HAAGSCHE COURANT Taak het en van roeping Nederlandsche volk Ik fr 1 JS H M L leerlooiers schoenmakers voor en De Riiksschool 1 BUITENLAND dr. Zatetdag 7 September 1940. Fransche regeermgs- wijziging constructie niet aan Rede dr. Slotemaker de Bruine Staatkundige thans Prof. dr. Slotemaker de Bruine en Colijn in het Kurhaus nog de orde Over hoeveel scheeps ruimte beschikt Engeland? DERDE BLAD DUITSCHLAND BELGIE FRANKRIJK. Nederland blijve Nederland Het proces te Riom ENGELAND. CANADA VER ST. Aanwas der tonnage door confiscatie weinig beteekenend Weer Engelsche vliegtuigen boven Zwitserland DE RUIL TUSSCHEN ENGELAND EN AMERIKA Prof. dr. J. R. Slotemaker de Bruine Dr. H. Colijn IN VELE PLAATSEN LUCHTALARM De Nederlandsche schoenindustrie heeft behoefte aan goed onderlegde vaklui. De Rijksschool voor leer looiers en schoenmakers te Waalwijk heeft daardoor een belangrijke taak te vervullen. Zoowel de aanstaande fabrikanten, de bedrijfsleiders als de werkmeesters en de arbeiders, kunnen er het noodige vakonderwijs genieten. De bovenwerk-afdeeling, waar de schachten gemodelleerd worden. Het beoordeelen der verschillende leesten, iPoiygoonf De rechtshoudingen aan de Duitsch-Russische grens Versterking van het gezag HF w be- naar :ri ;C ÏNSOÏ STiuciA het het en STEUNPUNTEN DER VEREEN/GDE STATEN VERSPREIDE BERICHTEN In Noorwegen wordt op besluit van den raad van bestuur een rantsoe- neering Van textielgoederen en schoe nen, benevens van kleedingstukken van allerlei aard, ingevoerd. Naar te Sofia verluidt, zal de in tocht van de Boelgaarsche troepen in de Zuidelijke Dobroedsja waarschijn lijk op 20 September beginnen. moeten eenheid No. 17667 Foto-archief) (Foto-archief Prof. Slotemaker de Bruine zeide o.m. het volgende: Er gaat een algemeene roep om vernieuwing rond; daarvan zullen zich Soms zijn personen en groepen thans voorstander van hetgeen zij tot nog toe steeds bestreden hebben. Men den- ke aan de kersversche veroordeeling van democratische uitwassen. Is hier een wezenlijke verandering van over- üjiging in het spel, dan kan spr. zich TOarover verheugen; hij vreest ech ter voor een al te haastige bekeering, die in haar tegendeel zou omslaan, indien de wind keeren zou. Ongetwij feld is er intusschen velerwege een nieuw inzich en een nieuwe wil, waar door thans plotseling kan hetgeen ja renlang onmogelijk scheen. Hierover kan men zich slechts verblijden. die naar men weet, een der geestelijke vaders van het verdrag van Versailles was, zich op het oogenblik in een ge sticht voor geesteszieken bevinden. Volgens hetzelfde bericht, aldus het D.N.B., zou hij zijn geheugen volkomen kwijt zijn. Het stoffelijke overschot van Joris van Severen zal van Abbeville naar Brugge worden overgebracht, waar een plechtige lijkdienst zal worden gehou den. Na deze kerkelijke, nationale plechtigheid zal het lijk worden bijge zet te Bakkem, het geboortedorp van den Vlaamschen leider. KONING LEOPOLD IN THURINGEN Het Nederlandsch Perskantoor te Berlijn verneemt, dat koning Leopold van België reeds geruimen tijd, met korte onderbrekingen, gedurende welke hij te Brussel verblijf houdt, op een kasteel in Thuringen woont. Hierdoor worden alle berichten gelogenstraft, als zou de Belgische koning geen bewe gingsvrijheid worden gelaten. Hierbij kan nog worden aangeteekend, dat- de kinderen van den koning verblijven in Brussel, waar zij toevertrouwd zijn aan de zorgen van de koningin-moeder. op 31 Duitsche CHURCHILL DOOR DEN KONING ONTVANGEN Ministerpresident Churchill is giste ren in het Buckingham-Palace te Lon den door den koning ontvangen, met wien hij een langdurig onderhoud had, aldus het D.N.B. DEENSCH EN DUITSCH VEE NAAR DEN ELZAS Naar uit Straatsburg gemeld wordt, komen thans uit Denemarken en uit het Duitsche rijk groote transporten vee naar den Elzas om de door de Franschen in talrijke Elzassische plaatsjes bijna geheel uitgeroeide vee stapels weer op peil te brengen. Een transport van 11.000 stuks is reeds in den Elzas aangekomen. Naar uit een mededeeling van den staf van het Zwitsersche leger blijkt, hebben in den nacht van 5 op 6 Sep tember weer Engelsche