Wonderen der techniek Lopik, waar twee nieuwe zenders komen Haagsche Courant van Donderdag IS Juni 1940 DERDE BLAD, PAGINA 1. ft den benzinenood Een gevolg van in BINNENLAND van In drie en een halve week had men een zendmast 192 meter hoogte geheel gereed Jf.Van onzen specialen verslaggever.) II. Een met hout gestookte vrachtau to op het Damrak te Amsterdam. toe- Amsterdamsche Gemeenteraad Nederlandsche Bank Puin-problemen in de Maasstad Wijlen de scheeve toren van Pijnacker is er niets bij 1 De fotograaf maakte, staande aan den voet van den 192 meter hoogen zendmast, welken-de Nozema te Lopik heeft laten plaatsen, bovenstaande foto. Men lette op de klimkooi in het stalen gevaarte. men (vo De werkloosheid in de week van 6 t.ra. 11 Mei 1940 voor hen minder aangename wijze, er aan herinnerd worden, dat het door hen ingenomen standpunt onhoudbaar en ontoelaatbaar is. Wij beleven bange en zware tijden, aldus de burgemeester, maar hoe bang en zwaar ook, wij zijn ons klaar bewust van de taak, ons toevertrouwd. Die taak hopen wij in staat te zijn te blijven ver vullen, niet door een karakterlooze ser viliteit te toonen, waarvoor niemand achting heeft, maar door een vastbera den plichtsbetrachting, die zich ook ken merkt door stipte en getrouwe nako ming van hetgeen in de verordeningen van de Duitsche autoriteiten en in onze wet en verordeningen is voorgeschreven of vastgelegd. Vijfhonderd nieuwe rijksveldwachters Door de tijdsomstandigheden is een belangrijke uitbreiding van de Rijks- veldwacht noodzakelijk geworden en van overheidswege werd dan ook een oproeping gedaan voor candidaten. Het aantal plaatsen bedraagt 500 en men is thans druk bezig met de schif ting, daar het aantal gegadigden een veelvoud hiervan is. De opleiding zal geschieden te Hilversum, waar de Mo- del-Politievakschool gevestigd is en het is de directeur van deze school, mr. P. Frima, die, naar „de Tijd” meldt, de zen spoedcursus van zes maanden zal leiden. De Regeering staat reeds een crediet toe van 120.000. 18.000 arbeiders met 1300 vracht auto’s aan het ruimen „Er begint nu eenige teekening komen in het opruimingswerk in Maasstad. Wel stelt de Honderdzestig ton staal rust met de punt op een porceleinen isolator, welke, naar de experts berekend hebben, een druk van 450 ton kan weerstaan. Zie hier het voetstuk van den 192 meter hoogen zendmast, welke te Lopik is verrezen. Spoorwegverkeer door Rotterdam hersteld Met ingang van Zaterdag, 15 dezei^ zal het baanvak Rotterdam (Delft- sche Poort Dordrecht, weer bij het electrische net worden gevoegd. De treinen zullen rijden, zooals op de tabellen la en lb van het zoo juist verschenen spoorboekje is aan gegeven. Het station Rotterdam-Beurs blijft echter nog uitgeschakeld. De zenders. En dan de zenders zelf. Zij bestaan ieder uit zes trappen, waarvan de eerste 5 tezamen achter een lang paneel weg gebouwd zijn. De zesde trap is in een apart paneel ondergebracht. Daar de beide paneelen een betrekke lijk groote lengte hebben en wel 8 en 11 meter is het voor het overzicht ge- wenscht, de beide zenderdeelen boven elkander te plaatsen. De zenders zijn zoodanig gebouwd, dat zij 100 pCt. ge moduleerd kunnen worden en dat de golflengte-constantheid tot een zeer hoo gen graad van volmaaktheid is opge voerd. Gegarandeerd wordt, dat de zen ders gedurende een tijdsverloop niet meer dan drie perioden zullen verschil len van hun nominale frequenties. De zenders zijn zoodanig gecon strueerd, dat de trappen 1. 