dezen van en onze meer De gebeurtenissen tijd en onze schooljeugd De luchlbescherming heeft leden noodig In den Haag minstens 60.000 BINNENLAND Resultaten school niet minder dan op andere jaren HUIZE VALKENET TWEEDE BLAD, PAGINA 2 HAAGSCHE COURANT VAN DINSDAG 25 JTTNI 1940 Dalende jeugdwerkloosheid De voorziening met brandstoffen het brood Het gewicht van Generaal pardon ook voor Zegelwet De school en de ernst der tijden De weegschaal kan ons niet helpen datum 1 1940 Geen vlaggen en geen feestbetoon voor aldus voor Als voorwaarde voor deze personen ad 2 geldt, dat zij billijkerwijze voor een dienst kunnen worden aangewezen. De onder 2 genoemde personen zullen binnenkort op grond van art 12 der Wet op de Luchtbescherming door den Bur gemeester van ’s-Gravenhage voor dien sten voor de Zelfbescherming worden gevorderd. Eenzelfde vordering zal kun nen plaats hebben voor de personen onder 1 genoemd indien blijkt, dat zij hun vrijwillge dienstaanbieding niet ge stand doen. Herdenking van de gevallen oud-leerlingen. komen met alle rangen dikwijls als is. Wij moe- waken tegen wachts en 17840 personen voor huis- hulp voor zieken, ouden van dagen, kinderen enz. In totaal heeft men ruim 60.000 personen' noodig. Dit getal wordt nog lang niet bereikt. Om hierin te voorzien heeft men, zoo- als reeds gemeld, de gezinsregistratie ter hand genomen. Met de verzameling van de noodige gegevens zijn de straat hoofden belast. Van deze gegevens zal een kaartsysteem, dat uitsluitend ten dienste van de Zelfbescherming staat, vervaardigd worden. Dit systeem zal bevatten SALONS LAAN zijn. Schoolfeestjes dienen dus achter wege te blijven; schoolreisjes, school- wandelingen, museumbezoek, dit alles dient voor zoover de omstandigheden het toelaten en de noodige geldmid delen beschikbaar zijn, door te gaan. Ook daarbij dient voor le groote uit bundigheid, die anderen kan kwetsen, te worden gewaakt” 1 April dat of Viterlijk is alles weer nor maal. Verzending van kranten en tijdschrif ten van en naar Duitschland. Met ingang van heden is de verzen ding van couranten en tijdschriften voor zoover deze als postabonnement of rechtstreeks door de uitgevers of drukkers der betrokken bladen worden verzonden van Nederland naar Duitsch land en in omgekeerde richting, weder toegelaten. Eenige oud-leerlingen van het lyceum zijn gesneuveld voor het vaderland. De rector zeide ons, dat het een moreele plicht van de school is hun heengaan op een of andere manier bij de leer lingen van heden en van morgen vast te leggen, zoodat de jongelui kunnen zien wie van de oud-leerlingen het vaderland gesneuveld zijn. Alle mannen geboren in de jaren 1921 t.m. 1923 èn alle vrouwen geboren in de jaren 1895 t.m. 1923, die zich nog niet vrijwillig voor een functie bij de Zelfbescherming opgaven, dan wel vroe ger daarbij dienst deden en later be dankten. Welken invloed hebben de gebeur tenissen van dezen tijd gehad op de jeugd Deze vraag hebben wij voorgelegd aan een rector van een lyceum, twee directeuren van middelbare scholen en eenige hoofden van Mulo- en lagere scholen, die krach tens hun groote ervaring op onder wijsgebied en doordat zij dagelijks zeer nauw in contact jonge menschen van en standen, die hen vertrouwensman en raadgever be schouwen, volkomen bevoegd kun nen worden beschouwd om op deze vraag een juist antwoord te geven. wichtigheid gemotiveerd ten ook hierbij sterk generaliseering en niet zeggen van een jongen, die erg lastig is, o ja, dat komt natuurlijk door den algemeenen toe stand. Een verheugend verschijnsel is weer, dat vooral de ouderen hun uiter ste best doen het werk zoo goed moge lijk te doen. Herhaaldelijk is mij ge bleken, dat zij ongerust zijn, dat zij niet op tijd klaar komen en daardoor niet zullen slagen. De algemeene ver wachting