vliegtuigen boven Zwitsersch gebied gevlogen. Een eerste groep vloog ’s avonds om 10.54 over het kanton Genève in Zuidoostelijke richting naar Annemas- se en keerde tegen half twee langs denzelfden weg terug. Een tweede groep kwam om elf uur bij Vallorbe boven Zwitsersch gebied en verliet het land in de nabijheid van den Dent du Midi en de Massifs de Trient 20 minuten later. De terugkeer geschiedde weer over Zwitsersch ge bied en wel tusschen 1 uur en 1.22. Bij Vallorbe verlieten de toestellen het land. Te Genève, Lausanne, Aigle, Bulle, Sitten en Yverdon werd lucht alarm gegeven. dit verdrag, als gering worden schouwd. De kortheid van dezen termijn werd mogelijk door de harmonische atmos feer, welke overeenkomt met den geest van de Duitsch-Russische grens- en vriendschapsovereenkomst. Vier punten Prof. Slotemaker de Bruine besprak vervolgens de eerder genoemde punten De bestrijding der werkloosheid is een zaak van de eerste orde, niet en kel om economische maar vooral ook om moreele redenen. De regeering heeft zich reeds jaren in dezen beij verd. Indien daarbij de vroegere con currentie en verwijten tusschen de groepen in onbruik zouden geraken en men gezamenlijk zich inspande zonder dat men de energie voor zichzelf als monopolie opeischt^ en den ander ont zegde, zou dit een nieuw en voortreffe lijk element beteekenen. Wat betreft de economische ordening zeide spr., dat op dit gebied nieuwe dingen groeiende zijn. Het is geen fan tasie zeide spr., dat te voorspellen doch spr. acht dit onderwerp ongeschikt om er een grootsche volksbeweging mede te stuwen. Alls is in Europa nog groeiende en het is nauwelijks denkbaar, dat Neder land hier zal kunnen handelen buiten zeer nauw contact met hetgeen op het gansche continent groeit. Voorts is het zeer de vraag, of de corporatieve orde ning naar Italiaansch model, die on der ons gepropageerd wordt, de over tuiging weerspiegelt van de groote meerderheid van het Nederlandsche volk. Ten derde is het onderwerp te materieel, te relatief en ook te oud om een nieuwe beweging te stuwen. De toekomstige staatkunde Op staatkundig terrein is een dubbe le vernieuwing onmisbaar. De versplin tering in het partijwezen moet worden tegengegaan; met name belangengroe pen zijn op politiek erf uit den booze. Echter pleit spr. geenszins voor de vorming van één partij, die allen zou omvatten. De onmiskenbare verschei denheid in ons volk zal in de geleding van partijen haar weerslag vinden. Een kunstmatige zou ons verarmen. Daarbij vindt de principieele basis voor partij-vorming meer dan ooit haar goed recht. De bestrijding ervan is niet nieuw doch oud; het goed recht ervan blijkt door de stevigheid, waarmede zij in schud dende tijden een partij dragen kan. Dat óverigens het bestaan van meer partijen aan de werkelijke nationale eenheid geen afbreuk behoeft te doen, is gebleken, toen de zes dusgenaamde Engeland heeft met de Véreenigde Staten een ruiltransactie gesloten. Voor 50 oude Amerikaansche torpedojagers werden door Engeland op het Westelijk halfrond belangrijke strategische pun ten aan de Vereenigde Staten afge staan, voor 99 jaar. Op het kaartje zijn deze punten aangegeven, waarvan enkele in de onmiddellijke omgeving van onzè kolonies liggen. (Cartografisch bureau voor de Nederl. Dag'tadpers.) VERVOLGING VAN OUD-MINISTERS Het door den openbaren aanklager geëischte arrestatiebevel tegen de voor malige ministers van luchtvaart Pierre Cot en Guy Lachambre. vormen het voornaamste onderwerp van de bladen. Lachambre was minister van lucht vaart in het kabinet-Daladier sinds de oorlogsverklaring en tot de vorming van het kabinet-Reynaud. Pierre Cot was minister van luchtvaart onder het volksfront, met name in de kabinetten van Blum. Tegen beiden waren door een deel van de rechtsche pers hevige aanvallen ontketend, vooral tegen Pierre Cot, dien men van sabotage bij de bewapening in de lucht beschuldig de. Aan Lachambre wordt door de pers verweten, dat hij de Kamer door on juiste mededeelingen bedrogen heeft nopens de sterkte van het Fransche luchtwapen. Op welke punten precies de aanklachten tegen Cot en