- Per dos a dos
Een sterke familie - Vleermuis-onderzoek
grotten
m
Een Sambar-kalf
het stadhuis
Addis-Abeba
Vernieuwingen
naar
in
GIPSY DOTT ERFT
EEN GEHEIM
fesiSifcsB
1
l!lll llillil
óp
■gw
TWEEDE BLAD
TTAAGSCTIE COURANT Vrijdag 24 dan 1941
FEUILLETON
3|n
h
zedepreeken,
KWordt vervolodj
ftp
l
i r
M
/o
-3
den fraaien tuin, welke nog een wintersch kleed draagt
(Holland)
(Nadruk verboden.)
voor
over
6)
HOOFDSTUK 2
HET DUEL.
HOOG BOVEN DE AARDE ACHTERVOLGT EEN MESSERSCHMITT-ÉÉN-
PERSOONS JACHTVLIEGTUIG ME 109 EEN ENGELSCH JACHTVLIEGTUIG.
(Hoffmann)
EEN DEZER DAGEN IS IN HET DIERENPARK WASSENAAR
een Sambar-kalfje geboren, wat in dezen tijd van het jaar als een
zeldzaamheid beschouwd kan worden. Het jong met zijn moeder in
(Polygoon}
De slechts weinig vermoedende Jim
wist met, hoe ongunstig Irene’s ver
leden wel was en voor wien zij het
gevaarlijkst zou worden.
Wat zullen we met de rest van
dezen avond beginnen? vroeg Bob zijn
vriend. Doe eens een voorstel, Jim.
Gipsy heeft ons gevraagd, haar
straks te komen halen. Wat kunnen
we tot zoolang ondernemen?
Fox keek zijn vriend spottend aan.
Ik wou, dat ik jóuw zorgen had,
mijn zoon! Jullie millionnairs, hebben
blijkbaar niets anders aan je hoofd
dan de vraag, hoe je het best je tijd
en je geld kunt doorbrengen. Een af
schuwelijke toestand lijkt me dat. Ik
ben blij, dat oom Tobias me dat
door zijn drastische maatregelen ten
minste heeft bespaard.
Hunter lachte den journalist in zijn
gezicht uit.
Alsjeblieft geen
omdat ze zijn aanzoeken zoo hard
nekkig bleef afwijzen. Eén ding was
zeker; ze had niets tegen zijn gezel
schap. Integendeel, steeds was ze ken
nelijk verheugd als hij kwam. Ze had
zelden een uitnoodiging van hem afge
slagen en ze toonde zich erkentelijk,
wanneer hij haar met zijn attenties
wat bloemen, een doos bonbons of
een of ander onschuldig geschenk
hoopte te verrassen. Maar ze sloot
zich onverbiddelijk in zichzelf op, zoo-
dra hij over liefde sprak.
Had Jim met zijn reportersscherp-
zinnigheid gelijk, toen hij beweerde,
dat een of ander geheim haar om
hulde?
Hunter zette deze veronderstelling
geërgerd van zich af.
Onzin, op Gipsy Dott was in het
geheel niets aan te merken. Ze had
ietb volkomen onschuldigs over zich
en daarnaast toch ook weer iets ge
slotens, waarin ze niemand ook maar
één blik veroorloofde.
Die geschiedenis met de onverwach
te erfenis was ongetwijfeld min of
meer zonderling. Die grootvader van
het meisje moest een eigenaardige
man met een al even eigenaardigen
levensloop zijn geweest. Maar wat
zich ook in het leven van den overle
den Frederik Willem Cranenburg
mocht hebben voorgedaan, Gipsy had
daar part noch deel aan.
Plotseling vertraagde Hunter zijn
schreden.
Als de nalatenschap van haar groot
vader Gipsy een kapitaal bezorgde,
TIJDENS DEN OORLOG worden te Addis-Abeba de werken tot vernieuwing
en verfraaiing der stad niet onderbroken. De onderkoning opende plechtig de
nieuwe woningen van de inheemschen. Alles is nieuw,
ook in de wijk der inheemschen.
HET PERIODIEKE BIOLOGISCHE ONDERZOEK van de talrijk»
vleermuizen in een der grotten bij Gronsveld door ir. v. Schaik.
De dochter van ir. v. Schaik met een der grootste hier voorkomende
exemplaren, de „Myotus Myotus”. (Het Zuiden)
genoegen. Dan kon hij beter een flin
ke wandeling maken.
Langzaam slenterde hij door Green-
village. De vroege herfstschemering
begon reeds te vallen. Achter de ra
men der huizen werd het electrische
licht al ontstoken. Van de St.Joseph-
kerk dreunden de galmende slagen
van de torenklok. Ergens uit een wo
ning kwam radio-muziek. Een vrou
wenstem zong een of ander kinder-
-liedje. Bob herkende de melodie. Gip
sy had het ook eens in zijn tegenwoor
digheid gezongen. Het kwam van den
anderen kant van den Oceaan en op
zijn verzoek had ze hem daarop nog
wel eens een paar Nederlandsche
versjes, waarvan hij de woorden wel
iswaar niet verstond, maar die door
hun eenvoud toch een diepen indruk
op hem hadden gemaakt, voorgezon
gen. Ze waren toch eigenlijk zooveel
mooier dan al die gesyncopeerde
negermuziek, welke New York be-
heerschte.
Gipsy kwam uit de oude wereld en
ze had af en toe wel eens heimwee.
Arme Gipsy, dacht Hunter, als je mijn
vrouw wilde worden, zou ik je naar
Europa terug brengen en daar met je
blijven.
Maar Gipsy dacht er niet over zijn
vrouw te worden.
