HAAGSCHE COURANT Maandag 23 September 1940. BINNENLAND STADSNIEUWS De Duitsche geïnterneer den in Ned.-Indië DERDE BLAD Gemeente Radiorede over personen dezer .Tijdens do rede van den iioer H, A. Hooft (Polygoon^ De Nederlandsche Socialis tische Werkgemeenschap Nederlandsche beroepsconsuls geïnterneerd HET HAAGSCHE SANATORIUM Duit- kamp durende verhooren betreffende op een of andere wijze, ook het weg IN MEMORIAM Dr. J. SCHOEMAKER No. 17680 Nadere bijzonderheden hun behandeling Onroerende goederen ten be hoeve van de Duitsche Weermacht bruiknemingen na den 29en Mei 1940. Een verdere schadeloosstelling van de betrokkenen door Nederlandsche in stanties wordt door deze verordening niet uitgesloten. Een represaillemaatregel Op de dagelijksche persconferentie van j.l. Zaterdag, waarop o.m. uitvoe rige bijzonderheden werden medege deeld, omtrent de behandeling van Duitsche geïnterneerden in Ned.-Indië, werd, naar aanleiding van het feit, dat de Duitsche consul-generaal te Soera- baja, de heer von Plessen, die reeds verscheidene jaren beroepsconsul al daar was, eveneens door de Ned.-Indi- sche regeering naar een interneerings- kamp was overgebracht, bekend ge maakt, dat als represaillemaatregel een aantal Nederlandschhe beroepsconsuls in Duitsechland werden geïnterneerd. Zij werden ondergebracht in een hotel in Bad-Essen en de behandeling welke ’zij daar ondervinden, steekt, aldus werd ons van bevoegde Duitsche zijde mede gedeeld, wel bijzonder gunstig af bij die welke de Rijksduitschers in Indië ondergaan. De officieele opening Zaterdagmiddag is onder zeer groote belangstelling het Haagsche Sanato rium, dat in de duinen aan de Doornik- sche straat is verrezen, ter plaatse waar vroeger de lighallen waren, officieel geopend. Van het gebouw gaven wij dagen reeds een beschrijving. De voorzitter van de Haagsche ver- eeniging tot bestrijding der tuberculose, die het sanatorium exploiteert, de heer H. A. Hooft, heette de aanwezigen welkom en verheugde zich in het bij zonder over de officieele belangsttelling in de totstandkoming van dit sanato rium, dat wel een aanwinst voor den Haag genoemd mag worden. Spreker gaf vervolgens nog eens een overzicht van de geschiedenis der Lig hallen en de totstandkoming van het sanatorium, hetgeen onder meer kon geschieden door een voorschot uit het werkfonds. Speciaal bracht de heer Hooft dank aan de nagedachtenis van wijlen dr. Navis, penningmeester, die zooveel voor de vereeniging deed, en aan dr. ten Berge, die zijn groote des kundigheid op het gebied van zieken- huisbouw in dienst van de vereeniging stelde. De Haagsche wethouder van Sociale Zaken, de heer Buurman, sprak hierna het openingswoord, er op wijzende, dat de vereeniging gedurende haar bestaan zich steeds heeft uitgebreid. Hij noemde het belangrijke en zegenrijke werk van het consultatiebureau. Hier past een woord van diepe dankbaarheid jegens de vereeniging en aan dr. Mortier Hijmans, die de medische verzorging leidt. Het is overduidelijk welk een groote hoeveelheid werk verzet moet zijn alvorens men tot de oprichting van dit sanatorium kon overgaan. De wet houder bracht daarvoor dank namens het gemeentebestuur en zegde ook ver der steun toe, het sanatorium daarna tot geopend verklarend. Dr. Hankes Drielsma, voorzitter van de afdeeling den Haag der Maatschap pij tot Bevordering der Geneeskunst, sprak namens de Haagsche geneeshee- ren woorden van groote waardeering, speciaal tot dr. Hijmans, die zich een buitengewone kennis op dit speciale gebied heeft eigen gemaakt De heer Croondijk, secretaris van