Lacham bre gebaseerd zijn, blijft voorloopig nog het geheim van het opperste ge rechtshof. doch men meent, dat de in de Fransche pers geuite beschuldigin gen daarbij de hoofdrol spelen. Over den door den procureur-gene- raal ingedienden eisch tot inhechtenis neming, zal het opperste gerechtshof in de volgende zitting oordeelen. Men twijfelt er evenwel niet aan, dat het hof dezen eisch zal toewijzen. De ver volging zou echter op moeilijkheden kunnen stuiten, daar de beklaagden zich geen van beiden op Franschen bo dem bevinden. Cot bevindt zich sedert geruimen tijd in Amerika en heeft te Bes ton voor de radio aanvallen op de regeering van Vichy gedaan. Guy La chambre heeft met zijn gezin geruimen tijd te Lissabon vertoefd en is onlangs te New York aangekomen. Arrestatiebevel tegen Ga- melin en Reynaud verwacht Uit Vichy wordt gemeld, dat men het indienen van een aanklacht en het uitvaardigen van een bevel tot arresta tie tegen den vroegeren opperbevelheb ber van het Fransche leger, generaal Gamelin, binnen zeer korten tijd ver wacht. In hetzelfde verband wordt ook de naam van den vroegeren minister president Reynaud genoemd. Van Fransche nationaliteit vervallen verklaard De Fransche regeering heeft, uit Vichy verluidt, de volgende naar het buitenland gevluchte personen van de Fransche nationaliteit vervallen verklaardPierre Cot, Eduard Roth schild, Philippe, Henry, Robert en Mo ritz Rothschild, Leon Stern. Moritz Stem, David Weill, Eduard Jonas, Henry de Kerillis, mevrouw Tabouis. Emile Bure, André Géraud alias Per- tinax en den vroegeren hoofdredacteur van de „Petit Parisien”, Elie Bois. ■■■■.^cy=iWTF= -- j-JatiTlcA j E" - OL UM BIA '4069) \j TARDIEU GEESTESZIEK? Volgens een bericht van de „Paris Soir” uit Mentone, zou de voormalige Fransche minister-president Tardieu, Bijzondere aandacht wordt te Ber lijn gewijd aan den stand der Engel sche koopvaardijvloot en de uitbrei ding, die zij heeft ondergaan door de aanwinst van een deel der Noorsche, Nederlandsche, Deensche en Belgische schepen welke uitbreiding door de Engelschen sterk wordt overdreven. In verband met het feit, dat reeds thans bij het begin van de door Duitschland en Italië afgekondigde blokkade om zoo te zeggen geen enkel schip onder neutrale vlag het nog waagt, koers te zetten naar Enge land, wordt er van Duitsche zijde op gewezen, dat de handelstonnage, waar over Engeland thans beschikt voor zijn voedselvoorziening enz., uitslui tend bestaat uit de Engelsche koop vaardijvloot en die schepen van Noor wegen, Nederland, Denemarken en België, welke het zich in den loop van den oorlog heeft toegeëigend. In tegen spraak met vroegere Engelsche bewe ringen, dat de koopvaardijschepen van deze landen vroeger reeds bijna zonder uitzondering voor Engeland voeren en Engeland op deze wijze de beschikking had over meer dan 10 millioen ton extra scheepsruimte. wordt nu in Londen vastgesteld, dat Engeland slechts 82 pCt. van de Noor sche, 90 pCt. van de Nederlandsche, 83 pCt. van de Belgische en 60 pCt. van de Deensche koopvaardijvloot in handen heeft. In Duitschland is men er van over tuigd, dat ook deze cijfers nog sterk overdreven zijn. Doch zelfs wanneer men aanneemt, dat de tonnage met on geveer 7 millioen brt. is toegenomen, kan deze toename niet geheel als winst voor Engeland worden be schouwd. In de eerste plaats stond een groot deel van deze schepen reeds vóórdien in dienst van Engeland en in de tweede plaats zijn de reizen, die zij thans hebben te maken, veel langer dan eerst, tengevolge van blokkade, mijnengevaar enz. Deze nadeelen zijn zoo groot, dat zij ruimschoots opwegen tegen de aanwinst aan tonnenmaat. Het gevolg is, dat de Engelsche aan voer in vergelijking met vroeger nog slechts in zeer beperkte mate kan worden gehandhaafd. In Berlijn is men ervan overtuigd, dat ook deze beperkte aanvoer nog verder zal slin ken tengevolge van de Duitsche en Italiaansche maatregelen en aanvallen. allen moeten doordringen. Het is dan ook wel zeer waarschijnlijk, dat wij midden in de geboorte van nieuwe din gen staan. Alleen is het onmisbaar, dat zulk een oordeel gegrond is op de