is, dat de resultaten van de overgangsproefwerken en examens niet minder zullen zijn dan andere jaren. Sprekende over de leeraren zeide dr. v. d. Wijk, dat het natuurlijk is, dat zij erger geschokt zijn door de gebeur tenissen. Voor hen is het moeilijker dan voor de leerlingen den druk van het heden te vergeten al zijn zij ook met den vasten wil bezield het school leven weer normaal doorgang te doen vmden. Utrecht brengt 43.600 bijeen voor het Grebbecomité De nationale collecte ten bate van het Grebbecomité heeft te Utrecht 43.600 opgebracht. Het is gebleken, dat het kort gele den bekend gemaakte zgn. generaal pardon in zake sommige belastingen bij verschillende contribuabelen den wensch heeft naar voren doen komen om ook ten aanzien van overtredingen van de Zegelwet de aan de lande ver schuldigde belasting alsnog te vol doen, indien hun daartoe de gelegen heid zou worden geboden, zonder dat zy zich bloot stellen aan een vorde ring van boeten. In verband daarmede wordt bepaald dat ten onrechte ongezegelde stukken of 'onvoldoende gezegelde stukken tot en met 15 Juli 1940 aan de ambtena ren van het zegel kunnen worden aan geboden ter zegeling en dat deze ze- geling dan plaats vindt zonder proces-verbaal wordt opgemaakt boeten worden gevorderd. In het bijzonder zal deze maatregel van belang zijn voor polissen van rechtstreeks in het buitenland geslo ten verzekeringen en voor buitenland- sche effecten, welke stukken door be langhebbenden in ontvangst zijn ge nomen, zonder dat de stukken tijdig ter zegeling zijn aangeboden. Blijkens den aanhef dezes zal de regeling ech ter ook voor alle andere aan zegel recht onderworpen stukken gelden. De zegeling zal plaats hebben tegen betaling van het recht, dat ten tijde van de aanbieding verschuldigd is. Ten aanzien van buitenlandsche affecten echter, welke met toepassing van het bovenstaande in de maand Juli 1940 (tot uiterlijk 15 Juli 1940) worden aan geboden, zal het recht berekend wor den alsof de stukken in het tweede kalenderkwartaal van 1940 waren aan geboden. of aflevering plaats vindt via een laar of anderen groothandelaar, L'e Nederlandsche Vereeniging voor luchtbescherming is in de enkele jaren van haar bestaan uitgegroeid tot een zeer groot lichaam, met afdeelingen in vrijwel alle plaatsen van ons land en enkele honderdduizenden leden. In het begin voelden de menschen er weinig voor zich als lid op te geven. Men lachte dikwijls om de luchtbescherming en zeide, dat dit toch van nul en geener waarde was, want als er een bom van 500 k.g. valt op een schuilkelder dan stort deze toch in, enz enz. Door doeltreffende propaganda en door den nood der tijden heeft men langzamerhand een ander idee over de luchtbescherming gekregen. Men kreeg er daadwerkelijk belang stelling voor en gaf zich op als lid. De afdeeling den Haag telt b.v. thans ruim 40.000 leden. Een respectabel aantal 1 De taak van de N.V.L. in den Haag is gesplitst in 2 gedeelten. Ten eerste doet de gemeentelijke luchtbeschermings dienst herhaaldelijk een beroep op de N.V.L. voor den ordedienst, de wijk- brandspuit, ordonnans-, opruimings- en geneeskundige diensten. Daarnaast staat de Zelfbescherming van de bevol king, die natuurlijk ook weer onderver deeld is in verschillende diensten. De Zelfbescherming treedt in werking wanneer het luchtalarm weerklinkt. De heer N. van Helsdingen, admini strateur, vertegenwoordiger van de af deeling ’s-Gravenhage van de N.V.L., zeide ons, dat thans 40822 personen lid zijn van de afd. den Haag, d.i. 8.37 pCt. van de geheele bevolking. Men moet echter niet vergeten, dat vele leden niet in staat zijn actieve diensten te verrich ten. Men heeft in totaal noodig voor de Zelfbescherming 670 blokhoofden, 8900 straathoofden, 5350 blokbrandweerlie- den, 19180 ordonnansen, 