BINNENLAND
GEMENGD NIEUWS
HAAGSCHE COURANT VAN ZATERDAG 24 AUGUSTUS 194Ö TWEEDE BLAD, PAGINA 2
Scheveningsche klanken
DE EË3 BRENGT UW KIND
KRAAN BIJ URK GEZONKEN
DOOR STIER AANGEVALLEN
GOEDE VANGST TE HILLEGERSBERG
De Nederlandsche kinderen in
de Ostmark
Voeding, gezondheid en finan-
cieele toestand der werkloozen
CONCURRENTIE VOOR
RIJWIELDIEVEN
SCHIP OP HOLLANDSCH DIEP
GEZONKEN
ENGELSCHE KABELBALLON
ONTPLOFT
EEN STEUNTREKKER IN
GOEDEN DOEN
£H STIPT OP TUD
yxr |]|J4 A vecwec
Tnateen. n
Ze hebben het goed naar hun zin
Bloed-onderzoek
CXXXIX.
om
Een Friesch woordenboek
„Auskunftsstelle der Deutschen Wirt-
schaft” op de ütrechtsche
Najaarsbeurs
Opneming in ondersteuning van
P.T.T.-personeel
Nederlandsche architecten
streven naar eenheid
Extra-brood- en boterrantsoen
voor landarbeiders
van
belangrik
De beoordeeling van den gezondheids
toestand van een bepaalde, over het ge
heels land verspreide en telkens in op
bouw wisselende bevolkingsgroep, zooals
den
de
het
jlsche kabel
ie in de rich.
West
VEILIG
Door bliksem getroffen?
Te Woerden werd een Enge:
ballon waargenomen, drijvend*
ting van Utrecht, dus van West naar
Oost. Toen de ballon boven Harmelen was
gekomen, sloegen er plotseling vlammen
uit, waarna een ontploffing werd gehoord.
Waarschijnlijk is de ballon door den
bliksem getroffen, daar juist een hevig
onweer woedde.
Diefstal van paardenvoer
Twee militairen van den Opbouwdienst
zijn aangehouden, wegens diefstal va®
twee zakken paardenvoer uit de maneg®
aan de Vondelstraat te Amsterdam. Een
der militairen werd in het Vondelpark
op heeterdaad betrapt door twee agenten,
toen hij den tweeden zak voer op zijn fiets
vervoerde. De man bekende het feit en
vertelde, dat een ander hem geholpen
had Ook deze is thans aangehouden. Bei’
den zijn heden voor den officier van justi
tie geleid.
Van officieele zijde wordt ons mede
gedeeld, dat het bericht, dat landarbei
ders tot 1 September a.s. aanspraak
zouden kunnen maken op een extra
boter- of vetrantsoen van 200 on
juist is. Landarbeiders, werkzaam in
den hooibouw en landarbeiders, die
zware oogstwerkzaamheden verrich
ten, kunnen tot 1 September a.s. uit
sluitend in aanmerking komen vooreen
extra brood rantsoen van 100
Gezondheidstoestand niet
belangrijk slechter dan bij
werkenden
kostelijke doel ’n klèinig-èid óver-ebbe?
Veul kleinties maeke-n-groate
En as je an me vraege zou an
wies motte we die bijdraege dan stie-
re dan zou ik zeggeStiert ’t ah
P. J. de Mos, Direkteur van de Visch-
ofslag, Visschershavenweg 23, Scheve-
ningen. Ik weet zeker, dat die man z’n
èige der graeg voorspanne zei, om te
zürge dat alles op de plaes komt, waer
't weze mot. Veul ande maeke licht
werkIn de volgende Klanke van
over veirtien daege zou ik de bijdrae
ge dan vermelde kenne. Wie ’t red
dingswerk van de manne van de SCH
82 oprecht waerdeert, die geeft dat
dan vooral in dut geval te kenne met
’n kléine gift
Vanwege het departement van Sociale
Zaken is aan de gemeentebesturen het
volgende schrijven gezonden
Bij den post-, telegraaf, en telefoon
dienst zijn vele hulpbestellers op arbeids
overeenkomst werkzaam tegen uurloon.
Deze verrichten dienst bij behoefte. Voor
zoover zij niet op den dienstrooster van de
P.T.T. voorkomen het voorkomen
daarop is alleen het geval met de langst
in dienst zijnden moeten zij dagelijks
komen informeeren, of er al dan niet
werk voor hen is, of wel zij ontvangen
een kaart, waaruit blijkt, welk werk zij
te doen hebben. Het laatste jaar hebben
sommigen veelal een behoorlijk weekloon
bij het P.T.T.-bedrijf kunnen verdienen,
daar er mede tengevolge van de mobili.
satie veel werk voor hen was. Ofschoon
het werk voor die personen thans be.
