KUNST EN LETTEREN
FILM EN BIOSCOOP
Rubriek voor de Jeugd
MAURITSHUISCONCERTEN
KORTE FILMS DOOR
PROFILTI
- f
CORRESPONDENTIE
en
zou zij
OPLOSSINGEN DER RAADSELS
NIEUWE RAADSELS
«■duieve .Ursula,- wat scheelt er aan2
Een prachtige architectuur-
documentaire
1940 3e bl. pag. 2 - - -
HET LOUVRE EN HET PRADO.
Raadaelvriendjeo en vriendinnetjes
wordt nitdrukkelijk verzocht op de
enveloppe te vermelden: Voor de
Kinderrubriek.
O, hoe vaak heeft Ursula daar
’s nachts naar zitten kijken aan den
zoom van ’t bosch! Lang, héél lang,
met een booze rimpel van jaloersch-
heid tusschen de oogen.
DE NEDERLANDSCHE KUNSTKRING
g—— HAAGSCHE COURANT Vrijdag 29 Nov,
DERDE HaNDELFEEST
TOEGEZONDEN BOEKEN
en
DE PAUL KRUGERFILM
en
ZOU HIJ KOMEN?
VAN EEN DOM KABOUTERMEISJE
TANTE ETTÏ,
Valentine Grondijs-Gontcharenko, Odilia
Baumans-van den Bergh.
Lous Goossens
Door die duisternis te gaan.
Zou hij komen? Zou hij ’t wagen?
Of blijft hij maar thuis voortaan?
’k Denk ook: kan hij lekkers koopen?
Gaat ’t in Spanj’ ook op den bon?
Wat een vragen, wat een zorgen!
’k Wou maar, dat ’k hem schrijven
kon!
Als ik ’s avonds in mijn bedje
Uitkijk in de donkere straat,
Als ik opkijk naar het maantje
Dat daar stil te schijnen staat,
Denk ik telkens aan mijn grooten
Trouwen vriend Sint Nicolaas
Met z’n dikke zak vol speelgoed,
Suikergoed en speculaas.
’k Denk dan: ’t is dit jaar erg moei
lijk
De
bestemd voor
Mijn geheel is een bekende plaats in
Zuid-Holland.
het
zijn.
je
Ja, ik schrijf hem dadelijk morgen:
Lieve Sinterklaasje, toe
Kom toch spoedig naar ons landje
Ook al weten wij niet hoe.
Ook al'heb je maar héél weinig
Suikergoed en speculaas;
Overal, waar kind’ren wonen
Hoor jij toch, hè Sinterklaas?
Marie Michon
1.
2.
3.
Prachtig
van
i en Ur-
hoedje bij van een
NEDERLANDSCHE KLEINBEELD
VEREENIGING.
De afdeeling den Haag der Nederland-
sche Kleinbeeldvereeniging zal een ten
toonstelling van werken door leden geven,
van Woensdag 4 Dec., tot en met Zondag
8 December in de bovenzaaltjes van „My
Home”, Lange Houtstraat 15b, alhier.
HET MULTATULI.MUSEUM
In verband met het vertrek van den
conservator, den heer Henr A. Ett zijn op
de vergadering, welke op 20 November
door het bestuur van de vereeniging „Hef
Multatuli Museum” te Amsterdam werd
gehouden, de functies als volgt verdeeld.
Voorzitter, tevens waarnemend conser
vator C. de Hart, Amsterdamvice-voor.
zitter Henri A. Ett, hier ter stede, secre
taresse N. Meersmans, Amsterdam; pen.
ningmeester A. C. Beekhof jr., Amster
dam.
De functies zijn voorloopig vastgesteld
tot de a.s. ledenvergadering
THEO VAN DER PAS
Op de door onzen landgenoot Theo van
der Pas te geven Chopin-matinée in Dili-
gentia op Zondagmiddag 1 December, zal
de pianist o.a. de 24 Préludes, een Bal
lade, 3 Ecossaises en eenige Etudes ten
gehoore brengen.
Den, Haag. Den Haag.
Een cirkel
Lepel, klepel.
Prijzen vielen ten deel aan
„Hans de Torenkraai”.
„De Zwarte Adelaar”.
„Rozenknopje”.
Prijzen afhalen aan het bureau Haag-
sche Courant op Woensdagmiddag.
Daarbij uitsluitend je ware namen op
geven
NEDERLANDSCHE REISVEREENIGING.
De heer P. J. Kobben zal Zondagmor
gen a.s. in gebouw Excelsior voor de
Haagsche afdeeling der Nederlandsche
Reisvereeniging een causerie houden over
reisherinneringen, humoristische gedich
ten en anecdoten.
