een nieuw De verdwenen erfgenaam Dudok de Wit-herdenking te Breukelen - De glasfabrieken hebben druk werk Te Hoorn wordt een nieuw telefoonkantoor gebouwd - De oorlog in Afrika I II gl/ il 1 r ^3 BH r ill I» ■BUM J i HAAGSCHE COURANT VAN VRIJDAG 4 OCTOBER 1940 TWEEDE BLAD FEUILLETON H' r TE HOORN DE WAARNEMERS STAPPEN IN. MOMENT VOOR HET OPSTIJGEN VAN EEN DE ITALIAANSCHE OPMARSCH IN AFRIKA. ITALIAANSCHE TANKS IN DE NABIJ- (Hoffmann) DUITSCHEN KABELBALLON. HEID VAN SIDI EL BARANL Stor- fcWordt vervolgd^ wordt een nieuw tele foonkantoor gebouwd door den Rijks- gebouwendienst. De bouwstijl is zoo ge kozen, dat deze met de omgeving in overeenstemming is. (Polygoon) DE WINNAAR van het kantonnale kunstturntournooi in Zürich, Leo Schürmann, in actie. (Photopress Zurich) (Nadruk verboden.) BINNENKORT zal op verschillende plaatsen door het geheele land aan benzine-pompen hout verkrijgbaar zijn, bestemd voor de houtgas-wagens. De op maat gezaagde stukken worden tot houtgasblokjes gehakt. (Polygoon) dat h|j de papieren van zijn cliënt heeft onderzocht en tot de conclusie geko- Deze staat om- ^t zul je zien. Hij maakte *acht uit haar omarming los. Jurgen! riep zjj buiten zichzelf, waar ga je heen? Naar Lund, zeide hij kalm en freep zijn hoed. DRUKTE IN DE GLASINDUSTRIE. Nu de vraag naar spiegel- en vensterruiten zeer groot is, wordt in de glasfabriek te Heerlen op zeer groote capaciteit gewerkt. Op den voorgrond een schijf, waar de stukken uit het gips worden losgehakt (Polygoon) kende het lijk als dat van mijn vader. Of zij het werkelijk herkende heb ik nooit geweten, waarschijnlijk wilde zij zich van eiken band met mijn vader bevrijden. Voor mjj intusschen, was mijn vader dood en ik heb er jaren lang niet aan gedacht of mijn moe der, met of zonder opzet, een vergis sing had begaan. Zwijgend luisterden de drie mannen naar het bericht. Ik wil het kort maken, ging Pal mer voort. Kurt Ettinger ging op een en twintigjarigen leeftijd naar het buitenland. Eerst woonde hij jaren lang in Noord-Amerika, daarna ver trok hij naar Zuid-Amerika, waar hij allerlei beroepen heeft uitgeoefend. Hij bevestigt langen tijd in een ziekenhuis in Valparaiso te hebben gelegen. Na zijn ontslag uit het ziekenhuis ver langde hij naar zijn vaderland. Hij gebruikte zijn spaarpenningen en trok naar Duitschland, waar hij in Mün chen een onderdak zocht. Hier, zoo schrijft hij, hoorde hjj reeds den twee den dag van de erfenis, welke zijn vader hem had nagelaten. Daar hij op het oogenblik wegens zijn lijdenden toestand niet naar Denemarken kan reizen, heeft zij zich tot dr. Sedlmayer gewend. U ziet, zoo besloot dr. Pal mer, dat het hier waarschijnlijk om den echten Kurt Ettinger gaat, vooral nu de advocaat verklaart, dat zijn papieren volkomen in orde zijn. 21) Toen Gjellerup’s zware stappen op de trap verklonken, omhelsde Elina Torger snikkend. Men wil je iets doen Jurgen, fluisterde zij. Lund is je vijand, dat heb ik je altijd gezegd. En je zult zien, dat ik gelijk krijg. Wat zou hij van mij willen? Het ergste! riep zij uit. Zij hebben jou vroeger toch van moord beschuldigd, je hebt het mij dikwijls genoeg verteld. En nu hebben zij weer iets anders. O Jurgen, ik heb zoo’n angst voor jou. Hij trok haar naar zich toe en kus te haar. O, mijn lieveling, zeide hij teeder, mijn meisje, wat houd je veel van mjj. Ze knikte en drukte zich tegen hem aan. Je moet je niet angstig over mij hiaken Elina, alles zal goed worden, dat zul je zien. Hij maakte zich drukking verdween niet toen slaapen weder terugkwam. Mijnheer Torger komt toevallig hier naar toe, zeide Storslaapen. Hij kan ieder oogenblik hier zijn. Des te beter, knikte Palmer. Op dit oogenblik kwam Lund binnen. Zoo- als altijd was hij ook nu zeer elegant gekleed, zonder echter datgene te be reiken, wat Storslaapen zonder meer bezat. Ook Lund was zichtbaar opge wonden, hoewel hij moeite deed er zor geloos uit te zien. Torger verscheen inderdaad vijf minuten later. Reeds in de vestibule was hem gezegd, dat men op hem wachtte. Toen hij bin nenkwam, keek hij een oogenblik op merkzaam naar Lund om dan echter naar den advocaat te kijken. Palmer nam plaats en de anderen volgden zijn voorbeeld. Ik heb berichten ontvangen, be gon de advocaat en greep naar de pa pieren, die mij buitengewoon ver rast hebben en die ook u, zoo stel ik mij voor, zeer zullen verwonderen. Drie paar oogen keken hem vol spanning aan. Ik zal met het belangrijkste be ginnen, mijne heeren. Als alles juist is, kunnen wij het onderzoek