de Nederlandsche Centrale Vereeniging tot Bestrijding der Tuberculose, voerde namens deze vereeniging het woord, dr. in ’t Veld namens dé inspectie der V olksgezondheid. Eenige patiënten boden hierna ge schenken aan. Tot slot heeft dr. Mortier Hijmans allen dank gebracht voor de gesproken woorden en de verder getoonde belang stelling. Het gebouw werd hierna bezichtigd. Onder de verdere aanwezigen bevon den zich de heer Hoejenbos, directeur van Maatschappelijk Hulpbetoon, dr. Putto, directeur van den Haagschen Geneeskundigen Dienst, dr. Banning, geneeskundig hoofdinspecteur der Volksgezondheid, voorts vertegenwoor digers van de Zuid-Hollandsche Ver eeniging tot Bestrijding der Tubercu lose en leiders van consultatiebureaux en sanatoria. Geleidelijke opheffing van de afdee- lingen der S.D.A.P. Kobe, 9 Augustus 1940. Ik heb u het laatst op 5 Augustus geschreven.Vandaag nu zijn X en Y op mijn kantoor gekomen om mij een nauwkeurige beschrijving te geven van den toestand op Java. Ik had hen gisteren van de boot afgehaald en hun hier allen noodigen steun doen geven. Volgens het „Soerabajasch Handels- blad” van 16 Juli zijn geïnterneerd: 2396 Duitsche heeren, 3 in Neder- landsch-Indië geboren en dus Neder landsche Duitschers, 147 Duitsche vrouwen. Dit aantal zou intusschen tot 270 zijn gestegen. 137 Staatloozen. 24 tot Nederlander genaturaliseerde Duitschers. S40 Nederlanders (staats gevaarlijk, waarschijnlijk uitsluitend N.S.B.). 32 Nederlandsche vrouwen. In totaal dus 3079 personen. Huisvesting Nadat op 10 Mei in Soerabaja de Duitschers op het jaarmarktterrein en in Batavia in Priok bijeengebracht wa ren, werden zij naar de beide u be kende kampen in Ngawi en Onrust gebracht. In de barakken van Ngawi zijn in vertrekken voor ongeveer 30 tot 40 menschen ongeveer 100 Duitschers ge huisvest. In de vertrekken waren geen meubels aanwezig. De eerste nachten moest op den grond geslapen worden; men zat op den grond aangezien geen stoelen aanwezig waren. De schers mochten niets in het meenemen, geld en het weinige, dat zij bij het zoo meedoogenlooze onmid dellijke wegvoeren nog in hun zakken hadden, werd af genomen. In Ngawi zijn ongeveer duizend Duitschers. De poorten en deuren der afzonderlijke barakken werden streng bewaakt, uit gaan was verboden. De natuurlijke be hoeften werden verricht in een in de vertrekken opgestelde ton, welke ’s morgens en ’s avonds werd gereinigd. Na eenige dagen mochten zij op het platte betonnen dak der barakken des ochtends en des avonds wandelen, evenals op een binnenplaats tusschen de zeer sterke prikkeldraadversper ring. Eerst na enkele dagen kregen zij toiletvoorwerpen, welke door de Duitsche vrouwen waren overhandigd, in het kamp uitgeleverd. Wasschen des ochtends geschiedde om half zes en werd gedurende 5 tot 10 minuten voor iedere ploeg in de waschlokalen toegestaan. Tegelijkertijd moest in dien tijd het lijfgoed worden gewasschen. Aangezien ieder niet meer bij zich had dan de kleeren waarin hij geinterneerd werd, zijn de toestanden zeer onverkwikke- Jijk. Scheermessen werden niet toege staan, de verzorging is beneden iedere critiek. mr. Rost van Tonningen In totaal werden 3079 geïnterneerd Omtrent de behandeling der Duit sche geïnterneerden in Nederlandsch- Indië zijn bijzonderheden Vernomen, welke vervat zijn in een schrijven van 9 Augustus j.l. uit Kobe. Wij laten den tekst van dit schrijven, welke ons van bevoegde Duitsche zijde gewerd, in zijn gqheel in ver taling volgen: Een nieuwe verordening De verordening van den Rijkscom- missaris betreffende de