de
m
Onderzeeboot-commandant onderscheiden - Rotterdamsch puin
Kralingsche Plas - Bouw Leidsche stadhuis - Een wagen tegen etalageruit
w
NOODLANDING IN
DE WOESTIJN
i F
I
ïliffl
t RW I
fcf iji if
1
F
ip^
i Ik
TWEEDE BLAD
HAAGSCHE COURANT Dinsdag 19 Nov. 1940
FEUILLETON
to
w-.
in
i
te
4
- 9
Mw WMK WMNMMI iWSMHr^
ge-
Nadruk verboden.)
hadden
Barlo-
HOOFDSTUK 23
CWordt vervolgd.}
dit verschrikke-
dat zij
expeditie
TORPEDO’S VOOR ENGELAND. SNELBOOTEN NEMEN TORPEDO’S AAN BOORD. LANGZAAM DALEN
DE REUSACHTIGE PROJECTIELEN OP DE BOOT EN WORDEN DAAR OP DE VOOR HEN BESTEMDE
PLAATSEN GEBRACHT Hoffmann)
DE BOUW VAN HET STADHUIS TE LEIDEN.
AAN DEN ACHTERGEVEL VAN HET PRACHTIGE GEBOUW
WORDEN DE LAATSTE BEELDEN GEPLAATST (Polygoon)
Hij had niet durven hopen, dat hij
haar nog in leven zou vinden, nadat
alle berichten over
lijke feit hadden bevestigd,
met de overige leden der
van haar vader was verdwenen.
Irene Barlovius! Hier zou hij haar
dus terug vinden...
Hij' kende haar van haar verblijf te
Leiden, waar zij een college in Ooster-
sche talen had gevolgd om daarna
haar studies te Berlijn voort te zetten.
Niet alleen door haar vreemde na
tionaliteit, maar ook door haar bui
tengewone charme had zij daar onder
haar mede-studenten de aandacht ge
trokken. Ook Been was daar niet on
gevoelig voor geweest. Eenige malen
had hij getracht langs den omweg der
wetenschap nader met haar in con
tact te komen, maar hoewel zij zeer
vriendelijk was geweest, had zij den
jongen student toch duidelijk te ver
staan gegeven, dat zij op zijn avances
geen prijs stelde.
Na haar vertrek uit Leiden had hij
Irene nooit meer gezien, tot de berich
ten over de verdwijning van de expe
ditie Barlovius hem weer aan zijn
studententijd hadden herinnerd.
Niet, dat hij nu juist om haar hier
heen was gekomen. Zijn reis, waartoe
hy door een fonds in staat was ge
steld, had uitsluitend ten doel een we
tenschappelijk onderzoek in te stellen
naar bepaalde, in dit gedeelte van Ih-
dië inheemsche ziekten. Maar de her
innering aan Irene Barlovius had hem
toch niet geheel los gelaten en toen hy
juist voldoende verstond om eenige
eenvoudige algemeenheden te kunnen
begrijpen. Het had hem reeds moeite
genoeg gekost om de juiste verklaring
te vinden van de enkele woorden,
welke Nadij a onderweg tot hem had
gericht.
Hij probeerde het met Engelsch,
maar daar bleken zij geen syllabe van
te verstaan.
Wij niet spreken Engelsch, wij
alleen spreken Duitsche taal! ver
klaarde Nadija met een allerliefst
lachje.
Hij staarde haar ongeloovig aan.
Wat zeg je? stamelde hij. Zeg
dat nog eens. Kennen jullie Duitsch?
Hij had deze vraag zelf in het
Duitsch gesteld en nu was het de
beurt van de beide meisjes om zich
verbaasd en verheugd te toonen.
O, de Sahib kent ook Duitsch!
riepen zij beiden, als uit één mond.
Wat zal Rani Balavi daar blij om
zijn!
Willen jullie daarmee zeggen,
dat...? Hij kon den zin niet af maken,
zoozeer overweldigde hem de erken
ning van de waarheid. Balavi Bar
lovius! Rani Balavi kon niemand an
ders zijn dan de dochter van profes
sor Barlovius!...
Langzaam nam dr. Been weer op
het kussen plaats, waarvan zijn ver
rassing hem had doen opspringen. Hij
was diep onder den indruk van het
aangrijpende van deze wonderlijke
ontmoeting.
Irene Barlovius...
29
Men bleek zich hier uitstekend ver
schanst te hebben en als dit de eenige
weg was om de verblijfplaats der op
standelingen te bereiken, dan behoefde
men waarlijk niets te vreezen. Met een
paar man zou men zich hier zelfs
tegen een veel grootere overmacht
kunnen verdedigen.
Nu heesch dr. Been zijn lichaam
over de laatste hooge rots. Met een
zucht van verlichting richtte hij zich
op.
Onmiddellijk nam Nadija hem weer
bij den arm, leidde hem door een zig
zag loopende dwarsgang en plotse
ling moest Hans Been schier verblind
zijn oogen sluiten.
Hij bevond zich in een door schel
licht overgoten ruimte, welke door een
groot aantal Oostersche tapijten aan
den muur en breede rieten matten op
den grond alleszins' bewoonbaar was
gemaakt.