2 en 3 continu afstembaar zijn van 200-550 na.; de trappen 4 en 5 zullen varieerbaar zijn van 300-420 m. en de 6de trap plus en min 10 pCt. ten opzichte van de normale draaggolven. Bij den algemeenen opbouw van de apparatuur is er rekening mede gehou-, Burgemeester de Vlugt waarschuwt hen, die de orde verstoren. In den voltallig bijeengekomen ge meenteraad van Amsterdam, heeft de burgemeester, dr. W. de Vlugt, een korte openingsrede gehouden, waarin hij ojn. de aandacht vestigde op de hou ding der burgerij, in deze voor haar zoo buitengewoon gewichtige tijdsom standigheden, welke houding aanspraak heeft op groote waardeering. Aan voor spellingen waagt spr. zich niet en in de toekomst vermag hij niet te zien. Maar toch mag het oog niet gesloten worden voor het feit, dat ondanks de be moeiingen der Overheid, om dit te voor komen, moeilijkheden zwaarder dan thans te duchten zijn, moeilijkheden die ons thans reeds met zorg vervul len. Spr. hoopt dat ook in moeilijker dagen dan wij thans beleven, die rust en die zin voor orde de burgerij in het algemeen zullen blijven kenmerken. Verhelen wilde spr. niet, dat er enke len zijn, die het er op gezet schijnen te hebben, de rust en orde te verstoren, enkelen, die bovendien van de gedach te schijnen uit te gaan, dat er verschil van inzicht bestaat tusschen de Duit sche autoriteit en de gemeentelijke overheid over hetgeen onder rust en openbare orde dient te worden verstaan. Die meening nu is, naar spr. bij meer dan één gelegenheid is gebleken, vol strekt onjuist en daarom meende hij die personen ernstig te moeten waarschu wen, teneinde te voorkomen, dat zij, op De 192 meter hooge zendmast, het 160 ton wegende stalen gevaarte, welke door de Nozema op het voor den bouw van twee zenders te Lopik aangekochte terrein is geplaatst, moet op de gevoe lige plaat vastgelegd worden. Aldus had de fotograaf besloten. En nog wel zoo, dat iedereen duidelijk een indruk zou krijgen, wat 192 meter hoogte wil zeg gen. Het toestel wijst bijna loodrecht omhoog als de foto gemaakt wordt. Het resultaat? Men bekijke bijgaand plaatje maar eens: wijlen de scheeve toren van Pijnacker is er niets bij! Hoe is men er in geslaagd hier stelt de leek vragen om de zendmasten, die tot basis hebben een gelijkzijdigen driehoek met een zijde van 2.70 meter, omhoog te krijgen? De expert, de man die met groote getallen en uitgebreide berekeningen goochelt als u en ik met twee kaatsballen, somt op, hoe zulk een zendmast gebouwd is. Let op: de eerste 30 meter zijn gemonteerd, terwijl dit eerste stuk nog op den grond lag en wel zoodanig, dat er tevens een montage lift in gemaakt werd. Daarna is dit eer ste stuk verticaal gezet, waarbij de tuien, welke het precies in evenwicht houden, goede diensten bewezen. En ver volgens is men met den afbouw begon nen. Eiken dag vorderde men 8 meter, zoodat na 3) week de heele mast stond, met een zoogenaamde klimkooi er in. En met den tweeden mast, welke maar 166 meter hoog is, ging het op precies de zelfde wijze. De bouwers gaan er overigens niet trotsch op, dat zij in betrekkelijk korten tijd dergelijke kunststukjes tot stand brachten. Voor hen stond het vast, dat alles nauwkeurig berekend en getee- kend was. Zóó moest het goed zijn, ’t Was ook goed! „Als de heeren eens omhoog willen?” De fotograaf kijkt mij aan en ik kijk terug. 