NOODLANDING IN
DE WOESTIJN
t
1 f 1
Aanleg van een kanaal in Noord-Holland - Nederlanders in Duitschland te gast
Ook koeienhaar heeft waarde-De Cunerakerk te Rhenen wordt gerestaureerd
o
lil
IR
I Hl I
KI
I®
A
m fc A
F- J
illHl
II i
HAAGSCHE COURANT Woensdag 20 Nov. 1940 TWEEDE BLAD
FEUILLETON
J|
Bk
Af
om het zand via een glijbaan op de dekschuiten te storten.
EK WORDT HARD GEWERKT AAN
Doe je
Vischwa!
(Nadruk verboden.)
over
jeugdige
HOOFDSTUK 24
ftWordt vervolgd^
-
I
de
die
DE RESTAURATIE VAN DE
EEUWENOUDE CUNERAKERK TE RHENEN. De Zuidelijke gevel is
thans gereed gekomen. Overzicht van de werkzaamheden. (Polygoon)
ZATERDAG 30 NOVEMBER A.S. zal het nieuwe gemeentehuis te
Langweer (Fr.), gebouwd in den stijl van Osinga-State, het oude slot,
dat in Langweer heeft gestaan, officieel worden geopend. (Polygoon)
Ziezoo! zei Floyd met een zucht
Van verlichting. Aan een roemloos
einde in dat ellendige hol zjjn we ten
minste ontkomen. Zie nu maar, dat je
je zoo gauw mogelijk met je geest
verwanten in verbindiry stelt!
Hjj tastte in het duister naar
hand van het meisje en drukte
stevig.
DE AANLEG VAN HET TWEEDE KANAAL SCHAGEN—LANGEDIJK—
ALKMAAR. Enorme massa’s aarde en zand moeten worden ver
scheept. De zandtreinen (op achtergrond) rijden op een speciale losplaats
(Polygoon)
NU DE KOEIEN OP STAL STAAN, is een drukke tijd gekomen voor
de „koeienknippers”, die ‘de dieren van hun zomerhaar ontdoen. Het haar
wordt ingeleverd bij het Rijksvezelbureau en wordt gebruikt voor het
vervaardigen van allerlei artikelen. (Polygoon)
Eerst eens afwachten, wat zij in hun
schild voeren!
Zij trokken zich tot den ingang van
de tunnel terug en klommen daar eeni-
ge meters omhoog, tot zij een gemak
kelijke standplaats hadden gevonden,
waar zij zich verdekt opstelden.
Beneden hen werd het reeds rumoe
rig. Aan het eind van de tunnel ver
schenen vier halfnaakte, uitgemergel
de gestalten. Twee van hen droegen
walmende fakkels, de beide anderen
hadden Vischwa tusschen zich in, ken
nelijk met het doel haar over den
rand van de galerij in de diepte te
werpen.
Het schelle licht viel vol op Visch-
wa’s gezicht. Het was voor het eerst,
dat de beide mannen hun
helpster zagen.
Floyd vergat een oogenblik het ge
vaar, waarin het meisje verkeerde.
Nu?! vroeg hij, triomfantelijk.
Het volmaakste schepseltje, dat
ik ooit heb gezien. Ik zou in staat zijn
de wereld voor haar te veroveren!
Zooveel verlangt ze op het oogen
blik niet! Maar dat we dien levenden
geraamten wat roet in het eten zullen
gooien vooruit Hans, ik geloof, dat
het hoog tijd wordt!
Allright! Jjj den rechter, ik den
linker! Beiden over boord en dan de
fakkeldragers!
Vischwa had, toen zij de galerij na
derde, aanvankelijk angstig om zich
heen gekeken, maar toen zij bemerk
te, dat haar beide vrienden zich in
veiligheid hadden weten te stellen, ver
anderde haar houding volkomen. Haar
gezicht verried geen spoor van de
NEDERLANDSCHE vakvereenigingsleiders maken een reis
DOOR DUITSCHLAND om de inrichtingen van het Duitsche Arbeids
front te bezichtigen en de arbeidsvoorwaarden te leeren kennen.
De bezoekers op het Anhalter Bahnhof te Berlijn. (Holland)
0
jaren.van haar gevangenschap hebben
geleden
Nadija had zich met een kreet van
ontsteltenis over haar meesteres ge
bogen. Been keerde zich naar haar
om.
Breng koud water en een doek!
Maar haast je!
Ja, Sahib.
Hoor eens, Vischwa, ik stel er
geen prijs op, dat je mij Sahib noemt.
Al mijn vrienden zeggen Floyd tegen
me!
J ja, Sahib!
Hij zag haar verlegenheid en haar
angst, maar bemerkte, dat zij zich
desondanks overgelukkig voelde door
zijn vertrouwelijkheid.
Daarna begonnen zij met hun
drieën den tocht door de tunnel.
Vischwa ging voorop en dicht achter
haar volgden de beide mannen.
Toen zij ongeveer vijf minuten later
het eind van den smallen doorgang
naderden, vertraagde Vischwa haar
schreden.
Ik geloof, dat ze mij al hadden
hooren aankomen. Nauwelijks had ik
een stap buiten de tunnel gedaan, toen
ze mij reeds vast grepen.
Wist je dan niet, dat de toegang
bewaakt werd?
Vroeger gebeurde dat niet. Het
moet pas iets van de laatste dagen
zijn.
Gucker, die de achterhoede vorm
de, hield de beide anderen terug.
Zullen we ons eerst niet overtui
gen, of nu het terrein vrij is?
Het meisje ging alleen op onder
zoek uit, maar weldra kwam zij
terug.
Alles in orde, Sahib!
