Weer verkenningsvluchten boven Engeland ■4 .kaft? C'i r - Donderdag 22 Augustus. 1940. Het moderne Italiaansche leger r F r No. 17653. Behoud door eenheid Elzas- op ons meer van van Gevaar a Radiorede van den Engel- schen minister luchtvaart Weer Engelsche bommen land Doelbewuste verspreiding leugens De Duitsche pers over de Engelsche propaganda voor een invasie nog niet voorbij Dwangarbeid voor vreemdelingen in Engeland Er bestaat geen sische kwestie Vliegvelden en fabrieken gebombardeerd PRIJS DER ADVERTENTIËN: PRUS DEZER COURANT: T Te Voorhout Twee dooden te Westerland pleging de De aanval op Croydon De bombardementen op Engeland Een Duitsch oordeel 3 Het aandeel der luchtmacht in de blokkade Een aantal licht- en een zwaar gewonde te Voorhout Prestige volkomen verloren gegaan Op een vraag waarom bij den lucht aanval op Croydon het luchtalarm pas gemaakt is toen de Duitsche vliegtuigen zich weer hadden verwijderd, antwoord de sir John Anderson in het Lagerhuis, dat de Engelsche regeering het strenge bevel heeft gegeven, slechts dan lucht alarm te maken wanneer er werkelijk gevaar voor een bepaald district be staat. In dit geval heeft men echter den luchtaanval op Croydon niet als recht- streeksch gevaar kunnen voorzien. De Duitsche vliegtuigen bewogen zich n.l. in een heel andere richting, toen zich plotseling eenige toestellen daaruit los maakten en Croydon aanvielen. Alles speelde zich zoo snel af, dat men geen tijdig luchtalarm meer heeft kunnen ge ven. dige maatregelen tot scholing van ar beidskrachten er voor te zorgen, dat zijn werkloozen werk en dat de wapen fabrieken de zoo vurig verlangde vak arbeiders kregen. Thans is Engeland gedwongen personen van vreemde na tionaliteit voor de bewapeningsindus- trie te „recruteeren” gelijk de „Times" het uitdrukt. Deze courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen BUREAUX: WAGENSTRAAT 35—37 Telefoon 116300 (zeven lijnen) Giro No. 12500 Een toelichting op het weer- machtbericht. Van 15 regels 1.50. Iedere regel meer tot 10 regels 40 ct., daarna iedere regel meer 50 ct Reclames 90 ct per regel. Bewijsnummers 5 ct, fr. p. post 10 ct Incasso binnen de stad 5 ct., buiten de stad volgend posttarief. Bij vooruitbetaling: Kleine Advertenties 90 ct.; Dienstaanbiedingen 70 ct Advertentiën waarin voorkomt „Brieven aan het bureau van dit blad” 10 ct meer. De motordi.visie Turijn, die geheel is gemoderniseerd, behoort tot de best uitgeruste divisies van het Italiaansche leger (Holland) Door een verordening van den Engel- schen minister van arbeid, Bevin, is in Engeland het systeem van vrijwillige aanmelding van buitenlandsche ar beidskrachten vervangen door een sy steem van gedwongen inlijving. Naar in Duitsche politieke kringen wordt vastgesteld, komt deze maatregel, zoo- als bijna alle maatregelen der Engel- sehe volkshuishouding, in dezen oorlog te laat om nog practische beteekenis te kunnen hebben. Zelfs indien de in lijving van de buitenlandsche arbeids krachten tijdig was geschied, zoo zegt men van Duitsche zijde, zou dit nau welijks het feitelijk gebrek aan vakar beiders hebben verkleind. Zooals be kend, lijdt de Engelsche bewapenings- industrie sedert het uitbreken van den oorlog, onder een sterk tekort aan ge schoolde werkkrachten. Sedert men in Engeland de bewapeningsproductie wil vergrooten, wordt, zooals van Duitsche zijde is vastgesteld, dit gebrek aan ar beidskrachten zeer sterk gevoeld. Ken merkend voor de volslagen verwarring in de leiding van