NAAR ULF ALLE SPOREN LEIDEN i in de Haarlemmermeer palingvangst in het Ijsselmeer - Restauratie molen Verbetering bij de Velser pont - Locaalspoortje opgeheven - Snoekbaars- en Bl lilt IB WW*-' k State rt È'- z ld IBM FEUILLETON HAAGSCHE COURANT VAN DONDERDAG 29 AUGUSTUS 1940 TWEEDE BLAD Zi - W - iH i l|| I Biiii 5 o IfWordt vervolgd^ zoo haar (Nadruk verboden.) SCHEEPSKERKHOF AAN DE VLAAMSCHE KUST. HIER HEBBEN DE DUITSCHE STUKA’S GRONDIG GEWERKT. (Holland) DE FRAAIE MOLEN „DE GOOYER” TE AMSTERDAM WORDT VAN TOP TOT TEEN OPGEKNAPT, EEN BEWERKING, WELKE HIJ TENVOLLE WAARD IS. (Holland) vraag, of hij iets nieuws weet, over valt. Gelukkig herinnert hij zich het gesprek, dat hij den vorigen avond met Segelke heeft gehad. Terwijl zij naar huis loopen, vertelt hij haar zelfs het resultaat, zoodat Lore lacht. Maar dadelijk daarop is zij weer ernstig en Fritz neemt niet eens de moeite naar de oorzaak daarvan te zoeken. Lore is in deze dagen, waar in zij zooveel zorgen heeft, heele- maal niet meer te begrijpen. Hij respecteert die stemmingen en Lore is hem er dankbaar voor. Zie ik je vanavond nog? vraagt hij, voor de huisdeur staande. Zij rukt zich uit haar gedachten los. Neen, zegt zij en het klinkt bijna heftig. Zij neemt afscheid van hem in een verschrikkelijke, hem onbegrijpelijke stemming en deze op winding verlaat haar ook niet als zij de deur achter zich sluit. Wel twintig keer gaat zij dezen avond naar het raam van haar kamer en kijkt naar buiten. Steeds weer keeren haar ge dachten naar de geheimzinnige woor den van Segelke terug, de woorden, die Fritz haar heeft overgebracht. Als het eens waar was, dat Segelke weet waar Ulf is? Als het eens waar was! Vaak loopt zij naar de slaapkamer van haar moeder. Mevrouw Hart mann heeft dezep middag een ern- stigen zenuwtoeval gehad en Lore is bang voor het zwakke hart van haar moeder, zij heeft daarom haastig den dokter laten komen. J handbeweging den vreemde aan hun tafel. Van dat oogenblik af voelde Ulf Hartmann zichzelf hoogst over bodig. Dr. Joachimczyk overstroomde Isa bella met zijn vragen en Isabella beantwoordde ze, weliswaar met terughouding, maar Ulf Hartmann begreep toch, dat er innige betrek kingen tusschen haar en dr. Joachim czyk bestonden. Enkele keeren be antwoordde zij de vragen van den dokter in het Poolsch en Ulf merkte aan haar blik, dat haar dit alles zeer pijnlijk was. Ook dr. Joachim czyk bediende zich hoe langer hoe meer van de Poolsche taal, nadat hij had gemerkt, dat Ulf deze niet machtig was. Ulf Hartmann wachtte geduldig een half uur maar dr. Joachimczyk maakte geen aanstalten zijn steeds interessanter wordend onderhoud af te breken. En toen sprak Ulf van een dringenden brief, dien hij moest schrijven. Toen hij van de tafel op stond, was hij vastbesloten dadelijk zijn koffer te pakken en te vertrek ken. Maar juist toen hij een veront schuldiging had uitgebracht ontmoet te hij een blik uit Isabella’s oogen. Ulf pakte zijn koffer niet...! Hij ging naar zijn kamer, staarde naar den begonnen brief en rookte de eene sigaar na de andere. Na een uur liet hij den kellner een groot glas cognac brengen en goot dit in één teug door zijn keel. Nog een uur later stond Isabella plotseling in de kamer. Zij had de aan haar gezicht, dat zij weder een slapeloozen nacht heeft doorgemaakt. Maar met geen woord spreekt hij daarvan. Hij wil het liefste heele- maal niet over de dingen spreken, die nu Lore’s leven vullen. Het is Lore zelf, die hem dadelijk met de KINDEREN SPELEN GRAAG IN EN BIJ HET WATER. EEN VROOLIJK TAFEREELTJE BIJ DEN JEKER TE MAASTRICHT. (Het Zuiden) wachten. Maar reeds den tweeden dag moesten zij inzien, dat er on overwinnelijke bezwaren op hun weg lagen. Ulf Hartmann voelt zich hulpe loos in de vreemde stad en Isabella, die hem zoo# vol vertrouwen alle moeilijkheden overdroeg, die zij zoo lang alleen met zichzelf had rond gesleept, liet moedeloos de armen vallen. Tot op den avond van den tweeden dag, datgene gebeurde, dat plotseling alles van deze avontuurlij ke reis omver gooide. Zij zaten in een kleine herberg en keken uit in de straat, toen Isabella plotseling een lichten kreet slaakte. De heer, die zoo juist langs het breede raam, dat half neergelaten was, voorbijging, bleef staan en keek om zich heen. Hartmann zag een smal glad ge schoren gezicht, waarin het meeste de donkere fascineerende oogen op vielen. Een oogenblik aarzelde de heer, dan trad hij, eensklaps beslo ten, het