HET NEDERLANDSCH KAMERORKEST.
Het concert van Het Nederlandsch Ka
merorkest in Diligentia, dat oorspronkelijk
was vastgesteld op Dinsdag 3 December,
zal thans plaats vinden op Dinsdag 14
Januari a.s.
ITALIAANSCHE OPERA.
De voorstellingen, die de Italiaansche
Opera gedurende de maand December a.s.
zal geven, zullen in den Haag plaats heb
ben in het Gebouw voor Kunsten en We
tenschappen op de Zondagavonden 8, 15
en 22 December, en op de Donderdag
avonden 12 en 19 December. De voorstel
lingen zullen om half acht uur aanvangen
en tegen half elf eindigen,
De tournee wordt op Zondag 8 Decem
ber geopend met een opvoering van Ver-
di’s Rigoletto met Lina Aimaro, Mario
Filippeschi en Enrico de Franceschi in de
hoofdrollen.
BENOEMINGEN IN BELGIË.
De Waalsche letterkundige Albert Mockel
is benoemd tot conservator van ’t Wiertz-
museum te Brussel. Op deze benoeming
wordt in de bladen heftige critiek ge
oefend. Het ambt van conservator aan dit
museum wordt algemeen beschouwd als
een betrekking, die na een verdienstelijke
loopbaan gelegenheid tot rust biedt. De*
bladen wijzen er nu op, dat buiten Hen
drik Conscience en Réné de Clercq nooit
Vlamingen in dit ambt benoemd zijn. De
„Soir” herinnert er aan, dat Mockel een
der oprichters was van het anti-Vlaamsche
tijdschrift La Wallonië.
3.
Ik ben een rivifer, draai mij om en ik
ben een streep.
2.
Hoe schrijft men droog gras met 4 let.
ters.
WILLEM ANDRIESSEN.
Onze groote Nederlandsche pianist Wil
lem Andriessen zal op Zondagmiddag 8
December een recital geven in Diligentia.
Het programma zal geheel gewijd zijn aan
werken van L. van Beethoven.
Met goedkeuring van de regeeringen van
Frankrijk en Spanje hebben vertegenwoor
digers van de grootste musea der beide
landen, het Louvre en het Prado, een
vriendschappelijke overeenkomst gesloten
ter uitwisseling van kunstwerken. Spanje
wenschte eenige schilderijen te herkrijgen,
die tijdens den onafhankelijkheidsoorlog
van 1812 naar Frankrijk waren gebracht
en Frankrijk wilde het Louvre verrijken
met werken van eenige Spaansche kunste
naars, die slecht vertegenwoordigd waren.
Volgens de overeenkomst zal Spanje o.a.
aan het Louvre afstaan het portret van
de Infante Maria Anna en Grecco’s annun
ciatie. Frankrijk zal o.a. afstaan de annun
ciatie van Murillo en een vrouwenbuste
van Phoenicischen oorsprong.
MARIA LAST
Onze landgenoote, de zangeres Maria
Last, die op morgen 30 dezer een liede-
renmatinée zal geven in Diligentia, zal
o.a. liederen van Handel, Brahms, Sigh-
tenhorst-Meyer, Wiemans, Ketting, Pij
per, Fauré, Caplet, Ravel, ten gehoore
brengen. Theo van der Pas zal zijn mede
werking verleenen.
HAAGSCHE TOONKUNST-AFDEELING
Zondag 15 December a.s. heeft ’s mid
dags in het Gebouw voor Kunsten en We
tenschappen de eerste uitvoering plaats
van de Haagsche Toonkunstafdeeling.
Uitgevoerd wordt „Die Schöpfung
van Joseph Haydn, met de solisten Jo
Vincent, Louis van Tulder en Willem Ra-
velli. Cembalo Hans Schouwman en be
geleiding het Residentie-Orkest. Het ge
heel staat onder leiding van Johannes
den Hertog.
Opvoering „II Pastor Fido”
De derde en laatste uitvoering van het
Kleine Handelfeest heeft plaats op Zon
dag 1 December om 2 uur in „Excelsior”,
Zeestraat 57b. Door het „Nieuwe Opera-
en Muziekensemble” zal de eerste uitvoe
ring in Nederland worden gegeven van
„II Pastor Fido”, opera in 3 acten, met
Hein ’s-Gravensande als dirigent. Regis
seur is Cor v. d. Rest jr. en het ballet
staat onder leiding van mevr. Remmy Cha-
bot-de Joode. De decors zijn ontworpen
en vervaardigd door C. L. E. Röntgen.