het Engelsche econo mische leven is het feit, dat daarnaast nog altijd een hoog aantal werkloozen is blijven bestaan. Engeland was dus niet in staat door het treffen van tij- zal zijn ge- onderlinge verhou- De „Deutsche Allgem. Ztg.” herin nert aan het prestige, dat de Britsche propaganda vroeger genoot, die, zoo schrijft het blad, hiermede een kapi taal bezat, waarmede veel viel uit te richten. Het bezit van dit kapitaal gaf Enge land aanvankelijk een voorsprong. Hier openden zich naar verhouding gemakke lijk vele kanalen, terwijl de Duitsche propaganda aan den anderen kant op de sterkste barricaden stiet, die eerst overwonnen moesten worden. Dat En geland reeds spoedig na het begin van den oorlog dezen voorsprong verloor, is veroorzaakt door het feit, dat het het kapitaal van het vertrouwen reeds van tevoren door leugenberichtëh begon te gebruiken en dat dit niet geheim kon worden gehouden. De taal der Duitsche wapens schiep de feiten, waarop de Britsche leugens stootten, en spoedig bemerkte de geheele wereld, dat de berichten van het Duitsche opperbevel Voor ’s-Gravenhage bij vooruitbet. per 3 mnd. met „Kikeriki”, „De Nieuwste Mode”, „Koloniaal Bijblad” en „Letterkundig Bijblad’’ 3.Franco per post met Mode blad 4.zonder Modeblad /3.75- Buitenland /9.Landen waarop het verlaagd intern, drukwerk-posttarief van toepassing is 7.p. kw. Bij postkantoren tegen de geldende goedk. abonn.prijzen. Afz. nummers 5 ct., fr. p. post 10 ct Aanvallen op de vliegvelden Manby en Leamington. Het D.N.B. meldt: Zoo juist is bericht ontvangen van een afdeeling vliegtuigen die tijdens een gewapende verkenning de vliegvelden Manby bij Grimsby en Leamington bij Birmingham in midden- Engeland heeft gebombardeerd. De com mandant der formatie meldde het vol gende: „Ik heb het vliegveld Manby op mid delmatige hoogte aangevallen en den Zuidoosthoek getroffen. Verscheidene vliegtuigen zijn vernield- Op de onder komens zijn verscheidene treffers ge plaatst. Een munitiebergplaats is in de Het opperbevel van de Duitsche weer macht van 22 Augustus maakt voor het eerst bekend, dat Duitsche bommenwer pers ver van de Noord- en Westkust van Ierland met succes Engelsche handels schepen hebben aangevallen. In dit verband verneemt het D.N.B. van offi- cieele zijde, dat deze aangevallen sche pen koopvaarders waren, die met le vensmiddelen uit Amerika kwamen en bestemd waren voor Liverpool. Zij zou den hun koers nemen ten Noorden van Ierland, door het Noorderkanaal en de lersche zee. Twee van deze koopvaar ders bevonden zich, op het oogenblik, dat de Duitsche vliegtuigen naderbij kwamen, op ongeveer 200 k.m. ten Westen van de lersche kust, terwijl het derde schip op het oogenblik van den aanval op ongeveer 180 k.m. ten Noord westen van Tory-Island voer. De Amerikaansche staatssecretaris Sumner Welles heeft bekend gemaakt, dat de „American Legion” zich gister middag op 400 mijl ten Westen van de Britsche eilanden bevond en daarom beschouwd werd buiten gevaar te zijn. Te Westerland In het dorp Westerland, op Wierin- gen, waren de gevolgen het ernstigst. Daar wierp een Engelsch vliegtuig gis termiddag om half twee niet minder dan tien bommen uit, waarvan er ge lukkig negen in een weiland terecht kwamen. De tiende echter viel bij een boer derij, tengevolge waarvan de 55-jarige weduwe W. Vermeulen en het 8-jarige meisje de Vries, die zich op den weg bevonden, door bomscherven werden gedood. De moeder van het meisje werd ernstig gewond, haar been werd