langrijk is verminderd en hierin, naar
het zich laat aanzien, geruimen tijd geen
wijziging zal komen, zou toch ontslag
voor deze menschen zeer nadeelige gevol
gen hebben. Immers thans hebben zij in
volgorde van den datum van hun dienst
verband uitzicht om, als daartoe gelegen,
heid zou komen te bestaan, voor meer
dienst en uiteindelijk voor vaster dienst
verband in aanmerking te komen. Deze
vooruitzichten zouden bij ontslag geheel
komen te vervallen. Hetzelfde geldt voor
reserve locale krachten, die op kantoren
en bureelen dienst doen bij behoefte. In
verband met het bovenstaande is goedge
keurd, dat aan bedoelde personen steun
of aanvullende steun wordt uitgekeerd,
tegen overlegging van een bewijs van het
bestuur der P.T.T., dat zij op arbeidsover.
eenkomst in los dienstverband bij het
staatsbedrijf der posterijen, telegrafie en
telefonie werkzaam zijn. Vertooning van
een ontslagbewijs behoeft dus voor opne.
ming in de steunregeling van betrokkenen
niet te worden geëischt.
ben kunnen bemachtigen.
Aan den diefstal van de boonen had
den zich schuldig gemaakt F. J. S. en
zijn vriend L. J. v. B., die ook schuldig
zijn aan de poging tot inbraak in de wo
ning van dr. B.
Uit het onderzoek, dat nog gaande is, ii
reeds gebleken, dat dit driemanschap
zich aan verschillende andere diefstallen
heeft schuldig gemaakt, o.a. een diefstal
van konijnen.
Diefstal van militaire goederen
Door de politie werd voor eenige weken
bij een bewoner in de Berglustlaan te
Hillegersberg een aantal wollen dekens
in beslag genomen, welke afkomstig ble>
ken van 1-10-RA. dat in Hillegersberg ge
legerd is geweest. Deze inbeslagneming
kon geschieden naar aanleiding van een
vetdiefstal bij den slager R.. waardoor
de politie op het spoor van den diefstal
van de wollen dekens kwam
Het onderzoek, dat niet gemakkelijk
was, heeft geleid tot de aanhouding te
’s-Gravenhage van den gewezen militair
C A. v. d. B.. thans werkzaam bij den
Opbouwdienst, en te Haarlem van den
gewezen militair H. S., thans te Leiden
als automobielmonteur werkzaam.
Deze heeren, die aanvankelijk te Hille-
gersberg gelegerd waren, hadden te Rot
terdam getracht de gestolen dekens
verkoopen wat niet gelukte, doch elders
wel.
Alle opvarenden gered
Nabij Willemstad is gistermiddag om 4
uur, met het Hellegat in zicht, bij den
strekdam in het Hollandsch Diep, gezon
ken het sleepschip „Rubens”, groot 1136
ton, van de reederij Pluvier te Antwer
pen, kapitein schipper Bosch, woonachtig
te Capelle a. d. IJsel Alle opvarenden
zijn gered en opgepikt door de sleepboot
„Eem” van P. Smit te Rotterdam.
er wat te verdiene-n-is, dan ziene de
mensche mèistal gien gevaer. Maar
met dat groate mèinegevaer zoue
vooral ’s nachs de mogelike gevolge-n-
iet te overzien weze.
voldoende is, toch Is in 24 pCt, van de
gezinnen de voeding krap of matig te
noemen (het overeenkomstige cijfer bij
de werkenden bedraagt 6 pCt); terwijl
de Ca-, Fe-, eiwit- en vitamine A-voor-
ziening bij resp. 31, 26, 20 en 10 pCt. van
de gezinnen beneden de door de commis
sie gestelde normen blijft.
Vergelijking van de voeding tusschen
gezinnen met kleine en die met groote
kinderen toont, dat eerstgenoemden het
aanmerkelijk beter zouden hebben dan
de laatstgenoemden. Dit is in tegenspraak
met den budgetairen toestand van deze
groepen van gezinnen, aangezien daar
geen opmerkelijke verschillen aan het
licht treden. Een en ander is een aanwij
zing, dat de door ons gevonden verschil
len in de voeding schijnbaar kunnen zijn
veroorzaakt door de niet geheel op Hol-
landsche gezinnen passende Volkenbonds-
schaal van 1932. Verdere uitwerking van
de gegevens, op basis van een meer met
Nederlandsche toestanden in overeen
stemming zijnde schaal, zou het wellicht
noodzakelijk maken deze conclusie te
herzien.
die der werkloozen, levert bijzonder
groote, ono verkomenlijke moeilijkheden
op. Dit spruit voort uit de omstandigheid,
dat er geen enkele betrouwbare maatstaf
is, waarmede door een eenvoudig en op
groote schaal toe te passen onderzoek
een directe beoordeeling van den gezond
heidstoestand te verkrijgen Is. Door be-
studeering van een onbegrensd gebied,
met name dat der tuberculose, kunnen
echter wel eenige gegevens verkregen
worden, welke tot vorming van een oor
deel kunnen bijdragen. De daling in de
sterfte aan tuberculose is in de achter
ons liggende jaren van werkloosheid on
onderbroken voortgegaan.