Verder werken mee: Henk v. d. Togt (te
nor), als gaste Anna v. d. Smit (sopraan);
Isy de Vries (sopraan); Willem Groen
(bariton); Rié Popma (alt); Jac. Lieste
(bas); het kamerorkest van het N.O.M.E.
Het spinet wordt bespeeld door mevrouw
Jeanne Koning-Coeterier. Soli: Jan Muyen
(viool), J. Obersteyn (cello), Ankie van
Rappard en Adri Smits (hobo) en Emmy
van Merrebach (fagot). De overige leden
van het ensemble vormen het koor, terwijl
ook nog eenige personen als figurapten
medewerken.
PROGRAMMA GEMEENTEMUSEUM.
Het programma van het Gemeentemu
seum voor de volgende week luidt: dage
lijks rondleiding (behalve op Zaterdag en
Zondag) te 2.15 uur op de tentoonstelling
„Het tijdperk van de Camera Obscura”.
Zaterdag 7 December te 3 uur 39ste debu
tantenconcert door Paul Niessing, pianist,
Rotterdam en Manola van Waasbergen,
zangeres, Hillegeraberg, in de Voordracht-
zaal van het Gemeentemuseum. Gratis
toegankelijk voor de bezoekers van het
Museum. Tentoonstelling „Het tijdperk van
de Camera Obscura”, kunst en leven in
Nederland van 18001850. Dagelijks van
10—17 uur, Zondags van 1317 uur.
Adalbert Schlettow zal in de Emi!
Janningsfilm .Paul Kruger”, onder regi»
van Hans Steinhoff, de rol van Chris-
tiaan de Wet spelen. Van alle groote
voormannen der Boeren werd gëën zóó
populair als deze dappere generaal, die
bij het begin van den Boerenoorlog nog
als gewoon soldaat diende. Na de inéén-
storting van de hoofdmacht der Boeren
voerde hij op eigen gelegenheid den
guerilla met een dergelijk succes verder,
dat de Engelschen een tweevoudigen
overmacht tegen hem in het veld moesten
brengen om zijn tegenstand te kunnen
breken.
De directie van de N.V. Filmfabriek
„Profilti” heeft voor vertegenwoordigers
der pers, alsmede voor enkele autoritei
ten, een voorstelling gegeven van de
jongste door haar vervaardigde korte
filmpjes. De heer jhr. J. J. van Raabvan
Canstein leidde deze vorstelling met een
kort woord in. Hij zeide o.m.:
De Profilti-filmfabriek heeft de ver
vaardiging van een serie korte filips ter
hand genomen in de overtuiging, dat
daaraan met het oog op de voorprogram
ma’s in de bioscopen behoefte zou be-
staan. Het werk is het resultaat van bij
uitstek Nederlandschen arbeid. Neder,
landsche vertolkers vervulden de diverse
rollen.
Drie speelfilms, die vertoond werden,
waren getiteld: „Van de kleine vreugden
des levens”, „Koken is een kunst" en
„Zooals u het bekijkt”, filmpjes van een
beschouwend genre. Het zijn filmpjesmet
een lichte moraal.
Drie voortreffelijke kleurenfilms, waar,
van de titels luiden: „Vis.chvangst op de
Loosdrechtsche plassen”, „Van wilgen-
stam tot klomp” en „Een dag op de boer,
derij”. zijn van een landelijken, poëti-
schen inhoud.
Zij geven een schilderachtigen kijk op
het mooie Hollandsche landschap, met zeer
mooie opnamen op onze wijde waterplas,
sen. De vertooning bezat climax.
Het indrukwekkendste filmpje was
toch een van de Profilti-producten uit
de serie „Problemen van dezen tijd”, een
film-causerie, gewijd aan de Nederland,
sche architectuur, onder den titel: „Ont
wikkelt zich een nieuwe stijl in de Ne-
derlandsche bouwkunst?” Een werkelijk
buitengewoon fraai opgenomen en sug
gestief gemonteerde film, die een popu
lair en toch tot de kern doordringend
overzicht geeft van de bouwkunst in onze
lage landen.
En eens op een nacht, toen ze daar
zoo eenzaam zat, is kabouter Appel-
wang voorbij gekomen. Die heeft diep
z’n muts afgenomen en gezegd:
Dag Ursula, zit je daar zoo alleen?
Wil ik je even naar huis brengen?
Maar het meisje heeft hem vreese-
lijk boos aangekeken en heeft geroe
pen: Ga weg jij! Wat verbeeld jij
je wel, brutale jongen met je aard-
appelneus!