nl. verbrijzeld. De bewoners van de boerderij bleven ongedeerd, doch de boerderij kreeg lichte schade. Verder werd een paard in de weide gedood. wil, onze energie en hulpbronnen op de voor alles noodzakelijke taak ge richt, n.l. den oorlog te winnen. Nu daarentegen staat het Britsche gemeene- best alleen tegenover Duitschland en Italië. De uitwerking van dezen ver anderden toestand op Groot-Brittannië is tooverachtig geweest- De rijen zijn nauwer gesloten en er is harder ge werkt geworden, dan misschien ooit in de geschiedenis van Engeland. „Doch de toekomst” zoo vervolgde de minister, „kan toch ons nog veel zwaardere be proevingen ten deel doen vallen dan die, welke wij reeds hebben gehad”. De „American Legion” buiten gevaar De Britsche minister van luchtvaart sir Archibald Sinclair, verklaarde gis teravond voor de radio, dat het gevaar van een invasie of van massale lucht aanvallen op Engeland nog niet voorbij is. In de eerste maanden van den oor log hebben vele Engelschen den oorlog te licht opgevat. „Wij waren te lang zaam” zoo zeide de minister, en wij hebben niet snel genoeg onze nationale Het frontbericht van het Duitsche Nieuwsbureau d.d. gisteren luidt als volgt: De Duitsche luchtmacht heeft zich gisteren beperkt tot gewapende verkenning boven Engeland. Het zwaar tepunt daarvan lag in het industriege bied van Midden-Engeland en verschei dene Zuid-Engelsche steden. Ofschoon geen groote aanvallen werden onderno men, konden gewichtige doelwitten met succes worden gebombardeerd. Onder meer is een motorenfabriek in Derby, die van beteekenis is voor de Britsche vliegtuigenindustrie, met resultaat aan gevallen. In de munitiefabriek, waarvan het weermachtsbericht spreekt, zijn groote verwoestingen aangericht, even als in een staalfabriek in Sheffield. An dere aanvallen waren gericht op ver schillende vliegvelden, vooral in Zuid- Engeland, alsmede op havenwerken aan Oost- en Westkust. Eenige dezer havens zijn de laatste weken reeds herhaalde lijk met bommen bestookt. Gezien de kwetsbaarheid van het Engelsche ver- keersstelsel zijn tenslotte de geslaagde aanvallen op spoorwegwerken en knoop punten van aanzienlijk gewicht. Voor de uitgestrektheid der verkenningsactie van de Duitsche weermacht geven de mededeelingen over aanvallen op sche pen ten Noorden en ten Westen van Ier land een duidelijke aanwijzing, De ver kenningsvliegtuigen hebben daarmede de duikbootvloot gesteund, en aange toond. dat het Duitschland ernst is met het tot verboden gebied verklaren van de zee rondom Engeland en Ierland. 1 JA' - - Het Engelsche vliegtuig werd met een Duitsch toestel in een gevecht ge wikkeld. lucht gevlogen. Een ander van mijn vliegtuigen heeft na uitvoering van de verkenningsopdracht het vliegveld Lea mington aangevallen en in het bijzon der verscheidene toestellen, die juist startten. De bestuurder meldt talrijke treffers op het vliegveld. Bijzonderheden kon hij niet waarnemen, daar hij ter stond de beschermende wolken moest opzoeken. Mijn formatie is niet lastig gevallen door Engelsche jagers. Op en kele plaatsen werd afweervuur op ons geopend, dat mij echter bij de uitvoe ring van mijn opdracht niet kon hinde ren. Mijn toestellen zijn voltallig op de basis geland”. Een Duitsch verkenningsvliegtuig dat zonder begeleiding vloog, ontmoette bo ven Eastleigh een afdeeling Engelsche jagers. Dank zij de handigheid van den Duitschen bestuurder wist de verken ner aan zijn tegenstanders te ontkomen. Een Engelsche jager vloog bij de