ingebruikne ming van bebouwde en onbebouwde er ven voor doeleinden van de Duitsche Weermacht (verschenen in het „Veror deningenblad” no. 27), sluit den kring der verordeningen, waarbij de vergoe dingen voor verrichtingen ten behoeve van de Duitsche Weermacht worden geregeld. In tegenstelling tot de z.g. R-verrichtingen-verordening (nr. 49/40) gaat deze verordening er van uit, dat de Weermacht erven slechts voor tij delijk gebruik noodig heeft, en niet voorgoed aan den eigendom behoeft te onttrekken. De vordering van een zoo danig erf geschiedt door schriftelijke mededeeling aan de gemeente, waarin het erf gelegen is. welke gemeente den eigenaar en den directen gebruiker hiervan onverwijld in kennis moet stel len. Voor het in gebruik nemen kan de Weermacht een schadevergoeding betalen en wel aan den tot direct ge bruik van het erf gerechtigde. Schadeloosstelling Deze schadeloosstelling bedraagt voor landbouwgronden het bedrag van de jaarlijksche pachtwaarde, voor an dere gronden tweederde deel van de jaarlijksche huurwaarde, en voor alles wat zich op het erf bevindt zes procent van de waarde. De waarde wordt vol gens een vrij oordeel, echter na raad pleging van Nederlandsche instanties, zooals de pachtbureaux en belasting- instanties, vastgesteld. Hij die aan spraak maakt op schadeloosstelling, moet het verzoek daartoe bij den bur gemeester van de gemeente, waarin het erf is gelegen, indienen. De ge meente kan als voorschot maandelijks de helft van het waarschijnlijk per maand als schadevergoeding uit te be talen bedrag beschikbaar stellen. Is de schadevergoeding lager dan een vergoeding (pacht, huur, enz.), welke de tot direct gebruik gerechtigde voor het gebruik van het erf betalen moet, dan wordt deze vergoeding verminderd tot het bedrag van de door de Weer macht betaalde schadeloosstelling. Geen schadeloosstelling wordt be taald voor het in gebruik nemen van erven van Nederlandsche regeerings- organen en Nederlandsche regeerings- instanties, van versterkings-, verde- digings- en vlieghaven-installaties der vroegere Nederlandsche zee- en land macht, alsmede van erverx waarvan de eigenaar zich buiten het bezette Ne derlandsche gebied bevindt. In het laatste geval kan de chef-intendant bij wijze van uitzondering een billijke schadeloosstelling toestaan. Vanzelf sprekend geldt deze verordening niet voor verrichtingen, welke als inkwar tiering vallen onder de verordening nr. 50/1940, alsmede in gevallen waarin de Duitsche Weermacht volgens pri vaatrechtelijke overeenkomst gehuurd of gepacht heeft. Een schadeloosstel ling wordt slechts verleend voor ingej „Zijn werk was voor hem kunst, geen ambacht” Dr. J. ten Kate, chirurg, plaatsver vangend heelkundige der Ziekenhuizen, schrijft ons: Wat reeds geruimen tijd door inge wijden verwacht en toch gevreesd werd, is geschied: Dr. Schoemaker is met meer. In hem verliezen onze stad en ons land een chirurg met wereld- reputatie; maar het sterkst wordt dit verlies gevoeld door hen, die het groo te voorrecht genoten onder dezen groo- ten meester te mogen werken en van hem de chirurgie te leeren. Schoema- ker was een man uit één stuk, met een bij uitstek practischen geest, open voor al het nieuwe, dat op zijn ge bied geschiedde. Deze eigenschappen gepaard aan een krachtigen wil, een groote stiptheid en een bekend rede naarstalent hebben hem tot den man gemaakt, die het Haagsche Gemeen- te-ziekenhuis tot in alle werelddeelen bekend deed zyn, die hiervan een cen trum wist te maken, waar chirurgen van de heele wereld gaarne eenige dagen vertoefden om hem