192 meter klimmen in een kooi, waarin je alleen op de kracht van de armen bent aangewezen? ’t Moge aan lokkelijk zijn voor Michiel de Ruyter’s, maar de man-van-de-krant voelt er niets voor. Die bedankt voor het vrien delijk aanbod. En de fotograaf dito, want die werd duizelig alleen al bij het staren omhoog in het gevaarte. Wonderen der techniek! Zij, die van verre de zendmasten zien oprijzen, den ken er niet eens over na hoe men der gelijke gevaartes eigenlijk op de plaats van bestemming weet te brengen, of hoe men ze in evenwicht weet te houden. Maar zij, die hun nieuwsgierigheid van dichtbij bevredigen, worden vervuld van een diep respect voor de prestaties van Hollandsche vakmenschen, die precies uitgerekend hebben aan welke voor waarden een moderne zender moet vol doen om goed te functioneeren en die er in geslaagd zijn in Nederland een plaats te ontdekken, waar deze voor waarden inderdaad het best vervuld worden. Zij vertellen iets van het hoofdge bouw, waar in de kelderverdiepingen tevens schuilkelder 20 k.m. aan kar beis komt Daarnaast is het gebouw, ■waar de zendapparatuur reeds gedeelte lijk is aangebracht, een hoogspannings- gebouw. En daarom heeft men den vei- ligheidsgrond zoo hoog mogelijk opge voerd. Nergens zal men hout zien. En evenmin zal het mogelijk zijn, dat lee- ken door het openen van een verkeerde deur in groot gevaar komen. Want opent men een deur, die niet geopend mag worden, dan wordt daardoor de span ning van den zender afgeschakeld en is het gevaar opgeheven. Een hoogspan- ningsgebouw in optima forma: zeker, dat mag men zeggen. Maar ook: een ge bouw, waarin bezoekers zich volkomen op hun gemak zullen voelen. Overal zijn er voorzorgsmaatregelen getroffen. Professor mr. A. M. de Jong voor gedragen voor de benoeming tot directeur. Op de agenda van de op 1 Juli a.s* te houden vergadering van aandeel-» houders van de Nederlandsche Banlfi staat als eenig punt vermeld de be noeming van een directeur. Als num mer één staat op de voordracht prof, mr. A. M. de Jong, thans onderdirec teur van de Bank. Prof. nir. A. M. de Jong, is 48 jaar oud. Sedert 1921 is hij bij de Neder landsche Bank werkzaam. Op 1 Ja nuari 1934 volgde hij mr. C. J. de Vrieze op als chef van de afdeel ing secretarie. Op 1 April 1935 werd prof, de Jong onder-directeur. Sedert 1 October 1932 is hij buiten gewoon hoogleeraar aan de Neder landsche Handelshoogeschool te Rot terdam voor het geld-, crediet- eo bankwezen. den, dat in den vollen omvang reserves aanwezig zijn; bij de kleinere onder deden geschiedt dit door' het in twee voud aanbrengen van die onderdeelen; bij de grootere onderdeelen, zooals b.v. de eindlampen, welke een vermogen zullen hebben van 100 kW elk, is voor de 4 bedrijfslampen per groep van 2 telkens 1 reservelamp ingebouwd, welke door omschakeling oogenblikkelijk in bedrijf gesteld kan worden in de plaats van een lamp, welke tijdens het bedrijf defect zou raken. De voor den zender benoodigde span ningen en stroomen worden deels ge leverd door machines, deels door gelijk- richters. Ook deze machines en gelijk- richters zijn in duplo aanwezig, even als de koelwaterpompen. Alleen de groote gelijkrichters van de eindtrap- pen zijn niet gedupliceerd, doch bezitten een gemeenschappelijke reserve. De dupliceering is ook doorgevoerd in de stroomleveringen, welke geschie den door de P.U.E.M. (Prov. Utrecht- sche Electriciteits Mij.), die hiertoe een hoogspanningsstation in het zender- gebouw heeft ingericht, waar vier ka bels van het provinciale net uitkomen. Eén dezer kabels verbindt de zenders rechtstreeks met de electrische centrale