Ongunstige beïnvloeding van bestaande
tuberculose (recidief) door lage welvaart
is waargenomen. In verband hiermede is
hetzelfde voor de werkloozen onder de
oogen te zien. Geneeskundige rapporten
en meeningen der medici wijzen er op.
dat in het algemeen de gezondheidstoe
stand der werkloozengezinnen niet on
rustbarend is, maar dat toch telkens
symptomen worden waargenomen, welke
tot voorzichtigheid in dit oordeel nood
zaken. Uit de rapporten van de artsen
blijkt, dat de gezondheidstoestand bij de
werkloozen niet belangrijk slechter is
dan bij de werkenden.
Bezat elf mille aan contanten
Bij een bewoner aan de Laurierstraat te
Amsterdam, die reeds langen tijd steun
trok, hebben ambtenaren van den dienst
met het opsporen van bedrog, een huis
zoeking gehouden, waarbij zij in het bed
een kistje vonden, dat f 11.000 aan contan.
ten bevatte
Hij beweerde dat het geld van een
erfenis afkomstig was. Daar dit er niets
aan afdoet, dat hij, dit groote bedrag be.
zittend, zich al dien tijd ten onrechte
steungelden heeft doen uitkeeren, is vol
gens de „N.R.Crt.” tegen hem een gerech-
telijke vervolging ingesteld en het geld
in beslag genomen.
Verdenking was tegen den man gerezen
toen eenige rechercheurs op straat be.
merkten, dat hij bezig was een gouden
ring te verhandelen.
Onze Nederlandsche kinderen in de
Oostmark maken het goed en amusee-
ren zich kostelijk, dat was <Te eind
indruk, welken wij kregen van ons ge
sprek één dezer dagen met één der
vrouwelijke medici, die als begeleidster
de reis met een kindertransport mee
maakte.
Zij bezocht, nadat zij haar taak had
volbracht, verschillende dorpen en ste
den, waar de jeugd is onder gebracht,
■waarbij zich ruimschoots de gelegenheid
bood den kinderen vragen te stellen
omtrent hun bevindingen en indrukken.
Reeds de aankomst te Steyer was een
openbaring voor de jeugd. Het plaatsje
was feestelijk met groen en vlaggen
versierd, de geheele bevolking was uit-
geloopen. Klaarblijkelijk wilden de ge
moedelijke inwoners- van deze streek
op deze wijze hun dank betuigen voor
hetgeen Nederland na den wereldoorlog
voor de Oostenrijksche kinderen deed.
Op en om het station stonden partij-
functionnarissen, jongens van de Hitler
Jugend met een muziekcorps, dat vroo-
lijke wijsjes ten gehoore bracht; meis
jes van den Bund Deutscher Madel en
de pleegouders, bij wie de kinderen
onderdak zouden vinden.
Zeer, zeer hartelijk werden onze jon
gens en meisjes ontvangen. De ver
moeienissen van de reis waren aldra
vergeten. Want lang had de spoorreis
sommigen wel geduurd. Dertig uren
sporen, het is een heele tijd, speciaal
voor kinderen, van wie de meesten nog
nooit zoo lang in een trein hadden ge
zeten. Zeker, de geleiders en geleid
sters, de medici, de verpleegsters, ze
hadden allen hun best gedaan om het
den kinderen zoo aangenaam mogelijk
te maken. Er was limonade en water
te over om den dorst te lesschen. Nij
vere handen konden nauwelijks genoeg
broodjes smeren om aan de vraag van
het hongerige jonge volkje te voldoen,
maar hoe fijn de broodjes ook smaak
ten, de kinderen waren blij toen ze een.
maal het einddoel van de reis hadden
bereikt.
Met tusschenpoozen zijn in totaal uit
verschillende deelen van ons land af
komstig, ongeveer 7000 kinderen naar
de Oostmark gegaan, alwaar ze zullen
blijven tot October; kleine kleuters van
nauwelijks 3 jaar, maar ook opgescho
ten meisjes en jongens.
Er is vrijwel geen plekje in het fraaie
land of men hoort er nu Hollandsch
spreken. De pleegouders, menschen van
allerlei rang en stand, ze doen wat ze
kunnen om het onze jeugd naar den zin
te maken. Een boer neemt de jongens
mee naar het land om te helpen bij
het hooien, maar ze komen uit de stad
en vinden koeien enge beesten, zoodat
eerst de angst voor de loeiende vier
voeters moet worden overwonnen. Een
familie elders organiseert een uitstapje,
met een draadbaan gaat het naar den
top van een berg, van waaruit men een
prachtig uitzicht heeft, er wordt ge
zwommen en „gezond”.
In één der groote hotels te Bad Aus-
see zijn drie kinderen ondergebracht,
ze zijn de lievelingen van alle gasten
en bezoekers en worden vreeselijk ver
wend met allerlei cadeautjes. Een jon
gen pronkt met zijn korten lederen
broek met hertshoornen knoopen, welke
hij heeft gekregen. „Als ik zoet ben,
mag ik ook zoo’n broek voor Pappi mee
nemen”. zegt hij glunder. Weer een
ander toont met trots zijn hengel, waar
mede hij zijn geluk beproeft in de
Traun.