achter volging tegen een ballonversperring en werd daardoor vernield. Doch van dezelfde zijde is óók gezegd, dat deze dingen niet vanzelf komen en dat het Nederlandsche volk niet aan den kant van het wereldgebeuren kan blijven staan toezien (wij geven het in eigen woorden weer)Dit beteekent, dat ons volk moet toonen, dat het de teekenen des tijds verstaat en zijn aan deel wil hebben in de ontwikkeling van het nieuwe Europa, dat uit dezen gigan- tischen oorlog wordt geboren. Wij zijn in dit opzicht beperkt door het feit der bezetting, dat onze vrijheid streng be grenst. Wij kunnen ons in deze afhan kelijke positie niet beraden over den toekomstigen staatsvorm. Maar wij kunnen ons wèl uitspreken over de hoofdlijnen van een sociaal—economi sche en cultureele politiek, welke in het toekomstige Europeesche verband aan een zelfstandig Nederland op Neder landsche wijze een eerbiedwaardige en nuttige plaats zal kunnen geven in het groote geheel. Daartoe heeft men van Duitsche zijde niet slechts ons de vrij heid gegeven, doch zelfs nadrukkelijk op zulk een politieke wilsvorming aan gedrongen een politieke wilsvorming ih goed-Nederlandschen geest, maar tevens rekening houdend met de richt lijnen van de groote continentale saam_ Üoorigheid, waarmede men op grond de huidige werkelijkheid rekening ^oet houden. ïn dit licht heeft men de actie van de Nederlandsche Unie te zien en te waardeeren. Zij wil, met een open oog voor de eischen van den huldigen èn van den te verwachten nieuwen tijd, den Nederlandschen wagen in het goede sPoor brengen. Daartoe is uiteraard Ooodig, dat zooveel mogelijk alle goede Nederlanders de handen ineen slaan. Want vóór alles moet worden voor komen. dat tengevolge van het ont breken eener zoo algemeen mogelijke Politieke wilsvorming in ons land, 'traks anderen over ons lot zullen be vissen zonder dat wij een stem in het kapittel hebben. Dit te voorkomen is bij uitstek Nederlandsch belang, een levensbelang voor ons eigen land. De kwestie van éénheid is in dit ge val een kwestie van behoud._ Men mag echter bij het heden met zijn uiteraard voorbijgaande moeilijk heden niet blijven stilstaan. Men moet als het ware over die moeilijkheden heen in de toekomst zien. En dan staan wij voor de groote, allesbeheerschende vraag wat zal het lot van ons land zijn, nadat de oorlog eindigd en dingen der staten worden geregeld Nuchtere werkelijkheidszin gebiedt te constateeren, dat Duitschland (te zamen met Italië) thans het vasteland van Europa vrijwel geheel beheerscht, zoodat wij bij de bepaling van onze houding voor de toekomst rekening hebben te houden met een door Duitsch land beheerscht en geleid Europeesch continent, waartoe ook ons land zal behooren. Welke plaats zal ons land dan in nemen in dit groote geheel Leidraad bij de beantwoording van deze gewichtige vraag is en blijft de herhaalde plechtige verzekering van de hoogste Duitsche autoriteit in ons land, dat men ons de nationale vrijheid wil teruggeven en ons geen regeerstelsel wil opdringen, dat zich met het Holland- sche karakter niet verdraagt. Deze ver zekering is nog steeds voor ons Neder landers het lichtende baken in de duisternis. Dinsdagavond werd naar Reuter meldt in Londen medegedeeld, dat eenige personen tijdens het bombarde ment in den nacht van Maandag op Dinsdag waren gedood. Het gisteren ook door ons vermelde advies van het hoofdbestuur van de Liberale Staatspartij aan de leden (n.l. om zich afzijdig te houden en zich niet aan te sluiten