in zijn werk te zien en te bewonderen. Het meest opvallende in zijn werk wijze was de groote eenvoud en de rust die er van uitging. Wanneer men als oningewijde hem voor het eerst aan een operatie bezig zag, kreeg men soms een gevoel van teleurstel ling; alles ging zoo anders dan men verwachtte van een grooten chirurg. Maar dit was juist het bijzonder aan trekkelijke voor den meer ervarene, die tot oordeelen bevoegd was; hij maakte geen beweging te veel, „cha- que mouvement a son but”. Door zijn groote souplesse van beweging en zijn zacht manipuleeren was het telkens weer een genot om hem aan het werk te zien; hij haastte zich nooit, maar door zijn beheerscht, efficient werken opereerde hij sneller dan de meeste chirurgen. Zijn groote streven was de chirurgie eenvoudiger te maken; de instrumen ten, die hij uitvond en de nieuwe me thodes, die hjj aangaf, waren er steeds op gericht om bepaalde operaties eenvoudiger en daardoor ook in de hand van chirurgen met minder er varing, ongevaarlijker te maken. Het was voor hem een groote trots te kun nen zeggen, dat zijn leerlingen in staat waren de grootste operaties zelfstan dig uit te voeren. Schoemaker heeft nooit getracht zijn leerlingen aan een goede positie te helpen. Ik leer ze opereeren en wat ze verder in het le ven zullen bereiken, moet van hun eigen capaciteiten afhangen; protectie is fout voor beide partijen, heb ik hem eens hooren zeggen. Zijn assistenten spoorde hij steeds aan met eigen oog te leeren zien en met eigen geest te leeren denken. Toen één zijner assistenten eens bij een plot selinge moeilijkheid in zijn boeken ging zoeken, wat hem te doen stond, zei Schoemaker: Dat hebt u niet goed gedaan. U hebt een ander voor u laten denken. Wanneer u een moei lijkheid tegenkomt, denk dan eens rus tig bij u zelf na, wat daar tegen ge daan zou kunnen worden en wat vol gens uw eigen opvattingen het beste is. Dan denkt u zelf en eerst dan gaat u nakijken in uw boeken, wat een ander er van denkt. Moeilijkheden waren er om over wonnen te worden. Bij moeilijkheden kon hij zijn kracht meten; zijn lijf spreuk was dan ook „koppig volhou den”. Een vroeger assistent zeide eens dat is het eenige nadeel, je ziet bij dr. Schoemaker geen moeilijkheden, en dan lijkt alles zoo genSakkelijk. Zijn practische geest bracht mede, dat hij ter verdere vorming meer waarde hechtte aan het bezoeken van vreemde klinieken dan aan boeken studie. Veel heeft hij gereisd en uit tal van buitenlandsche klinieken waardevolle ideëen meegenomen. Met zijn gemakkelijke wijze van spreken heeft hij veel bijgedragen, tot het doen slagen van congressen, art sencursussen en vergaderingen; ook in het debat was hij een scherpzinnige en faire tegenstander. Zijn, ondanks het stijgen der jaren, jonge geest be zorgde hem den bijnaam: Le jeune homme aux cheveux blancs! Zijn werk was voor hem kunst, geen ambacht. Als president van het congres der Société internationale de Chirurgie in 1935 te Cairo de groot ste onderscheiding, die hem te beurt is gevallen) koos hij dan ook als the ma van zijn openingsrede: „La chi rurgie comme un art”. Het was deze kunstzinnige instelling, die het hem steeds moeilijk maakte groote muti- op Onrust was geinterneerd, en later in Ngawi geinterneerd werd, deelde daar mede, dat Ngawi beter was dan Onrust. Het is te betreuren, dat van Onrust tot dusverre hier in Japan geen rapport ontvangen is over de laatste weken, aangezien daar immers ook de heer Frühstück vermoord (doodgeschoten) is. Er is helaas geen twijfel mogelijk aan den dood van den heer Frühstück, aangezien