Vaak was Bob er stellig van over
tuigd, dat het meisje hem graag
mocht. Dan bekroop hem een warm
gevoel van geluk. Maar weldra ge
raakte hij dan gewoonlijk op een
dwaalspoor en begon hij te twijfelen,
VIJF GESLACHTEN. In Bergentheim bij Hardenberg (O.) is
de wed. J. Kosters-Grissen door de geboorte van Trijntje Buus-
koeken betovergrootmoeder geworden. De moeder van Trijntje is
23 jaar, de grootmoeder 42 jaar, de overgrootmoeder 70 jaar en de
betovergrootmoeder 92 jaar. Allen wonen in Bergentheim en ge
nieten een goede gezondheid. Overgrootmoeder wenscht betover
grootmoeder geluk met de geboorte van haar
achter-achterkleinkind. (Polygoon)
TROUWLUSTIGEN schijnen onuitputtelijk in het bedenken van
vervoermiddelen, welke hen naar het stadhuis moeten brengen.
Te Amsterdam liet een bruidspaar zich per dos a dos
naar het stadhuis rijden. (Polygoon)
van motorbooten. De straat, waarin
hij zich bevond, was verre van fraai;
de huizen werden door hooge ijzeren
brandladders ontsierd.
Een dichte menschenmenigte drong
aan hem voorbij. De winkels waren
verlicht en de eigenaars hadden hun
waren voor een deel op straat uitge
stald. Venters stonden naast hun wa
gentjes met levensmiddelen, die zij,
al schreeuwende, aanprezen. Op een
grooten verhuiswagen was een orches
trion opgesteld, dat al het straatru
moer in de naaste omgeving weer
overstemde. Mannen en vrouwen
dansten en blerden de melodie uit
heesche kelen mee.
Een jonge vrouw met verwilderden
haardos wilde Hunter in het verwarde
kluwen der dansenden trekken. Hij
maakte zich ijlings uit de voeten, ach
tervolgd door een hoonend gelach. Een
spaarzaam verlichte zijstraat nam
hem op. Hier was het stil. Na eenige
tientallen meters zag hij, dat de
straat doodliep. Aan het eind stond
een houten hek, waarachter een of
andere opslagplaats scheen te zijn. Er
bleef hem dus niet veel anders over
dan om te keeren.
Langzaam slenterde Hunter terug,
in het voorbijgaan een blik werpend
in de slecht verlichte étalages der
armelijke winkels. Kennelijk was hij
hier in een buurt terecht gekomen,
waar antiquares en uitdragers hun
tenten hadden opgeslagen.
ouwe heer. Ik ken dat liedje van bui
ten en het maakt dan ook niet den
minsten indruk op me. Vertel me lie
ver, wien we vanavond de klandizie
het jubileum moeten gunnen.
Daar zullen we vanavond wel
prakkizeeren, als we Gipsy gaan
afhalen. Nu moet ik me eerst eens
op de redactie laten zien. Bij mij
gaat de plicht nu eenmaal voor het
meisje, omdat ik een beklagenswaar-
dig mensch van dezen tijd ben, die
in het zweet zijns aanschijns z’n brood
moet verdienen.
Je ziet er anders heusch niet
zoo beklagenswaardig uit, beste jon
gen. Doe dus maar niet zoo gewich
tig. ’t Zal best losloopen met dat werk
van je. Weet je wat, ik rijd je even
naar de „Fanfare”.
Merci, ik neem liever den onder-
grondsche. Misschien ontspoort het
ding onderweg en dan heb ik tenmin
ste iets voor het ochtendblad.
Als je er tenminste zelf heelhuids
afkomt!
Reporters moeten er altijd
heelhuids afkomen. Dat zijn ze, uit
hoofde van hun beroep, tegenover hun
blad moreel verplicht. Tot ziens, van
avond in het Monico Theater!
Bob Hunter wist niet goed, wat hij
met zichzelf beginnen moest. Hij had
zijn wagen in de garage achter het
huis ondergebracht. Een oogenblik
dacht hij er over, wat door de stad te
gaan rijden, maar dat was op dit
spitsuur, nu de kantoren en fabrie
ken leeg stroomden, slechts een matig
dan was immers haar bezwaar, dat
hij, Hunter, te rijk was, niet steek
houdend meer! En dan...
Bob Hunter moest lachen. Een erfe
nis beteekende nog niet altijd, dat
iemand zoo maar een vermogen in
den schoot werd geworpen en dat huis
in Honoloeloe zou zeker wel niet zoo
heel veel waard zijn. Enfin, daarover
zou Jim’s oom, de oude heer Tobias
Fox, wel de noodige inlichtingen kun
nen geven.
Het zou heerlijk zijn, als Gipsy zoo
veel had geërfd, dat ze niet meer in
de revue behoefde op te treden, ging
het Hunter door het hoofd. Ze paste
eenvoudig niet in dat milieu...
De jonge man liep de eene straat
in, de andere uit, geheel in gedachten
verdiept en zonder op den weg te let
ten. De huizen van Greenvillage had
hij al lang achter zich gelaten. Onge
merkt was hij tusschen de wolken
krabbers terecht gekomen, waar het
licht door duizenden vensters naar
buiten straalde en hij in de menschen
menigte werd opgenomen. Hij begon
langzamerhand zijn beenen te voelen
en vertraagde daarom zijn stap.
Hoe lang was hij nu al onderweg?
Hij wist het niet, maar waarschijn
lijk zou het al wel meer dan een uur
zijn.
Hunter bleef staan en keek om zich
heen. Zijn doellooze wandeling had
hem naar de benedenstad gebracht,
ergens in de nabijheid van de rivier.
Af en toe hoorde hij het loeien van
scheepssirenes en het doffe puffen
aS? -
K -’v
Sik -
"STlp
'*v
ga