lessen der historie, niet op de fantasie. De wereldgeschiedenis in tijdvakken verdeelen is niet ieders werk. Wie de leiding der geschiedenis in handen leg gen van menschen en dus de menschen in staat achten, den wereldgang te bepalen, vergissen zich dikwijls in de proporties. Meer dan eens is een nieuwe jaar telling ingevoerd, die na tien jaren vergeten was, en menig uiterst revolu- tionnair streven is in krasse reactie geëindigd. De historie leert echter wel, dat uitgebreide oorlogen een enorme wijziging brengen op politiek, econo misch en sociaal erf, ja, dat zij de gansche geestesgesteldheid omzetten. Dit mag dus ook thans worden ver wacht; vooral wanneer men den hui- digen oorlog beschouwt als vervolg op en gevolg van den wereldoorlog en het verdrag van Versailles. Een derge lijke periode van een kwart eeuw moet wel diepe wijzigingen met zich brengen. Hier ligt dan een speciale roeping voor christenen, d.i. voor hen, die de leiding der historie niet zien in de han den van menschen, doch van God. Dit geloof immers pleegt een oonservee- rend indien zelfs niet conservatief e- ment aan te dragen door het besef van afhankelijkheid. Het moet echter gepaard gaan met den drang om de teekenen der tijden te verstaan. Dit zal te eerder geschieden, als men zich voor den geest houdt, dat het christen dom door de prediking der wederge boorte zich stelt tegenover alle fatalis me en onderworpenheid aan erfelijke belasting en in dien zin meer radicaal is dan alle nieuwlichters. Geen frase of mode De eisch en verwachting van het nieuwe moet echter gevuld zijn en dus meer wezen dan een frase of mode. De massa-psychologie leert, dat ve len aan het woord genoeg hebben zon der zakelijken inhoud. Zulk een ver- nieuwingssfeer beduidt dan echter een fata morgana, hetgeen nog bedenke lijker is dan conservatisme. Wie nu den roep om vernieuwing ontleedt, wordt teleurgesteld, want daarin is geen enkel nieuw element aanwezig. Als spr. zich vergist, zal hij wel door de pers of door een rede gecorrigeerd worden, maar hij heeft geen enkelen nieuwen eisch vernomen of het moest zijn, dat nu eindelijk eens iets aan sociale voorzieningen moet worden gedaan; maar deze zon derlingheid kan men laten zwemmen. Verder is er geen nieuws; er zijn wei stokoude dingen, b.v. dat belangheb benden in een groote vergadering met aplomp eischen stellen zonder eenig oog voor de bur^etaire zijde. Indien zoo iets eindelijk werd nagelaten, zou dat een nieuw en zeer gelukkig ele ment beteekenen. De onderwerpen, waarover het gaat, zijn vooral vier in getal: werkloosheidsbestrijding, economi sche ordening, staatkundige her- oriënteering, cultureel-geestelijke vernieuwing. Op geen dezer gebie den wordt iets gevraagd, dat niet reeds lang bepleit is. Soms trachten zij, die nimmer een voet aan den grond kregen, van de omstandigheden gebruik te maken; hetgeen noch nieuw noch voornaam is. IN KORTEN TIJD KWAM EEN OVER EENKOMST TOT STAND De overeenkomst, welke Augustus j.l. tusschen het 1 Rijk en de sovjet-Unie is onderteekend betreffende de regeling der rechtsver houdingen aan de grens, omvat grensgebied, dat ontstaan is bij Duitsch-sovjet-Russische grens- vriendschapsverdrag van 1939. De overeenkomst regelt dus niet volledig de toestanden aan de Duitsch- sovjet-Russische grens in het alge meen. Door recente staatsrechterlijke wijzigingen zijn nog nieuwe gebieden van nabuurschap ontstaan, waarmede in de overeenkomst nog geen rekening is gehouden. De thans gesloten overeenkomst om vat een grens van 1389 krm. De be trekkingen waren over het algemeen gemakkelijk te regelen, aangezien 1145 k.m. watergrenzen zijn, welke dus door rivieren e.d. duidelijk aangege ven zijn. Slechts 244 k.m. grens is „droog, waarbij echter vaak het verloop avn de grens door bosschen en moerassen buitengewone technische moeilijkhe den bood. De thans onderteekende overeen komst regelt de problemen van het onderhoud der grensafbakening, het probleem der grensovergangen en pro blemen, welke voortvloeien uit aange legenheden van de jacht, de visscherij, den bosch- en mijnbouw, speciale be palingen regelen het verkeer der grensautoriteiten onder elkander. Het indertijd onderteekende verdrag betreffende grensincidenten wordt door het eind Augustus onderteekende ver drag aangevuld. Aangezien het sluiten van deze over eenkomst in onmiddellijk verband staat met den moeilijken arbeid der grensafbakeningscommissie, moet de tijd van 10% maand, welke verstreken is, tot aan het tot stand komen van Hedenmiddag zijn in het Kurhaus te Scheveningen vergaderingen gehouden, uitgaande van de A.R. kieskringcen- trale te ’s-Gravenhage en de Kamer- kringvereeniging der C. H.