Het Echt kwam, tot Been’s niet ge
ringe verbazing uit ’n acetyleenlamp,
EEN ZWAAR BELADEN WAGEN VAN VAN GEND LOOS kwam in de Boek-
horststraat te den Haag in de étalage van een winkel terecht. De wagen en de étalage
liepen flinke schade op. (Polygoon)
DE FÜHRER en Opperbevelhebber van de Duitsche Weermacht
decoreerde in de Rijkskanselarij den U-boot-commandant kapitein-
luitenant Kretschmer als 6n officier met het Eikenloof behoorende
bij het Ridderkruis van het Ijzeren Kruis, ter belooning voor het
tot zinken brengen van te samen 200.000 ton metende
vijandelijke schepen. (Hoffmarrn#
KONING MICHAEL VAN ROEMENIE EN'DE KONINGIN-MOEDER NAMEN DEEL AAN HET FEEST VAN
DE LEGIONNAIRS TE LASL Op dit feest waren tevens vertegenwoordigers van de Hitler-Jugend en van
de Italiaansche Fascistische Jeugd tegenwoordig. Koning Michaël en de Koningin-Moeder bij het inspecteeren
van de eerewacht van de Hitler-Jugend. (Hoffmann^}
in Bombay voet aan wal zette, waren
merkwaardigerwijze zijn eerste
dachten naar haar uitgegaan.
En daarop waren de gebeurtenissen
ten huize van zijn collega Harder ge
volgd. Een vliegtuig vermist? En juist
in dezelfde streek, waar ook de Bar-
lovius-expeditie haar einde had ge
vonden?
Een wenk van het noodlot had het
hem toegeschenen, hoewel hij ook toen
nog geen moment de hoop had gekoes
terd één der leden van deze expeditie
nog in leven te zullen vinden.
Het was een wonderlijke samenloop
van omstandigheden geweest, welke
tenslotte zijn bekroning had gevonden,
toen hij besloot het spoor van Ali Mo
hammed te volgen.
Terwijl deze gedachten hem blik
semsnel door het hoofd gingen, had
Nadija haastig het vertrek verlaten.
En nu, op hetzelfde oogenblik, dat
hij zich met een vraag tot het andere
meisje wilde wenden, werd het tapijt,
dat den ingang van de ontvangruimte
afsloot, ter zijde geschoven.
Tegenover hem stond Irene
vius. Zy was mooier dan ooit.
Haar donkerbruine oogen imponeer
den nog evenzoo als vroeger. Haar ge
zicht scheen rijper te zijn geworden en
verried de beproeving, welke zij had
moeten doorstaan.
De Indische kleeding lag in edele
plooien om haar slanke gestalte en
deed haar volmaakt figuur nog beter
uitkomen.
Wel een volle minuut staarden zy el
kaar aan, als konden zij niet aan deze
zeldzame ontmoeting gelooven.
Irene Barlovius was de eerste, die
zich wist te herstellen.
Meneer Been! fluisterde zij, ter
wijl ze aarzelend haar hand naar hem
uitstak. U? Bent u hier? O, zegt
u toch wat laat mij tenminste we
ten, dat het geen droom is.
De beide Indische meisjes
zich onopvallend verwijderd.
Dr. Been trad haar aarzelend een
schrede tegemoet. Hij schudde het
hoofd.
Een droom is het niet, Irene Bar
lovius. Het lijkt mij veeleer een won
der!
Ja, een wonder...
Toen u ons goede Leiden verliet,
ging het mij wel door het hoofd, dat,
ik u misschien nog eens zou terugzien,
maar dat dit onder zoo wonderlijke
omstandigheden zou gebeuren...!
Hij zweeg verschrikt, toen hij zag,
hoe Irene Barlovius plotseling als
naar een steunpunt zoekend, haar ar
men uitstrekte.
Snel sprong hy op haar toe en hy
kwam nog juist op tijd om haar in
zijn armen op te vangen. Haar gezicht
was door een doodelyke bleekheid
overtrokken.
Voorzichtig liet hy het meisje, dat
het bewustzijn verloren had, op een
kussen neerglijden en riep Nadija.
DE VLAKTE, welke ontstaan is door
het in de Kralingsche Plas gestorte Rotter-
damsche puin. Hier zullen een park en een
wandelweg worden aangelegd (Polygoon)
welke aan een dikken, ijzeren haak
was opgehangen. Hij kreeg echter
geen gelegenheid er over na te denken,
hoe deze lamp, dit stuk van de wereld
daarbuiten, hier terecht kon zijn ge
komen, want zijn aandacht werd nu
geheel door Nadija in beslag genomen.
Zij was nog zeer jong en van die
volmaakte, ietwat melancholieke
schoonheid, welke sommigen Indi-
schen meisjes eigen is.
Zijn bewonderende blik scheen haar
in verlegenheid te brengen.
Neemt u plaats, Sahib! Wij zullen
u dadelijk wat te eten brengen.
Het volgende oogenblik had zij één
der wandtapijten ter zijde geschoven
en was daarachter verdwenen.
Been liet zich op een der zachte kus
sens vallen, waarmee een hoek van
het vertrek was gestoffeerd. Zijn ver
wondering en zijn nieuwsgierigheid
naar hetgeen hem nog te wachten
stond, bereikten langzamerhand haar
hoogtepunt.
Het duurde niet lang, of Nadija
keerde terug in gezelschap van een
ander jong meisje. Beiden droegen
vlakke schalen, welke met gebak en
vruchten waren gevuld.
Ook Nadija’s helpster was een aller
aardigste verschijning. Beide meisjes
namen tegenover hem plaats en be
dienden hem met ingetogen, bijna
plechtige gebaren.
Hij trachtte een gesprek met haar
aan te knoopen. doch dit bleek onover
komelijke bezwaren te hebben, daar
zij een dialect spraken, dat hij maar