En Appelwang heeft diep gezucht,
heeft eens aan z’n neus gevoeld ja,
dat is heusch nét een rond aardappel
tje! en is naar huis gegaan'.
Wil ik je eens het geheim vertellen
van kabouter Appelwang? Nu dan, hij
heeft op een stil plekje in ’t bosch een
beeldig wit huisje gebouwd met
groene luiken en een rood dakje. Een
schatje van een kabouterhuisje! En
nu had hij zoo graag Ursula willen
vragen om met hem te trouwen en
daar samen in te gaan wonen. Maar
sinds ze gezegd heeft, dat zijn neus
een aardappelneus is o, en ze heeft
gelijk, hoor! is de moed hem hee-
lemaal in de schoenen gezonken. Hij
zal het stellig nooit durven vragen!
De vliegles is voor vandaag afge-
loopen. Ursula is er doodmoe van ge
worden en zit op een stoel uit te hij
gen met haar vleugels nog aan.
Je moet véél vlugger klapwieken,
heeft meester Goudvink gezegd.
Zóó zul je *t nooit leeren, als je
zoo houterig doet!
En Ursula is toen opeens woedend
geworden en heeft geroepen:’Hou
terig? Je bent zélf houterig! Ga maar
weg, hoor! Ik kan het al! Maar als
hij weg is, doet ze toch de vleugels
maar af en bergt ze in de kastr.
Als de schemering‘daalt wordt het
heel stil in *t kabouterbosch. Stil en
geheimzinnig. De maan stijgt op van
achter de struiken, rood als goud. Hij
stijgt, stijgt... en wordt wit als zilver.
En nu ruischt een lange windvlaag
door de denneboomen. Kom! Kom!
Elfjes kom! roept de wind.
Daarop heeft Ursula gewacht. Heel
stil sluipt ze op haar zachte slofjes
naar de kast en pakt haar vleugels
De Nederlandsche Kunstkring opent
morgen een tentoonstelling van werken
zijner leden in de Kunstzalen „Erica”,
Scheveningscheweg 25, alhier.
KUNSTZAAL JOH. D. SCHERFT
Op Zaterdag 30 November a.s. zal te
3 uur, een tentoonstelling worden ge
opend van teekeningen van den heer M.
Schipper. Dagelijks geopend van 105,
Zohdags van 15 uur. Duur der tentoon
stelling tot en met 27 December 1940.
KUNSTZAAL DE CLOU
Zaterdag 3 uur nam., zal in de nieuwe
kunstzaal de Clou, Noordeinde 93a, een
expositie gehouden worden van werken
door Jos. van den Berg, Jan Beyl, Joop
Krofft, Henk Munnik, Jaap Hooft, van
der Voort.
De tentoonstelling zal worden gehouden
van 30 November tot 21 December a.s.
VEILING VAN MARLE EN BIGNELL.
Op de veiling van kunstvoorwerpen door
van Marie en Bignell zijn de volgende
prijzen gemaakt: J. Akkeringa 145; Abels
ƒ225; een fraai aquarel van J. Bosboom
1600 (gekocht door het Gemeentemu
seum); J. Callot ƒ525; H. Collenius 1500;
C van Cuylenburgh ƒ210; C. J. Oelff
1900; twee stillevens van J. Fyt 725;
A J. Groenewegen 270; 24 gekleurde
bordjes 600; 2 Japansche schotels 190;
nog eens 2 Japansche schotels 180
een Chineesch servies voor 340;
KUNST VAN ONZEN TIJD
In de Kunstzaal „Kunst van onzen Tijd”
alhier, wordt Dinsdag 3 Dec. a.s. ’s mid
dags te 3 uur een tentoonstelling geopend
van werken van Paul van der VerT, in de
benedenzaal en in de beide bovenzalen van
werken van Louis Schrikkel en Louise van
den Bergh.
Mr. H. F. Th. Perizonius zal de opening
inleiden.
„Het onbekende land”, door
H. Golden. Uitgegeven
door Gebr. Kluitman, Alk
maar.
Geïnspireerd door het Wilde Westen
heeft Harry Golden een avontuurlijk ver.
haal geschreven, waarin een rasechte
paardenkenner, Jack Smith, de hoofdrol
speelt. Jack gaat op een goeden dag met
wat spaarduitjes naar Shoveltown, één
van die talrijke plaatsjes in het Wilde
Westen van Amerika, om zich daar te
vestigen. Onderweg wordt de postkoets,
waarin Jack reist, door een bandiet aan
gehouden. Alle inzittenden moeten hun
geld afgeven en een passagier vind den
dood. Jack echter weet zijn geld te be
houden en koopt hiervoor van een mede
reiziger, Boffie Dey, een halve ranch.
