naar
voor
NOODLANDING IN
DE WOESTIJN
Onder-officieren worden Rijksveldwachter - Op jacht
Messerschmitts boven het Kanaal - Voorbereidingen
mijnen
de vischvangst
Ml
w
s
RA'AGSCHE 'COURANT VAN DONDERDAG 24 OCTOBER 1940 TWEEDE BEAD
FEUILLETON
«F
(Polygoon)
(Nadruk verboden.)
zijn
'iWordt vervolgd.}
VOLGENS LANDBOUW-EXPERTS zijn tarwedoppen een
bij uitstek goed veevoeder. Vandaar, dat men in den Wieringer-
meerpolder overal bezig is met het balen” van deze doppen.
(Polygoon)
DAAR DE KANS GROOT IS, dat een aantal loggers weer ter visch-
vangst zal kunnen gaan, treft men op Scheveningen alle voorbereidende
maatregelen. De tonnen worden te voorschijn gehaald en gecontroleerd.
(Polygoon)
een uur begon de tennismatch tegen
Ellen Boyard.
Het wordt tijd, dat u afzegt.
Zij keerde zich om en keek haar gast
met half gesloten oogen aan.
Nu doe ik het juist niet! Ik heb
Hans dringend verzocht op tijd terug
te zijn. Bovendien hebt u mij beloofd,
dat u mee zou gaan!
Ik zou niet weten, wat ik liever
deed! antwoordde dr. Been met een
lachje, waarvan men niet wist, of het
spot dan wel bewondering uitdrukte.
Het was hetzelfde lachje, waarmee
hij haar den vorigen avond een paar
gewaagde complimenten had gemaakt,
dat lachje, dat haar meer deed ont
vlammen dan plompe vleierijen dat
zouden vermogen te doen en dat haar
toch anderzijds weer zoo akelig on
zeker maakte.
Zij was woedend op hem, omdat zij
meende te moeten aannemen, dat hij
met haar speelde, een vergrijp, dat
tot dusver nog geen enkele van haar
bewonderaars zich had durven permit-
teeren. Desondanks zou zij bereid zijn
geweest hem een heel eind tegemoet
te komen, als hij zich daarvoor ook
maar ’n klein beetje ontvankelijk had
getoond. Maar Been deed net, alsof
hij niets bemerkte. Hij was een draak.
Het wordt tijd, dat ik mij ga
verkleeden, zei ze, met een blik op de
klok. Excuseert u me een oogen
blik!
Nog niet aangekomen?
Helaas niet, juffrouw Harder; de
heeren zijn nog niet terug. Wij begin
nen ons langzamerhand wat ongerust
te maken. Als ze er binnen een paar
uren nog niet zijn, zullen we een
vliegtuig met levensmiddelen en wa
ter laten starten.
Anny Harder legden den hoorn op
den haak. Haar gezicht verried erger
nis, zoowel als vrees.
Nog steeds niets? vroeg Harry
Been, die schuin achter haar in de
vensterbank zat en den rook van zijn
sigaret den tuin inblies.
Het was kort na de lunch. Dr. Har
der had zich teruggetrokken en over
IN EEN SCHOOLGEBOUW TE HILVERSUM worden in een spoed
cursus onderofficieren opgeleid tot Rijksveldwachter. Directeur van deze
school is de commandant van de Rijksveldwacht 6de district, de heer
J. Vermeyden. Een majoor van de Rijksveldwacht geeft les.
IN EEN DUITSCHE GESCHUTSTELLING AAN DE KANAAL-
KUST. DE BATTERIJ-COMMANDANT MET DEN VIER-
BEENIGEN VRIEND VAN DE KANONNIERS. (Holland),
delijk en zijn stem beefde van opwin
ding.
Hij gaf den kijker aan Floyd.
Zie je die donkere vlek daar,
precies onder die diepe inkerving,
welke den wand in twee helften deelt?
Bekijk die eens wat nauwkeuriger.
Valt je daar niets aan op?
Wel een volle minuut staarde Floyd
naar het aangeduide punt.
Aha, zei hij eindelijk. Het
schijnt een soort hol te zijn en daar
binnen in beweegt zich iets.
Precies! En wat denk je, dat dat
is?
Nogmaals richtte Floyd den kijker
op de plek, welke Gucker’s aandacht
had getrokken. Daarna zei hij, terwijl
hij zijn metgezel verheugd de hand
toestak
Je hebt gelijk! Dat is de ingang
van onze geheimzinnige
Op dit oogenblik weerklonk een
len, lijkt mij de man uit de streek van
den bovenloop van de Ganges te stam
men en althans volgens zijn klee-
ding tot één of andere Hindoesekte
te behooren.
Het zal een spion zijn, dien zij
vandaar hebben uitgezonden. En aan
gezien de schoten natuurlijk door het
geheele dal zijn gehoord, zullen wij
verstandig doen ons zoo gauw moge
lijk uit de voeten te maken. Een nader
onderzoek naar die holbewoners zul
len wij maar liever tot een gunstiger
gelegenheid uitstellen. Ik verzeker je,
dat ze ons vandaag niet bijster gast
vrij zouden ontvangen.
Ik ben het volkomen met je eens!
Laten we dus omkeeren. Hangen zal
zich misschien al ongerust maken.
Zij lieten den doode aan zijn lot over
en aanvaardden den terugtocht.
Eigenlijk konden ze er in de stad
intusschen wel eens achter zijn geko
men, dat er met ons iets niet in den
haak is.