en is dus practisch niet onderhevig aan storingen, veroorzaakt door neven belastingen. De P.U.E.M. levert de energie bij een spanning van 10.000 V4 deze spanning gaat rechtstreeks door naar de groote gelijkrichters, waar zij opgetransfor meerd wordt tot 20.000 V. ten behoeve van de beide eindtrappen van den zender. Voor de overige zendertrappen als mede voor alle andere diensten, waar voor electrische energie benoodigd is, te de buitengewone omvang van de werkzaamheden hooge eischen aan de organisatie, maar het werk vlot steeds beter.” Deze mededeeling werd ons gedaan door den chef van dg opruimingswerk zaamheden, ir. C. Franx, die ook ver telde, dat thans 18.000 mannen bij het ruimingswerk zijn tewerk gesteld. Het aantal vrachtauto’s, dat puin rijdt, wis selt dagelijks, maar beweegt zich toch om de 1300. Waarschijnlijk zullen niet meer arbeiders worden aangenomen, omdat men elkaar anders maar in den weg zou loopen. Bovendien worden alle arbeiders door tusschenkomst van de arbeidsbeurs aangenomen, zoodat de gemeentelijke technische dienst over deze kwestie geen zorgen heeft. Anders is het met het puinvraag- stuk, dat binnen enkele weken een van de meest urgente moeilijkheden van Rotterdam is geworden. Op het groote terrein langs de Rochussenstraat kan men niet onbeperkt blijven doorgaan met puin storten. De hoeveelheid puin, die per schip vervoerd wordt, is be trekkelijk klein, en de Schie is vrijwel gedempt. Aan de Kortekade is men bezig met het versterken van de oevers van den Kralingschen plas, maar in dien plas zelf kan geen puin worden gestort, zelfs wanneer men deze oplos sing, die van alle zijden protesten zou doen opkomen, zou willen gebruiken. De bodem van den plas is immers veen en wanneer het zware puin daar op gestort zou worden zou de puinlaag steeds meer wegzakken, terwijl elders in den plas de bodem steeds meer om hoog zou komen. Het zou dus een werk worden, waarmede men nimmer gereed zou komen en ir. Franx beves tigde, dat de gemeentelijke technische dienst dit plan zelfs nimmer heeft ge had. Momenteel is men bezig met het zoeken naar gelegenheden om het puin kwijt te raken, maar van vaststaande plannen is nog geen sprake. .4 De geruchten, dat bij het ruimings werk zooveel ongevallen zouden zijn voorgekomen, moeten naar het rijk der fabelen worden verwezen. Natuurlijk komt het voor, wanneer men met bijna 20.000 man werkzaam is, dat hier en daar eenige ongelukken plaats hebben. Publieke belangstelling Dat de belangstelling van het pu bliek voor het vraagstuk van het op ruimingswerk groot is, ondervindt de gemeentelijke technische dienst dage lijks. Van verschillende zijden krijgt men adviezen om het werk te vereen voudigen. Dergelijke adviezen worden alle door den chef van het werk be oordeeld, hoewel de opgaven, die door de adviseurs behandeld worden, niet allemaal zoo eenvoudig zijn als som migen wel denken. Een plan bijvoor beeld om muren te sloopen door mid del van een heistelling, waartusschen een zware slinger tegen de muren zou beuken, de manier waarop in de ge schiedenis tijdens oorlogen stadswallen werden aangevallen, is niet uitvoer baar, omdat men dan niet weet, naar welke zijde de muren zullen omvallen. Nu men echter met ontplofbare stof fen werkt is het sloopen van zware stukken bouwwerk ten zeerste vergemakkelijkt. Al zijn nog niet alle moeilijkheden overwonnenhet gaat met het opruimingwerk den goeden kant op! Van wachtgeldregeling wordt veel gebruik gemaakt. De directeur