naar Ettinger’s zoon staken, want hij is ge vonden. Storslaapen bette zijn gezicht met zijn zakdoek. Hij was de eenige, die zich niet kon beheerschen. Hij wilde iets zeggen, maar toen hij de beide anderen met strakke gezichten zag zit ten, drukte hij de lippen op elkaar en zweeg. U herinnert zich den brief, die geschreven was door een zekeren Jo sé di Freitas uit Valparaiso? De man vertelde dat hij in een ziekenhuis ken nis had gemaakt met een man, ge naamd Kurt Ettinger, doch daarna den man weder uit het oog had verloren. En nu heeft hij hem teruggevon den, zeide Torger met een kalme stem. Neen. Palmer sloeg de papieren op en haalde een brief tevoorschijn. Mijnheer di Freitas kon den man niet terugvinden, omdat hij Zuid-Ame rika heeft verlaten en naar Europa is teruggekeerd. Op het oogenblik ver toeft Kurt Ettinger in München. Lund barstte in een gedwongen lachen uit. Een bedrieger! riep hij uit als de man safe was, was hij op het oogenblik in Kopenhagen. Palmer hief afwerend de hand op. Als de man een bedrieger is, zul len wij hem zonder moeite kunnen ont maskeren. Maar alles wijst er op, dat wij ditmaal met den werkelijken erf genaam van de Loretti. A. G. te doen hebben. Hij schijnt intusschen zelf gemerkt te hebben, dat ik hem zoek, want hij heeft zich in München tot een advocaat gewend en dezen zijn zaken opgedragen. Waarom komt hij zelf niet? Dat ligt helaas aan zijn lijdenden toestand. Hij schijnt evenwel van plan te zijn naar Kopenhagen te komen. De Münchener advocaat, een zekere dr. Peter Sedlmayer deelt mij mede, men is, dat zij in orde zijn. Kurt Ettinger is intusschen in geweest uitvoerige inlichtingen trent Lorenz Ettinger te geven. Mag men daar iets naders over hooren? Torger zat rustig met over elkaar geslagen beenen te luisteren. Hij maakte van de drie den meest kalmen indruk. Natuurlijk, antwoordde Palmer, hij nam den brief en las. -Kurt Et tinger heeft het volgende over zijn vader verteld. Ik kan mij mijn vader zeer goed herinneren, hoewel ik hem het laatst zag, toen ik elf jaar was. Hij was een krachtige man van mid delmatige lengte, met dik donker blond haar en een litteeken op het voorhoofd. Ik was het eenige kind. Mijn moeder had geen gelukkig huwe lijk, omdat hij, zooals zij mij later vaak vertelde, een droomer en een fantast was, die zich, in de kleine stad waar wij woonden, niet gelukkig voelde, en verlangde weg te gaan, de wijde wereld in, waardoor hij ook zijn beroep als vioolbouwer verwaarloos de! Op een dag was hij verdwenen zonder bericht achter te laten. Mijn moeder was er van overtuigd, dat hij ons had verlaten om zijn ideaal te vol gen en ik weet, dat zij veel moeite heeft gedaan om zijn verblijfplaats uit te vinden. Haar pogingen hadden echter geen succes. Toen op een dag werd er echter een doode in de bos- schen gevonden en mijn moeder her- Stokstijf zooals zijn gewoonte was, ®eP Palmer in de kamer heen en DE JAARLIJKSCHE DUDOK DE WIT-HERDENKING te Breukelen. C. Dudok de Wit was een groot sportman en wel doener. Jaarlijks worden op zijn geboortedag aan alle kinderen in Breukelen poffertjes verstrekt. Polygoon) weer. Nu en dan ging hij naar de schrijftafel, waar een brief lag, keek naar de dicht beschreven vellen en schudde het hoofd. Tenslotte nam hij den brief op en stopte hem in zijn actentasch en trok zijn jas aan. Mijn wagen! riep hij door de telefoon. Vijf minuten later bevond hij zich op weg naar de Loretti gebouwen. Storslaapen liet hem geen oogenblik wachten. U zult niet kunnen vermoeden wat mij hier brengt, begon Palmer kalm. Om echter alles niet twee maal te herhalen, verzoek ik u vrien delijk de beide andere heeren ook hier te laten komen. Lund en Torger? Ik verzoek het u. Storslaapen’s oogen begonnen knipperen. U komt vanwege... Ik kom inzake Kurt Ettinger, mijnheer Storslaapen. Hebt u bericht van hem? Daar zal ik over spreken als de beide andere heeren ook hier zijn. Storslaapen’s gezicht veranderde van kleur. Mijnheer Torger is in de Kristgade, mijnheer Palmer, al leen mijnheer Lund is hier. Als mijnheer Torger een wagen neemt, kan hij in tien minuten hier zijn, antwoordde Palmer koel. Ik zal u dadelijk opbellen. Stor slaapen verliet het vertrek en liet Palmer alleen, die nu zijn actentasch leeg maakte en daarna in het vertrek heen en weer begon te loopen. Zijn gezicht stond nadenkend en deze uit- - Mo 5 k i ft t pl.' j F O W - Pot -i I I H Holland) te h 0 F if f j>;\. I A k I si ->k

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1940 | | pagina 5