bij de Nederlandsche Unie) houdt o.i. niet voldoende reke ning met den werkelijken toestand, waarin ons land is komen te verkeeren. Het grondgebied is door Duitschland bezet, nadat de weermacht, die dit ge bied dapper verdedigde, de wapens heeft moeten neerleggen ons land is bijgevolg in de macht van de bezettende mogendheid. Een eerlijke samenwer king tusschen beide partijen en een loyale houding van ons >volk tegenover de bezetters, zijn in deze omstandig heden door ’s lands belang geboden, omdat hierdoor veel kan worden ver zacht van de hardheid, welke, in den vorm van velerlei vrijheidsbeperking vooral, het onvermijdelijke gevolg is van het feit der bezetting. Dit te meer omdat van de zijde van de hoogste Duit sche autoriteit hier te lande bij her haling is verzekerd, dat de Duitsche troepen niet naar Nederland zijn ge komen om het te veroveren, maar al leen uit oorlogsnoodzaak (om het zoo eens kort uit te drukken) en dat men de Nederlanders niet beschouwt als vijanden, maar als een verwant volk, waarmee men tot goede verstandhouding en nauwe samenwerking wil komen. Verklaring van gouwleider Wagner In een onderhoud met een Duitschen journalist heeft de leider van het bur gerlijk bestuur in den Elzas, gouwlei der Robert Wagner, de belangrijke po litieke opmerking gemaakt, dat er thans geen Elzassische kwestie meer bestaat. „Zij was”, zoo betoogde hij, „door de Franschen volkomen kunst matig in het leven geroepen. De Elzas is in wezen Duitsch. Na de losmaking van het vernis eener meerendeels zeer oppervlakkige vreemde beschaving, zal de Elzas in de groote Duitsche volksgemeenschap weer zeer spoedig zijn oude,natuurlijke plaats innemen.” De houding van de Elzassische bevol king tegenover den nieuwen toestand beoordeelt de gouwleider met absoluut vertrouwen. Zij toont zich niet alleen bereid tot medewerking aan de gestel de taak, maar heeft bovendien het nieuwe vaak met een hartstochtelijke ontvankelijkheid verwelkomd. Deze houding schrijft gouwleider Wagner niet daaraan toe, dat Frankrijk in dezen oorlog in elk opzicht versaagd en de levensbelangen van den Elzas miskend heeft. Op grond van zijn er varingen en waarnemingen meent hij integendeel te kunnen vaststellen, dat zij in hoofdzaak uit den diepsten grond van het volkswezen voortkomt, dat levendig en onvervalscht in de breede lagen der boeren, arbeiders, ambachts lieden enz. behouden gebleven is. Daarna gaf gouwleider Wagner nog een uiteenzetting van den huldigen toestand in het bestuur van den Elzas. Hij wees erop, dat uit Baden ervaren bestuurders als commissaris naar den Elzas gezonden zijn om eerst het be wind te ordenen en te organiseeren. Dat beteekent echter niet, dat in den Elzas voorloopig alles van het Rijk uit georganiseerd en geleid wordt. Hij heeft het integendeel van het begin af aan van het grootste belang geacht, dEt de eigen krachten van het land in den grootsten omvang bij de nieuwe ordening worden betrokken. Alle El zassische krachten, die in het bestuur en den handel werkzaam zijn, zijn zoo veel mogelijk overgenomen en in hun ambt gelaten. Alleen Franschen en Joden zijn uiteraard terstond van de openbare diensten uitgeschakeld. Deze aanvallen bewijzen, hoe zeer het Duitsche rijk zich op het oogen blik strategisch in het voordeel be vindt. Het is in staat om de aan voeren, die van Engeland van vi tale beteekenis zijn, niet alleen in de zeegebieden voor de Britsche kust, maar reeds ver in den Atlan- tischen Oceaan aan te vallen. echter