8920 brand- 1. Alle mannen en vrouwen, die zich reeds thans vrijwillig voor een functie bij de zelfbescherming hebben opgege ven, onverschillig het jaar van geboorte, met inbegrip van blok- en straathoof den. 2. Het herstellingsoord voor Duitschers te Beekbergen Het herstellingsoord voor Duitschers te Beekbergen (gemeente Apeldoorn) waarover de Deutsche Zeitung in den Niederlanden een bericht bracht, is naar de N.R. Crt. meldt, het Troel- stra-oord. Van Duitsche zijde is een regeling met het bestuur getroffen, waardoor van 1 Juli af in ons land wonende Duitschers eenigen tijd koste loos verblijf in dit tehuis zullen kun nen genieten. Het gaat hierbij ook om Duitschers, die geleden hebben door het bombardement van Rotterdam. 1 droge stof zit en in het heele brood de hoeveelheid van 480 gram, daarvoor staan het broodbesluit en het geheele apparaat van de keuringsdiensten haar borg. Het brutogewicht aan brood, dat men ontvangt, zal in de verschillende deelen des lands uiteenloopen en ook bij de eene broodsoort, anders zijn dan bij de andere, doch het nettogewicht. dat men ontvangt is in alle gevallen hetzelfde. van het zeide Het ligt in het voornemen der Ge meentelijke overheid, die mannen tus- schen 20 en 60 jaar, die zij voor de Ge meentelijke Lbs-diensten niet noodig heeft, eveneens te doen opnemen in het kaartsysteem voor de zelfbescherming. De straathoofden hebben lijsten ont vangen, die zij ingevuld dienen in te zenden bij de sectorbesturen. U be grijpt, aldus de heer van Helsdingen. dat dit een werk is, dat van hen ont zettend veel tijd vergt. Zij moeten huis aan huis gaan, vragen allerlei bijzon derheden aan het gezinshoofd over het aantal gezinsleden, of er zieken en hulp behoevenden zijn, enz. enz. opdat men op deze wijze een zoo volledig mogelijk beeld krijgt. Het geschiedt in het belang van de bevolking zelf en het is daarom een moreele plicht van de menschen de straathoofden zoo veel mogelijk ter wille te zijn en hen met vriendelijkheid te ontvangen. Men vergete niet, dat alle arbeid geheel gratis door hen verricht wordt en dat zij al hun vrijen tijd aan dit werk opofferen. Het verdient aanbeveling, dat men zich vrijwillig opgeeft, omdat dan zoo mogelijk met eventueele wenschen re kening kan worden gehouden. Men loopt dan b.v. minder de kans, dat men aangewezen wordt voor diensten in een geheel andere wijk dan waarin men woont. De maatregel van de gezins registratie heeft reeds een preventieve werking, want veel meer menschen ge ven zich op, terwijl de bereidheid om diensten voor de luchtbescherming te verrichten grooter is dan vroeger. Het is trouwens in ieders belang, dat den Haag over een goed georganiseerde luchtbeschermingsdienst beschikt, aldus de heer van Helsdingen, die niet alleen daadwerkelijk op kan treden maar ook van voorlichting kan dienen. De afdeeling den Haag van de N.V.L. is thans bezig in al haar sectoren Eerste Hulp Bij Ongelukken-clubs op te rich ten, die voor een klein bedrag een cursus van 26 lessen geven. Na afloop daarvan wordt een eenheidsdiploma uitgegeven. Op deze manier wordt be reikt, dat een groot aantal personen eerste hulp zal kunnen verleenen, het geen niet alleen zijn nut heeft in oor logstijd, maar ook in normale tijden. Vooral als deze menschen zich regel matig blijven oefenen. Oorlogsnoodenfonds voor personeel van gevangenissen, enz. Op voorstel van het hoofd van het ge- vangeniswezen is door de daarbij betrok ken centrales van overheidspersoneel een „oorlogsnoodenfonds” ingesteld voor de ambtenaren van het gevangenis-, rijks tucht- en opvoedingswezen en de psycho- paten-asyls. De secretaris-generaal, waarnemend hoofd van het departement van justitie, heeft het beschermheerschap aanvaard, terwijl als beheerder van het fonds zal optreden mr. J. S. Korteweg