Behalve de' veeteelt, is één van Jack’s
hoofddoelen het opsporen van den ban
diet. Op boeiende wijze weet de schrijver
over de speurtochten in het woeste berg
land te verhalen. Het gelukt Jack ein
delijk, nadat hij zelf eerst van den laffen
overval verdacht wordt, den misdadiger
op te sporen. Door deze spannende his
torie is een aardige romance gevlochten,
welke, dank zij de hulp van Boffie Day,
tot een goed einde komt.
Pol Dom heeft het boek van enkele
fraaie illustraties voorzien. De vertaling
is v&n Herman Antonsen.
Het /boek verscheen in de serie;
nieuwe leeskring en is
oudere jongens.
„Die Kunst der Völker”, door
Heinrich Lützeler. Uitg.
Herder en Co., Freiburg im
Breisgau.
In een kloeke, voortreffelijk verzorgde
uitgave, die Herder und Co. te Freiburg
tot eere strekt, met 'n suggestieven band-
omslag, een gedistingeerden band, pl.m.
380 pag. tekst, waarin 4 kleuren-repro-
ducties en 379 illustraties zijn opgeno
men, heeft Heinrich Lützeler een boeien
de synthese gegeven van de kunst aller
volkeren, d.w.z. de volkeren van Europa.
China, Indië enz., vallen als eigen cen
tra van kunst en cultuur buiten Lütze-
ler’s gebied in dit boek, dat dus met
Hellas aanvangt en via Byzantium, Ro-
maansch. Gothisch, Barok en Renaissance
het Europeesch beschavings- en kunstge
bied beschrijft. Ook dat wat over de
kunst der Nederlanden in Holland en
Vlaanderen gezegd wordt, is duidelijk en
opmerkelijk. Zoo wordt bijv: ook het vele
buitenlanders ontgaande contact tusschen
de Nederlanden en Spanje cultureel vast
gelegd. Zijn definities zijn zuiver en
scherp. Een dergelijk werk, dat wij allen,
die belangstelling hebben voor kunstge
schiedenis, van harte kunnen aanbevelen.
Als ze heelemaal netjes is naar
haar zin, gaat ze in de vensterbank
zitten en kijkt naar buiten. Beneden in
het kabouter straatje klinkt wet gelach
en gejoel van haar vriendinnetjes. Ze
kijken naar boven en roepen: Ha,
Ursel, ga je mee? en een dikke, ver
legen kabouterjongen met roode wan
gen, neemt heel beleefd zijn puntmuts
voor haar af.
Maar Ursula trekt haar fijn neusje
op. Die joelende meisjes zijn haar
veel te kinderachtig en de kabouter
Appelwang met z’n vuurrood jongens
gezicht en z’n aardappelneus keurt ze
geen blik waardig. Neen, Ursula heeft
iets heel anders in den zin. Ze stu
deert!
Dat had je niet gedacht hè, van
zoo’n doodgewoon kaboutermeisje?
Nu toch is ’t zoo. Ze studeert in de
edele vliegkunst, die al zoo oud als
de wereld is maar heel, héél moeilijk
als je er niet voor in de wieg gelegd
bent!
Meester Goudvink is haar leer
meester. Tjiep, tjiep! zegt hij als
hij lustig uit het bosch komt aange
snord en met één sprong op haar ven
sterbank zit.
Hè! roept Ursula, wat kun je
dat toch prachtig! Kon ik ’t ook maar
zoo!
Geduld overwint alles, al doende
leert men en Keulen en Aken zijn niet
op één dag gebouwd, wijsneust de
vink.
Ja, ja, zegt Ursel bedrijvig,
zeur maar niet zoo lang. Help me
maar vlug met m’n toestel!
En nu... zeg, zullen jullie heusch
niet lachen?... nu halen Ursula en de
goudvink met vereende krachten een
vreemdsoortig instrument voor den
dag uit de kast, 't Zijn een paar vleu
gels, verbonden door een latje en het
kan met lussen aan de armen worden
vastgemaakt. Meester Goudvink heeft
zijn uitgevallen veertjes en die van z’n
vrouw en z’n heele familie ervoor op
gespaard en Ursula heeft ze op gaas
geplakt. O! wat een vreeselijk werk
was dat! Maar nu... nu zal ze ook
méér kunnen dan alle andere kabou-
termeisjes bij elkaar: ze zal kunnen
vliegen net als de elfen en de feeën,
die in maanlichte nachten in haar ga
zen kleedjes over de wei zweven
haar dartele dansjes uitvoeren!
onder den arm. En nu loopt ze
’t bosch door, vlugger en vlugger, tot
aan den rand, waar de zilveren harp
recht op de weide staat.