van den Rijksdienst der werkloosheidsverzekering en arbeids bemiddeling deelt mede, dat blijkens gegevens, verzameld door het centraal bureau voor de statistiek het aantal leden van gesubsidieerde vereenigin- gen met werkloozenkas in de week van 6 t/m. 11 Mei 1940 bedroeg 600.933, waaronder 75.671 landarbeiders. Op deze personen is van toepassing de regeling der Werkloosheidsverzekering, vervat in het Werkloosheidsbesluit 1917. Van de 525.262 verzekerden zonder de landarbeiders was 14,9 pCt. de geheele week werkloos (in de vorige verslagweek, 22 t/m. 27 April 14,8 pCt). Een gedeelte van de week was werkloos 3,7 pCt. (vorige verslagweek 1,9 pCt.). Kennelijk weerspiegelt zich in dit cijfer de werkloosheid, welke in de laatste dagen dezer week is aan gevangen. Brengt men hen, die een gedeelte der week werkloos waren, voor een derde gedeelte (dus voor 2 dagen werkloos heid) in rekening, dan verkrijgt het werkloosheidspercentage 16,1 rige verslagweek 15,4). In verband met den huidigen stand wordt hoe langer hoe meer door werkgevers gebruik gemaakt van de mogelijkheid om met subsidie van de overheid wachtgeldregelingen in het leven te roepen, om het dienstverband met het personeel, voorzoover het niet, of niet volledig werk heeft, te behou den. Zelfs door de groote Nederland sche ondernemingen wordt thans van deze mogelijkheid gebruik gemaakt wordt de 10.000 V. in een NOZEMA- transformatorstation neergetransfor- meerd van 310 V.220 V., welke span ning naar de verschillende motoren en apparaten gevoerd wordt om omgezet te worden in de spanning- en stroom- soort, welke voor de verschillende dee- len van den zender beschikbaar moet zijn. Het koelwater, dat voor het koelen van gelijkrichterlampen en dergelijke benoodigd is, stroomt rond in een ge sloten koelsysteem, zoodat telkenmale hetzelfde koelwater weer voor koelen gebruikt wordt. Deze maatregel voor komt de afzetting van ketelsteen en dergelijke in de apparatuur. Teneinde de warmte, welke in het koelsysteem wordt opgenomen, af te voeren, wordt ‘dit water in z.g. tegenkoelers gekoeld met water, dat uit op het terrein ge slagen bronnen wordt gepompt. Alle pompen voor deze handelingen zijn in tweevoud aanwezig, nemen bij weige ring automatisch elkanders werk over en geven door het inwerkingstellen van signaalinrichtingen van alle onregel matigheden direct kennis. Indien on danks deze maatregelen het koel systeem zou haperen, b.v. door het op drogen van de bronnen, kan men door het omzetten van enkele handwielen oogenblikkelijk koelen door middel van water, dat door de drinkwaterleiding wordt aangevoerd. In de tusschenperiode, welke tijdens dit omschakelen verloopt, zorgt een z.g. hydrofoor-installatie voor het rond persen van water langs de kostbare zendlampen, zoodat oververhitting hier van practisch nimmer is te vreezen. Teneinde de zend-apparatuur ook te kunnen beproeven op vol vermogen, zonder dat energie behoeft uitgezonden te worden, is een z.g. kunst-antenne aangebracht, welke bestaat .uit een systeem van spoelen, condensatoren en gekoelde weerstanden, welke eenzelfde electrisch beeld vertoont als de an tennes en deze dus kan vervangen. Werkt de zender normaal, dan wordt de energie van de eind trap toegevoerd aan een feederlijn, welke eindigt in een feederhuisje, dat aan den voet van beide maten is geplaatst Van deze feederhuisjes wordt de energie door daartoe passende afstemmiddelen aan de masten, welke van het zelfstralende type zijn, toegevoerd. Teneinde