te ’s-Graven hage. Het fonds zal gevormd worden door: le Een vrijwillige bijdrage van J pro cent van het loon (gedurende voorloopig 6 maanden) van het geheele personeel varf genoemde dienstvakken; 2e. door giften van corporaties, die bij het gevangeniswezen betrokken zijn en anderen. Het fonds is gesticht om tegemoet te komen aan aanvragen van het bedoelde personeel (in den ruimsten zin) dat schade door oorlogsrampen heeft geleden. Alle duiven moeten binnen blijven. De commissie voor de gezamenlijke postduivenhouders in Nederland maakt bekend, dat het van heden af verboden is alle soorten duiven, dus ook sierduiven, uit te laten vliegen. Alle soorten van dui ven moeten dus van heden af worden vastgehouden, geringd of ongeringd. De commissie maikt voor de laatste maal de postduivenhouders opmerkzaam, dat hel verplichtend is haar een opgave te doen toekomen van de op hun hok aanwezige postduiven. Opgaven van de jaartallen en ringummers, uitsluitend aan het secreta riaat, den heer Joh. Hornstra, Prinsen gracht 407 te Amsterdam. Binnenkort zal met de controle worden aangevangen. Da hoklijst moet dan aanwezig zijn. Nederland op de Leipziger Messe. Ons land zal ook ditmaal met een col lectieve tentoonstelling aan de internatio nale Leipziger Najaars-Messe, welke van 25 tot 29 Augustus gehouden wordt, deel nemen. Naar gewoonte geschiedt dit onder leiding van den Economischen Voorlich tingsdienst Wij vernemen, dat de inzending over het geheel van gelijken omvang zal zijn als tot nu toe en dat vooral die produc ten aangeboden zullen worden, waarvan men den uitvoer tracht te bevorderen De tentoonstelling wordt gehouden in het „Ring-Messhaus”, waar ook andere vreemde staten zullen exposeeren. Giften voor de vluchtelingen uit Rotterdam Bij den regeeringscommissaris hulpverleening aan Rotterdam zijn we derom vele giften ontvangen, ten be hoeve van de vluchtelingen uit Rot terdam. Eventueele gelden kunnen worden gestort op gironummer 386000 ten name van „bureau hulpverleening aan Rotterdam, Laan Copes van Catten- burch 11, ’s Gravenhage. 60.172 14,7 78.210 19,2 31 j. en oud. 253.368 62 De aflevering aan particulieren blijft voorloopig nog verboden. De directeur van het Rijkskolenbureau heeft dezer dagen aan den groothandel in brandstoffen de volgende circulaire ge zonden: „Met Ingang van 12 Juni 1940 is tot wederopzegging aan groothandelaren, in den zin van de Brandstoffenbeschikking 1939 No. 1, van het verbod tot het ver- kocpen en afleveren van vaste brandstof fen wederom dispensatie verleend, voor- zoover betreft den verkoop en de afleve ring van steenkolen, steenkoolbriketten, cokes, bruinkolen, bruinkoolbriketten en petroleumcokes, op de hierna vermelde voorwaarden: 1. dat groothandelaren in de maand Juni 1940 aan binnenlandsche industrieele verbruikers en daarmee gelijk te stellen afnemers, zooals o.a. ziekenhuizen, ge stichten en alle instellingen van Rijk, provincie en gemeente, ook indien ver koop handelaar voorloopig niet meer vaste brandstoffen verkoopen of afleveren dan 1/8 van de door hen met deze afnemers voor leve ring in de maanden April tot en met Juni 1940 gecontracteerde hoeveelheid; 2. dat groothandelaren in het tijdvak van 1 Juni tot en met 30 September 1940 aan hun overige binnenlandsche afne mers voorloopig niet meer vaste brand stoffen verkoopen of afleveren dan 20 pCt. van de door deze afnemers in de maanden April 1939 tot en met Maart 1940 van hen ontvangen hoeveelheid; 3. dat groothandelaren, indien en voor- zoover zulks door mij noodzakelijk wordt geacht, bij voorrang leveren aan door mij aan te wijzen afnemers; 4. dat groothandelaren van heden af tot en met 30 September 1940 tot nader order geen verplichtingen aangaan tot het verkoopen of afleveren van vaste biandstoffen nè 30 Sept. 