Ursula staat stil en kijkt, en luis
tert...
Ja, daar trilt het héél zacht in de
lucht. Het klinkt ting, ting, tingeling!
ting, ting! Het suist en fluistert: de
jjle sluiers van de elfenmeisjes zwe
ven door de lucht om de maneharp
heen... ze waaien en zwaaien by
’t zwevende dansspel en de fijne vin
gertjes betokkelen de harp: ting, ting,
tingeling!
En dan kan Ursula ’t opeens niet
meer uithouden. Ze wil meedansen, ze
wil... Vlug klimt ze in een boom en
gaat zitten op ’t uiterste puntje van
een tak. Kijk, nu staat ze rechtop met
haar vleugels aan.
Ssj! ssj! suist de wind door de
boomen. Kom, kom! elfjes, kom!
Ja, ik kom, ik kom ook! roept
Ursula, ’t kaboutermeisje. En ze slaat
haar vleugels uit en springt... bom!
O, wat was dat? Is er een tak ge
broken, een denne appel van den boom
gevallen? Opeens is ’t stil op de
groote wei. De maan verdwijnt ach
ter een warrelige, zwarte wolk. De
elfen vluchten weg! Van den zoom van
het bosch klinkt een zacht gesnik...
Ursula weet niet, hoe lang ze daar
Oplossingen en briefjes moeten uiter-
lijk Woensdagmorgen aan het bureau
Haagsche Courant bezorgd zijn. Alles
moet onderteekend zijn met je ware
namen vtjluit, schuilnaam, leeftijd en
adres. Op het couvert vermeldenAan
Tante Etty.
1.
Mijn eerste gebruikt de schoenmaker.
Mijn tweede is om water tegen te hou
den.
„Ruitertje”. Begrijp je het nu? Een
cirkel heeft geen einden. Neen alle we
ken Als je vijf keer de raadsels goed hebt
gehad dan komt je schuillnaam in het
lootjesbusje. Zal je je leeftijd niet meer
vergeten?
„Streepje”. Neen, ik was niet ziek
hoor. Wel bedankt voor je raadsel. Jij
kan het goed, die raadsels verzinnen.
Vele groeten terug.
„Sneeuwwitje”. Heb je je al eens
een keertje „dik” gemaakt? Je leeftijd?
Dat moet in ieder briefje staan.
„Teek e na artj e”. Neen, gelukkig
niet. Er was zeker geen plaats genoeg.
Vele groetjes terug.
„Fee t je”. Zal je je leeftijd niet meer
vergieten en ook je voornaam voluit
schrijven? Dat moet in ieder briefje
staan.
„Joke”. Ja, hij wordt nu groot. Hoe
oud is hij nu al? De rubriek is voor kin
deren van 7 tot en met 13 jaar. De groe
ten van Bep.
,,W o u d 1 o o p e r”. Dat is naar. Is
moeder nu weer heelemaal beter? Zal je
je leeftijd niet weer vergeten?
„Pauli”. Ja, het wordt steeds vroe
ger donker. Zou de Sint in donker Sche-
veningen wel kunnen vinden? Vele groe
ten terug.
„L a n g h a a r”. Fijn zeg. Was het al
zoo laat? Vele groeten van ons terug.
„Astrid”. De rubriek stond er de vo
rige week niet in de courant. Nu weer
heelemaal beter? Fijn zeg. Wat werd er
gegeven?
„Shirley Tempie”. Dat is al gauw.
Fijn twee feestdagen achter elkaar. Wel
bedankt voor je raadsels. Vele groeten
terug.
„Rozenknop j e”. Dat is fijn hè? Het
zijn altijd erg mooie stukken. Weet je wat
er gegeven wordt? Vele groeten terug.
„Anemoontj e”. Ik weet het niet,
ik denk dat er geen plaats was. Dat was
niet prettig voor jou, maar ik denk wel
dat alle rubriekertjes vergeefs gezocht
hebben. Wel bedankt voor je raadsel.
„D t Zwarte Adelaar" Dat is
lang. Gelukkig dat je nu weer beter bent.
Is broer ook weer wat beter? Vele groet
jes terug.
„Roode Anjelier” Dat zijn erge
mooie teekeningen. Heb jij ze heusch
zelf gemaakt’ Zonder hulp van anderen-
Als je mij een briefje schrijft krijg je
er ook een van mij terug.
