ingenieur en
werd na volbrachte studie benoemd
tot leeraar in de wiskunde en mecha
nica aan een der Amsterdamsche
hoogere burgerscholen. De heer van
der Waerden was lid van de Provin
ciale Staten van Noord-Holland, gede
legeerd lid van den raad van toezicht
op de provinciale bedrijven van
Noord-Holland, lid van de centrale
commissie voor de statistiek, van den
Zuiderzeeraad, van de Nederlandsche
centrale organisatie voor toegepast-
natuurwetenschappelijk onderzoek,
van den Hoogen Raad van Arbeid en
van de staatscommissie voor het
bankwezen.
In 1918 werd hij bij de eerste ver
kiezingen volgens het stelsel der even
redige vertegenwoordiging gekozen tot
lid van de Tweede Kamer en werd bij
de daarop volgende verkiezingen tel
kens herkozen. Van zijn hand zijn tal
rijke publicaties verschenen, o.a. zijn
dissertatie Geschooldheid en tech
niek”. ,,Het Taylorstelsel”. „De gren
zen van het historisch materialisme”.
Over rationalisatie én werkloos
heid”, „Verbindendverklaring van
In „de Waag” heeft de heer L. H. E. van
Hylekama Vlieg (niet zelf belanghebben
de) er de aandacht op gevestigd, dat het
een eisch van billijkheid en gerechtigheid
is, dat alle Nederlanders tezamen en niet
enkele de schade, welke door den korten,
maar hevigen oorlog met Duitschland, is
ontstaan, dragen. De schrijver zou het be
ter achten, als reeds terstond van regee-
ringswege werd bekend gemaakt, dat ieder
die persoonlijk door den oorlog buiten
eigen schuld schade heeft geleden, door
het geheel van ons volk, door het vader
land, schadeloos gesteld zou worden.
Hedenmorgen hebben de directeur
van den Gemeentelijken Geneesk. en
Gezondheidsdienst dr. J. A. Putto en
het hoofd van de afdeeling Volksge
zondheid dr. H. W. Boelens ons het een
en ander verteld over de maatregelen,
welke genomen zijn door den dienst in
den Haag om te voorkomen, dat be
smettelijke ziekten hier vasten bodem
zouden vinden. Deze maatregelen zijn
alleszins afdoende gebleken. In den
Haag heeft zich in de afgeloopen
weken geen enkel geval van typhus
voorgedaan, terwijl ook de andere be
smettelijke ziekten geen uitbreiding
hebben vertoond. Eerder kan gezegd
worden, dat deze in nog geringer aan
tal voorkwamen dan anders.
medewerking toe van de Middelburg-
sche bevolking en sprak de hoop uit,
dat Middelburg weer spoedig de stad
mocht worden, die uitblonk door haar
schoone gebouwen en dat Zeeland
spoedig geheel hersteld moge zijn.
Daarna gaf de rijksarchivaris een
historische inleiding over het ontstaan
van de* monumentale gebouwen in de
stad. De vele jaartallen bewezen hoe
oud de geschiedenis dezer schoone
stad is.
Rede van rijkscommissaris
rijksminister Seyss-Inquart.
De rijkscommissaris voor de bezette
Nederlandsche gebieden, rijksminister
Seyss-Inquart, nam daarna het woord
en begon zijn rede met te danken
voor de vriendelijke woorden van
welkom en voor de uiteenzetting van
den rijksarchivaris, mr. A. Meerkamp
van Embden.
Vervolgens zeide spreker:
Wanneer ik op mijn eerste inspec
tiereis naar Zeeland en Middelburg
ben gekomen, dan is dit om te toonen,
dat ik, overeenkomstig den opdracht,
welke ik van den Führer van het
Groot-Duitsche Rijk heb ontvangen,
in de eerste plaats mijn aandacht en
mijn zorg wil geven aan die gebieden,
welke schade hebben geleden door de
verwarringen van den oorlog.
■A.
S’
-