een ernstige wonde aan een bovenarm en moest ter ver worden vervoerd. Dr. Bots verleende met andere geneesheeren de eerste hulp aan de getroffenen. Ook een woonhuis, in de nabijheid waarvan de zware bom neerkwam, werd door een scherf getroffen. Deze ging door den wand en trof een stoel, welke juist was verlaten door de vrouw des huizes, die het veld in ge vlucht was. Door den tegenoverliggen- den wand sloeg de scherf naar buiten. Het vliegtuig, dat de bommen wierp, verdween in Noordwestelijke richting. Beide bomaanvallen geschiedden overdag, d.w.z. onder omstandigheden, welke een vergissing practisch uitslui ten. Eenig militair doel is in beide ge vallen in de naaste of verdere om geving niet aanwezig. De Engelsche vliegers hebben dus wederom willens en wetens de Nederlandsche burger bevolking en haar bezittingen tot doel wit van bun aanvallen gemaakt. Verscheidene Duitsche bladen zijn vandaag met de publicatie begonnen van bewijzen voor de onwaarheid der Engelsche propagandaberichten over de oorlogsgebeurtenissen. Zoo schrijft de „Völkischer Beobach- ter”, dat de Britsche berichten over de gevechtshandelingen in PolenNoor wegen en aan het Westelijk front in tegenspraak zijn met de Duitsche be richten en dat er juist in de neutrale landen steeds veel wantrouwende waarnemers zijn, die hieruit de conclu sie trekken, dat de waarheid wel onge veer in het midden zal liggen. Zij kun nen onder de eerste golf van leugens bezweken zijn, maar dat zij zich een tweede maal laten bedriegen of voor een derde maal uit deze vergiftigde bron putten, is onbegrijpelijk. Want honderden malen heeft het resultaat bewezen, dat er geen „midden” bestaat tusschen de Duitsche en Engelsche be richten, doch dat aan den eenen kant naar eer en geweten de waarheid wordt gezegd en aan den anderen kant met de bewuste bedoeling te bedriegen de leugen wordt verspreid. Hetzelfde geldt ook voor de berichten van weerskanten over de gevechten van deze weken. De Engelsche luchtmacht heeft gedurende de beide achter ons liggende dagen wederom enkele aanvallen boven Nederlandsch grondgebied gedaan en daarbij eenige ongemotiveerde bombarde menten uitgevoerd, waarvan opnieuw de burgerbevolking het slachtoffer is geworden. Twee per sonen werden gedood, twee wer den zeer ernstig gewond en ver scheidene anderen kregen lichtere kwetsuren. Dinsdagavond omstreeks half zes heeft een Engelsche bommenwerper een tiental bommen te Voorhout neer geworpen. In de omgeving van den ’s-Gravendamscheweg brachten zij grooten schrik te weeg. Negen bom men kwamen neer in den Berg en Daalschen polder, één of twee vielen in den Boekhorstpolder. De bommen waren van licht kaliber, met uitzonde ring van één, die een grooten trechter veroorzaakte en een nabijgelegen schuur vernielde. In deze schuur had den verschillende personen een schuil plaats tegen den regen gezocht. Zij liepen allen lichte verwondingen aan hoofd en beenen op. Het zoontje van den heer Salman uit Noordwijkerhout bekwam COURANT HAAGSCHE J 'l Bijkantoren: Scheveningen, Keizerstr. 319, Tel. 550310; Rijswijk, Kantoor- boekh. Leeuwendaal, Oranjelaan 3, Tel. 119461, Voorburg, Boekhandel H, E. G. Ruijs, Heerenstr. 124, Tel. 778038; Filialen: N.V. Kantoorboekh. Th. J. de Koning, Goudsbloemlaan 3, Tel. 330263; Boekh. J. B. v. Seters Jr., There- siastr. 108a, Tel. 772444; Boekh. E. D. Couvée, van Hoytemastr. 66, Tel. 721187 J- - Jj r i ï‘--: <- «4» UW -

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1940 | | pagina 1