Floyd! verbeterde de professor,
terwijl hij haar kwasi-bestraffend aan
haar oor trok.
Fl Floyd! stamelde ze*
emotie, waaraan zij innerlijk ten prooi
moest zijn. Hechtte zij zóó weinig
waarde aan het leven, of wist zij, dat
de beide Europeanen haar niet in den
steek zouden laten?
Op hetzelfde oogenblik, dat de twee
mannen haar naar den rand van de
galerij sleurden, sprongen Floyd en
Gucker, als twee wraakgierige góden,
midden tusschen de verschrikt uiteen
stuivende groep.
De overrompeling slaagde boven
verwachting. Men was blijkbaar geen
moment op de gedachte gekomen, dat
Vischwa’s vlucht uit het lugubere hol
wel eens met de beide Europeanen in
verband kon staan.
Zoodra zij echter bemerkten, wie
hun tegenstanders Waren, verzetten de
beide Indiërs zich wanhopig en eenige
minuten lang scheen het allerminst
zeker, hoe de strijd, welke zich dicht
langs den rand van den afgrond ont
wikkelde, zou worden beslist.
Tenslotte echter gelukte het Floyd
zijn tegenstander bij de heupen te grij
pen; met inspanning van al zijn
krachten tilde hij den man boven zijn
hoofd een schrille kreet eenige
seconden lang een hoorbare huive
ringwekkende stilte en dan klonk
daar beneden in de gapende diepte het
geluid van een vallend lichaam op
rotsachtig gesteente.
Onmiddellijk daarop onderging
Guckers tegenstander hetzelfde lot.
Nu eerst schenen de beide fakkel
dragers uit hun verbijstering te ont
waken. Zij zochten hun heil in een
overhaaste vlucht, maar Vischwa ver
sperde hun den weg en daarbij bleek,
Toen de inlandsche kwam, lag hij
reeds naast Irene geknield; met zijn
eene hand voelde hij haar pols, terwijl
hjj met de andere voorzichtig haar
klam voorhoofd streelde.
Hij keek haar in het gelaat en ont
dekte in de ontspanning van de on
macht, waarin zij verkeerde, de spo-
rei. van leed.
Wat moest zij gedurende de twee
Veel succes,
best!
Toen het gedempte geluid van haar
voetstappen in de schacht van de tun
nel was weggestorven, wendde hij zich
tot zijn vriend.
Als wij dat kind niet hadden ge
had! Jongen, ik voel me als uit het
graf herrezen. Als we die heele ge
schiedenis achter ons hebben, zullen
we pas beseffen, hoe mooi de wereld
daar buiten is.
Nog zijn we niet zoo ver! En ik
heb het gevoel, dat ons nog heel wat
verrassingen te wachten staan, vóór
we onze glorieuze rentrée zullen ma
ken.
Reeds het volgend stadium van hun
ontvluchting scheen dit vermoeden te
zullen bevestigen, want er was nog
geen kwartier verstreken, of van den
anderen kant van de tunnel weerklon
ken schrille kreten, vermengd met
scheldende en dreigende mannenstem
men.
Steeds heviger werd het lawaai. Het
groeide aan tot een onbeschrijflijk tu
mult en daarop werd een lichtschijnsel
zichtbaar, dat steeds in omvang toe
nam.
Floyd pakte zijn metgezel bij den
arm.
Het komt mij voor, dat Vischwa
pech heeft gehad. Dat gekrijsch lijkt
me nogal verdacht!
Gucker was een en al strijdlust
Wij zullen het den heeren niet ge-
makkeljjk maken!
Geen dwaasheden, Hans! Wat wil
je tegen zoo’n overmacht beginnen?
WACHTPOST AAN DE KANAALKUST.
IN DEN AVONDZONNESCHIJN PATROUILLEEREN DE MANNEN
VAN HET LUCHTAFWEERGESCHUT TUSSCHEN HUN STELLINGEN.
(Polygoon.)
dat zij ondanks haar tengere figuur
tje een niet te onderschatten tegen
standster was.
Toen Floyd zich op één van de bei
de mannen wierp, gooide deze zijn
fakkel weg, maar Vischwa was er
met een paar sprongen bij en raapte
haar op voor zij uitdoofde.
Nu stond zij voor de vechtenden, het
walmende licht omhoog houdend en in
hevige spanning de beslissing van den
feilen strijd verbeidend.
Eenige oogenblikken later was alles
voorbij. Ook de beide laatste Hindoes
waren denzelfden weg gegaan als hun
kornuiten.
Tja! lachte Floyd. Nu zijn we
weer net zoover als zooeven. Het loopt
ons niet bepaald mee!
Wij zijn toch wel iets verder, Sa
hib! Er is nu geen wachtpost meer
aan het eind van de tunnel en bo
vendien hebben we licht.
Je hebt gelijk, Vischwa. Licht!
Nu kunnen wij elkaar tenminste zien.
In plaats van te antwoorden, trad
het meisje op Floyd toe, tot zij dicht
voor hem stond. Met een onbeschrijf
lijke uitdrukking van deemoedige
overgave in haar blik keek zij hem
aan. Daarna boog zjj diep het hoofd.
De zeldzame toewijding van het
meisje ontroerde Floyd tot in het
diepst van zijn ziel. Hjj dacht er aan,
hoe hjj tenslotte aan haar zjjn leven
had te danken en zjjn lachje klonk
dan ook geforceerd, toen hij zei
Maar kind, houd toch óp met die
dwaasheden! Laten we liever probee-
ren hier vandaan te komen. De weg
door de tunnel is dus nu vrij?
11
A-si
s
F
~V-X
w
30
3
^.4
r