een goede uitstraling te verzekeren, zal men in den grond rond om de masten aardnetten graven, be staande uit straalsgewijze uitloopende koperdraden, welke even lang zijn als de uit te zenden golflengte. En tot slot het antwoord op de vraag hoeveel energie er verloren zal gaan tijdens den toevoer naar den mast De experts hebben ook dat uitgerekend. Zij houden het er op, dat 90 pCt. van de toegevoerde energie nuttig zal wor den uitgestraald. De genomen maatre gelen laten slechts speling voor een verlies van 10 pCt, dat eerder minder dan mèèr zal worden. (Nadruk verboden). Van de 300 schuil gangen maar één beschadigd Men is van gemeentewege reeds hier en daar begonnen, d< schuilgangen weer in goeden staat te brengen, wat betreft de bekleeding met grond en graszoden. Een werk, dat echter in hoofdzaak wacht op het beschikbaar komen van personeel. Bij een gesprek, dat we met den chef der Bouwpolitie, den heer ir. W. Val- derpoort, hadden over deze schuilgan gen, wees deze er op, dat deze uitvin ding van den inspecteur der bouw- rpolitie Meukmkamp zich proefonder vindelijk als zeer gunstig had bewezen. Van de 300 dezer schuilgangen in Rot terdam is er sleehts één beschadigd, namelijk aan den Westersingel. En dit dan nog niet door vallend puin, doch door een weggeslagen stuk topgevel. Rotterdam heeft behoefte aan 75.000 vierkante me ter glas. Volgens een ruwe schatting vaneen deskundige, is te Rotterdam na 14 Mei voor de vernieuwing van venster- en spiegelruiten behoefte ontstaan aan 75.000 vierkante meter glas, waarbij dan nog géén rekening is gehouden met hetgeen in de binnenstad is ver loren gegaan. De Rotterdamsche glashandelaren en de schilders-glazenmakers hebben da delijk energieke pogingen aangewend om in deze enorme behoefte te voor zien. Men stond daarbij voor groote moeilijkheden, want in de eerste plaats waren de voorraden van alle handela ren op één na, door brand vernietigd of voor een zoo groot gedeelte bescha digd, dat er hoegenaamd niets meer van was te gebruiken. Men was dus aangewezen op collega’s in den lande en reeds spoedig kon men op de wegen naar de omliggende gemeenten en de naastbij gelegen steden auto’s en zelfs sleeperswagens aantreffen, waarop groote hoeveelheden glas konden wor den geladen. Men kan zeggen, dat in Rot terdam thans ongeveer 40 pCt. van alle gesprongen ruiten is vernieuwd. Met aller medewerking is nu naar ruwe schatting ongeveer 30.000 vier kante meter glas in het gapend ven ster van burger en winkelier geplaatst, maar het zal nog wel één of twee maanden duren, voordat in alle woon- en winkelhuizen de ruiten zijn ge plaatst De oorzaak van dït lange tijdsver loop is te zoeken in de omstandigheid, dat ons land geen enkele vensterglasfa- briek teltwij zijn aangewezen op den invoer uit ’t buitenland. Vóór den oor log leverden Engeland, Duitschland en vooral België het glas, dat hier noodig was, doch het is te begrijpen, dat En geland als leverancier is uitgeschakeld en België heeft zelf te veel glas noo dig, dan dat men een redelijke hoe veelheid uit dat land kan verwachten. Er blijft dus alleen Duitschland als glasleverancier over. Reeds is in han- delskringen de mededeeling ontvangen, dat voor het Duitsche glas een lever tijd van 4 a 5 weken moet worden ge rekend, doch met het oog op de ver- voersmoeilijkheden kan» deze termijn misschien wel worden vergroot. 'v flMM JJ. >*-«• rs-, ƒ- - r

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1940 | | pagina 9