1940 en in elke overeenkomst tot het verkoopen of afle veren van vaste brandstoffen, welke na heden wordt afgesloten, de bepaling doen opnemen dat de overeenkomst geheel of gedeeltelijk kan worden geannuleerd, in dien het Rijkskolenbureau daartoe aan wijzing geeft; 5. dat groothandelaren de hoeveelheid vaste brandstoffen, welke in iedere maand beschikbaar komen, inclusief de op den eersten der maand aanwezige voorraden, verminderd met de voor de onder le en 2e genoemde afnemers bestemde kwanta, slechts verkoopen of afleveren aan door mij aan te wijzen afnemers; 6. dat aan door mij aan te wijzen in stanties of personen desgevraagd inzage wordt gegeven van alle bescheiden en toegang wordt verleend tot alle plaatsen, voorzoover deze instanties of personen zulks voor goede uitvoering van hun con- troleerende taak noodig oordeelen.” Uit deze circulaire blijkt derhalve, dat de kleinhandel gedurende de komen vier maanden niet meer dan 1/5 deel van zijn jaarlijkschen omzet mag ontvangen, al dus de N. R. Crt. Volgens de voorheen geldende rege ling mocht in het tijdvak 1 April30 September niet meer dan de helft van den omzet van vorig jaar worden afge leverd. In de maand April was in het algemeen niet veel afgeleverd, terwijl na het uitbreken van den oorlog de afle vering geheel tot stilstand Is gekomen. Neemt men aan, dat in deze periode ge middeld 10 pCt. van den jaaromzet is af geleverd (welk cijfer echter door de meeste zaken niet gehaald wordt), dan bliikt dat per 30 Sept, indien de in de nieuwe regeling gestelde normen worden gehouden, de kolenhandel ongeveer 1/4 van zijn jaaromzet zal hebben ontvan gen. terwijl volgens de oude regeling dan de helft binnen zou moeten zijn (ver schil derhalve 50 pCt.). Wij zien daarbij af van het feit, dat de oude regeling reeds kunstmatig was. omdat de keinhandel ge durende de zomermaanden meer dan 53 pCt. van zijn jaaromzet placht op te slaan. De aflevering aan particulieren blijft voorloopig nog verboden. Nu de kleinhan del over zooveel minder kolen de beschik king krijgt, zal hiervoor een nieuwe rege ling getroffen moeten worden. Intusschen kan nog worden medege- deeld, dat de z.g. saneeringsregeling, waartegen zooveel critiek is geoefend, buiten werking is gesteld. 408.687 100 237.682 100 Uit deze cijfers blijkt, dat het totaal aantal mannelijke werkloozen en bij werkverruimingen geplaatsten in een tijdvak van vier jaren is gedaald met 42 pCt., doch dat de daling in de groep „jonger dan 18 jaar” 72 pCt. en in de groep „18 t.m. 24 jaar” 71 pCt. be droeg. De in het staatje opgenomen percentages doen dan ook zien, dat de jongeren op 1 April j.l. een veel klei ner gedeelte vormden van het totaal aantal dan vier jaren geleden. RECLAMES. Hofleverancier 2959 VOOR BRUIDSDINERS VAN MEERDERVOORT 626 TEL. 33.97.10 in 1 v.h. April 1936 totaal ciantdl Jong, dan 18 j. 16.937 4,1 18 t.m. 24 j. 25 t.m. 30 j. Dr. W. v. d. Wijk, rector lyceum aan het Stokroosplein, ons Oogenschijnlijk is de invloed niet zoo heel sterk merkbaar. Maar ik ben er van overtuigd, dat als men onze jongelui individueel zou peilen door met hen openlijk en vertrouwelijk te spreken, men den terugslag duidelijk zoa merken. In het algemeen kan ge zegd worden, dat de aandacht in de klassen iets minder geconcentreerd is. Het komt wat vaker dan anders voor, dat een leerling met zijn gedachten tijdens het lesgeven af dwaalt. Zooals gezegd, dit is niet in zoo sterke mate, dat het onderwijs er door zou lijden. Vooral de jongens werden sterk ge ïmponeerd door den uiterlijken kant van alles wat zich in de afgeloopen weken heeft af gespeeld. Mijn indruk is echter, aldus dr. v. d. Wijk, dat zij niet zooals de volwassen menschen achter de gebeurtenissen zien, zich dus afvragen, wat zal de toekomst brengen. Zij zien meer de