beschrij vingen van de teraardebestelling be kend zijn. De toestand zou zoo zijn, dat de gevangenen zonder uitzonde ring sterk zijn afgevallen, zoowel door de gebrekkige verzorging als ook door de afschuwelijke behandeling. Omtrent het overbrengen van alle geinterneerden naar Atjeh wist X al leen nog te melden, dat reeds eenige transporten daarheen geschied waren en de mededeeling, dat de Duitschers daar op niet bekend geworden plaats zelf hun barakken moesten bouwen. Het is niet mogelijk hun post toe te zenden. De brieven worden den gevan genen voorgehouden, zoodat zij dezen, wanneer zij dichtbij gekomen zijn, mogen lezen. Overhandigd worden zi. echter niet. Omgekeerd is het den ge vangenen veroorloofd tweemaal per maand een levensteeken te geven. Duitsche vrouwen, van wie bekend was, dat zij actief hebben deelgeno men aan partijacties, zijn zonder uit zonderling tezamen met haar kinde ren geinterneerd, o.a. in Banjoe Biroe bij Salatiga. Zij krijgen dezelfde sol- datenkost als de mannen en aanvan kelijk ook alle kinderen. Het „Soera bajasch Handelsblad” schrijft hier over op 16 Juli: In het interneeringskamp te Banjoe Biroe voor vrouwen wordt voor kin deren beneden de 7 jaar ten deele afzonderlijke voeding verstrekt, aan gezien gebleken is, dat normale sol datenvoeding voor hen te zwaar is. Aan moeders met zuigelingen is toe gestaan zoo noodig zelf de geëigende kindervoeding te bereiden. X kon zich nauwelijks goed houden bij deze berichten. Niet geinterneerde Duitsche vrou wen zijn veelal bijeengebracht. Vrou wen met eigen vermogen kunnen maxi maal 150 gulden opnemen. Waar dit niet mogelijk is, wordt een ondersteu ning gegeven van 36 gulden per maand. Er zijn echter vele gevallen, waarin slechts 15 tot 19 gulden wordt betaald. Als kindertoeslag is toege staan 5 gulden voor kinderen tot 5 jaar en 9 gulden voor kinderen tot 18 jaar (melk hiervoor kost reeds 10 gulden). De huiszoekingen Dit is een korte samenvatting der algemeene wederwaardigheden, die echter voortdurend onderbroken wer den door berichten over de afschuw lijkste persoonlijke chicanes en ver nederingen. Bij de algemeene inter- neering waren niet voldoende militai ren aanwezig om huiszoekingen te ver richten. Er werden particulieren, hoofdzakelijk jonge Nederlanders, aan gewezen om in de huizen alle corres pondenties, voorwerpen van Waarde, documenten, enz. weg te nemen. Na onderzoek zouden deze zaken terug gegeven worden, maar er zijn vele gevallen bekend, waarin deze dingen verloren zijn gegaan en bovendien bij de huiszoekingen groote ravage werd aangericht. De weerlooze vrouwen ge raakten binnen korten tijd in een zoo zenuwachtige stemming, dat velen symptomen van ineenstorting vertoon den, vooral tengevolge van de voort- vele, vaak slechts door domme buurpraatjes ont stane verdenkingen. Deze gevallen zijn legio, maar voor ons zijn slechts onze ware vrienden van zeer bijzondere be- teekenis en ik heb nauwkeurige infor maties ingewonnen. Consul baron von Plessen heeft zes weken in Ngawi gezeten en is 10 jaar ouder geworden. Consul-generaal Timann en echtge- noote in Batavia hebben eveneens huisarrest. Het consulaire personeel is ingesloten. Van mevrouw A. is bekend, dat zij, aangezien zij zich niet wel gevoelde, een Nederlandschen dokter raadpleeg de, die weigerde haar te helpen. Deze gevallen loopen in de honderden. verzoekt u persoonlijk den heer P. er opmerkzaam op te maken, dat me vrouw Z. in Soerabaya gezond is, en met andere dames samenwoont. Het is niet zeker, of niet nog alle Duitsche vrouwen, die overigens