De taal geeft aanvankelijk hier en
daar wat moeilijkheden, maar de kin
deren doen hun uiterste best om zich
verstaanbaar te maken en Duitsch te
leeren. „Morgen gehe ich schwimmen”,
zegt een blond, klein Hollandsch meisje
met blauwe oogen en vreezend, dat de
Nederlandsche dokter het niet verstaat,
volgt een zwaaiend manuaal met de
armen.
Ja, de Nederlandsche kinderen in de
Oostmark hebben het goed naar hun
zin. Het heimwee van sommigen is snel
overwonnen, daarvoor zorgen de opge
ruimde, gemoedelijke pleegouders. Ze
weten de kinderen in hun zingend
dialect snel op andere gedachten
te brengen. Straks zal een jolige,
bruingebrande, jeugdige schare naar
ons land terugkeeren met de herinne
ring aan een onvergetelijke vacantie in
de bergen.
Juust nae anlei-ing van ’t onge
val met de SCH 49 aan ik me vóór-
esteld, om nog er is op ’t groate nut
te wèize, dat elke visscherman de
zwemkunst volledig machtig is. Al de
inweuners van ons waeterlandje moz-
ze-n-èigelik goed kenne zwemme. Wat
zou dat op ’t jaerliksche lijsje
verdrinkingsgevalle gien
verschil oplevere kenne
Maar voor mensche, die ’t groaste
gedèilte van der leve-n-op ’t waeter
deurbrenge motte, is de zwemkunst
wel van de aldergroaste beteekenis.
Of de twie mensche van de SCH 49,
die net nog op ’t nippertje ered konne
worde, de zwemkunst machtig wazze,
weet ik iet. Wél weet ik, datte
ze gewond wazze-n-en der leve-n-in de
èirste plaes nog te danke-n-aane an
het fèit, datte ze der èige vastouwe
konne an drèivend wrak-out. Maar as
die ulpmiddele non er is iet bij de
hand benne, wat zou ’t dan gien koste-
lik ding weze-n-as zoa’n visscherman
z’n èige zwemmende bove waeter
ouwe kon
Ik weet wel, dat er op dat gebied
de leste tèid goeie vorderinge-n-
emaekt benne. Van de week vernam ik
nog van de bekende Jac. Vooys, dat
er tot nog toe an 350 visscherlui ’n
zwemdiploma uiét-erèikt is. En datte
der 30 zèilui zoa goed as al de lesse
voor „reddend zwemme” met uiètste-
kend resultaet evolgd ebbe. Maar dat
is nog lang iet, wat ’t weze mot. Der
zei nog èil wat meir motte gebeure.
Vooral „reddend zwemme” is voor ’n
visscherman onontbeerlik. Bij leve-n-
en wèlweze kom ik op dat onderwürp
nog er is brom. Want der valt nog èil
wat van te zegge
KEES DE KLINKER
Zoa is onze visschersplaes weer
's knappies oppeschrikt van ’t ongeluk,
dat de schokker Sch. 49 etroffe-n-eb.
We wazze der al ’n beetje an gewend
eraekt. dat alles zoa’n rustig verloap
bleef neme. Elke ochend met ’n beetje
moai weer tientalle kléine scheepies
nae zèi en ’s aevens alles weer rustig
en wel in de aève brom- En dat onder
stevig toezicht van 'n paer pelisievaer-
tuiège. Deurdatte de vischies dier be-
taeld worde, kenne de groate koste,
die-e der allemael an verbonne benne,
zonder bezwaer bestreeje worde en
blèive der nog ’n paer lieve cente voor
de visscherman óver oak.
Maar op onverwachse menier
worde we toch weer gevoelig der an
erinnerd, dat oak dat bedrèif iet zon
der gevaer uièt-oefend ken worde,
’t Vischtuièg van de Sch. 49 raekt op
’n zeker oagenblik klem en de mensche
benne genoadzaekt om de boel binne
te aèle. En net op ’t moment, dat er
’n mèin zichtbaer wordt, barst de ont
ploffing los. De woorde van de jongste
metroos, die vóór op de plecht stong
en die ’t gevaer 't eirste an zag kom-
me, benne nog iet koud, of ’t ongeluk
is al gebeurd. Op 't zelfde oagenblik
wier dat jonge leve op de gruwelikste
menier vernietigd. De twie overige
manschappe mogge wel van bezonder
geluk spreke, datte ze nog deur der
kammeraes van de Sch. 82 ered konne
worde, 't Mag dan weze, datte ze der
iet zonder kleirscheure-n-ovvekomme
benne, ze ebbe der teminste ’t leve
nog owebrocht. Ze benne daedelik nae
't zieke-n-uiès vervoerd en volgens de
leste berichte wordt er verwacht, datte
ze allebei der nog goed deurkomme
zelle.
