Aanval van ALLE SPOREN LEIDEN NAAR ULF vliegtuig op versperringsballon - Tabakskeuring te Amerongen Duitsche artillerie bewaakt de Noorsche kust - De opbouw in Frankrijk II, h 1 W W zSÊ5- .*4? 1 HAAGSCHE COURANT VAN ZATERDAG 7 SEPTEMBER 1940 TWEEDE BLAD FEUILLETON. WELKE (Nadruk verboden.) als ba- hem weifelend (Wordt vervolgd.), DOOR DE DUITSCHE MARINE-ARTILLERIE BEZET. KUSTBATTERIJ AAN DE NOORSCHE FJORDEN. (Holland) erg de te de DE OUDE KORENMOLEN VAN WATERINGEN, DRINGEND GERESTAUREERD MOET WORDEN. (Polygoon) SUCCESVOLLE AANVAL van een Messerschmitt op een versperringsbal lon aan de Engelsche kust. Brandend stort de ballon neer. (Holland) ENKELE KLEINE TUINDERS IN WE ST-FRIESLAND die slechts een kleinen oogst hebben, dorschen hun graan en peulvruchten op primitieve wijze, n.l. door met een knuppel op een zak met erwten of boonen te slaan. (Polygoon) DUITSCHE PIONIERS WERKEN TEZAMEN MET FRANSCHE KRIJGSGEVANGENEN OM EEN OPGEBLAZEN BRUG OVER DE LOIRE TE HERSTELLEN. (Holland) HET ZONNIGE WEER DER LAATSTE DAGEN heeft de te Amerongen gekweekte tabak goed doen rijpen en de zolders worden tot de nok gevuld voor het drogingsproces. Het keuren der tabak, op de hand.^w en in de pijp. (Polygoon) wat moeder antwoordde, toen men haar over de verdenking vertelde. Zij zeide: Ik geloof in mijn jongen! Ulf’s gezicht helderde op. Hij neemt zijn zuster bij de hand en stormt met haar de trappen op, ter wijl hij luid roept: Moeder! Isabella en Fritz, die langzamer lie pen, hebben moeite de twee anderen bij te houden. is de Bandelstraat en daar... Een taxi remt plotseling naast hen en stopt zoo snel, dat zij beiden verschrikt opzy springen. Lore! roept een juichende stem en 'dan, als uit den grond gerezen, staat Ulf naast haar. Zij beeft en staart hem aan alsof hij een geest verschijning is. Maar Fritz Schroter heeft zich al beheerscht, over zijn gezicht glijdt een vroolijk lachje. Nu, u maakt daar leuke grappen, mijnheer Hart mann, zegt hij. Hij reikt hem de hand, welke Ulf hartelijk drukt. En nu komt ook Lore tot zichzelf. Zij vliegt Ulf om den hals, kust hem en snikt Ulf, lieve Ulf... Ulf Hartmann maakt zich eindelijk voorzichtig van haar los. Lorekind, hij kijkt zijn zuster stralend aan, je maakt Isabella jaloersch. Hij keert zich lachend naar de taxi, welke nog altijd met werkenden motor staat te wachten. Een meisje stapt uit. Een heel mooi meisje, met kas tanjebruin haar en een grappig neus je en oogen, welke schemeren als een bergmeer. Met een verlegen lachje vraagt het meisje: Bent u Ulfs zuster? Zij steekt Lore de hand toe. Lore kijkt haar broer vragend aan. Hij knikt. Maar Lore aarzelt nog al tijd, zij vermoedt vaag, dat dit het meisje is, dat iets met de opwindin gen der laatste weken te maken heeft. Ulf ziet met groeiende verwondering de aarzeling van zijn zuster. Dit is mijn verloofde, zegt hy en zijn Op dezen avond is Theo Hermsbach in een opgewonden stemming. Lieske heeft vanavond vrijaf en het knorrige gezicht van het dienstmeisje Anna, draagt er ook niet toe bij om zijn stemming beter te maken. Moet ik het middagmaal in de bibliotheek opdienen? heeft Anna ge vraagd. Natuurlijk, had hij geantwoord, waar dan anders? Maar terwijl hij nu op het eten wacht, valt zijn blik op de twee leege plekken waar de schilderijen hebben gehangen, de schilderijen van Manet en Frans Hals. Hij stormt door het huis en zijn stem klinkt als een zuin. En toch kan hij niet zeggen wat hem zoo opwindt. Dit gaat al een paar dagen zoo en het wordt steeds erger. Natuurlijk had hij zich over Hartmann geërgerd. Reist eenvoudig weg, ergens de wijde wereld in, onge loofelijk, zoo iets! En bij hem, Hermsbach, wordt in- tusschen ingebroken, twee schilderijen verdwijnen en de politie hult zich in zwijgen. Hartmann gaat er uit, heeft hij op het kantoor gezegd en juffrouw Heine, de secretaresse, heeft dit ern stig en zakelijk ter kennis genomen. Zij heeft twee uur later vergeten den mond te sluiten, want toen zei Herms bach: Als Hartmann weer terug is, dan zal er gewerkt worden juffrouw Heine! Ja, het is eigenlijk zoo, dat Herms bach niet meer zonder Hartmann kan, hij mist hem overal en nu hij er niet is, merkt hij pas hoeveel werk Hartmann hem zwijgend uit de hand heeft genomen. Ach, ach, mompelt hij dikwijls, als hij toch maar weer terug was! Om dadelijk daarop schelden, dat de potlooden van schrijftafel rollen. Hermsbach slikt zonder eetlust zijn maaltijd