Den Helder en naar ponywagen een De zonderlinge erfenis Haarlem gebombardeerd - Druk bezochte markt te Den Bosch Militairen helpen den boer - Met een oonvwagen naar het stadhuis w I r l •- t BW i w l. lifer jMj HA’AGSCHE COURANT VAK VRIJDAG 28 JUNI 1940 TWEEDE BEAD FEUILLETON. Ha Hl T f - rwt jr ik ST. JANSMARKT TE 's-HERTOGENBOSCH. Overzicht van de drukte. Op den achtergrond het fraaie stadhuis. VELE (Nadruk verboden.) badpak mompelde ÏWordt vervolgd.} BOMMEN OP HAARLEM. Twee huizen aan de Edisonstraat werden getroffen en geheel vernield. Ko- Hij DE SCHIPPERS profiteeren van het lage water op de Maas om hun schuit eens een goede beurt te geven. OP DE VEILINGEN IN HET WESTLAND WORDEN NU GROOTE HOEVEELHEDEN MELOENEN GEVEILD. Eenige kisten met deze prachtige vruchten. DE NOG ONDER DIENST ZIJNDE MILITAIREN ZIJN OP VELE PLAATSEN BEHULPZAAM IN HET BOEREN-BEDRIJF, EEN MATROOS LEERT MELKEN. Wat was er eigenlijk aan de hand? Mevrouw Bergemann keerde met de krant terug. Zij was altijd nog op gewonden, haar oogen gloeiden. Daar, knikte zij, daar staat het duidelijk genoeg. Knauer las haastig het bericht. Dat Stephani een langgezochte internatio nale oplichter was, die in Rome, Boe dapest, Stockholm en in nog vele an dere plaatsen bedriegerijen had ge pleegd, klopte. Maar Lore’s mede plichtigheid werd in geen geval bewe zen, alleen een vermoeden geuit. Hij gaf de krant terug. Hebt u misschien een portret van de twee zusters? Mevrouw Bergemann trok een lade open en begon te zoeken. Zij scheen precies op de hoogte te zijn van de bezittingen van haar huursters, want zonder lang te zoeken kwam zij met de portretten naar de tafel terug. Dit is Hanni Riedeler, wees zij en Knauer herkende onmiddellijk het schreiende meisje, dat hij op straat had gezien, en hier is de andere. Lore en Hanni waren nauwelijks uit elkander te kennen. Knauer was verbluft over zulk een gelijkenis. Het konden tweelingen zijn. Waar bestonden in Berlijn nog zulke mooie meisjes? Zijn hart klopte sneller. Juffrouw Lore is typiste? Emma Bergemann knikte. Of de ze Knauer toch niet van de politie was? Men wist bij hen nooit waar men aan toe was. 3Ï Emma Bergemann verloor haar be langstelling voor den bezoeker. Geen politieman. Jammer. Van zoo iemand had men kunnen hooren, wat er eigen lijk gebeurd was. Des ondanks was haar nieuwsgierigheid niet geheel en al verdwenen, advocaten waren ook belangrijke menschen. Hij moest toch om de een of andere reden gekomen zijn, zulke menschen deden geen stap voor niets. Veel weet ik zelf niet, begon zy. Ik heb het zelf pas in de middag krant gelezen. Men heeft Lore Riede ler, de zuster van Hanni Riedeler in Parijs gearresteerd. Haar vriend was de oplichter Stephani, met hem is zij naar Parijs gegaan en daar hebben ze die twee gesnapt, toen zy daar iets wilden uithalen. Met een Bank, geloof ik. Ik ben maar een eenvoudige vrouw en ik begrijp niets van zulke dingen, maar het moet wel van alles geweest zyn, want de eerste pagina van de krant staat heelemaal vol. Lore Riedeler? zeide Knauer verwonderd. Die moet in Parijs ge arresteerd zijn. Maar hy begreep het Else had het werkelijk noodig zoo verslagen voelde zij zich. De plotse linge schrik, de zorg om Hanni en de binnenkomst van mevrouw Berge mann hadden haar diep geschokt. Zij viel op het bankje neer en sloot de oogen omdat een plotselinge duizeling haar had overvallen. Kent u mij niet, juffrouw Riede ler? vroeg plotseling een mannenstem naast Hanni. Zij schrok. Wat, hoe- zoo? Hij noemde haar bij den naam? Voor het eerst keek zij op en staarde in twee grijze oogen, die schenen te lachen. Ik ben Werner Hagen, u hebt mijn broertje een poos lang behan deld, herinnert u zich? Hij had een been gebroken en was lang in het ziekenhuis. Was dat uw broertje? Ja, ik ben tweemaal in uw gym nastiekzaal geweest en heb gezien, hoe u hem en nog vele andere pa tientjes liet oefenen. Natuurlijk, voegde hij er aan toe, zult u wel niet op mij hebben gelet. Maar ik herinner mij u wel. Bovendien houdt Philip nog altijd van zijn tante Hanni, die zijn been weer „heel” heeft ge maakt. HET BOMBARDEMENT VAN DEN HELDER DOOR DE ENGELSCHE LUCHTMACHT, WAARBIJ SLACHTOFFERS ZIJN TE BETREUREN. HET HOTEL-CAFÉ-RESTAURANT „DE TOELAST" WERD TOTAAL VERNIELD. niet, want hij had de krant niet ge kocht. Ja, Lore, knikte mevrouw Ber gemann ijverig. Zij was tegenover den bezoeker aan de tafel gaan zitten en klapperde met een lepeltje tegen een kopje. Dat is de oudste van de twee. Hanni is een en twintig, Lore is twee en twintig. Hun ouders zijn lang geleden gestorven. Uit zulke kinderen groeit zelden iets. Voor zoo iets als Lore heeft gedaan, daar staat toch tien jaar op, niet? vroeg zij nieuws gierig. Dokter Knauer’s gezicht stond vast beraden. Hebt u de krant daar? Een oogenblik. Mevrouw Berge mann stond op en haastte zich met het blad en de ontbij tresten de kamer uit. Knauer bleef alleen achter, lossaai dat was een verrassing. stond op en keek de kamer rond. Van de deftigheid, welke volgens het bord op de deur hier zou heerschen, was niets te zien. De meubelen waren oud en wankel. De gordijnen aan de ramen vertoonden scheuren en de platen aan de muren waren verschrikkelijk. Me vrouw Bergemann had zeker haar eigen opvattingen over deftigheid. Op de tafel lag de briefkaart uit Parijs en dokter Knauer geneerde zich niet, haar, gezien de buitengewone om standigheden, te lezen. Dat de kaart van Lore kwam betwijfelde hij geen oogenblik en nu hij van den inhoud had kennis genomen begreep hy, dat Lore niet het minste vermoeden had omtrent den persoon van Stephani. En juffrouw Hanni, wat doet zij? vischte Knauer. Mevrouw Bergemann tuitte haar mond. Een mooi beroep heeft zij, den geheelen dag in een ronddansen. Ik begrijp u niet, Knauer verschrikt. Nu ja, zij noemt zich sportlee- rares. O juist. Knauer was ernstig en bijna dreigend klonk het. U moet niet met beroepen spotten, waar u niets van af weet. En toen mevrouw Bergemann hem bleek en verschrikt aankeek, zeide hij op denzelfden toon: De zaak met Lore in Parijs is natuurlijk belachelijk. Ik ben ervan overtuigd, dat zij binnen enkele dagen weer in Duitschland is. Ik geloof geen woord van hetgeen er hier omtrent haar verhouding tot Stephani staat. Enfin, dat zullen wij weldra zien. Weet u soms waar juffrouw Hanni heen is gegaan? Mevrouw Bergemann schoof onrus tig op haar stoel heen en weer. Zij was teleurgesteld, bitter teleurgesteld. Neen, zeide zij, dat wist zij niet, het meisje was samen met juffrouw Rubner, die in de kamer ernaast woonde, uitgegaan. Dat is zeker de dame, die een bril met sterk vergrootende glazen draagt? Ja, kent u haar dan? Knauer wist raad. Hij staarde en kele oogenblikken besluiteloos naar den grond en haalde toen opeens een visitekaartje uit zijn zak, waarop hij schreef: Het zou mij zeer verheu gen u nog vandaag op mijn kantoor te spreken, adres aan de ommezijde. Ik zou u in uw zaak kunnen bijstaan, maar heb bovendien een belangrijke mededeeling voor u. Hoogachtend U.D. Hij legde het kaartje op de tafel. Wilt u zoo vriendelijk zijn dit aan juffrouw Riedeler te geven. Toen stond hij op, maakte een lichte buiging en ging naar de deur. De jonge dames hebben name lijk een kleine erfenis gekregen, zei de hij, zich nog even omkeerend. Dan verliet hij de kamer, mevrouw Ber gemann achterlatend. De tram was zoo vol, dat Hanni en Else moesten staan. Een dikke heer las vol belangstelling de eerste pagina van een krant. Hanni, die vlak naast hem stond, had hem de krant wel uit de handen willen rukken. Natuurlijk vielen zij beiden op, hoe wel zij niet meer huilden, maar de sporen van tranen waren veel te duidelijk zichtbaar. Plotseling stond een heer op en bood Hanni zijn plaats aan. Hij had tot nu toe onverschillig uit het raam gekeken tot hij eens klaps Hanni ontdekte wat hem on middellijk deed opstaan. Dank u, antwoordde Hanni, ik kan wel staan, maar als u uw plaats aan mijn vriendin wilt geven, kom Else, ga zitten* i - L FT t: 5 HET BRUIDSPAAR DEDDENS- VERBURG PER PONYWAGEN MA An rrCT CTinTlTTC r- - PW t V Hl i w. L'- J 'x r* a

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1940 | | pagina 5