Dat er enkeld maar op den dag
evischt mag worde, èit teminste oak
die goeie kant nog, dat ’t gevaer voor
dergelike ongelukke zoa veul mogelik
beperkt wordt. De visscherij mag dan
’s nachs beter resultaete-n-oplevere,
maar de risiko’s benne-n-in deuze tèid
weer zoaveul te groater. Liever maar
wat minder vangst met daglicht, dan
bestaet er oak minder kans op rampe.
zao-as we dat met de Sch. 49 weer
ondervonne-n-ebbe. Want aane de vis
scherlui vrij slui, dan zou je nog aeke-
lige dinge genog mee kenne maeke. As
Een onderzoek bij zevenhonderd gezin
nen over geheel Nederland
Verschenen is het rapport, uitgebracht
door de commissie tot onderzoek van den
gezondheids- en voedingstoestand der
werkloozen, 11 Mei 1936 ingesteld door
het departement van Sociale Zaken. Dit
onderzoek heeft zich uitgestrekt over
zevenhonderd gezinnen, over geheel
Nederland verspreid.
Vele gezinnen kwamen
niet toe
Aan de conclusies, waartoe de commis
sie is gekomen, ontleenen wij het vol
gende:
De totale inkomsten der ondersteunde
werkloozen loopen minder uiteen dan
men op grond van de indeeling in sterk
onderscheiden steuntariefklassen zou ver
wachten. Dit is het gevolg van de om
standigheid. dat op het platteland, waar
in de lagere steuntariefklassen gelden,
meer werkverschaffing plaats vindt en
meer gelegenheid bestaat tot neven-in-
komsten uit het vrije bedrijf, met name
zomerwerkzaamheden op het land. (De
groote steden, waarin de hoogste steun-
tariefklasse geldt, werden echter niet in
het onderzoek betrokken.)
De uitgaven der ondersteunde werk
loozen zijn over het geheele land vrij
wel gelijk, met uitzondering van de huis
huur en in mindere mate ook die van
fondsen en contributies. De woningkosten
hangen samen met den lageren levens
standaard op het platteland, de lagere uit
gaven voor verzekeringen zijn het gevolg
van een grootere armoede der werkloo
zen aldaar.
Met uitzondering van de He steunta-
rlefklasse wijzen de budgetten der onder
steunden in alle lagere steuntariefklassen
een nadeelig saldo aan, dat van de He
tot de IXe steuntariefklasse geleidelijk
toeneemt. Hoewel dit niet nader onder
zocht werd, moet worden aangenomen,
dat een groot deel der ondersteunden
schulden bij leveranciers e.a, heeft ge
maakt.
Vergelijking der budgetten van werk-
loozen-gezinnen met die van werkenden
(met een inkomen van 1400 of minder
per jaar) toont aan in welke mate het
werkloozen-gezin zich bezuinigingen op
legt: 6 pCt. aan huishuur, 7 pCt. aan
vuur en licht, 25 pCt. aan voeding, 47
pCt. aan kleeding en wasch, 52 pCt. aan
verzekeringen en 58 pCt. aan overige uit
gaven. De uitgaven der werkloozen be
perken zich noodgedwongen tot die, wel
ke voor een minimaal levensonderhoud
noodzakelijk zijn.
Verkelijking van de budgetten met lage
en hooge voedingscijfers maakt het aan
nemelijk, dat hierbij ook begrippen van
moraal en fatsoen een rol spelen. De ge
zinnen met lage voedingscijfers verkiezen
veelal hongerlijden boven schuluden ma
ken, gezinnen met hooge voedingscijfers
maken veelal alles ondergeschikt aan een
ruime voeding.
De grootere gezinnen kunnen zich nog
wel de noodzakelijke voeding verschaffen
en ook de meest noodzakelijke uitgaven
aan kleeding besteden óp dezelfde wijze
als de kleine gezinnen, maar moeten zich
een verder gaande versobering in alle
andere uitgaven getroosten en bovendien
in grootere schuld geraken.
Voeding in 24 pCt. der gezinnen
krap of matig
De werkloozen hebben zich over het
algemeen zoodanig aan de geringe in
komsten aangepast, dat de uitgaven per
1000 calorieën en per verbruikseenheid
in het geheele land ongeveer gelijk zijn.
Ir het algemeen is het voor de werkloo
zen mogelijk zich, mede dank zij de voor
hen gedistribueerde levensmiddelen, een
voeding te verschaffen, die zoowel kwan
titatief als kwalitatief aan redelijke
eischen voldoet. Ongetwijfeld is de
samenstelling voor verbetering vatbaar,
doch dit is tevens het geval bij de voe
ding der nlet-werkloozen.
Al bestaat over het algemeen de moge
lijkheid, dat de voeding der werkloozen
Het Nederlandsche perskantoor
meldt In het instituut voor land- en
volkerenkunde aan de universiteit van
Kiel wordt de uitgave voorbereid van
een omvangrijk Friesch woordenboek
Naar voorloopige ramingen omvat het
archief van dit woordenboek 250.000
biljetten met gegevens. Het woorden
boek zal ook streektalen bevatten en
in acht taalgebieden worden ingedeeld.