alleen verge zeld door agenten van politie mogen uitgaan, in een z.g. beschermings- kamp komen. Vopr Batavia had men daarvoor het veel te kleine badhotel Trianon in Tjibadak tusschen Soeka- boemi en Buitenzorg uitgekozen. Er is verder gemeld, dat de Duitsche vrou wen zich niet ophouden aan den voor kant van het huis, aangezien zij uit angst voor molestaties, en scheldwoor den liever achter zitten. Het is Ne derlanders verboden met Duitschers te spreken en de kranten geven zich aan een wilde ophitsing over. Ter ken nisgeving nog voor O. dat beide fa brieken onder Nederlandsche leiding met jammerlijke prestaties verder werken. Samenvattend is helaas ondubbelzin nig bewezen, dat de haat der daar wonende Nederlanders alle perken te buiten gaat. De geinterneerden wor den als strafgevangenen behandeld (zij krijgen ook gevangeniskleeding en uniform), en de weerlooze vrouwen zijn uitgeleverd aan de willekeur van den ernstigsten aard der Nederland sche autoriteiten. K. verzoekt U. ter stond naar Tokio te vertrekken om al deze dingen te rapporteeren in de hoop, een beter lot te kunnen verkrij gen. Excuseert den stijl, maar de brief moet vandaag nog weg. Het geciteer de dagblad haal ik in Duitsche verta ling aan. Het blad volgt zoo snel mo gelijk. Met hartelijke groeten, uw...”. Het eten De Nederlandsche regeering publi ceert in het „Soerabajasch Handels blad” de bijzonderheden over het eten. In werkelijkheid ziet dit eten er an ders uit. Des ochtends voor het ont bijt een kop slechte koffie, en een stuk brood zoo groot als twee vuisten, aan één kant met zeer dunne margarine en slechte marmelade, gesmeerd. Aangezien het bezit van messen van iederen aard verboden was, moest dit brood zoo goed als het ging, verslon den worden. Des middags moest wor den aangetreden en met twee emaille borden en een lepel werd een dikke slechte soep en inderdaad rijst en iedere hoeveelheid met specerijen (sambal) uitgereikt. Des middags niets en des avonds een herhaling van het ontbijt. Na ongeveer 14 dagen werden stroo en zakken uitgeleverd, waarvan de ge interneerden zelf hun stroozakken moesten vervaardigen. Na ongeveer 4 weken werd verlof gegeven tot uitrei king aan de geinterneerden van ma trassen en klamboe’s, welke door Duitsche vrouwen waren verstrekt. Voorzichtigheidshalve moest den ge- heelen nacht het licht in de vertrek ken branden. Stoelen waren tot het vertrek der verslaggevers niet ver strekt, evenmin tafels zoodat de maal tijd op den grond moest worden ge nuttigd. De geinterneerden moesten hun eten zelf koken, maar er waren voldoende koks onder de gevangenen. Na ongeveer drie weken werd een kleine cantine ingericht (met meubels van de „Deutsche Verein” in Soera baya), waarin de geinterneerden voor hun 10 centen, welke hun dagelijks werden uitgekeerd, iets konden koo- pen. Koffie kost 2 cent, en een reep chocolade 8 cent. Deze toestand was toen de definitieve, waarover x tot zijn vertrek van Java op 16 Juli rap port heeft gekregen. De heer IJ, die Mr. M. M. Rost van Tonningen, de commissaris der S.D.A.P., heeft Zater dagavond een radiorede gehouden, waaraan wij het volgende ontleenen Het hoofdbestuur van de voormalige Sociaal Democratische Arbeiderspartij had na de gebeurtenissen van den lOden het wachtwoord uitgegeven om het werk te staken. Inderdaad moge het hoofdbestuur in de toenmalige om standigheden aanleiding hebben gevon den tot deze houding, omdat zij niet heeft geweten, wat de mogelijkheden van arbeid waren. Het was niet te verwachten, dat de Duitsche bezet tingsoverheid met die leden