uiterlijke verschijning. Ten aanzien van de eindexamens en overgangen merkte deze rector op, dat nu reeds gezegd kon worden dat de re sultaten niet minder gunstig zullen zijn dan vorige jaren, al spreekt het natuurlijk vanzelf, dat wij eenige cle mentie zullen moeten betrachten bij de beoordeeling van het gemaakte werk. Een verheugende mededeeling, omdat men hieruit kan zien, dat evenals de ouderen de jongeren zich niet door de gebeurtenissen laten bedwelmen, maar het hoofd koel houden en zakelijk blijven. Wat het huiswerk betreft, ook hier kan men merken, dat het gezin duidelijk den invloed ondergaat van hetgeen zich heeft afgespeeld in de af geloopen weken. Vooral was dit het geval wanneer leden van het gezin di rect betrokken waren bij het krijgs bedrijf. Verschillende reacties. Dr G. Schilperoort, directeur van de Gemeentelijke Handelsdagschool, zeide ons, dat het dikwijls moeilijk is te zeg gen hoe de kinderen reageeren op de gebeurtenissen, aangezien zij zich zoo geheel verschillend uiten. De een is op standig, de tweede stil, terwijl een derde alle mogelijke moeite doet om zijn emoties te vermijden. Ook deze zegsman was van meening, dat uiterlijk weinig te merken is van een reactie. Vooral de jongeren laten heel weinig los. Wel kan gezegd worden, dat het onrustiger in de klasse is dan anders De leeraren zien zich genoodzaakt om meer te straffen. Sommige leerlingen zijn rumoeriger, prikkelbaarder, bruta ler en sneller op de teentjes getrapt. Voornamelijk is dit het geval in de lagere klassen. Dit is wel een bewijs van een poging tot afreageeren van een innerlijke spanning. Deze innerlijke spanning is uiteraard het grootst in dien zich in bet gezin groote moeilijk heden voordoen of hebben voorgedaan. Het is echter mijn overtuiging, aldus dr. Schilperoort, dat er nog ouders zijn, die hun kinderen niet voldoende den ernst van de gebeurtenissen onder het oog brengen. Meer dan ooit geldt thans de plicht van de ouders om de kinderen er op te wijzen, dat zij orde lijk moeten zijn op school. Over het gemaakte en geleerde huis werk kunnen wij niet ontvreden zijn. De resultaten zijn over het algemeen niet minder dan anders. Kinderen uit gezinnen, waar levens of bezittingen verloren zijn, hebben het natuurlijk moeilijker. Het is echter dikwijls lastig te zeggen bij welke kinderen de oneven- Een vergelijking van 1 April 1940 met 1 April 1936. De directeur van den Rijksdienst der werkloosheidsverzekering en arbeids bemiddeling deelt mede, dat door het centraal bureau voor de statistiek op 1 April 1940 weder een telling plaats heeft gehad van de bij de gemeentelij ke organen der arbeidsbemiddeling in geschreven werkloozen en de bij werk verruimingen geplaatsten, gesplitst naar leeftijdsgroepen. De volgende cijfers geven een verge- thans verkregen voor den in v.h. totaal aantal 4.679 2 17.745 7,5 33.298 14 181.960 76,5 was, vertoonden de klassen echter vrij wel weer het normale beeld. De ge sprekken gingen weer over de gewone onderwerpen en als men niet beter wist, zou men zeggen, dat zij de gebeur tenissen geheel en al vergeten zijn. An ders is het natuurlijk gesteld met de kinderen van de Rotterdamsche geëva- cueerden, al zijn de indrukken ook bij hen al aardig vervaagd. Uiteraard doen zich hierbij natuurlijk persoon lijke verschillen voor. Wel geloof ik, aldus de heer van Ry, dat de kinderen in de klasse meer gedisciplineerd zijn geworden. Zij letten ook beter op. lijking tusschen de resultaten en die April 1936. Dr. P. Doornenbal, directeur van de Tweede Christelijke H.B.S, zeide, dat uiterlijk alles weer normaal is op de scholen. De lessen in de klassen ver- loopen zooals vroeger, al is het een feit, dat de leerlingen wat onrustiger zijn. Vooral in den eersten tijd bestond bij velen de neiging om het met de