„F i 1 m s t e r r e t j e”. Moeilijke raad-
seis moeten er ook eens zijn anders wordt
het lootjesbusje te klein. Was het naar je.
zin? Vele groeten terug.
„Hans de Tor enkraai". Schiethet
al goed op? Mag jij alles zelf houden, wat
e maakt?
„Kaboutertj e”. Dat is leuk-
zoo’n avond. Was je heelemaal niet hangt
Hoe oud is ze? Vele groeten van Bep.
„Spring in ’t Veld”; „Pruttelaarstertje
„Olt-Ferny”; „Vimmetje”; ..Tarzan
dertje Langbeen”; „Irene”: Hartelijk
kom in de Kinderrubriek. -i.
„Maria v Dijck”Ook hartelijk w
kom. Je ziet dat deze schuilnaam
is. Kies je een ander? ller
De hartelijke groeten van jullie
TANTE ETTÏ»
Bovengenoemde artisten, respectievelijk
pianiste, violiste en celliste, geven deze
week een Mozart-programma, bestaande
uit twee trio’s en een piano-viool-sonate.
Met het bekende Trio in G-dur opus 16
werd begonnen. Het Allegro toonde dat
er aan het samenspel de noodige zorg
was besteed. Het passagespel van de
piano klonk duidelijk. In het Andante
con variazioni hadden violiste en celliste
gelegenheid hare toonkwaliteiten te de-
monstreeren. Er is veel bekoorlijks te
hooren geweest en de variaties werden in
haar verschillende karakters en stem
mingen zeer goed waarneembaar ge
maakt. En tenslotte miste ook het pikante
geestige Allegretto zijn werking niet. Als
tweede nummer volgde dan de Sonate
voor viool en piano in F-dur K.V 376,
een der aantrekkelijkste werken in deze
combinatie van den meester. Het eerste
Allegro is van een fijne energie en’scherp
te van geest. Het stelt eischen om het ka
rakter sprekend naar voren te brengen.
Er werd echter aan voldaan evenals in
het Andante, dat door de violiste zangerig
door de pianiste met delicaten, maar toch
kernachtigen aanslag en door beide da
mes expressief en stijlvol is voorgedragen.
Van het slot-Rondo werd het grazioso-
karakter uitnemend naar voren gebracht
ondanks het vrij snelle tempo’. Het heeft
echter in dit laatste niet aan de noodige
soepelheid ontbroken. De dynamische
schakeeringen genoten bovendien een
uitstekende verzorging.
Na de pauze ging nog het „Trio in
C-dur opus 15 no. 3, waarvan het eerste
Allegro bewijst met hoe sobere middelen
Mozart de tegenstellingen sterk sprekend
weet te maken en zelfs macht te geven.
De pianiste speelde haar partij virtuoos
in den goeden zin, namelijk zonder de
dienende beteekenis uit het oog te verlie
zen van de rol die de vertolker te vervul
len heeft. De weergave was zinvol en de
beide andere artisten sloten zich met
begrip aan.
Het Andante cantabile is vrij breed uit
gesponnen maar er niet minder weldadig
om. Het werd eenvoudig en rustig maar
niettemin gevoelig gespeeld. De geestige
Finale kwam er puntig en tintelend uit.
Lichtheid en kernachtigheid werden voor
treffelijk vereenigd en de celliste zorgde
met haar warmen, vollen toon voor een
boeienden timbre-variant in den klank
van het geheel. Het zijn alweer een pro
gramma en uitvoering waar men met ge
noegen naar luistert en die een opwekking
tot een gang naar het Mauritshuis alles
zins wettigen.
zoo gelegen heeft, maar ’t lijkt haar
wel jaren! Haar been doet zoo’n pijn,
dat ze onmogelijk kan opstaan, daar
om richt ze zich voorzichtig half op,
steunend op haar elleboog. Ze droogt
haar tranen af met een van haar blon
de krullen en kijkt om zich heen: De
maan is weer doorgebroken en de zil
veren harp staat weer recht op de
wei, alleen de elfen zijn weg.
En nu bedenkt Ursula weer, hoe on
gelukkig ze toch is! Jarenlang heeft
ze gestudeerd om vliegen te leeren,
avond aan avond heeft ze geoefend,
iedereen heeft ze afgesnauwd, omdat
zij zich knapper en voornamer achtte
dan de anderen. En nu... uit is ’t alle
maal! Mislukt!
En als ze dat heelemaal goed be
denkt, barst Ursula weer opnieuw in
snikken uit!
Maar hoor: wie komt daar door
’t bosch geslopen, bijna onhoorbaar
trip-trip over de dennenaaiden? Een
goedig, dik gezicht buigt zich over
haar schouder en een heel vriendelijke
stem zegt: Lieve Ursula, wat
scheelt eraan?