van het bestuur van een partij zou willen samenwerken, die voor den lOden Mei op de gruwelijkste wijze het Duitsche Rijk hadden beklad en bezoedeld. Het Duitsche bezettingsbestuur heeft echter aan de werkelijk levende krachten van opbouw, die binnen de S.D.A.P. eerlijk een weg in de nieuwe toekomst wilden zoeken, niets in den weg willen leggen. Voor de wegbaning dezer nieuwe krachten vormde het oude hoofdbe stuur der S.D.A.P. een beletsel. Zij wenschte niet alleen zelf niet tot nieu wen opbouwarbeid over te gaan, doch heeft sinds den 21sten Juli alle pogin gen in het werk gesteld, om die nieuwe krachten te breken. Deze heeren begre pen blijkbaar niet, dat het Marxisme tot het verladen behoort Gaarne wordt hier erkend, dat in dezen nihilistischen vernielingsarbeid gelukkig lang niet alle leden van het hoofdbestuur op de zelfde wijze werkzaam waren. Het grenst aan misdadigheid, dat de leiding der grootste groep Nederlandsche ar beiders met opzet en voorbedachten rade in de twee maanden, die sinds den 21sten Juli zijn verloopen gepoogd hebben de cultureele waarden, die met zooveel opofferingen door de aller armsten onder de arbeiders zijn opge bouwd aan de vernietiging prijs te geven. Nadat thans de eerste maatregelen om het bedrijf der Arbeiderspers voor een onmiddellijke ineenstorting te be hoeden, waren genomen, werd een be roep gedaan op de verantwoordelijke mannen der S.D.A.P. Na de moeizame besprekingen van twee maanden is op 15 Sept, in Am sterdam een aantal persoonlijkheden der voormalige S.D.A.P. bijeengekomen, die tot de stichting van een Neder landsche Socialistische Werkgemeen schap hebben besloten. Het bestuur der nieuwe werkgemeenschap zal het voorloopige programma ontwerpen, waarop de actie zich in den eerstvol- genden tijd zal ontplooien. Hiermede komt eenige teekening in den chaoti scher toestand, waarin het bestuur der S.D.A.P. de massa der leden had achtergelaten. Toen op den 21sten Juli de opbouwarbeid in den boezem der voormalige S.D.A.P. weer ter hand werd genomen, was de toestand onge veer als volgtDe ledenkarthoteken waren op nagenoeg alle plaatsen ver brand, contributies werden haast niet meer geïnd, doch de bestuurderen ble ven veelal hun salarissen ontvangen en dus werden de laatste reserves opge teerd. Op andere plaatsen of in andere organisaties stegen de schulden met den dag. De Arbeiderspers verkeerde op den 21sten Juli practisch in staat van faillissement. De arbeiders jeugd centrale had een zware schuld, waar voor geenerlei voorzieningen waren getroffen. De arbeiders sportbond was door de houding van het hoofdbestuur der S.D.A.P. door de gebeurtenissen van den lOden Mei en door financieele moeilijkheden practisch tot machteloos heid gedoemd. Het instituut voor ar beiders ontwikkeling met zijn talrijke natuurvriendenhuizen, waar in hqt ver leden gepoogd werd nuttigen arbeid te verrichten, dreigde ook in een uiterst benarden fmancieelen toestand te geraken. Anderzijds had het V.A.R.A.-bestuur zich door een voor zichtig beheer en drastische bezuinigin gen een liquiditeitspositie verschaft, die de zorgen voor de naaste toekomst had verminderd. Vele der cultureele vereenigingen der voormalige S.D.A.P. genoten bij dragen uit de Centrale Arbeiders Ver- zekerings en Depositie Bank. De toestand van dit bedrijf kan als goed worden gekenschetst. Het is verheugend, dat thans na twee maanden van zeer ingespannen arbeid op het geheele terrein het nieuwe leven begint te ontluiken. Wie vrij is van haat tegen andersdenken den, moet zich van harte verheugen over het feit, dat