schoolregels niet zoo nauw te nemen Waarschijnlijk waren zij van meening. nu er zulke gewichtige dingen om ons heen gebeuren, het er met de kleine dingen niet zoo op aan kwam. Natuur lijk hebben wij hun snel aan het ver stand gebracht, dat dit heelemaal niet het geval is. U moet echter niet vergeten, dr. Doornenbal, dat wij gesprekken over den oorlog en zijn gevolgen zoo veel mogelijk vermijden, omdat het af te werken schoolprogramma daarvoor weinig tijd overlaat. Ook over het huis werk komen bij mij van de leeraren geen bepaalde klachten binnen, terwijl ook de repetities vrij behoorlijk zijn. De resultaten van de eindexamens zijn ons niet tegengevallen, waarbij men natuurlijk niet uit het oog moet ver liezen, dat eenige clementie betracht wordt. Dit geschiedt vooral wanneer we van een jongen positieve gegevens hebben over groote moeilijkheden thuis. Als voorbeeld haalde dr. Door nenbal het geval van een jongen aan, die op 1 Mei naar Rotterdam was ver huisd, door den oorlog practisch niet heeft kunnen studeeren en toch gewoon eindexamen moet doen in den Haag, dus niet in Rotterdam, omdat hij hier nog school ging. In dergelijke gevallen laten wij natuurlijk vooral de gewone schoolrapporten een hartig woordje mee spreken. De heer I. van Ry, hoofd van een openbare lagere school te Schevenin- gen zeide ons, dat in de eerste dagen, nadat het onderwijs weer hervat was (20 Mei) de kinderen weinig belang stelling toonden, hoe en bewegelijk zij anders ook kunnen zijn. Ik heb sterk den indruk, dat zij zich moeilijk kun nen realiseeren wat er gebeurd is. Het gaat min of meer langs hen heen. Drie dagen nadat de school weer begonnen De Nederlandsche bakkerij stichting meldt ons het navolgende: Rekenmeesters zullen van oordeel zijn, dat 2000 gram gelijk is aan 2J x 8 ons, en in dezen tijd, nu iedere huisvrouw een rekenmeesteres is geworden en wel moet zijn, dreigen er conflicten tusschen haar eri den bakker. Immers, wanneer de bak- kei des morgens op 4 of 8 bons een half of een heel broodje komt afleveren, dan nemen sommige huisvrouwen de weeg schaal om te controleeren of zij wel voor haar gezin de volle maat krijgen. Daarbij kan blijken, dat een broodje een half brood, dat in de wandeling een brood van 4 ons genoemd wordt soms min der, soms ook meer dan 400 gram weegt. Teneinde de disputen, die daaruit zou den kunnen voortvloeien, te voorkomen, willen wij het publiek op het navolgende wijzen: Brood is een product, dat, gelijk zoo veel voedingsmiddelen, voor een deel uit water bestaat. Dat beteekent dat het onderhevig is aan een uitdrogingsproces. zoodat het gewicht van een brood nim mer constant is. Een stevig, goed door bakken brood bevat minder water dan een brood, zooals in sommige streken van het land door het publiek gewenscht wordt, dat hoog van vorm is en minder doorbakken. Aangezien de voedingswaarde, die een brood heeft, natuurlijk niet berust op het gewicht aan water, dat daarin zit, maar wel op het gewicht aan zoogenaamde droge stof, is het wegen van een brood geen nauwkeurige methode om vast te stellen de hoeveelheid voedingsmiddelen, die er in aanwezig is. Toen de overheid voor ons dagelijks brood eenheidsgewichten ging voorschrij ven, is dit vanzelfsprekend ook in net oog gehouden. Vandaar dat het broodhe- sluit, dat op de Warenwet berust, wel een heidsgewichten voorschrijft, voor brood, maar die eenheden uitdrukt in een aan tal grammen droge stof. Een half brood, d.i. een zoogenaamd brood van 4 ons, moet tenminste 240 gram droge stof bevatten (voor bruinbrood is dit iets minder, voor roggebrood iets meer). Een heel brood, een brood van 8 ons, moet derhalve ten minste 480 gram droge stof bevatten, en zoo vervolgens. De naleving van dit broodbesluit door de bakkers wordt gecontroleerd door de