Het geheel wordt aangevuld met fol
kloristische aanteekeningen.
Bondsraad aanvaardt ordenings-
voorstel
De Nederlandsche Bond van Bouwmees-
tersgilden hield te Utrecht de vierde ver
gadering van den bondsraad. De voor
zitter. I. de Bloem, constateerde in zijn
openingswoord, dat eenheid onder de
beroepsbeoefenaren het ontstaan en stre
ven uitmaakt van de organisaties der
bouwmeestersgilden, weshalve het con
sequent op den weg diér organisaties ligt,
cm de universeele Nederlandsche archi-
tecten-organisatie mede tot stand te bren
gen.
Een commissie uit drie landelijke orga
nisaties van architecten, te weten: den
Bond van Nederlandsche Architecten
BJJ.A., het Nederlandsch Instituut van
Architecten NI VA en den Nederlandschen
Bond van Bouwmeestersgilden N.B.B.G.,
onder voorzitterschap van prof Zwiers,
stippelde richtlijnen uit en ontwierp de
statuten voor de nieuwe organisatie.
In de nieuwe vereeniging zal niet
slechts plaats zijn voor hen, wier titel
van architect of bouwmeester zal zijn be
schermd, zij zal ook afdeelingen van bouw
kundigen bevatten, zijnde degenen, die
wel het beroep mogen uitoefenen, maar
niet het recht hebben verkregen den titel
van architect te voeren.
De opbouw van de nieuwe vereeniging
zal organisch zijn en het geheel zal pas
sen in het raam van de bedriifsorgantsa-
torische samenwerking van het geheele
bouwvak Een der voornaamste doelstel
lingen der bouwmeestersgilden wordt
hiermede in de nieuwe organisatie tot
uitdrukking gebracht en het vormde een
sterk argument van de zijde van het be
stuur bij de levendige discussies, welke
zich rondom het voorstel ontwikkelden.
In de re- en dupliek richtte de tegen
stand zich vooral tegen de „overgangs
bepalingen” van de a.s architecten-veror-
dening, omdat deze bepalingen tevens de
basis van toetreding tot de nieuwe ver
eeniging vormen, verder tegen de door
voering van bet selectie-beginsel binnen
de organisatie, de gelijke honoree-
ring van geselecteerden en ongese-
lecteerden en tegen het feit, dat voor
het opgeven van nevenberoepen slechts
een te onbelangrijke overgangstermijn
wordt gesteld.
Het bestuur antwoordde, dat de over
gangsbepalingen der verordening zeer
menschelijk geacht moeten worden en
slechts in geringe mate afwijken van het
toelatingsminimum gesteld in de bouw
meestersgilden. De overgangstijd van an-
derhalfjaar, voor het verlaten van het
nevenberoep, bij het in-werking-treden
van de architecten-verordening, wérd
door het bestuur voldoende genoemd.
Met nadruk werd erop gewezen, dat het
voorstel het resultaat is van een voorbe
reiding aan beide zijden, welke reeds
jaren terug was aangevangen en dat een
basis van overeenstemming reeds in April
van dit jaar was bereikt, zoodat de sa
menwerking gebaseerd was op wederzijd-
sche overtuiging en door de huidige bij
zondere omstandigheden eerder was ver
traagd dan bevorderd.
Het voorstel werd tenslotte door den
bondsraad met overgroote meerderheid
aanvaard.
Samenwerking huiden-, leder - en
schoenbranches in een bedrijfsorgaan.
In een op 20 Augustus j.l. te Utrecht
gehouden vergadering hebben de afge
vaardigden van alle bestaande organisa
ties in de huiden-, leder-, schoen- en
aanverwante branches besloten, door
wijziging van het statuut van het sinds
eenige jaren bestaande contactorgaan in
dit bedrijf de samenwerking te verster
ken door aan de leiding van dit insti-
utut de bevoegdheid te verleenen voor
gemeenschappelijke belangen der bran
ches op te komen. Gevormd werden de
navolgende vakgroepenlooistoffenhan
del, inlandsche huidenhandel, exotische
huidenhandel, lederindustrie, lederimport-
handel, schoenindustrie, schoenimport-
en engroshandel, lederhandel, schoenhan-
del, lederwarenindustrie, drijfriemenin
dustrie en schoenmakerij. Van al deze
vakgroepen kan een vertegenwoordiger
zitting hebben in het bestuur tot leden
van het dagelijksch bestuur werden ge
kozen de heeren P. F. Scheeren, voor
zitter, L. J. Uytendaal en A. W. Sabel
Tzn„ terwijl mr. H. A. J. C. Muyser be
last werd met het secretariaat, dat ge
vestigd is op de Leidschegracht 18 te
Amsterdam. Een bedrijf van ongeveer
16000 groote en kleine ondernemingen
heeft hiermede de beschikking over een
toporganisatie, welke gemeenschappelijke
bedrijfsbelangen ten overstaan van de
overheid en haar instellingen kan be
hartigen.