-Unie. De eerste vergadering ving aan te 2 uur en werd gepresideerd door den heer H. W. Tilanus, de tweede vergadering begon te half vijf en werd gepresideerd door den heer H. Smitskamp. In de beide vergade ringen hebben prof. dr. J. R. Slotemaker de Bruine en dr. H. Colijn redevoeringen uitgesproken. Opening door den heer Tilanus De eerste vergadering was zeer druk bezocht; velen moesten zich met een staanplaats tevreden stellen. Gemeenschappelijk werden gezongen van Ps. 97 het eerste en het laatste vers. Hierna las de voorzitter, de heer Tilanus, Psalm 97 onberijmd. De heer Tilanus zeide o.m. in zijn openingswoord, dat het gisteravond een groote teleurstelling was te vernemen, dat de vergadering niet zou doorgaan. Gelukkig is dit nu wel het geval. Spr. zeide, dat aan deze samenkomst, wélke eigenlijk geen politieke is, een groote behoefte bestond om hen die staan op den grondslag van Schrift en historie, bijeen te brengen. Nu wij geen sympathie meer hebben van de overgroote meerderheid van het volk, waardeeren-wij het zeer, dat wij, in bezettingstijd, nog mogen samenko men. DE BETALING VAN OFFICIERS UNIFORMEN In alle deelen van Groot-Brittannië, aldus bericht het D.N.B., hebben de kleermakers een commissie gevormd, welke met het ministerie van oorlog over de kwestie der betaling van offi ciersuniformen zal gaan onderhande len. Een groot aantal officieren heeft zich uniformen laten aanmeten onder het voorwendsel, dat de regeering zal be talen. De regeering betaalt deze uni formen echter niet. Volgens een mede deeling van den nationalen bond van kleermakers dreigt een aantal kleer makers reeds insolvent te worden. Een enkele Londensche firma heeft in 4 maanden tijd voor 15.000 pond sterling officiersuniformen afgeleverd en geen betaling gekregen. De Fransche regeering is gister avond na een onder voorzitterschap van maarschalk Pétain gehouden minis terraad afgetreden. Er is daarna een communiqué uitgegeven, waarin ge zegd wordt: Met het oog op de versterking van het regeeringsgezag heeft maarschalk Pétain besloten, den ministerraad te belasten met de taak, de leidende be ginselen van de politiek der regeering vast te leggen en ze in wetten tot uitdrukking te brengen. De leden der regeering die tot dezen, door maar schalk Pétain gepresideerden minister raad behooren en de volmachten van ministers hebben, zijn: Justitie: Alibert; buitenlandsche za ken: Baudoin; productie en arbeid: He- lin; financiën: Hoiïthiller; binnen- landsche zaken: Peyrouthon. De besluiten van den ministerraad worden door een kabinetsraad, die door den plaatsvervangenden minister president Laval geleid wordt, uitge voerd. Tot den kabinetsraad behooren alle staatssecretarissen met en zonder den rang van minister. Laval is belast met de voorlichting en met de coördi natie der ministeries. De kabinetsraad zal de loopende bestuursaangelegenhe den en de aangelegenheden, die niet voor den ministerraad gebracht wor den, afhandelen. Generaal Weygand heeft in zijn hoe danigheid van generaal-gedelegeerde der regeering in Fransch-Afrika de meest uitgebreide volmachten gekre gen om de verdediging en de veilig heid van het Fransche koloniale rijk te waarborgen. Door het overdragen van deze missie, de verdediging in Afrika te centraliseeren, heeft de regee ring bewezen, dat zij besloten is, zich met alle middelen te verzetten tegen de intriges, die erop gericht zijn het moederland en de koloniën van elkaar te verwijde’''"-’ en de eenheid van Frankrijk in gevaar te brengen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1940 | | pagina 9