naar binnen. Anna, die later de tafel komt afruimen, werpt hem een beleedigcjen blik toe, omdat hij de heerlijke salade, welke zij met zoo veel zorg heeft klaar gemaakt, heele- maal niet aangeroerd heeft. Hij draait een beetje aan de radio en vindt alle programma’s waan zinnig en verdiept zich tenslotte in de economische zijde van de krant. Maar ook dat bevredigt hem niet en eindelijk opent hij de warandadeuren en gaat in zijn tuin wandelen. Dat doet hem goed, hij merkt, dat hij langzamerhand rustiger wordt en de woede, welke zich in hem had opge hoopt, verdwijnt. Het valt hem in, dat hij vanuit de waranda veel in den tuin heeft ontdekt, wat hem niet bevalt. 23) Hij drukt haar arm. Zij zwijgen en gaan stil door den zomeravond, tot dat Lore plotseling zucht. Maar nu weten wij nog altijd niet wat er met Ulf is, zegt zij, al zijn onze zorgen ook minder nu Segelke moordenaar ontmaskerd is. Je weet toch wat ik denk, zegt Fritz Schroter. Ulf zal opduiken, zoodra de moord is opgehelderd. Hij heeft misschien redenen gehad om aan te nemen, dat men hem zou ver denken en zich daarom verborgen ge houden. Lore kijkt hem weifelend aan. - Ben je daar werkelijk van over tuigd? Toen je dit den eersten keer zei, geloofde ik het ook, maar later heb ik steeds moeten denken, dat jij deze theorie maar opbouwde om mjj gerust te stellen. Fritz Schroter moet toe geven, dat dit het geval is, natuurlijk had hij ook gehoopt, dat zijn theorie juist zou zijn, maar vast eraan gelooven deed hij toch niet! Zij slenteren langzaam voort, daar wanhopig door, maar het lukt niet en men verliest het hoofd... Het zou allemaal niet zoo zijn geweest, zegt Lore, als moord niet gebeurd was. Ulf blijft plotseling staan. Moord? Wat voor een moord? Lore vertelt hem in het kort wat er gebeurd is. Ulf luistert zwijgend naar haar. Men heeft je gezien, toen je ’s avonds laat nog bij Hilde Merzbach was, vertelt Lore, ikzelf... Ik moest dienzelfden avond nog vertrekken, zegt Ulf, en ik had geen geld genoeg. Daarom ging ik naar jou om het van je te leenen en je alles uit te leggen. Wij namen een taxi. Je ramen waren donker en ik nam aan, dat je al sliep. Maar bij Hilde Merzbach brandde licht. En toen besloot ik gauw bij haar wat geld te leenen. Zij had het mij vaak genoeg aangeboden en bovendien behoefde ik niet eerst een verklaring te geven, welke mij veel te lang zou hebben op gehouden. Want een uur later ging on ze trein al. Ik gaf er, onder deze omstandigheden, de voorkeur aan, jou niet te wekken maar jullie te schrij ven. Dat ik niet alles in een brief kon schrijven, lag aan het gebrek aan tijd. Ik kwam ook niet thuis om niet nog meer tijd te verliezen. Zij hadden in- tusschen het huis in de Bandelstraat bereikt. Nu is alles goed, zeide Lo re. Maar Ulf schudde het hoofd. En jullie, wat hebben jullie ge dacht? vroeg hij. Lore keerde hem haar gezicht toe, zij lachte. Ik kan je alleen zeggen stem klinkt een beetje scherp. Doch de pijnlijke stilte wordt niet opgehe ven. Nu komt Fritz de pijnlijke situa tie redden. Is het mogelijk, steunt hy met grappige wanhoop, moet het geheele leven door zoo’n beetje liefde in de war raken? En nu moet Lore lachen. Zij keert zich half naar Fritz om. Wat weet jij van liefde, plaagt zij. Er zijn nog menschen, die wat voor de liefde over hebben en niet dadelijk wegloopen, als het in hun kraam te pas komt. Fritz kruipt in zijn schulp, maar hij heeft toch de voldoening, dat Lore Isabella’s hand drukt. Nu, dat is goed, zegt Ulf, en nu gauw naar moeder, kinderen! roept hij uit. Het is een toeval, dat wij jullie hier op straat ontmoeten, wij komen regelrecht van het station en later moet ik, moeten wij nog naar Hermsbach... Hij wisselt een blik met Isabella. Daarna gaat hij naar den chauffeur en merkt, dat de rest van zijn geld niet meer voldoende is om de taxi te betalen. Fritz Schroter ech ter heeft het gemerkt en snelt te hulp, hoewel hy zich verwondert over dit feit. Samen wandelen zij naar de Bandel straat 5. Ulf heeft Isabella onder de hoede van Fritz Schroter gesteld en loopt nu zelf naast Lore. Ik kon jullie niet schrijven, vertelt hij, het ging allemaal zoo gauw! Weet je hoe het is als een schip een lek krijgt, dan stroomt het water naar binnen en men kan niets meer doen om het te behouden. Desondanks pompt men ...J i By •- Iwh '7 - w r - MP* is» ^1^1 BI i .J&r.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1940 | | pagina 5