Geen persoonlijke ongelukken
Tijdens een hevigen storm zijn een
kraan en een bak tegen den dijk Urk—
Lemmer gesmakt. Vele sleepbooten heb.
ben getracht het zware gevaarte vlot te
brengen, maar door het aanhoudend heen
en weer slingeren, drongen de basaltblok,
ken aan den voet van den dijk door den
bodem van de kraan en stroomde het wa.
ter naar binnen. Tevens sloegen de zware
zeeën over de kraan, zoodat deze zonk.
Alleen de lange arm van de kraan steekt
boven water uit en deze is door het gewei
dige slingeren scheef gezakt.
Schipper H. van 't Hert, die aan boord
gebleven was, moet later de kraan ver.
laten en slechts met moeite wist hij langs
een naar den kop van den dijk gespannen
touw het veege lijf te redden, aldus meldt
de „Tel.” De vijf opvarenden zijn alles
kwijt, tot stam- en distributiekaarten toe.
In hotel „De Verwachting” zijn de man.
nen van droge kleeren voorzien en gister,
middag zijn zij naar hun resp. woonplaat,
sen vertrokken. De eveneens op den dijk
geworpen bak is geheel vernield en moet
als verloren worden beschouwd.
Jongedame op het oorlogspad
Na de vele rijwieldieven, die den laat-
sten tijd zijn aangehouden, heeft de po
litie van het bureau J. D. Meyerplein te
Amsterdam Donderdagavond een rijwiel-
dievegge gearresteerd. Het is nog zelden
voorgekomen, dat een meisje wegens
rijwieldiefstal aangehouden werd, terwijl
het vermoedelijk nog nooit is gebeurd,
dat een meisje op heeterdaad bij een fiet
sendiefstal betrapt kon worden.
Dit ongeveer twintigjarige meisje
kwam Woensdagavond met een mooie
damesfiets bij een rijwielhandelaar op
het Waterlooplein. Zij vroeg, of zij hier
de fiets even mocht stallen, hetgeen ge
beuren kon, aangezien de rijwielhande
laar ook een stalling heeft. Terwijl zij de
fiets neerzette, vroeg zij zoo terloops, of
de handelaar ook rijwielen kocht. Inder
daad, dat deed de rijwielhandelaar De
man was echter niet thuis, zoodat de
vrouw van den handelaar het meisje
vroeg, of zij de fiets dan maar voorloo-
pig achter wilde laten en den volgenden
avond even terug wilde komen.
Inmiddels was de politie er reeds ach
tergekomen, dat het meisje vermoedelijk
een fiets had gestolen. Toen zij Donder
dagavond weer kwam, werd zij gearres
teerd. Zij werd naar het bureau aan het
J. D. Meyerplein overgebracht, waar zij
den diefstal bekende.
Drie inbrekers gevat
Woensdagnacht is ingebroken in
boekhandel van de fa. de M. aan
Dorpsstraat te Hillegersberg. Door
verbreken van een ruit aan de voorzijde
van den winkel is men binnengekomen.
De daders hadden het alleen gemunt op
behoorlijke voorwerpen en zoo viel een
groot aantal vulpenhouders, meest merk-
kwaliteiten, hun als buit in handen.
Vervolgens werd In dienzelfden nacht
een poging tot inbraak gedaan in de wo
ning van dr B. aan het Montignyplein,
waar de daders minder geluk hadden
De heeren hadden de ruit van de keuken
deur aan de achterzijde van de woning
uitgesneden en konden toen gemakkelijk
het slot van de deur opendraaien, daar
de sleutel nog daarin zat De keuken
De Duitsche Kamer van Koophandel
voor Nederland, Amsterdam, zal weder
om in samenwerking met de „Ausstel-
lungs- und Messeausschuss der Deutschen
Wirtschaft”, Berlijn, een informatiebureau
voor alle inlichtingen betreffende het
Duitsch-Nederlandsche handelsverkeer in
de officieele Duitsche afdeeling op de
Ütrechtsche Najaarsbeurs inrichten. De
Duitsche Kamer van Koophandel zal met
het oog hierop gedurende den duur der
beurs, n.l, van 3 t.m. 12 September, geen
spreekuren in het gebouw der Kamer
houden, doch uitsluitend in het informatie
bureau te Utrecht tot de beschikking van
haar leden en verdere bezoekers der
beurs staan, die inlichtingen wenschen in
te winnen.
Toch kenne we moeielik van dat
ongeluk met de SCH. 49 ófstappe, zon
der met groate waerdeering gewag te
maeke van de buiètegeweune menier,
waerop de SCH. 82 z’n èige van z’n
menschelike plicht ekwete-n-eb,
nog te redde wat er te redde viel. Oak
de SCH. 82 was druk bezig met vis-
sche, toe dat drama met de SCH. 49
plaes greep. Zonder z’n èige ’n oagen
blik te bedenke, akt schipper Gerrit
Spaens z’n èile vischboeltje ter waerde
van 300 tot 400 guide figenael óf en
zet sebiet koers nae de plek toe van
't ongeluk. En an die deurtastende me
nier van optreeje is ’t te danke, dat de
man ’t geluk magge beleve-n-eb, om
twie menscheleves te redde. De dren
kelinge aane der èige nog vast ken-
ne-n-ouwe-n-an ’n drèivend voorwürp.