Urseltje, de trotsche vliegster,
krijgt een kleur tot over de ooreh; Een
kleur van berouw en van schaamte.
Hortend en stootend snikt ze haar ver
driet uit bij kabouter Appelwang met
den aardappelneus. En als hij haar
zoo trouwhartig aankijkt met z’n
blauwe oogen, stottert ze: O, wees
niet boos meer op me! Ik... ik vind
je neus allang niet meer zoo erg lee-
lijk!
Kabouter Appelwang straalt van
vreugde. Maar hij heeft nu geen tijd
om te gaan zitten praten.
Eerst moet je naar ’t ziekenhuis,
zegt hij zakelijk, wacht maar even.
Hij holt weg en komt even later terug
met een mooien ziekenwagen, gemaakt
van' een dikken winterwortel. Daar
helpt hij Ursula in en dan rijdt hij
haar vlug naar het hospitaal. Juist
als de eerste zonnestralen boven de
denneboomen uitkomen, staan ze voor
de poort.
Ursula is beschaamd en blij. Hoe
heb ik ooit zoo onvriendelijk tegen
hem kunnen zijn! denkt ze maar tel
kens. Nu weet ik, dat een goed hart
méér waard is dan een mooie neus en
dat kaboutermeisjes op den grond
hooren en niet in de lucht!
Dat waren twee kostbare lessen, die
Ursula dien nacht geleerd had, vinden
jullie niet?
En later leerde ze die aan haar
eigen dochtertjes, toen ze allang me
vrouw Appelwang geworden was en in
het mooie boschhuisje woonde.
Ursula wilde vliegen leeren, maar
Die Appelwang was
nog zoo kwaad niet!
O, wat een gezellige drukte
heerscht er in ’t kabouterdorp, als de
schoonmaak, die groote vreugde en
vreeselijke nachtmerrie van alle ijve
rige kaboutervrouwtjes, gelukkig
weer voorbij is!
Dan blinkep alle ruitjes weer als
spiegels, dan glanzen de nieuwe gor.
dijntjes voor alle ramen, en... dan
hebben alle kabouterkinderen een
gloednieuwe jurk of pak gekregen!
Wat een blijdschap, als dan op een
stralenden Zondag de blijde zon
straalt over dorp en bosch! Kabouter
kinderen loopèn arm in arm in lange
slierten over den weg, spelen in den
kring of hollen elkaar achterna onder
vroolijk geplaag en geschreeuw.
Ja, die kabouterkinderen zijn altijd
blij! Zeg, dat wist j,e niet hè, dat er
ook kabouter-kinderen zijn? Als je
aan kabouters denkt, dan zie je altijd
alleen maar kleine mannetjes met
witte baarden voor je! Nou, maar die
zjjn toch ook eens kinderen geweest,
hè?
Nou dan: op dien mooien Zondag
voormiddag wemelt het in het ka
bouterdorp van spelende, lachende
kinderen. De één is al uitgelatener
dan de ander en ’t lijkt wel of de
aardige huisjes met de grappige roo
de dakjes totaal uitgestorven zijn.
Want zelfs de alleroudste kabouters
met hun witte baarden en de rimpe-
ligste grootmoedertjes met lange
haakneusjes en vriendelijke blauwe
oogjes achter groote brilleglazen zitten
buiten in ’t zonnetje te praten en te
knikkebollen.
Nee, nu vergis ik me toch: een ka
bouterhuisje is niet leeg. Daar ver
schijnt opeens een meisjesgezicht voor
Vst? Dat is Ursula, die daar woont
Hè, ’t is gek, waarom zou zij met
buiten zijn vandaag? ki1kcn
Kom mee, dan gaan we een kijken,
wat Ursula daar in haar eentje uit
voert. Moeilijk? Welnee, we
vlug in dien dikken boom daar en krui
pen op den tak,’ die juist tegenover
Ursula’s venster is.
Kijk! Het kaboutermeisje i«et haar
lange blonde krullen,
meisje van het heele dorp, heeft haar
nieuwste jurk aangetrokken. I ---
is die, want ze is geheel gemaakt
dooreengevlochten
sula draagt er een 1-
versch geplukt blauw klokje. Zie je
wel, hoe beelderig?
En nw gaat Ursula voor den spiegel
staan, en kijkt en kijkt...
Nu eens zet ze haar hoedje rechtop,
dan weer schuin- Ze vindt zichzelf
een snoesje, dat kun je aan haar ge
zicht wel zien.
O, Ursula, ijdeltuitjel