in een zoo groote groep onzer bevolking, als de arbeiders der voormalige S.D.A.P. vormen, de wil tot nieuwe krachtsontwikkeling blijkbaar zoo sterk is, dat reeds vier maanden na den lOden Mei een krach tig begin is gemaakt aan de overwin ning der geestelijke crisis, waarin onze tijdswende ook deze bevolkingsgroep heeft gedompeld. Naarmate de nieuwe afdeelingen van de Nederlandsche Socialistische Werk gemeenschap zullen zijn gevormd, zul len plaatselijk de oude afdeelingen der S.DA.P worden opgeheven. Nadere regelingen zullen door het voorloopig bestuur der nieuwe werkgemeenschap worden getroffen om uit den chaos van ontbonden, zich ontbindende of nog be staande afdeelingen der S.D.A.P. een nieuwe organisatie der Nederlandsche Socialistische Werkgemeenschap op te bouwen. Als dit eenmaal zal zijn ge schied, dan zal op grond van de nieu we statuten een definitief bestuur wor den gevormd en zal de Nederlandsche Socialistische Werkgemeenschap onder de leiding van het nieuwe bestuur vrij van eenig commissariaal toezicht, de zelfde rechten genieten als andere poli tieke groepen, die thans reeds actief aan het politieke leven deelnemen. Op een gebied hadden de pogingen van hoofdbest uurderen om den arbei der vroegere leden der S.D.A.P. te vernietigen resultaat. Het betreft hier de A.J.C., de arbeiders jeugd centrale. Ook hier was echter voor den 21 sten Juli een kentering gaande. Verschil lende afdeelingen van de A.J.C. had den zich reeds voor den 21sten Juli met de jeugdafdeeling van den Arbei ders Sportbond vereenigd. Na de ont binding van de A.J.C. zal nu uit den Arbeiders Sportbond de jeugdbeweging moeten worden gebouwd. Deze zal echter op heel wat breedere basis ge schieden, dan het bestuur van A.J.C. of het hoofdbestuur der S.D.A.P. zich het werk ooit heeft gedacht. Het is betreurenswaardig, dat de nood en armoede, waarin de arbeidersmassa’s door de z.g. zegeningen van het demo cratische bewind voor den lOden Mei waren gedompeld, het de arbeiders jeugd onmogelijk maakten om van eenige jeugdbeweging lid te worden, daar de contributie en vooral de kos ten der kleeding buiten het bereik der ouders lag. Aan deze nationale schande zal in de toekomst een eind worden gemaakt. Tallooze der leden van de arbeiders muziek-, zang- en tooneelvereenigingen zijn dragers van een Nederlandsche cultuur in den waarsten zin van het woord. Ook hier ging het er om deze beste mannen en vrouwen uit Nederlandsche volk den eigen naar de toekomst te laten vinden. Aan hen is dan ook een zeer groote vrij heid gelaten om hun cultuur te ont wikkelen. Zoo staat twee maanden na de maat regelen van opbouw het leven op in de arbeidersmassa’s, wier medewerking voor den bouw van het waarachtige socialisme onontbeerlijk is. In den grooten verzoeningsarbeid van ons volk en in de plaatsneming van het verjongde Nederland in het wordende Europa, zijn alle mannen en vrouwen, die bereid zijn eerlijk in het opbouwwerk deel te nemen, de pio niers van een nationale vernieuwing. Het doet er daarbij weinig toe uit welk verleden wij allen komen ge groeid. Het volk zal zijn leiders herkennen met het haast onfeilbare instinct, dat in de groote ©ogenblikken der geschie denis door ons volk is getoond. Wie in zijn volk gelooft, verricht dus met vertrouwen zijn dagelijkschen arbeid in de schoot van dat volk en werkt in dezen tijd aan een groot socialistisch vereenigd Nederland, dat door den band des bloeds in de toekomst meer dan ooit zal zijn aaneengesmeed. til B Af

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1940 | | pagina 9