As de 82 der iet zoa gaauw bü-eweest
aa, dan aane-n-oak die twie slachtof
fers ’t motte begeve.
En non mag de praktèik van ‘t
leve weze om, as de krant ienmael
eleze-n-is, oak 't moaiste reddingswerk
weer te vergete, maar dat geval mag
ier toch zoa maar iet epasseerd worde,
't Gaet ier om redders, die zélf met le-
vensgevaer der broad motte verdiene.
Die zonder ienige bedenking der vis-
scherijspulle van onderde guides
waerde ovvekapt ebbe-n-om ’n gevaer-
like redding uièt te voere. En dan nog
ezwege van zooveul daege verlies van
verdienstes, eir datte ze weer met
nieuwe spulle kenne gaen vissche. Die
mensche-n-ebbe ’n weldaed beweze-n-
iet allien an de slachtoffers, maar oak
an de èile saemeleving.
En 't minste, wat er gebeure ken,
dat is toch wel, datte ze der schaede,
die met ’t reddingswerk gepaerd egaen
is, op de ien of aare menier vergoed
krèige. Daer ebbe ze èigelik ’n zeker
moreel recht op. Vooral non die red
ders uièt èige middele gien nieuwe
spulle anschaffe kenne. Oe moai of 't
oak weze zou, azze ze strakkies 'n me-
dalje krèige, daer ebbe ze der visch-
nette nog iet bij brom, die ze kwèit
eraekt benne,
Zoue der non onder de trouwe le
zers van de Klanke iet enkelde mee
levende mensche weze, die voor dat
werd grondig doorzocht; er wordt even
wel niets vermist
De politie heeft dadelijk een uitgebreid
onderzoek ingesteld met het gevolg, dat
zij allereerst in aanraking kwam met den
20-jarigen P J S„ aldaar, en dier»
vriend L. J. v. B„ die op een handwa
gen boonen vervoerden, welke van dief
stal afkomstig bleken uit den tuin van
den tuinder V. De beide heeren werden
naar het politiebureau gebracht en al
daar gefouilleerd, waar op een der da
ders een aantal vulpenhouders werd ge
vonden, afkomstig van de inbraak bij
de M Deze vondst leidde verder tot de
aanhouding van den 19-jarigen B. C. S,
een broer van F. J. S. Ook deze is in
bewaring gesteld. Uit het verhoor bleek,
dat de beide broeders schuldig zijn aan
den diefstal van vulpenhouders bij de
waar zij een stuk uit een spielgelruit
hadden gesneden en zoodoende gemakke
lijk de voorwerpen uit de etalage heb-
Arbeider zwaar gewond
De 30-jarige boerendaggelder D. v. d
Vis is, terwijl hij in het weiland van den
veehouder Binnendijk, langs den Westka-
naalweg, te Alphen aan den Rijn, werk
zaam was, plotseling door een woedenden
stier aangevallen Deze wierp den man up
den grond en zou herr waarschijnlijk ge
dood hebben, wanneer de veehouder en
eenige andere personen niet te hulp wa
ren gekomen. Zij wisten, naar de „Tel”
meldt, de aandacht van den stier, die rijn
slachtoffer met de horens bewerkte, af te
leiden, zoodat v. d. Vis op een ladder
kon worden weggedragen. Hij is met ern-
stoge hoofdwonden en inwendige kneu
zingen in zorgwekkenden toestand naat
het Academisch Ziekenhuis te Leiden
overgebracht.
De bloedsamenstelling van zwangere
vrouwen geeft een indicator van den
voedingstoestand. De commissie heeft het
doelmatig geacht, voor de toepassing van
dezen indicator zwangeren uit onder
steunde gezinnen te vergelijken met
zwangeren uit niet-ondersteunde gezin
nen. In alle categorieën en in beide ge
meenten van onderzoek (Amsterdam en
Utrecht) bleek, dat de uitkomsten van
het bloed-onderzoek bij de ondersteunden
iets minder gunstig zijn dan die der
niet-ondersteunden. Het weliswaar gerin
ge verschil is zéér constant en is onge
twijfeld een weerspiegeling van de ver
schillen, die men ook in het voedings
onderzoek waarneemt. In het bloed
onderzoek komen zij, genivelleerd door
de biologische aanpassing van het orga
nisme, iets minder sterk tot uiting.
Het gemiddelde haemoglobine-gehalte
mag bevredigend genoemd worden. Wel
komen bij beide groepen gevallen met
lager gehalte dan het gewenschte voor,
doch zorgwekkende gevallen zijn uiterst
zeldzaam. Voor erythrocyten geldt het
zelfde.
De vitamine C-voorziening wijst bij
beide’ groepen in de wintermaanden op
een Onmiskenbaar tekort. In de zomer
maanden wordt dit echter aangevuld.