keuringsdiensten en de ambtenaren daar van. Wanneer er dus in de couranten een berichtje verschijnt, dat deze of gene bak ker bekeurd wordt en veroordeeld is we- genj het verkoopen van te licht brood, dan beteekent dit niet, dat hij brood heeft verkocht, dat minder dan 400 of 800 gram woog, doch brood, dat minder dan 240 of 480 gram droge stof bevatte. Het is heel wel mogeiijk, dat een brood van 750 grom meer droge stof bevat dan het voorge schreven minimum van 480 en dat een brood van 850 gram niet voldoet aan het minimum. Bij de thans ingevoerde rantsoeneering van brood heeft het publiek dus weinig houvast aan de grootte van het dagelijksch rantsoen, wanneer dat zou worden uitge drukt in grammen. Gemakshalve wordt weliswaar gesproken van een wekelijksch rantsoen van 2000 gram, doch in werke lijkheid is daarmee bedoeld een hoeveel heid brood, waarin voorkomt tenminste 2| x 480 gram droge stof. In de verschillende circulaires, die van het centraal distributiekantoor zijn uitge gaan, wordt dan voorzichtigheidshalve ook gesproken van een hoeveelheid van onge veer 400 of 800 gram, die men op 4, resp. 8 enkele bons kan krijgen. Het zal na het bovenstaande duidelijk zijn, dat de huisvrouw zich niet behoeft te bekommeren om het gewicht van het halve of het heele brood, dat zij krijgt. Indien zij maar zorgt, dat zij voor vier en kele bons een half broodje krijgt en voor 8 enkele bons een heel brood, dan kan zij er rustig van verzekerd zijn, dat zij dan inderdaad het rantsoen krijgt, dat haar toekomt. Dat er in het halve brood in derdaad de voorgeschreven 240 gram Waarnemend hoofd van het departe ment van Onderwijs richt zich tot de schoolbesturen. Het waarnemende hoofd van het de partement van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, heeft de volgende aan schrijving aan de besturen van de scholen gericht: „De storm, die over Europa woedt, heeft ook ons land zwaar getroffen. Haast ieder van ons heeft onder zijn naasbe bloedverwanten, onder vrien den en bekenden, stads- of dorpsge- nooten, één of meer dooden te betreu ren. Bovendien zijn velen nog in groote ongerustheid omtrent het lot van hun verwanten, die aan den oorlog deel namen, dan wel hun woonplaats moes ten verlaten. Ons volk rouwt om de eigen dooden; het rouwt ook om de duizenden andere menschenlevens, die de oorlog reeds vroeg. Aldus te deelen in het leed der we reld is Christenplicht. Met dien touw in het hart moeten wij echter tevens den blik gericht hou den op de toekomst van ons land en ons volk; wij moeten ons bezinnen op de fundamenteele waarden van ons volksbestaan; wij moeten arbeiden aan geestelijken en materieelen herbouw. Wat in positieven zin gedaan kan worden, is onder zóó duisteren hemel nog niet in bijzonderheden aan te ge ven. Slechts de richting worde duide lijk en scherp bepaald. Maar negatief dient een ieder zich er rekenschap van te geven, dat met dit samentreffen van rouw en gespannen arbeid uiterlijk vreugdebetoon niet vereenigbaar is. Het is dus noodig, dat, althans in de maanden van 1940, die ons nog wachten, ieder openlijk feestbetoon achterwege blijft, in het bijzonder, dat niet gevlagd wordt op de dagen, waarop het tot dusverre gewoonte was van openbare gebouwen en particuliere wo ningen de vlaggen uit te steken. Zij die een publieke verantwoorde lijkheid dragen, kunnen in dit opzicht een voorbeeld geven, en anderen op wekken desgelijks te doen. Het verdient alle aanbeveling, dat ook de aandacht van de schooljeugd voor zoover van een leeftijd, die tot eenig begrip er van in staat stelt, van tijd tot tijd opzettelijk bepaald wordt bij den ernst der tijden, die wij beleven. Daarnaast is het goed, ais de jeugd volop gelegenheid krijgt om zichzelf te

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1940 | | pagina 6