hotel binnen en stond weldra aan hun tafeltje. Hartmann had nog juist tijd Isabel la een vragenden blik toe te werpen. Hij zag, dat haar oogen groot ston den en zij kon geen woord uitbren gen van schrik of van verrassing...? Een plotselinge hoop misschien, of angst? De vreemde boog en wachtte niet totdat Isabella hem voorstelde, maar noemde dadelijk zijn naam. Dr. Joachimczyk, zeide hij en Hartmann mompelde den zijne, hetgeen de vreemde met een lachje kwiteerde. Isabella noodigde met een vermoeide de nieuwe pontsteigers van de pont over het noordzee- RANAAL TE VELSEN ZIJN IN GEBRUIK GENOMEN. De oude ketting- ponten zijn tevens uit de vaart genomen en vervangen door vrijvarende ponten. (Polygoon) IN HET IJSSELMEER WORDEN GROOTE HOEVEELHEDEN SNOEKBAARS EN PALING GEVANGEN. DE 102-JARIGE ENKHUIZER VISSCHER SIEPERDA LAAT ZICH EEN 7-PONDER TOONEN. (Polygoon) en -de straatlantaarns zonderlinge reflexen .werpen. deur heel zacht geopend op het oogen blik waarop hij voor het venster stond en naar buiten staarde. Hij had haar niet hooren komen maar hij voelde, met lichamelijke zeker heid, dat Isabella er moest zijn. Langzaam keerde hij zich om en deed eenige aarzelende schreden naar haar toe. Isabella stond bewegenloos tegen den muur naast de deur geleund. Daar waren weder deze oogen, en in deze oogen kon Ulf lezen als in een boek, daarin stond alles: haar hulpeloosheid, haar onbegrensd ver trouwen! Het verwarde hem volko men. Met een onverschillige stem vroeg hij: Vvie is deze dr. Joa chimczyk? Je hebt mij niets over hem verteld! Het was stil in de kamer, stil, dat Hartmann meende hart te kunnen hooren kloppen. Ik ken hem, antwoordde Isa bella, hij is een hooge autoriteit, hij reist vanavond nog naar War schau terug. Zoo, zeide hij enkel. Ik ga met hem mee, voegde Isabella er aan toe. Hij begreep in zijn verbluffing den zin van deze woorden niet. Hij knikte. Natuurlijk, zeide hij dan. Maar toen hoorde hij zichzelf opeens met een vreemde, rauwe stem vragen; Waarom eigenlijk? En ik...? Toen gebeurde er iets zonderlings. Het meisje Isabella maakte zich van den muur los en was in twee stappen by hem. Hij voelde haar armen om HET HAARLEMMERMEER-SPOORTJE IS OPGEHEVEN. De spoorbaan wordt vergraven tot bouwland, wat een landwinst van 300 h.a. beteekent. De grond wordt gezeefd, om het grind te verwijderen. (Polygoon) 15) Tegenover het oude Raadhuis in Posen ligt een stil vergeten hotel. Zijn kroniek, die in een. lijst aan den muur hangt, vertelt, dat het niet Veel jonger is dan het Raadhuis. Op de tweede verdieping van dit hotel, in een kamer die precies eender is gemeubileerd als iedere hotelkamer in de wereld, ligt, op een breede sofa, Ulf Hartmann. Hij heeft de handen onder het hoofd gevouwen en zijn oogen rusten op het witte kleed, dat over hem heen ligt. Ergens in de kamer tikt een klok. Ulf ligt Sedert uren zoo. Hij beweegt zich Nauwelijks, maakt enkel een ongedul dige beweging om de lastige vliegen te jagen. Op de tafel naast het raam ligt een brief. „Liefste moeder, heve Lore” staat er boven, niet *Neer, geen regel, geen enkele letter. Deze begonnen brief ligt al dagen- *?ng daar. Ulf is hem in de eerste Nagen begonnen maar heeft nooit Verder geschreven. Eerst had hij *>een tijd gehad. Isabella had voort arend beslag op hem gelegd. Er «as zooveel te doen, jvat niet kon zijn hals, hij zag haar oogen vlak bij hem en voelde haar kussen. Pas veel later maakte hij zich van haar los. Wat moet er nu gebeuren, Isabella? Hij zag, dat zij tranen in de oogen had, maar zij glimlachte dapper. Je moet mij vertrouwen, Ulf, ik kom terug. Nu kan ik je nog niets zeggen, de tijd dringt, over een uur gaat mijn trein. Maar het gaat niet. Hij stootte deze woorden uit. Ik weet het, jij vreest moeilijk heden, de politie...! Maar het moet gebeuren! Er is geen anderen uitweg meer. Ik ben heel gauw weer hier. Misschien morgen, misschien over morgen. Geloof mij, Ulf. Hij kon h«ar niet aankijken. Ja, zeide hij enkel en keerde zich weel naar het raam. Hij hoorde niet meer, dat zij de deur achter zich sloot. Maar hij voelde, dat hij alleen was, dat Isabella weggegaan was. Nu ligt hij sedert uren hier staart naar de plaid, waarop Fritz Schroter verzuimt nu geen enkelen keer om Lore van de zaak te halen. Hij behoeft het haar niet meer te vragen, hij ziet het dadelijk 1 %- fei A A - I MB IbMMI Vil f Iw - mil M - - k-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1940 | | pagina 5