Er is stellig al een vliegtuig on
derweg. Let eens op, ik heb zoo’n
idee, dat ons voor het avondmaal een
uitgelezen sorteering delicatessen
wachten staat.
Hm, op het oogenblik zou ik een
flinken slok water prefereeren.
Zij liepen zoo snel, als het smalle
pad dat toeliet en bereikten weldra
de plaats, waar zij dien ochtend den
piloot voor het laatst hadden gezien.
Zij keken omlaag en een grenzeloo-
ze verbazing deed hen bijna het even
wicht verliezen.
DUITSCHE JAGERS HOUDEN DE WACHT AAN HET KANAAL. Geregeld
vliegen de pijlsnelle jagers van het type Me 109 langs de Kanaalkust en storten
zich op iederen Engelschman, die zich laat zien. (Holland)
MIJNENVEGERS OP DEN OCEAAN. Mijnen zijn een gevaarlijke vijand en
regelmatig moet de zee afgezocht worden, een zwaar karwei voor de opvarenden
van de mijnenvegers. Hier wordt het apparaat om de mijnen op te sporen
buitenboord gebracht. (Holland)
Gucker gaf geen antwoord. Hij liep
nog een paar schreden verder en kon
nu, van het platform van een vooruit
springende rots, vrijwel het geheele
dal overzien. Zijn spiedenden oogen
scheen geen vierkante meter van het
troostelooze landschap aan zijn voeten
te ontgaan. Zij bekeken elk heuveltje
met groote nauwkeurigheid, onder
zochten elke kloof en iedere oneffen
heid om tenslotte te blijven rusten op
de bergen, waardoor ook dit dal ge
heel werd ingesloten.
Floyd was achter hem gaan staan.
Ik geloof, dat onze moeite ver-
geefsch is geweest. Al deze dalen zijn
onbewoond, zooals wij dat destijds al
hebben kunnen constateeren. Kom, la
ten we het maar opgeven en naar
Hangen terugkeeren. Wat is er?
Heb je iets ontdekt?
Gucker had den kijker naar zijn
°ogen gebracht en staarde onbeweeg
lijk naar een bepaald punt ®p den te
genover hen gelegen rotswand.
Ik geloof, dat onze moeite toch
&og beloond zal worden! zei hjj ein-
Het vliegtuig was verdwenen, alsof
de zanderige woestijnbodem het had
verzwolgen. En hoe zij hun oogen ook
inspanden ook van Hangen was
geen spoor meer te ontdekken.
Wat is dat? stamelde Floyd.
Heb jij er eenig vermoeden van
wat dat te beteekenen heeft?
Gucker schudde hulpeloos
hoofd.
Dat begrijp ik niet!
Hij nam den kijker en begon het
heele dal minitieus af te zoeken.
Niets! zei hij na een poosje, dat
den ander een eeuwigheid leek. Het
is bijna angstwekkend!
Ik begrijp er wel zooveel van,
dat er iets ontzettends moet zijn ge
beurd, antwoordde de profesoor.
En daarmee zou hij in het gelijk
worden gesteld.
Het is dezelfde kerel, dien wij
vanmorgen hebben gezien. Er zal ons
niet veel anders overblijven dan hem
een kogel door zijn hoofd te jagen,
want op het moment, waarop wjj
overeind komen, schiet hij ons neer.
Floyd wilde nog iets antwoorden,
maar Gucker had den haan reeds
overgehaald. De echo van het schot
werd door de rotswanden honderdvou
dig weerkaatst.
De witte gestalte tegenover hen was
levenloos ineen gezakt en verdween
achter het rotsblok, dat hem tot dek
king had gediend.
De beide mannen sprongen overeind
en snelden er heen.
Dat is geen Dauri en evenmin een
Afridi! zei Gucker, nadat zij een on
derzoekenden blik op den doode had
den geworpen.
Floyd knikte toestemmend en be
keek de uitgemergelde trekken, welke
tot een afschrikwekkend masker wa
ren verstard. De man, die ongeveer
veertig jaar kon zijn, droeg, behalve
den grooten, los omgeworpen wollen
doek, niets op het lichaam, dat
slechts uit vel en botten scheen te be
staan. Hij was door en door vervuild
en ook zijn kleeding, welke op een af
stand wit had geleken, getuigde aller
minst van zindelijkheid. Het gezicht
van den doode was door een totaal
verwilderden baard overwoekerd. Zijn
oogen stonden open en hun uitdrukking
had nog niets ingeboet van den fana-
tieken haat, welke den man bezield
moest hebben.
Voor zoover ik het kan beoordee-
schot. Een kort, fluitend geluid en
van de rotsen dicht achter hen viel
een hagel van kleine, versplinterde
steentjes.
In een oogwenk lieten beiden zich
plat op den grond vallen en ze trokken
hun revolver.
Goed gemikt! siste Floyd, terwijl
hij voorzichtig in de richting gluurde,
vanwaar het schot was gekomen.
Op een afstand van ongeveer hon
derd meter ontdekten zjj den schutter.
Hij zat op zijn hurken, dicht tegen de
rots gedrukt en hield zijn buks in den
aanslag.
Hans Gucker stelde zijn wapen uit
de rust»
BPS
-
te
-
'y
i r-v-f— - -L-r—|_rr—Lt-lt—_'r~'i~_-f— i~l-L—i~r— |-li— - - -
1-
y
I
- V z.
f I